Mens en dier zijn (intrinsiek) evenwaardig in hun recht op vrijheid

Bij de Stichting Animal Freedom leest u over de gedachte achter dierenrechten.
Hier leest u over ontwikkelingen in de agrosector en de gevolgen voor dieren(rechten).
Alle levende wezens zijn verschillend maar evenwaardig in het recht op vrijheid op een natuurlijk leven.
Een dier is (net als een mens) geen ding of een object.
Dierenrechten zijn mensenrechten. Mensen moeten kunnen ingrijpen wanneer mensen dieren misbruiken of onrecht aandoen.
Posts tonen met het label intrinsieke waarde. Alle posts tonen
Posts tonen met het label intrinsieke waarde. Alle posts tonen

03 januari 2024

De evolutie van menselijke vrijheid tot vrijheid van dieren

Wat blijft constant en wat maakt vooruitgang?

Deze titel benadrukt de overgang van traditionele opvattingen over vrijheid, die primair gericht waren op menselijke autonomie, naar een meer inclusieve benadering die ook de vrijheid van dieren omvat.
In de schaduw van de Franse Revolutie, die de principes van vrijheid, gelijkheid en broederschap omarmde, komt in het hedendaagse streven naar rechtvaardigheid steeds meer aandacht voor de belangen van dieren naar voren. Steeds meer mensen gaan zich inzetten voor het bevorderen van dierenrechten. Terwijl de tijd en cultuur zijn geëvolueerd, zijn de fundamenten van ethiek en vrijheid getransformeerd, waarbij het individu nu (opnieuw?) meer ruimte heeft om na te denken over de waarden die onze samenleving vormgeven.

(R)evolutie

In de nasleep van de revolutionaire idealen van de 18e eeuw, waarbij vrijheid synoniem stond voor autonomie en de zoektocht naar gelijkheid en broederschap, bevinden we ons nu op een nieuw kruispunt van morele evolutie. Vrijheid, evenwaardigheid en liefde staan centraal in onze hedendaagse discussies, vooral als het gaat om de behandeling van niet-menselijke wezens.
Een opvallend verschil in onze tijd is de grotere nadruk op individuele vrijheid om autonoom te denken en te beslissen over ethische kwesties. Terwijl ethiek eeuwenlang gebaseerd was op geboden die benadrukten wat men niet moest doen ten opzichte van anderen, is het nu meer een kwestie van bewustzijn. Onze vrijheid als individu wordt niet alleen bepaald door onze handelingen, maar ook door ons vermogen om de behoeften en vrijheden van anderen te begrijpen.

Van gebod naar bewust zijn

De moderne ethische benadering draait niet langer om verboden, maar eerder om de verantwoordelijkheid om vrijheid positief vorm te geven. Dit betekent dat we niet alleen moeten vermijden anderen schade toe te brengen, maar ook actief moeten bijdragen aan het welzijn van anderen, inclusief dieren.
Het bewustzijn van dierenrechten weerspiegelt deze evolutie in ons denken over vrijheid en ethiek. De hedendaagse mens wordt uitgedaagd om vrijheid niet alleen te interpreteren in de context van menselijke relaties, maar ook in relatie tot andere levende wezens. Dit vereist een vertaling van wat vrijheid betekent voor dieren, waarbij we erkennen dat zij ook een vorm van autonomie en recht op een waardig bestaan hebben.

Ethisch handelen

De roep om dierenrechten is niet slechts een uitbreiding van de eeuwenoude ethiek; het is een paradigmaverschuiving die getuigt van onze groei als samenleving. Het is een oproep tot empathie, begrip en mededogen, en het benadrukt dat vrijheid niet beperkt mag blijven tot één specifieke groep, maar een universeel concept is dat voor alle bewuste wezens geldt.
Terwijl we onze reis voortzetten naar een meer ethisch bewuste samenleving, moeten we de lessen van de geschiedenis koesteren en tegelijkertijd onze definitie van vrijheid uitbreiden. Het erkennen van de rechten van dieren is niet alleen een ethische verplichting, maar ook een teken van vooruitgang in onze collectieve zoektocht naar vrijheid, evenwaardigheid en liefde voor alle levende wezens op onze planeet.

Concreet

Ik ben van mening dat we anders moeten spreken over de noodzaak om dieren serieus te nemen. Niet meer vanuit het loze begrip "intrinsieke waarde", maar vanuit het enige ethische principe dat geldt: "doe niet een ander wat jij niet wilt dat jou geschiedt". Stop dus met het gevangen houden van dieren en stop met het eten daarvan. Laten we met zijn allen kijken hoe we onze samenleving volgens dit principe kunnen inrichten.

02 januari 2024

Artificial Intelligence en dierenrechten

Een "dialoog" met chatGPT over dierenrechten en gelijkwaardigheid

 

Bert Stoop

Welke filosoof of schrijver maakte zich het meest sterk voor het gelijkwaardig behandelen van andere levende wezens?

ChatGPT

Peter Singer, een Australische ethicus en filosoof, staat bekend om zijn sterke pleidooi voor het gelijkwaardig behandelen van andere levende wezens. In zijn boek "Animal Liberation," dat in 1975 werd gepubliceerd, bracht Singer de problematiek van dierenrechten onder de aandacht en argumenteerde hij dat dieren dezelfde morele overweging verdienen als mensen. Hij baseert zijn ethische standpunt op het principe van gelijke consideratie van belangen, waarbij hij stelt dat het niet relevant is of een wezen menselijk is, maar eerder of het de capaciteit heeft om te lijden en plezier te ervaren. Singer heeft sindsdien veel bijgedragen aan het ethische debat over de behandeling van dieren.

Bert Stoop

Dat vind ik een opmerkelijk antwoord, want Singer pleitte er voor om dieren die meer op mensen lijken dan andere dieren meer en eerder rechten te geven dan dieren die helemaal niet op ons mensen lijken. Dat vind ik geen voorbeeld, eerder een vorm van speciësisme.

ChatGPT

Je hebt gelijk, en ik waardeer de verduidelijking. Peter Singer heeft inderdaad een hiërarchie voorgesteld waarin hij meer morele waarde toekent aan wezens met een hoger bewustzijnsniveau. Dit kan inderdaad worden gezien als een vorm van discriminatie op basis van cognitieve vermogens, wat niet noodzakelijkerwijs strookt met het idee van gelijkwaardigheid van alle levende wezens.

Als je zoekt naar een filosoof die zich sterker heeft uitgesproken voor het gelijkwaardig behandelen van alle levende wezens, ongeacht hun cognitieve vermogens, dan zou Tom Regan een interessante figuur zijn om te verkennen. Regan was een Amerikaanse filosoof die bekend stond om zijn standpunt dat dieren inherent waarde hebben en onafhankelijke rechten bezitten. Hij pleitte voor het respecteren van de inherente waarde van individuele dieren, ongeacht hun bruikbaarheid voor menselijke doeleinden.

Bert Stoop

Wederom een opmerkelijk voorbeeld. Tom Regan wilde dierenrechten baseren op intrinsieke waarde. Iedere zandkorrel in het strand heeft een intrinsieke waarde. Hoe kan zo'n concept mensen motiveren om dieren beter te handelen en ervoor te zorgen dat zij een leven kunnen leiden dat bij hen past?

ChatGPT

Je hebt een geldig punt. Het concept van intrinsieke waarde, zoals door Tom Regan voorgesteld, kan inderdaad abstract lijken en het kan moeilijk zijn om het direct te vertalen naar concrete motivaties voor mensen om beter met dieren om te gaan. Regan's argument was gebaseerd op het idee dat dieren een inherente waarde hebben, vergelijkbaar met mensen, en daarom bepaalde morele rechten moeten genieten.

Voor velen kan echter een pragmatischer benadering effectiever zijn bij het bevorderen van dierenwelzijn. Filosofen en activisten zoals Gary Francione hebben een benadering gevolgd die gericht is op het verminderen van het lijden van dieren door een veganistische levensstijl te bevorderen en te pleiten voor een afschaffing van alle vormen van dierenexploitatie.

In plaats van te focussen op de abstracte intrinsieke waarde van dieren, richten deze benaderingen zich op concrete stappen die individuen kunnen nemen om het lijden van dieren te verminderen, zoals het vermijden van dierlijke producten, het ondersteunen van ethische behandeling van dieren in de landbouw en het bevorderen van dierenwelzijnswetten. Het benadrukken van praktische acties kan vaak effectiever zijn om mensen te motiveren tot verandering.

Bert Stoop

Je zou kunnen stellen dat Francione een grondhouding ten aanzien van dieren heeft die betekent dat je ze met rust laat in hun eigen natuurlijke omgeving en dat wij mensen daarvoor zorgen door dieren niet meer te gebruiken voor ons eigen doeleinden, of dat nu voedsel, plezierjacht of gezelschapsdier is.

ChatGPT

Ja, dat is een nauwkeurige samenvatting van de benadering van Gary Francione en andere voorstanders van de abolitionistische visie op dierenrechten. De kern van deze benadering is het idee dat dieren inherent recht hebben op hun eigen leven en dat het ethisch niet gerechtvaardigd is om dieren te gebruiken voor menselijke doeleinden, ongeacht hoe "menselijk" die doeleinden ook mogen lijken.

Dit impliceert inderdaad dat een respectvolle behandeling van dieren inhoudt dat we hen met rust laten in hun natuurlijke omgeving en stoppen met het gebruik van dieren voor voedsel, vermaak, experimenten en andere menselijke behoeften. De focus ligt op het streven naar een wereld waarin dieren niet als middelen voor menselijke doeleinden worden beschouwd, maar waarin ze in plaats daarvan als individuen met intrinsieke waarde worden erkend. Veganisme wordt vaak aangemoedigd als een concrete manier om deze principes in de praktijk te brengen.

Het vermijden van het woord "waarde" kan de discussie zuiverder maken, aangezien het vermijdt dat de indruk ontstaat dat de rechten van dieren afhangen van hun utilitaire of beoordeelde waarde voor mensen. Na een verzoek aan chatGPT om het gebruik van "waarde" te vermijden komt de taalrobot tot de volgende samenvatting van de reden om dierenrechten serieus te nemen. 

"Het integreren van dieren in onze morele overwegingen en hen behandelen met dezelfde waardigheid als wijzelf, is betekenisvol omdat het voortkomt uit een diep respect voor de intrinsieke waardigheid van alle levende wezens. Door dieren een centrale plaats te geven in ons ethisch denken, erkennen we niet alleen hun recht op een zinvol bestaan, maar omarmen we ook het besef dat wij, als bewoners van deze planeet, deel uitmaken van het complexe, onderling verbonden web van het leven. Het gaat niet enkel om het vermijden van wreedheid, maar om het cultiveren van een samenleving waarin empathie, verantwoordelijkheid en harmonie met de natuur leiden tot een welzijn voor alle betrokkenen. Het betrekken van dieren in onze morele cirkel is een oproep tot mededogen, een erkenning van onze gedeelde verantwoordelijkheid voor het behoud van biodiversiteit en het creëren van een leefomgeving waarin zowel mens als dier gedijen met waardigheid intact."

De woorden waarde, waardes, waarderen en waardigheid hebben wel relatie, maar kunnen bij onzorgvuldig gebruik tot misverstanden leiden over wat de kern van dierenrechten is, namelijk vrijheid. Vrijheid is een inherente waarde waar elk levende wezen in de natuur recht op heeft.

Zie ook de chat over het doortrekken van de principes van de Franse Revolutie tot dierenrechten.

08 december 2023

Zijn mensen superieur aan andere wezens?

Samenvatting van een artikel van Titus Rivas

De vraag of mensen superieur zijn aan andere dieren roept discussies op over speciësisme en antropocentrisme. Terwijl antropocentristen de mens als superieur beschouwen vanwege unieke eigenschappen zoals rechtop lopen, erkennen ze dat fysiek gezien andere dieren vaak beter presteren. Mensen onderscheiden zich vooral door hun mentale vermogens, waaronder abstract denken en symbolische talen.

Hoewel dieren psychologisch complexer zijn dan lang gedacht, hebben mensen unieke combinaties van mentale kenmerken. Dit vermogen tot abstract denken heeft concepten als mensenrechten en veganisme mogelijk gemaakt, maar betekent niet automatisch morele superioriteit. Mensen vertonen vaak immoreel gedrag, en het feit dat ze intelligent zijn, maakt het des te schrijnender.

De traditionele christelijke opvatting van de exclusieve spirituele status van de mens wordt betwist. Het idee van spirituele verhevenheid wordt in twijfel getrokken, gezien het gebrek aan mededogen en immoreel gedrag onder mensen.

Hoewel mensen op bepaalde gebieden kunnen uitblinken, benadrukt de auteur dat intrinsieke waarde niet afhankelijk is van functionele vermogens. Alle wezens met en zonder subjectieve ervaringen moeten gelijkwaardig behandeld worden. Het artikel concludeert dat het benutten van ons menselijk potentieel belangrijk is, maar niet betekent dat we intrinsiek superieur zijn aan andere dieren.

Het hele artikel is te lezen op Animal Freedom.

24 oktober 2023

Welke eisen kun je stellen aan een vertegenwoordiger van de Partij voor de Dieren?

Groeipijnen en professionalisering

Nu de PvdD een stabiele partij is geworden en gestaag is gegroeid is de partij niet alleen een aanjaagpartij voor dierenbelangen. De PvdD komt ook in aanmerking voor coalities in besturen. Potentiële kiezers willen daarom weten of zij op andere onderwerpen kunnen rekenen op de PvdD.
Dat betekent dat volksvertegenwoordigers ook kennis moeten hebben van andere thema’s. Wanneer ook de PvdD visie ten aanzien heel gemakkelijk is (of zou zijn) uit te dragen en één op één is te vertalen naar de meeste politieke onderwerpen dan kan de partij doorgroeien en medebeslisser zijn op allerlei terreinen en in alle bestuurslagen.

Effectieve uitgangspunten en visie

Nu nog is uitgangspunt van de PvdD dat dierenbelang zijn terug te voeren op “de intrinsieke waarde” van een dier of een ecosysteem. Dit uitgangspunt brengt niemand veel verder in het aanvoelen hoe we met dieren en politieke besluiten zouden moeten omgaan. Wanneer we de belangen van dieren op hoofdlijnen gelijk stellen aan de uitgangspunten waarop mensenrechten zijn gebaseerd dan wordt het veel gemakkelijker om politiek te bedrijven en voor potentiële kiezers om aan te voelen hoe hun stem zal worden gebruikt.
Mens en dier zijn intrinsiek evenwaardig in hun recht op vrijheid. Met dit als uitgangspunt is het veel gemakkelijker op politiek te bedrijven. Het betekent ook dat het ingrijpende gevolgen heeft. Een grote veestapel louter en alleen om op buitenlandse markten geld te kunnen verdienen is dan uit den boze. Huisdieren houden die daarvoor niet geschikt zijn ook. Geïsoleerde natuurgebieden moeten dan worden verbonden om populaties leefbaar te houden. Dat kan allemaal gemakkelijk wanneer de landbouw minder ruimte in ons land zou innemen. Voor een uitwerking van deze gedachte, zie de website van Animal Freedom.
Voor de democratie en professionalisering binnen de PvdD betekent dit ook dat er veel meer aandacht zou moeten komen voor wie er gekozen worden als volksvertegenwoordiger en of specialisten op belangrijke niet-dierenonderwerpen op een verkiesbare plaats op de lijst staan. Vertegenwoordigers in de Tweede Kamer moeten samen een zo groot spectrum van onderwerpen kunnen bestrijken. Hoe te pleiten voor dierenbelangen is niet zo moeilijk aan te leren en af te stemmen. Deskundigheid op andere terreinen zou iemand al moeten hebben.

Wie gaat de partij leiden?

Ook moet er een heldere procedure zijn voor het aanwijzen van een partijleider. Een partijleider kan in principe ieder PvdD lid zijn zo lang maar het ledencongres het laatste woord heeft. Het ligt voor de hand om de lijsttrekker voor deze functie te kiezen onder de voorwaarde dat het partijleiderschap bij nieuwe verkiezingen weer geëvalueerd wordt en opnieuw wordt vastgesteld.

Doelen

De naam van de Partij voor de Dieren is zo gekozen omdat elk politiek besluit wordt bekeken naar de gevolgen die het heeft voor de (vrijheid van alle) dieren. Het zou er niet om moeten gaan dat de PvdD meewerkt aan beleid dat onze huizen en de stallen met dieren overbevolkt blijft houden. Wanneer mensen geen vlees meer eten van dierlijke afkomst dan is al veel leed beëindigd. Het meewerken aan het ontwikkelen en promoten van vleesvervangers is een logische manier om het aantal dieren te verkleinen dat onder onnatuurlijke omstandigheden leeft.

10 oktober 2023

PvdD kan dierenrechten op een begrijpelijkere manier bepleiten

Eenheid in het behandelen van mens en dier

De Partij voor de Dieren heeft na wat interne schermutselingen haar koers bijgesteld. Het zou mooi zijn wanneer er bij het werken aan de belangen van dieren en mensen eenzelfde uitgangspunt zou worden gehanteerd.

Op de website van de PvdD spreekt de partij over een rechtvaardige samenleving voor mensen en over dierenrechten.
Vreemd in mijn ogen is dat de PvdD beide doelen niet op hetzelfde principe (vrijheid) baseren, maar voor dieren een niet te volgen en loos uitgangspunt (intrinsieke waarde) neemt.
Voor een uitleg van de kritiek op intrinsieke waarde als keuze voor dierenrechten, klik hier.

Op de website van de PvdD de volgende teksten.
“De Partij voor de Dieren is voor een rechtvaardige samenleving.
De Partij voor de Dieren staat voor een samenleving waarin iedereen vrij kan leven, zolang die vrijheid niet ten koste gaat van anderen. Gelijke behandeling van iedereen is een grondrecht en een voorwaarde voor een samenleving waarin iedereen zich thuis voelt.”

De Partij voor de Dieren vindt dat dieren rechten moeten krijgen.
“Wij streven naar een versterking van de morele en juridische status van dieren in Nederland, door middel van erkenning van dieren als wezens met bewustzijn en gevoel. Dieren in Nederland worden voor de wet nu nog als dingen beschouwd. Wij willen bewerkstelligen dat dit niet langer het geval is en dat de intrinsieke waarde van het dier uitgangspunt wordt. Wij vinden dat op nationaal niveau de rechten van dieren in de Grondwet moeten worden vastgelegd en dat de bescherming van dieren in een zelfstandige dierenbeschermingswet moet worden gewaarborgd.”
Tot zover de website van de PvdD.

Heldere taal

Deze hele tekst zou veel meer zeggingskracht kracht hebben wanneer de zin “dat de intrinsieke waarde van het dier uitgangspunt wordt”, wordt vervangen door "dat de vrijheid van het dier uitgangspunt wordt".
Pas dan wordt het logisch (en kinderlijk eenvoudig te volgen) om de intensieve veehouderij af te willen schaffen en te willen bevorderen dat mensen stoppen met vlees eten. Vervolgens kan met de vrijgekomen landbouwgronden de nu geïsoleerde natuurgebieden met elkaar worden verbonden en blijft er ook voldoende ruimte vrij om meer mensen te huisvesten.
"Waar een wil is, is een weg".

Terzijde: wie leidt de partij?

Bij de PvdD zijn de leden (op het congres) in theorie de baas, maar er is geen procedure om de partijleider te kiezen, te evalueren of af te zetten. Dat leidt tot populisme en maakt het vrijwel onmogelijk om weeffouten in de organisatie en in de filosofie (uitgangspunten) te corrigeren.

"De duivel zit in de details" en "Mensen struikelen niet over bergen, maar over molshopen". Onderschat niet hoe kleine, schijnbaar onbelangrijke zaken van invloed kunnen zijn op het succes van een politieke stroming.

Samengevat en conclusie

Dieren, zoals alle levende wezens, hebben een inherent of intrinsiek recht op vrijheid. Dit recht op vrijheid betekent dat dieren niet zonder goede reden mogen worden beperkt in hun natuurlijke gedrag en leefomgeving. Het is onze morele verantwoordelijkheid om ervoor te zorgen dat dieren niet onnodig worden opgesloten, beperkt of gebruikt voor menselijk gemak of vermaak. In een rechtvaardige samenleving moeten we streven naar een harmonieuze balans waarin zowel mensen als dieren in vrijheid kunnen leven en gedijen.

29 september 2023

Drie hoofdwegen om dierenleed te verminderen

Dierenwelzijn en principes

In een wereld waarin steeds meer aandacht wordt besteed aan dierenwelzijn en er steeds minder ruimte is voor dieren in het wild, zijn er verschillende benaderingen ontstaan om dierenleed in de veehouderij te verminderen. Dit artikel belicht drie belangrijke wegen die we kunnen bewandelen om een positieve impact te hebben op het leven van dieren.

  1. Op basis van het recht op vrijheid pleiten voor een vleesloze toekomst

    De eerste benadering richt zich op het fundamentele recht op vrijheid van dieren. Voorstanders van deze aanpak redeneren dat het houden en slachten van dieren voor voedselproductie indruist tegen dit recht. Ze pleiten voor een geleidelijke overgang naar diervriendelijke voedselalternatieven, zoals plantaardige diëten. Dit vereist een bewustwording van de morele implicaties van onze voedselkeuzes en de bereidheid om te evolueren naar een samenleving waarin dierenleed door voedselproductie wordt geminimaliseerd.
    Deze weg van geduld wordt onder anderen bewandeld door de Stichting Animal Freedom.

  2. Op basis van de intrinsieke waarde van dieren streven naar een respectvolle behandeling

    Een tweede benadering baseert zich op het idee dat dieren intrinsieke waarde bezitten en recht hebben op een goed leven. Hierbij ondersteunen voorstanders veehouders die streven naar diervriendelijke praktijken. Ze pleiten voor humane slachtmethoden en de bescherming en ondersteuning van dierenwelzijn gedurende hun hele leven. Deze aanpak vereist dat we als samenleving de normen voor dierenverzorging verhogen, de veestapel verkleinen en ethische overwegingen bij consumptie aanmoedigen. Dit pad is geschikt voor mensen die er geen been inzien om van het ene dier te houden en het andere dier op te eten.
    Deze snelle weg wordt bewandeld door de dierenwelzijnscoalitie.

  3. Op basis van plantaardige alternatieven vlees uitbannen

    De derde weg om dierenleed te verminderen omvat de ontwikkeling van plantaardige vleesvervangers en veganistische producten. Dit innovatieve pad richt zich op het verminderen van de vraag naar dierlijke producten door consumenten aantrekkelijke en smakelijke alternatieven te bieden. Door stapsgewijs traditionele vleesgerechten te vervangen door veganistische opties, kunnen we een positieve verschuiving teweegbrengen in de voedselindustrie en het dierenwelzijn verbeteren.
    Deze pragmatische weg wordt onder anderen bewandeld door de Vegetarische Slager en Those Vegan cowboys.

    Vleesvervangers kunnen ook gemaakt worden op basis van vlees ontwikkeld uit dierlijke stamcellen. Vooralsnog duur, maar er is geen ethisch bezwaar.

De kracht van het nemen van verantwoordelijkheid

Dierenwelzijn hangt nauw samen met de keuzes die we maken als individuen en als samenleving. Door te erkennen dat er verschillende wegen zijn om dierenleed te verminderen, kunnen we bewuster kiezen hoe we met dieren omgaan. Het is aan ons om na te denken over onze voedselkeuzes, over hoe veehouders te begrenzen die dieronvriendelijke praktijken omarmen, en als samenleving plantaardige alternatieven te ondersteunen. Samen kunnen we bijdragen aan een wereld waarin dieren met respect en mededogen worden behandeld, en waarin hun welzijn centraal staat in onze beslissingen.

Wat is effectief en duurzaam?

Het moge duidelijk zijn dat alleen de eerste hoofdweg zowel dierenwelzijn als dierenrechten behelst. Door de samenleving en ons voedselsysteem in te richten op basis van vrijheid slaan we het pad in van stoppen met het gebruiken van dieren en een deel van de vrijgekomen ruimte toewijzen aan dieren die van nature al vrij leven in de natuur. We hoeven dan alleen nog maar na te denken over waar de grenzen van onze eigen vrijheid liggen en deze te bewaken.

23 september 2023

Beleid toetsen op de gevolgen voor dieren

Beleidsplannen en dierenrechten: het beoordelen van vrijheid als kritieke maatstaf

In een wereld waarin het welzijn van dieren steeds meer erkenning krijgt, is het beoordelen van beleidsplannen op mogelijke inbreuken op dierenrechten een cruciale taak voor politici. Niemand wil het welzijn van een dier onnodig schaden door een dier pijn te doen. Is het welzijn van een dier voldoende beschermd met een dierenrecht dat gebaseerd is op het begrip "intrinsieke waarde"? Die intrinsieke waarde van dieren kan niet concreet gemaakt worden, maar een benadering gebaseerd op het recht op vrijheid biedt een helderder en effectiever raamwerk voor beleidsbeoordeling.

De intrinsieke waarde van dieren: een vaag en complex begrip

Het concept van de intrinsieke waarde van dieren, zoals verankerd in de wet Dieren, erkent dat dieren waarde hebben los van hun instrumentele waarde voor de mens. Hoewel dieren opnemen in de wet een belangrijke stap is naar de bescherming van dierenrechten, roept het begrip ook vragen op over de praktische toepassing ervan. Dieren worden massaal opgesloten in stallen. Is met die opsluiting hun intrinsieke waarde geweld aangedaan? Een dierenbeschermer zou dat meteen beamen, maar overtuigt hij daarmee voor een rechter van het ongelijk van de intensieve veehouder. De praktijk laat zien dat een intensieve veehouder de intrinsieke waarde van dieren ruimhartig kan erkennen, maar dat er geen motivatie vanuit gaat om zijn dieren in de wei te laten lopen of voor de sector om mee te werken aan het verkleinen van de veestapel.

Het fundamentele belang van vrijheid

Waarom baseren we dierenrechten niet op de zelfde basis als mensenrechten? Kernbegrippen bij mensenrechten zijn vrijheid en gelijkheid. Deze begrippen zijn door te trekken naar dieren. Alle diersoorten hebben het recht om zich vrij te kunnen gedragen in natuurlijke omstandigheden.
Een benadering gebaseerd op het recht op vrijheid biedt een heldere en praktische manier om beleidsplannen te beoordelen op hun impact op dierenrechten. Dit benadrukt het idee dat zowel mensen als dieren intrinsiek evenwaardig zijn in hun recht op vrijheid. Dit betekent dat bij de beoordeling van een beleid gelijktijdig moet worden gekeken naar de gevolgen voor de vrijheid van de mens als voor de gevolgen voor de vrijheid voor het dier. Gezocht moet worden naar een win-win situatie. In de praktijk zal dat vaak betekenen dat er grenzen worden gesteld aan de bewegingsvrijheid van het dier. Niet door het dier op te sluiten, maar uit te sluiten van daar waar het schade kan berokkenen.

Hoe zit het met mededogen en empathie voor dieren en veehouders?

Mee kunnen voelen met wat de gevolgen zijn van beleidsverandering en politieke beslissingen is een groot goed. Een dier dat lijdt, roept ogenblikkelijk een emotionele reactie op bij een mens, hopelijk zet het ook aan tot actie. Lastiger wordt het wanneer het lijden van een dier niet direct zichtbaar is of we het lijdende dier niet sympathiek vinden. Hebben die minder gewaardeerde dieren minder recht op onze steun? Hebben zij geen dierenrechten?

Hoe beleidsplannen te beoordelen?

Politici kunnen beleidsplannen beoordelen op hun impact op dierenrechten door de volgende stappen te volgen.

  1. Identificeer beleidsplannen. Eerst moeten politici de beleidsplannen identificeren die invloed kunnen hebben op dieren en hun vrijheid. Vergelijk het met de MER, een milieu effect rapportage.
  2. Vrijheidsbeoordeling. Voer een grondige beoordeling uit van hoe elk beleidsplan de vrijheid van dieren en mensen kan beïnvloeden. Dit kan variëren van landbouwpraktijken en dierentuinbeheer tot natuurbescherming en stadsontwikkeling, etc..
  3. Overleg en deskundig advies. Politici moeten overleg plegen met dierenrechtenorganisaties, deskundigen op het gebied van dierenwelzijn en andere belanghebbenden om een uitgebreid begrip te krijgen van de potentiële gevolgen van het beleid.
  4. Transparante beoordeling. Het proces van beleidsbeoordeling moet transparant zijn, zodat het publiek kan begrijpen hoe beslissingen worden genomen en waarom bepaalde beleidsmaatregelen worden aangenomen. Gaan mensen hun verantwoordelijkheid nemen en worden zij gecontroleerd in de uitvoering?
  5. Duurzaamheid. Is de oplossing die gezocht is voor een probleem duurzaam? Oplossingen moeten draagvlak hebben omdat mensen kunnen snappen dat het ook voor de toekomst relevant is en dat het ook economisch verantwoord is.
  6. Implementatie en handhaving. Een wet is een papieren tijger wanneer deze niet wordt gehandhaafd. Heeft de wetgever rekening gehouden met de uitvoerbaarheid en controleerbaarheid van nieuw beleid of regelgeving?


Het gelijktijdig streven naar vrijheid voor mens en dier

Een beleidsaanpak die streeft naar het vergroten van de vrijheid van zowel mens als dier is een positieve stap in de richting van een rechtvaardigere en evenwaardigere samenleving. Het erkent dat vrijheid een dynamisch begrip is dat voortdurende reflectie en overleg vereist. Het doet recht aan de manier waarop de grondrechten van de mens zijn geformuleerd. Die grondrechten kunnen een op een worden doorgetrokken naar dieren. Ook dieren waarmee we ons moeilijk kunnen identificeren of die we kunnen invoelen hebben gelijke rechten. Er mag best van tijd tot tijd (in het kader van voortschrijdend inzicht) discussie zijn over wat de gevolgen voor de vrijheid van mens en dier van beleidsmaatregelen zijn. Dat past bij de veranderlijkheid van het concept vrijheid, maar die discussie mag niet oneindig worden gerekt om de maatregelen tegen te houden. Daarvoor moeten instanties worden aangewezen die transparante protocollen volgen om de discussie over vrijheid te beslechten. Voor de verdediging van de vrijheid van dieren moeten capabele mensen worden aangesteld, waarvan de integriteit en belangeloosheid niet ter discussie staat.

Voordelen van vrijheid als maatstaf

Het beoordelen van beleidsplannen op basis van vrijheid heeft meerdere voordelen.

  • Duidelijkheid. Het biedt een helder en objectief kader voor beleidsbeoordeling.
  • Evenwaardigheid. Het benadrukt de intrinsieke evenwaardigheid van mens en dier in hun recht op vrijheid.
  • Flexibiliteit. Het stimuleert een open en voortdurend gesprek om rekening te houden met van tijd tot tijd veranderende normen en waarden in uitingsvorm, niet in de basis.

Conclusie

Het beoordelen van beleidsplannen op hun impact op de vrijheid van mens en dier is een essentiële taak voor politici. Het zorgt voor een duidelijke en rechtvaardige benadering van dierenrechten en draagt bij aan een wereld waarin vrijheid en evenwaardigheid voor alle levende wezens worden gewaardeerd en beschermd. Door deze benadering te omarmen, kunnen politici effectiever bijdragen aan een rechtvaardige en evenwaardige samenleving voor mens en dier. En een beter ingerichte samenleving is ook leefbaarder voor mens en dier. De kwaliteit van leven en het welzijn voor mens en dier groeit.

30 augustus 2023

Dierenrechten baseren op lijden of op vrijheid?

Anders geformuleerd, beter begrepen?

Wanneer dieren zichtbaar (kunnen) lijden roept dat bij ons compassie op. Dit heeft in mijn ogen te weinig relevantie voor dierenrechten. Die zouden op gelijke basis voor alle dieren moeten gelden.
Dierenrechten zijn mensenrechten. Mensen zouden legaal moeten worden ondersteund wanneer zij opkomen voor dieren die onrecht wordt aangedaan. Ook wanneer zij geen direct belang bij het lijdende dier hebben.
Mens en dier zijn intrinsiek evenwaardig in het recht op vrijheid.

Heeft intrinsieke waarde wel inhoud?

Met deze drie statements maak ik graag een nuancering bij de heersende opvattingen in de wereld van mensen die opkomen voor dieren. Ik ben van mening dat te vaak het paard achter de wagen wordt gespannen en dat mensen die zich opwerpen als dierenbeschermers zich soms naïef met een kluitje in het riet laten sturen. Toen in de 80-er jaren van de vorige eeuw de eerste protesten in de samenleving opkwamen tegen de bio-industrie kwam een ambtenaar op het idee om te verklaren dat dieren intrinsieke waarde oftewel eigenwaarde hebben. Dat begrip is vervolgens door vriend en vijand van de bio-industrie omarmd, in mijn ogen omdat elke partij een vertaling projecteerde op het begrip dat paste in het eigen kader en frame. Een intrinsieke waarde is een waarde die per definitie valt buiten het menselijke voorstellingsvermogen. Een boer met bio-industrie kan dit begrip dus veilig omarmen om vervolgens dieren te behandelen zoals hij zelf wil. Menig dierenrechtenactivist heeft aan de grote mate van instemming de valse hoop opgevat dat er vervolgens veel ten goede zal veranderen wanneer het begrip in de wet wordt opgenomen. Quod non. Beter ten halve gekeerd, dan ten hele gedwaald.
Dus voor het juiste begrip: zichtbaar en vermeend lijden roept compassie op; mens en dier zijn qua gevoelens verschillend, maar op één vlak evenwaardig, namelijk in het recht op vrijheid; en het recht op vrijheid is intrinsiek aan alle levende wezens door de natuur meegegeven.

Welke rechten hebben boerderijdieren?

Deze dieren horen (geformuleerd volgens Brambell) te zijn:
1.    vrij van dorst, honger en onjuiste voeding;
2.    vrij van fysiek en thermaal ongerief;
3.    vrij van pijn, verwonding en ziektes;
4.    vrij van angst en chronische stress;
5.    vrij om hun natuurlijke gedrag te vertonen.

De eerste vier vrijheden worden in de bio-industrie nog wel met wat goede wil voor de meeste dieren gehaald. Dat is ook in belang van de veehouder. De vijfde: -vrijheid om natuurlijk gedrag te kunnen vertonen- kost de veehouder in de bio-industrie te veel geld en wordt in de verste verte niet gehaald en domweg genegeerd. Terwijl de meeste dieren in de stal snel groeien en jong naar de slacht gaan, heeft het gebrek aan vrijheid om zich natuurlijk te gedragen, toch zijn negatieve invloed op het dierenwelzijn ondanks dat het de eerste vier vrijheden geniet.

Het is treffend dat de rechten van boerderijdieren wel geformuleerd worden in termen van vrijheid maar in de wet Dieren niet simpelweg worden samengevat in “dieren hebben recht op vrijheid”, maar als "dieren hebben een intrinsieke waarde". Dit is des te vreemder omdat we vrijheid en gelijkheid voor ons mens zelf wel opeisen. Dit alles in de geest van de Franse Revolutie: vrijheid, gelijkheid en broederschap. Voor mij is dit motto het beste samengevat als “mens en dier zijn intrinsiek evenwaardig in het recht op vrijheid”. Dat gaat dieper dan een taalkwestie, omdat erkenning hiervan een ander gedrag vereist. Broederschap met dieren zouden we kunnen tonen door de samenleving en het landschap zo in te richten dat dieren vrij kunnen bewegen door het landschap (niet door de landbouwgewassen en de moestuinen natuurlijk) en dat vee naar buiten kan in de wei. De meest directe consequentie die we zouden moeten trekken om meer dieren een natuurlijk leven te geven is door een krimp in te zetten van de veestapel. Dit omdat 70-80% van de dieren worden gehouden voor de export en er dus geen enkel direct belang is om de eigen bevolking te voeden. Weliswaar kunnen wij mensen uitstekend leven zonder dierlijk voedsel, maar het argument dat mensen nu eenmaal vlees willen eten uit hardnekkige gewoonte vraagt enig geduld in de voedseltransitie.

Laten we constructief kritisch blijven

Een van de bekendste voorvechters van dierenrechten is Peter Singer. Ik ben het in grote lijnen met de opvattingen van Peter Singer eens. Wat ik merkwaardig vind is dat hij zijn boeken de titel meegeeft "Dierenbevrijding", maar dat hij dierenrechten niet baseert op het recht op vrijheid, maar op de mate waarin ze kunnen zichtbaar (kunnen) lijden. Dat werkt discriminatie tussen diersoorten in de hand. 

In september 2023 kwam zijn nieuwste boek uit waarin hij zijn voornaamste opvattingen nog eens op een rijtje zet.

Animal Liberation Now

Zie ook het interview in de Volkskrant over zijn opvattingen en boek.

24 augustus 2023

Vrijlaten van dieren als blijk van compassie

Inleiding

Liefde, in al haar vormen, is een kracht die de basis vormt van menselijke relaties en onze band met de natuurlijke wereld om ons heen. Het idee dat liefde wordt gekenmerkt door het vermogen om elkaar vrij te laten, strekt zich niet alleen uit tot menselijke relaties, maar ook tot onze interacties met dieren.

De essentie van ware liefde

Ware liefde gaat verder dan eigendom of controle; het draait om wederzijds respect, begrip en empathie. Dit geldt zowel voor menselijke relaties als voor onze verhouding tot dieren. Liefde voor dieren omvat het erkennen van intrinsieke behoeften en hun natuurlijke gedrag. Ware liefde voor dieren betekent om hen vrij naar hun eigen aard te laten leven, hen in staat te stellen hun natuurlijke omgeving te verkennen en te ervaren, en ze niet te beperken tot menselijke voorwaarden.

Vrijheid als uiting van compassie

Het vrijlaten (N.B. niet illegaal bevrijden of loslaten) van dieren is een daad van compassie en respect voor hun eigenheid. Dieren hebben net als mensen hun eigen instincten, gedragingen en behoeften die in hun natuurlijke omgeving tot uiting komen. Wanneer we dieren gevangen houden, beteugelen we deze natuurlijke uitdrukkingen, waardoor ze fysiek en psychisch lijden. Het vrijlaten van dieren is een uiting van mededogen; het erkent hun inherente recht om te leven volgens hun eigen aard en in vrijheid in een natuurlijke omgeving.

Evenwaardigheid in vrijheid

Het concept van intrinsieke evenwaardigheid tussen mens en dier in hun recht op vrijheid is gebaseerd op het besef dat alle levende wezens een plaats in deze wereld delen en dat ieder individu respect en vrijheid verdient. Het recht op vrijheid is niet exclusief voorbehouden aan mensen; het is een universeel principe dat dieren evenzeer omvat. Ongeacht de soort hebben dieren het recht om te floreren en te leven in harmonie met hun omgeving, zonder onderworpen te worden aan onnodige beperkingen. Uiteraard mogen wij dieren grenzen opleggen wanneer ze anders onze vrijheid zouden schenden en schaden. Ongedierte scherm je af van je huis en jouw voedsel.

Een veranderende samenleving

Het zou mooi zijn wanneer onze samenleving evolueert naar een dieper begrip van onze relatie met dieren en de verantwoordelijkheden die hiermee gepaard gaan. Meer mensen zouden mogen erkennen dat liefde voor dieren betekent dat we ze respecteren en vrijheid gunnen. Initiatieven voor dierenwelzijn, natuurbescherming en bewustwording dragen bij aan een groter bewustzijn van de noodzaak om dieren met compassie te behandelen en hun vrijheid te respecteren.

Conclusie

Ware liefde voor dieren gaat hand in hand met het vermogen om ze vrij te laten. Dit weerspiegelt ons begrip van de universele rechten op vrijheid en een waardig leven. Het idee dat mens en dier evenwaardig zijn in hun recht op vrijheid versterkt ons vermogen om als medebewoners van deze planeet in harmonie te leven. Liefdevol vrijlaten is niet alleen een gebaar van vriendelijkheid; het is een krachtige daad van mededogen die ons allen ten goede komt.

Meer lezen?

Wie meer wil lezen over vrijheid als grondrecht voor dieren, klik hier.
Wie meer wil lezen over ware liefde, klik hier.
Wie meer wil lezen over wat evenwaardigheid tussen mens en dier wel en niet inhoudt, klik hier.
Wie meer wil lezen over wat intrinsieke waarde van een dier wel of niet inhoudt, klik hier.
Wie meer wil lezen over vrijheid en liefde in de relatie met dieren, klik hier.

31 mei 2023

Verschuivende basisnormen in onze perceptie van biodiversiteit

In de natuur observeren we verschillende planten en vogels, maar vooral onze perceptie van de gevederde wezens is onderhevig aan een fenomeen dat je zou kunnen omschrijven als "verschuivende basisnormen" (shifting baselines). Dit fenomeen houdt in dat onze referentiepunten en normen voor wat als normaal of gebruikelijk wordt beschouwd, geleidelijk veranderen in de loop van de tijd. Met betrekking tot vogels heeft deze verschuiving invloed op hoe we biodiversiteit waarnemen en begrijpen, met name in relatie tot de afname van vogelsoorten die afhankelijk zijn van insecten.

Verschuivende basisnormen en cultuurvolgers

In onze moderne wereld zijn cultuurvolgers, zoals mussen, duiven, meeuwen, kraaien, eksters, roeken en kauwtjes prominent aanwezig in stedelijke en landelijke gebieden. Ze hebben zich aangepast aan menselijke omgevingen en gedijen goed in de nabijheid van menselijke activiteiten. Deze vogels worden als normaal beschouwd en vormen (zeker voor jongeren) de nieuwe basisnorm voor vogels in stedelijke gebieden. Echter, deze cultuurvolgers zijn slechts een klein deel van de vogelpopulatie en hun aanwezigheid kan de aandacht afleiden van de afname van vogelsoorten die leven van insecten.
Jongeren die de natuur niet kennen zoals ouderen die beleefden in hun jeugd zullen niet snel begrijpen wat de zorgen zijn van ouderen. Immers insecten zijn vaak irritant en kunnen overlast geven.Vlinders zijn voor iedereen mooi en aantrekkelijk, maar wie weet nog hoe vaak die vroeger voorkwamen? Hoe kan een kind weten dat vlinders eerst vraatzuchtige rupsen waren voordat ze zich verpopten?
Het wonder van de positieve transformatie van rups tot vlinder staat in schril contrast tot de onzichtbare band tussen het teloorgaan van vitale ecosystemen en achteruitgang van de volksgezondheid.
Veel akkerbouwgebieden zien er door gewasbescherming onberispelijk uit. Een reeks aangevreten planten of door dieren omgewoeld gebied ziet er chaotisch uit. Een monotoon groen grasveld of vlaktes in verschillende groentinten roepen niet direct vraagtekens op of het wel zo natuurlijk is.

Achteruitgang van insectenetende vogels

Vogels die zich voornamelijk voeden met insecten, zoals gierzwaluwen en vliegenvangers hebben de afgelopen decennia aanzienlijke achteruitgangen in populaties gekend. Deze afname is gedeeltelijk te wijten aan het overmatig gebruik van gewasbeschermingsmiddelen. Ondanks deze zorgwekkende trend zijn we geneigd om het verlies van deze vogels als minder significant te beschouwen, omdat onze basisnormen zijn verschoven naar een omgeving waarin cultuurvolgers de overhand hebben. Cynisch genoeg komen die vogels ook voor dichtbij stallen omdat juist op het boerenerf rommelige omstandigheden gunstig zijn zoals rondzwervend afval, mestresten en voedsel die insecten aantrekken. In de monotone graslanden even verderop zijn de insecten etende grondbroeders vaak verdwenen. In hun plaats zijn de cultuurvolgers gekomen die nestelen in de bomen in de buurt van boeren en burgers.

De impact van verschuivende basisnormen

Het fenomeen van verschuivende basisnormen heeft een directe impact op onze perceptie van biodiversiteit. Het maskeert en vervolgens bagatelliseert de achteruitgang van insectenetende vogels en vermindert de urgentie om maatregelen te nemen ter ondersteuning van hun leefgebieden. Door te erkennen dat onze perceptie is veranderd en dat we ons bewust moeten worden van de gevolgen van deze verschuiving, kunnen we stappen ondernemen om de biodiversiteit te behouden en te herstellen.

Een vitaal ecosysteem

Een vitaal ecosysteem is van cruciaal belang voor het voortbestaan van alle levende wezens, inclusief de mens. Het ecosysteem is een complex web van interacties tussen planten, dieren, micro-organismen en hun omgeving. Het belang ervan kan op verschillende manieren worden beschreven.

  1. Biodiversiteit en veerkracht. Een vitaal ecosysteem is rijk aan biodiversiteit, wat verwijst naar de verscheidenheid aan planten, dieren en micro-organismen die in een bepaald gebied leven. Biodiversiteit is essentieel voor het handhaven van de veerkracht van het ecosysteem. Een divers ecosysteem kan beter omgaan met veranderingen en verstoringen, zoals klimaatverandering, plagen of ziektes. Het verlies van biodiversiteit kan leiden tot een verzwakking van het ecosysteem en het verminderen van de veerkracht.
  2. Ecologische diensten. Een vitaal ecosysteem levert belangrijke ecologische diensten aan de mensheid. Dit omvat de levering van schoon water, de bestuiving van gewassen door insecten, de regeneratie van bodems, de regulering van het klimaat, de zuivering van lucht en de bestrijding van ziektes. Deze diensten zijn van vitaal belang voor onze welvaart, gezondheid en kwaliteit van leven.
  3. Voedselzekerheid. Een vitaal ecosysteem is de basis voor voedselzekerheid. Het biedt de natuurlijke hulpbronnen en processen die nodig zijn voor landbouw, visserij en veeteelt. Het behoud van gezonde ecosystemen is essentieel om een duurzame voedselproductie te waarborgen en hongersnood te voorkomen.
  4. Klimaatregulatie. Ecosystemen spelen een cruciale rol bij het reguleren van het klimaat. Bossen nemen bijvoorbeeld grote hoeveelheden koolstofdioxide op, wat helpt bij het verminderen van de concentratie van broeikasgassen in de atmosfeer en het matigen van klimaatverandering. Het behoud en herstel van ecosystemen is daarom essentieel in de strijd tegen klimaatverandering.
  5. Culturele waarde en welzijn. Een vitaal ecosysteem heeft ook een intrinsieke waarde. Het biedt ruimte voor recreatie, esthetisch genot en culturele activiteiten. De natuurlijke omgeving speelt een belangrijke rol in ons welzijn en heeft een therapeutisch effect op onze fysieke en mentale gezondheid.

Kortom, een vitaal ecosysteem is van vitaal belang voor het in stand houden van het leven op aarde, het leveren van essentiële diensten aan de mensheid en het bevorderen van welzijn. Het is belangrijk om te streven naar duurzaam beheer en behoud van ecosystemen om deze voordelen te waarborgen voor huidige en toekomstige generaties.

Niet alles valt in geld uit te drukken

Er is een breed scala aan waarden en aspecten van de natuur die niet kunnen worden gereduceerd tot monetaire termen (in geld en winst). Hier zijn enkele voorbeelden.

  • Intrinsieke waarde. Veel mensen geloven dat de natuur intrinsieke waarde heeft, wat betekent dat het waardevol is op zichzelf, los van enige menselijke behoefte of waardering. Deze waarde is moeilijk of onmogelijk om in geld uit te drukken, omdat het gaat om het respecteren en beschermen van het inherente recht van de natuur om te bestaan. 
  • Culturele waarde. Natuurlijke omgevingen, landschappen, biodiversiteit en ecosystemen hebben vaak een diepe culturele betekenis en waarde voor bepaalde gemeenschappen. Deze culturele waarde kan verband houden met spirituele, esthetische, recreatieve of historische aspecten en kan niet volledig in economische termen worden gemeten. 
  • Ecologische waarde. Natuurlijke ecosystemen leveren essentiële diensten aan de planeet en aan menselijke samenlevingen, zoals waterzuivering, klimaatregulatie, bestuiving van gewassen en het behoud van biodiversiteit. Deze ecologische waarde is van vitaal belang voor het voortbestaan ​​en welzijn van zowel de natuur als de mensheid, maar kan niet eenvoudig worden omgezet in monetaire termen. 
  • Gezondheid en welzijn. De natuur heeft een positieve invloed op onze gezondheid en welzijn. Toegang tot groene ruimtes en natuurgebieden kan stress verminderen, fysieke activiteit bevorderen, de mentale gezondheid verbeteren en het algemene welzijn vergroten. Hoewel er economische voordelen kunnen zijn in termen van verminderde gezondheidskosten, kan de intrinsieke waarde van het welzijn dat de natuur biedt niet volledig worden uitgedrukt in geld. 
Het omarmen van een breder begrip van waarde kan leiden tot een meer duurzame en evenwichtige relatie tussen mens en natuur. Zo is het ook met insecten. Alle ruimte omzetten in productie en geen ruimte laten voor schijnbaar vraatzuchtige medeschepselen verstoort een natuurlijke voedselpiramide. Insecten lijken ver van ons af te staan en van levende wezens met gevoel. Toch hebben ook zij recht op vrijheid en op een natuurlijke leefomgeving. Het respecteren daarvan vraagt afzien van een stukje economische activiteit. Het zal u verbazen hoe weinig gevolgen dat heeft voor onze welvaart, maar hoe terughoudenheid des te meer bijdraagt aan ons welzijn.

De schoonheid van balans in een vitaal ecosysteem 

In onze zoektocht naar perfectie en ongerepte tuinen, vergeten we soms dat een vitaal ecosysteem gebouwd is op een delicate balans tussen verschillende levensvormen. Te midden van onze prachtig aangelegde aanplantingen kunnen vraatzuchtige insecten, rupsen en slakken opduiken, klaar om een deel van de koek te nemen of aangevreten achter te laten.

Laten we eens een moment stilstaan bij de waarde van deze schijnbaar 'ongewenste' wezens. Zij vertegenwoordigen een integraal onderdeel van een gezond ecosysteem. Ze dienen als voedselbron voor andere dieren, zoals vogels, egels en kikkers, die op hun beurt bijdragen aan de biodiversiteit. Wanneer we deze vraatzuchtige wezens de ruimte geven om te leven, stellen we ons open voor een fascinerende dans van evenwicht. 

De schijnbaar destructieve handelingen van insecten en slakken hebben een rol in het in stand houden van dit fragiele evenwicht. Ze houden de populaties in toom, voorkomen overbevolking en creëren ruimte voor andere planten- en diersoorten om te gedijen. Ja, onze aanplantingen kunnen soms worden aangetast door vraatzuchtige wezens. Maar laten we niet vergeten dat dit een teken is van een levendig ecosysteem, waarin elk organisme zijn plaats heeft. Door ruimte te geven aan deze processen van aanvreten en groei, omarmen we de ware schoonheid van een vitaal ecosysteem. Laten we de perfectie loslaten en in plaats daarvan streven naar harmonie met de natuur, ook wanneer onze aanplantingen worden aangevreten. 

Door bewust te zijn van het evenwicht in doen en laten ook naar de ver van ons afstaande levende wezens, kunnen we een bijdrage leveren aan het behoud van een evenwichtig ecosysteem en de kostbare biodiversiteit die het herbergt. Laat ons niet enkel streven naar een beeld van perfectie, maar naar een levendige tuin die pulserend leeft in harmonie met de natuur.

Bewustwording en actie

Het begrijpen van verschuivende basisnormen is essentieel om onze perceptie van vogels en biodiversiteit te veranderen. Het vereist bewustwording van de veranderingen die hebben plaatsgevonden en het herstellen van aandacht voor de achteruitgang van insectenetende vogels. 

Door maatregelen te nemen om de habitatkwaliteit te verbeteren, het gebruik van schadelijke bestrijdingsmiddelen (ook bij burgers) te verminderen en bewustzijn te creëren over het belang van biodiversiteit, kunnen we bijdragen aan het herstel van de natuurlijke balans en het behoud van vogelsoorten die afhankelijk zijn van insecten.

12 maart 2023

Van stoïcisme naar effectieve kijk op dierenrechten

Wees niet passief over het lot van dieren

Veel mensen lijken onverschillig over het lot van dieren in de bio-industrie. Onverschilligheid lijkt op stoïcisme, maar is wezenlijk anders. Hieronder een dialoog met chatGPT over het verschil en de relatie met dierenrechten.

Bert Stoop.

Kun je me vertellen wat de stoïcijnse boodschap was van Marcus Aurelius?

ChatGPT.
Marcus Aurelius was een Romeinse keizer en een filosoof uit de Stoïcijnse school van filosofie. Zijn filosofie en boodschap kunnen worden samengevat in zijn beroemde werk "Meditations", dat hij schreef als een persoonlijke reeks notities en reflecties.

De stoïcijnse boodschap van Marcus Aurelius kan worden samengevat in de volgende principes.

  • Wees in het moment. Marcus Aurelius benadrukt het belang van het leven in het huidige moment en het aanvaarden van wat zich voordoet in het leven.
  • Accepteer wat je niet kunt veranderen. Marcus Aurelius adviseert om te leren omgaan met situaties waar je geen controle over hebt en te leren leven met de beperkingen van het menselijk bestaan.
  • Ontwikkel zelfbeheersing. Marcus Aurelius moedigt aan om zelfbeheersing te ontwikkelen, zowel emotioneel als fysiek, om de impulsen en verlangens van het lichaam te beheersen en innerlijke vrede te bereiken.
  • Wees de baas over je gedachten. Marcus Aurelius benadrukt de noodzaak om de eigen gedachten te beheersen en te voorkomen dat negatieve emoties en attitudes de overhand krijgen.
  • Oefen deugdzaamheid. Marcus Aurelius stelt dat deugdzaamheid de basis is van een goed leven, en benadrukt de waarden van eerlijkheid, nederigheid, mededogen, rechtvaardigheid en moed.
  • Leef in overeenstemming met de natuur. Marcus Aurelius bepleit het leven in harmonie met de natuurlijke orde van het universum, en het waarderen van de waarde van alle dingen in de wereld.

De boodschap van Marcus Aurelius is gericht op het ontwikkelen van innerlijke rust, het accepteren van het leven zoals het is, en het streven naar deugdzaamheid en rechtvaardigheid in het dagelijks leven.

Bert Stoop
Dat lijkt op de boodschap die jij ook vaak geeft. Welke filosofen zijn nog meer in lijn met hem?

Ja, dat klopt! Ik ben geprogrammeerd om nuttige en praktische adviezen te geven aan mensen, en veel van deze adviezen sluiten aan bij de filosofie van Marcus Aurelius en de Stoïcijnen.

Er zijn ook andere filosofen die vergelijkbare ideeën hebben ontwikkeld. Enkele van deze filosofen zijn de volgende.

  • Epictetus. Net als Marcus Aurelius was Epictetus een Stoïcijnse filosoof die zich richtte op het beheersen van de eigen gedachten en emoties, en het accepteren van wat we niet kunnen veranderen. Hij benadrukte ook het belang van deugdzaamheid en innerlijke vrijheid.
  • Seneca. Seneca was ook een Stoïcijnse filosoof en een tijdgenoot van Marcus Aurelius. Hij benadrukte het belang van zelfbeheersing, het omgaan met tegenslagen en het vinden van betekenis in het leven.
  • Immanuel Kant. Kant was een Duitse filosoof die zich richtte op ethiek en de menselijke rede. Hij benadrukte het belang van het volgen van morele principes en het streven naar het goede, zelfs als dat niet altijd in ons eigen belang is.
  • Friedrich Nietzsche. Nietzsche was een Duitse filosoof die zich richtte op de zoektocht naar persoonlijke betekenis en waarden in een wereld zonder God. Hij benadrukte het belang van individuele vrijheid, creativiteit en zelfontplooiing.

Deze filosofen hebben allemaal bijgedragen aan ideeën die ons kunnen helpen om ons leven beter te begrijpen en meer vervulling te vinden in onze dagelijkse ervaringen.

Bert Stoop
Prachtig. Welke morele principes waren volgens Kant belangrijk?

Kant's ethische theorie wordt vaak aangeduid als de "deontologische ethiek". Dit is een theorie die zich richt op de morele plichten en verplichtingen die we hebben als mensen, los van de gevolgen van onze acties. Kant stelt dat onze morele verplichtingen voortkomen uit de menselijke rede, en dat we ons moeten richten op het handelen volgens universele en onveranderlijke morele principes.

De belangrijkste morele principes van Kant zijn de volgende.

  • Categorische imperatief. Dit is het centrale concept in Kant's ethische theorie. De categorische imperatief stelt dat we ons altijd moeten richten op het handelen volgens universele en onveranderlijke morele principes, die voor iedereen gelden, in plaats van ons te richten op de gevolgen van onze acties.
  • Handel naar de menselijke waardigheid. Kant stelt dat mensen intrinsieke waardigheid hebben en dat we hen daarom altijd als doel op zichzelf moeten behandelen, en nooit als middel om ons eigen doel te bereiken.
  • Universele wet. Kant's ethiek draait om het idee dat we moeten handelen volgens principes die we zouden willen dat alle mensen zouden volgen. In de woorden van Kant, moeten we handelen alsof onze acties een universele wet zijn.
  • Autonomie. Kant benadrukt het belang van individuele vrijheid en autonomie in ons handelen. We moeten zelf verantwoordelijk zijn voor ons eigen handelen en de keuzes die we maken.
  • Redelijkheid en consistentie. Kant stelt dat we ons handelen moeten beoordelen op basis van de redelijkheid en consistentie van onze principes en onze intenties.

Kant's ethische principes richten zich dus op het belang van universele en onveranderlijke morele principes, die voortkomen uit de menselijke rede en die ons helpen om ons te richten op het bereiken van morele verplichtingen.

Bert Stoop
Ik vind dat de aanbevelingen van Kant ook opgaan voor de manier waarop we met dieren omgaan.

Dat is een interessante opmerking, en inderdaad zijn er ethische stromingen die de morele status van dieren erkennen en betogen dat we dieren op een vergelijkbare manier moeten behandelen als mensen.

Kant zelf was echter niet expliciet gericht op dieren in zijn ethische theorie. Kant stelde dat alleen mensen intrinsieke waardigheid hebben, en dat dieren slechts instrumenten zijn voor het bereiken van menselijke doelen. Hij geloofde wel dat we dieren niet zonder reden wreed of onnodig mogen behandelen, maar dat was meer gebaseerd op ons morele plichten jegens onze medemensen dan op enige inherente morele status van dieren.

Desalniettemin zijn er in de moderne tijd veel filosofen en ethici die betogen dat dieren wel intrinsieke waarde hebben en dat we hen als zodanig moeten behandelen. Dit wordt vaak aangeduid als de "dierenethiek" en er zijn verschillende argumenten voor deze positie. Sommige van deze argumenten zijn gebaseerd op het vermogen van dieren om pijn te voelen en te lijden, of op het idee dat dieren unieke levens hebben die op zichzelf waardevol zijn.

In elk geval is het een interessante kwestie en er is veel discussie over de morele status van dieren en hoe we hen moeten behandelen.

Bert Stoop
Ik weet het, maar ik denk dat van de acceptatie van de intrinsieke waarde van dieren weinig motiverende kracht uitgaat om dieren beter te gaan behandelen. Ik vind het inzicht dat dieren ook recht hebben op vrijheid veel beter mensen duidelijk maakt dat de bio-industrie fout is.

Dat is zeker een interessant perspectief, en inderdaad kunnen verschillende argumenten en inzichten over de morele status van dieren ons op verschillende manieren motiveren om hen beter te behandelen.

Het idee dat dieren recht hebben op vrijheid, en dat we hen niet zonder reden mogen beperken in hun natuurlijke gedrag of omgeving, is een belangrijk aspect van de discussie over de behandeling van dieren. Dit idee sluit aan bij het concept van "dierenrechten", dat betoogt dat dieren intrinsieke rechten hebben die vergelijkbaar zijn met de rechten van mensen.

Het concept van dierenrechten kan zeker een motiverende kracht hebben om de bio-industrie te bekritiseren en dieren beter te behandelen. Door te benadrukken dat dieren intrinsieke rechten hebben en dat we hen niet zonder reden mogen beperken, kunnen we mensen aansporen om meer verantwoordelijkheid te nemen voor de manier waarop we dieren gebruiken en exploiteren.

Uiteindelijk kan het een combinatie zijn van verschillende argumenten en inzichten die ons motiveren om dieren beter te behandelen, en het is belangrijk om open te staan voor verschillende perspectieven en discussies over dit onderwerp.

Bert Stoop
Dank je voor dit wijze antwoord.

Graag gedaan, ik sta altijd klaar om te helpen bij vragen en discussies over filosofie en ethiek!

18 augustus 2019

Wat we kunnen leren van planten

Mensen die zich inzetten voor dierenrechten krijgen weleens de flauwe opmerking “straks moeten we nog planten rechten geven, want planten hebben ook gevoelens”.

Nu is een beetje uitzoomen nooit verkeerd voor het grote plaatje, want de verwarrende details raken uit beeld, maar de moderne, jachtige mens kan wel wat oppikken van planten en bomen als soort. Planten vormen de basis van voedsel voor mens en dier. Planten en bomen in een natuurgebied geven ons de nodige rust waar het ontmoeten van de daarin levende dieren weer voor een ontspannend werkende opwinding zorgt.
We zien ze massaal over het hoofd, en dat is zonde, betoogt bioloog Arjen Mulder in zijn boek "Vanuit de plant gezien".

Dominique Prins schreef in het AD een boekbespreking. Hier de belangrijkste lessen.

1. Werk met elkaar, in plaats van tegen elkaar.
"Ze wisselen informatie en voedsel uit en helpen elkaar zo in leven te blijven. In (vooral oudere) bossen vind je ‘moederbomen’, die zich ontfermen over de jonge aanplant in hun schaduw. Via wortels en schimmeldraden sturen ze stofjes naar de jonkies om de groei in goede banen te leiden. Planten concurreren niet met elkaar om het licht, zoals wel eens wordt beweerd, ze steunen elkaar juist".
Zouden wij ook eens moeten proberen: elkaar de ruimte geven.

2. Maak ruimte voor anderen.
Insecten, vlinders, vogels; ze kunnen slechts leven bij de gratie van de plant. Zouden wij ook eens moeten proberen: elkaar de ruimte geven.

3. Geef nooit op.

“Planten laten hun kopje nooit lang hangen”. Als individu geven ze het gemakkelijk op, als soort verspreiden ze hun zaden, die wachten op betere tijden.

4. Denk anders over rijkdom.
,,Planten hebben een heel ander idee over rijkdom dan wij mensen. Ze zijn slechts geïnteresseerd in een rijk en gevarieerd landschap. Rijkdom betekent voor de plant: een landschap waarin zo lang mogelijk leven kan bestaan”.

Planten hebben net als wij zintuigen.

5. Leer samenwerken met planten.
Om de nuchterheid en logica van de plant optimaal te benutten, en zo bijvoorbeeld klimaatproblemen aan te pakken, zouden we meer moeten samenwerken met planten, meent Mulder. Daarbij is het belangrijk om planten niet als dode objecten te beschouwen, maar als intelligente wezens. Planten hebben net als wij zintuigen. Ze weten waar ze staan, ze horen en ruiken of er water in de buurt is en weten altijd precies hoe ze zichzelf moeten opbouwen. Elke plant is een architectonisch hoogstandje.

Een beetje respect zou dus niet misstaan.

Arjen Mulder. Pleidooi voor een plantaardige planeet (bol.com).

Mulder weet de onbaatzuchtigheid van planten mooi om te denken. Al eeuwen verzamelen mensen bomen en planten van over de hele wereld om ze in eigen land in arboretums en tuinen verder te kweken. In onze huizen verzorgen we kamerplanten die in verre streken in het wild groeien. Van honden wordt weleens gezegd "wie laat wie nu uit"? Maar dat de planten ons mensen voor hen laten werken valt niemand op.

Embryonale stadia vergeleken van vissen, varkens en mensenEen observatie uit het boek dat op mij veel indruk maakte was de vergelijking van Arjen Mulder van de evolutie van de plant met het groeien van een embryo in de baarmoeder. Het is al bekend dat de ontwikkeling van embryo’s van vissen, zoogdieren en mensen in de eerste weken in grote lijnen gelijk verloopt en uiterlijk grote overeenkomsten vertoont. Maar de vergelijking van het “nestelen” van bevruchte eicellen in de baarmoederwand met het wortelen van zaden in vruchtbare grond was nieuw voor mij.

Wanneer de mens het ooit mogelijk zou verpesten voor het leven op aarde voor zichzelf en de dieren zullen planten daarna de aarde weer leefbaar maken. Laten we het niet zover laten komen en proberen te leren van de intelligentie van planten.

"Alles wat leeft heeft een intrinsieke waarde" betogen dierenbeschermers. Omdat dat element niet onderscheidend werkt, maakt het op beleidsmakers en rechters geen indruk. Maar op soortniveau is het wel degelijk van belang om de intrinsieke waarde van planten te (h)erkennen en te respecteren. Planten en bomen in kwetsbare natuurgebieden hebben als soort letterlijk grondrechten. Dieren hebben naar mijn mening als individu grondrechten.

25 januari 2019

Mens en dier zijn intrinsiek evenwaardig

Dierenrechtenactivisten hebben tientallen jaren geprobeerd om andere mensen met zich mee te krijgen om het dier in de veehouderij een beter leven te geven. Ze gebruikten daarvoor het argument dat dieren een intrinsieke waarde hebben. Daarop kregen ze nooit een weerwoord, terwijl ook niemand vroeg wat dat betekende. Helaas dachten zij dat met het stilzwijgen een instemming was bedoeld. Niets is minder waar gebleken en daarmee is veel energie in het verbeteren van de positie van het dier verspild.
Intrinsieke waarde betekent een waarde buiten het voorstellingsvermogen van de mens. Daarmee konden de veehouder en de vleesverwerkende industrie wel mee instemmen, want het heeft toch geen gevolg voor hun eigen praktijk.

Iets anders geformuleerd is dat mens en dier intrinsiek evenwaardig zijn in hun recht op vrijheid. Gaat dat dan wel verschil uitmaken? Niet direct voor veehouders, want woorden hebben alleen betekenis voor hen die willen luisteren en niet verleid worden door het grote geld. De werking is via het publiek dat elke dag voor de keus staat wat te kopen in de supermarkt. Het vraagt voor dierenrechtenactivisten de bereidheid om een dialoog aan te gaan wat het betekent dat zij en hun tegenstanders en dieren evenwaardig zijn in hun recht op vrijheid. Vrijheid is een ongrijpbaar concept, maar daarom nog niet onbruikbaar, want het heeft een eeuwige geldigheid, maar ook de noodzaak om telkens weer doordacht te worden. Dat doordenken kost eerst even moeite en later geen moeite meer, want het heeft in de eerste plaats betrekking op je eigen vrijheid. De wederkerigheid voor anderen, mens en dier, vraagt om een keuze waarbij ook de ander een eigen proces van meningsvorming wordt gegund. Mensen kunnen elkaar op het gevolgen van bepaald gedrag voor dieren aanspreken. Daarom zijn dierenrechten ook mensenrechten.

Een dialoog over vrijheid is een samen uitzoeken waar het gemeenschappelijk belang ligt in het vergroten van collectieve vrijheid van mens en dier. De leefbaarheid op aarde wordt bedreigd door de exploitatie van het dier als oplossing voor een voedselvraagstuk.
Dat vraagstuk is niet schaarste maar de vraag wat werkelijk respecteren van het leven op aarde inhoudt.

Verbeter de wereld en begin met jezelf vrij te maken van belemmerende overtuigingen.

Zie ook "De ervaring dat mens en dier een zijn".

19 september 2017

Waarom dieren rechten hebben wordt vaak over het hoofd gezien

Hoe een kwinkslag van de ene columnist leidde tot een stormachtige column van een ander. Youp van 't Hek noemde intensieve veehouders Hiltlerboeren, Roos Vonk maakte wat vergelijkingen tussen de situatie van dieren in de bio-industrie met de Holocaust en Frits Barend was zeer verontwaardigd dat zijn joodse grootouders geen varkens waren. Iedereen zijn eigen gelijk en ruzie in de mediatent. Roos somde de feiten op en Frits en Elma speelden niet op de bal maar op de persoon.
Jonathan van het Reve overzag de commotie en schreef in zijn Volkskrantcolum dat dieren niet evenwaardig zijn aan mensen en hekelt het vermenselijken van de dieren die gehouden worden om te worden gegeten. Het is een prikkelende column waarin gezocht wordt naar de gevolgen van gelijkheid. “Hoeveel cavia’s ben ik bereid te pletten om één kind te redden”. Hij laat helaas open over waar het bij dierenrechten echt om gaat. Het gaat er niet om dat dieren gelijk zijn aan mensen of dat dieren ook gevoelens hebben of dat zij gedrag vertonen dat lijkt op gedrag van mensen of een intrinsieke waarde hebben. Dieren zijn intrinsiek evenwaardig aan mensen.
Waar het wel om gaat is bewustwording. Bewustwording dat alle levende wezens op aarde gelijk zijn in het wezen van rechten.
Wat is het wezen van rechten? Dat is vrijheid. Wanneer we ons oefenen in het zien waarin onze eigen vrijheid ophoudt en die van een ander (mens of dier) begint, dan kunnen we in een split second weten wat te doen in elk denkbare situatie. Het is een manier van kijken naar wat er gebeurt die we kunnen gebruiken in onderling menselijk verkeer en in het omgaan met dieren. Op deze wijze betrokken zijn bij het recht van anderen is het wezenlijke van respect en zo kunnen we ook onze eigen belangen behartigen.

Ons rechtssysteem is geïnspireerd door de Franse revolutie met als basis "vrijheid, gelijkheid en broederschap". Vrij vertaald "Laten we solidair zijn en alle mensen gelijke recht op vrijheid garanderen". Voor dieren kan gelden "Laten we ervoor zorgen dat alle dieren in gelijke mate toegang hebben tot een habitat waarin zij in vrijheid hun natuurlijke gedrag kunnen vertonen".

24 februari 2017

Was Tom Regan effectief voor dierenrechten?

De recent overleden Tom Regan was een bekend pleiter voor dierenrechten. Dat sierde hem. Toch was niet alles wat hij deed effectief. In dit artikel een aanzet tot een andere, meer effectieve visie op dierenrechten.
Er zijn twee opvallende zaken waar Regan voor pleitte waar je vraagtekens bij kunt zetten.
1. Dieren hebben een intrinsieke waarde
2. Sommige diersoorten moeten eerder voor rechten in aanmerking komen dan andere

Het eerste is omstreden omdat het de indruk wekt dat je mensen wilt overtuigen met een onbewijsbare stelling en het tweede is omstreden omdat het niet uitgaat van gelijkwaardigheid.
In de westerse cultuur zijn mensenrechten gebaseerd op de drie principes van de Franse Revolutie: vrijheid, gelijkheid en broederschap. Hoe ambitieus het ook moge lijken, er is niets mis mee om deze principes door te trekken naar allen dieren. Het zal voor sommige mensen die nu veel geld verdienen aan het gebruiken van dieren enorme consequenties hebben, maar dit is geen reden om een andere koers te gaan varen.

Wie meer wil lezen over het bezwaar van het schermen met intrinsieke waarde, klik hier.
Wie meer wil lezen hoe de principes van mensenrechten kunnen worden doorgetrokken naar dierenrechten, klik hier.

Klik hier voor een interview door Dirk-Jan Verdonk met Regan.

07 januari 2016

Boekbespreking Grondrecht voor dieren en Smoezenboek

Wat je wilt overbrengen aan een lezer kan een ander soms korter samenvatten dan jezelf als schrijver geneigd bent te doen. In het winternummer van het Vegan magazine schrijft Titus Rivas een recensie van twee van mijn boeken: 'Vrijheid als grondrecht voor dieren' & 'Smoezen over diermisbruik'.

Titus is meer en eerder veganist dan ik. Ik ben bezig mijn hele leven stapje voor stapje veganist te worden. De basis van dat verschil beschrijft Titus mooi met “het gaat hem erom dat dieren voor hun dood een dierwaardig, zo vrij mogelijk leven kunnen leiden. Daarbij stelt hij uitdrukkelijk dat het recht op vrijheid zo gedefinieerd kan worden dat het recht om niet onnodig gedood te worden daar onderdeel van uitmaakt”.

Titus haalt ook de verwarring aan die het begrip intrinsieke waarde van een dier oplevert. “Men zou zelfs kunnen stellen dat dieren hun recht op vrijheid ontlenen aan hun intrinsieke waarde als individu”.
We leven in een tijd dat schending van de evenwaardigheid tussen mensen in de media veel rumoer oplevert. Ik hoop dat we als mensheid ons bewustzijn ontwikkelen in de richting van evenwaardigheid van mens en dier door voor dieren eveneens het grondrecht op vrijheid wettelijk te erkennen. In dat grondrecht zijn we in mijn ogen evenwaardig, voor het overige vind ik het leuk dat we zoveel verschillen.

De recensie door Titus Rivas is te lezen op Animal Freedom.

17 september 2015

Juiste argumenten bij dierenrechten?

Op 2 januari 2015 schreef Ana van Es over het verbieden van wilde dieren in het circus. Dat verbod ging 15 september in. Circusmensen protesteren heftig tegen het verbod, omdat zij nu gedwongen zijn om uit te wijken naar het buitenland of de dieren in een permanent verblijf moeten onderbrengen. Het is maar de vraag of zij het geld willen opbrengen om dit te bekostigen.

Hoewel het geen twijfel lijdt dat het verbod terecht is, is het wel de vraag of staatssecretaris Dijksma het juiste juridische en morele argument heeft aangedragen.

Ana van Es schrijft het volgende.

Onderzoek naar circusdieren bij circus Krone in Duitsland.

'Voor sommige dieren - leeuwen, tijgers - is er geen overtuigend bewijs dat verblijf in een circus schade toebrengt', zegt Hans Hopster, onderzoeker aan de Universiteit Wageningen. 'Je kunt al die dieren niet over één kam scheren'.
Hopster onderzocht de afgelopen jaren het welzijn van circusdieren. Leeuwen en tijgers blijken zich relatief goed aan te passen, ook doordat ze nakomelingen krijgen in het circus. Ze wennen van jongs af aan en worden minder 'wild'.
Olifanten geven wel problemen. 'Bij drie Nederlandse circusolifanten die wij in 2008 onderzochten was nogal wat mis. Een olifant is een sociaal dier. Alleen al daarom is één olifant in een circus een twijfelachtige bedoening. Om ze veilig in een tent te kunnen houden, stonden ze langdurig aan ketenen. Je houdt een olifant nu eenmaal niet achter een hekje. In het wild eten ze 16 tot 20 uur per dag voedsel als boomschors. In een circus kan dat niet. Ze vertonen gedrag dat wijst op verveling: slurfzwaaien en 'weven', een soort ijsberen. Bovendien worden olifanten niet in een circus geboren.
'Als dieronderzoeker kan ik een totaal verbod op wilde dieren in het circus niet verdedigen, anders dan vanuit het gevoel van mensen dat dit niet meer in de tijdgeest past. Bij gebrek aan empirisch bewijs van lijden baseert staatssecretaris Dijksma zich bij bepaalde soorten nu volledig op de 'intrinsieke waarde' van een dier. Ik ben geen jurist, maar ik vraag me af of dat juridisch houdbaar is'.
Tot zover de Volkskrant.

Meer lezen over de twijfelachtigheid van het aandragen van ‘intrinsieke waarde’ bij het verdedigen en promoten van dierenrechten?

Het bereiken van een groot publiek voor het vergroten van bewustzijn dat dieren rechten hebben vraagt een integere benadering. Dit kost tijd, maar betaalt zich op de lange termijn veel effectiever uit voor mens en dier.

12 maart 2015

Werkt een dier graag voor de kost?

In Opinie & Debat een artikel van milieufilosoof Jozef Keulartz dat de Volkskrant redactie de titel meegaf: “Dieren werken graag voor de kost”.
Hij heeft kritiek op dierenrechtenactivisten.
“Dierenactivisten beroepen zich voor hun pleidooi om wilde dieren uit circussen te verbannen en dierentuinen en dolfinaria te sluiten op de dierenrechtentheorie van Tom Regan of op de dierenbevrijdingstheorie van Peter Singer. Dat beide dierethici afwijzend staan tegenover circus en dierentuin heeft alles te maken met het feit dat ze de wildernis allebei zien als de enige ware en authentieke omgeving waaraan het welzijn, de integriteit en de intrinsieke waarde van dieren moeten worden afgemeten”.

Tot zover heeft Keulartz een punt want de bijdrage van Tom Regan en Peter Singer aan het beeld van wat dierenrechten inhouden is zeker niet onomstreden.

Intrinsieke waarde (Regan) en overeenkomsten met de mens (Singer) zijn geen goede basis voor dierenrechten.

Keulartz betoogt dat er niets mis mee is om dieren te trainen en dat zij er zelfs gelukkig van worden. Hij schiet door in antropomorfiseren (het toekennen van menselijke eigenschappen).

Een paar citaten:
Volgens de bekende biologe en filosofe Donna Haraway moeten we onze aandacht op dit punt niet zozeer richten op de categorie van de rechten, maar veeleer op die van de arbeid.
Haraway beroept zich ook op het werk van de (in 2001 overleden) trainster, filosofe en dichteres Vicky Hearne, die zich met kracht tegen het dierenrechtendiscours verzette. Haar vrees was dat dierenrechtenorganisaties, door training als marteling te brandmerken, dieren de voldoening zouden kunnen ontnemen die zij aan werk beleven.
'Geluk' wordt, zeker als het om dieren gaat, vaak opgevat als synoniem voor 'plezier' (in hedonistische zin) en als antoniem voor 'pijn' en lijden. Maar, stelt Hearne, bij geluk dat dieren aan training beleven gaat het om een gevoel van persoonlijke voldoening, zoals dat ook ervaren wordt door een goede houtsnijder, danser of dichter.
Einde citaten.

Keulartz schiet verder door wanneer hij concludeert:
“Ook Hearne legt alle nadruk op de wederkerigheid in werkrelaties tussen mensen en dieren. Trainers moeten leren naar dieren te luisteren, om aan hun behoeften en verlangens te beantwoorden. Of een bepaalde setting moreel toelaatbaar dan wel laakbaar is, is dan ook afhankelijk van de mogelijkheid van dieren om 'verzet' te plegen als zij voor hun individuele wensen geen gehoor vinden en in plaats daarvan tot 'dociliteit' gedwongen worden”.

Je kunt stellen dat Keulartz een blinde vlek heeft voor het wezenlijke van dierenrechten, namelijk het recht op vrijheid. Wanneer dieren werkelijk in vrijheid opgroeien dan zou geen haar of veer op hun hoofd er aan denken om zich te laten trainen door mensen om maar iets van gedrag te vertonen dat zou lijken op werk tot vermaak van mensen.

08 maart 2015

De intrinsieke waarde en het kwade geweten

Bas Heine schrijft in de NRC over het verzet van de studenten tegen het doorgeschoten „rendementsdenken” onder de titel "kwaad geweten".

Hij vraagt zich af: "Als het markt- en rendementsdenken zo voorbijgaat aan waar het werkelijk over zou moeten gaan, hoe heeft het dan zo overheersend kunnen worden?"

Hieronder een stukje uit zijn column waarin hij schrijft over intrinsieke waarde. Met de term "intrinsieke waarde" hebben ook veel dierenbeschermers aandacht gevraagd voor de positie van dieren in de bio-industrie.

Dit heeft niet gewerkt en zal ook nooit werken. Om de reden begrijpelijk te maken het volgende gedachte-experiment.

Lees onderstaande tekst van Heine, maar houdt dan in het achterhoofd dat het niet over schilderijen gaat maar over varkens, kippen en koeien uit de vaderlandse vee-industrie.

Ik herinner me een debat in Paradiso waarin de toenmalige Amsterdamse wethouder Geert Dales triomfantelijk verkondigde dat wanneer je geld voor de kunsten wilde krijgen, je in geen geval over de intrinsieke waarde van cultuur moest beginnen – dan kon je het wel schudden. Dat gold toen als verfrissende nuchterheid. Inmiddels is deze VVD-bestuurder allang ten onder gegaan aan zijn eigen rendementsdenken. Maar zijn manier van denken is gemeengoed geworden.

Kijkcijfers, oplagecijfers, bezoekersaantallen, clickbait – met de mond belijden we keurig dat die cijfers natuurlijk niet de essentie raken. Maar wat de essentie dan wel is, daar hebben we nauwelijks woorden meer voor. De taal van de cijfers is de enige overgebleven gemeenschappelijke taal.

In discussies met publiek over dit onderwerp leg ik wel eens de volgende vraag voor: stel u staat voor een schilderij – geen beroemd doek, maar wel van een beroemd kunstenaar, laten we zeggen een niet zo bekende Picasso. Wanneer we willen praten over de waarde van dat doek, waar heeft u het dan het liefst over? Over de artistieke waarde, wat het met u doet, wat u erin ziet, wat ermee wordt uitgedrukt over mens, geest, wereld? Of heeft u het liever over marktwaarde, wat het zou opbrengen op de veiling van Sotheby’s? Artistieke waarde of marktwaarde?

Het antwoord laat zich raden. Iedereen wil het over de intrinsieke waarde van het schilderij hebben. Dat we intussen in een maatschappij leven waarin altijd en overal het tweede antwoord wordt gegeven, dat verklaart ons kwade geweten.


Tot zover Bas Heine. Zijn dieren in de bio-industrie uniek? Waarvan ergens veel van is, verliest voor de mens waarde. Heeft het zin om aandacht voor hun positie te vragen met een begrip dat per definitie niet aansluit bij de beleving van mensen over het lot van dieren?

Wilt u meer lezen over hoe het denken over de "intrinsieke waarde van dieren" tot stand kwam? Klik dan hier.

06 november 2014

Heeft een dier waarde of recht op leven?

Voor iemand die van dieren houdt is het antwoord simpel: ja, een dierleven heeft waarde en een dier heeft recht om in leven te blijven. Voor iemand die hierin een juridische basis zoekt om dieren te beschermen is het antwoord teleurstellend: het leven wordt niet uitgedrukt in waarde. Zelfs een mens heeft geen recht op leven.
Waarom niet? Omdat je dit recht niet kunt handhaven. Stel, je bent ongeneeslijk ziek en er zou een wettelijke basis van recht op leven zijn, dan zou je de staat kunnen verplichten om je zo lang mogelijk in leven te houden. De overheid en de rechterlijke macht branden zich daar niet aan, maar garanderen iemands recht op vrijheid. Het recht om te leven in vrijheid vervangt dan levenslang het recht op in leven te kunnen en mogen blijven en weerhoudt (althans in vredestijd) dat vijanden elkaar doden. Afgenomen vrijheid kun je weer teruggeven of, in het geval van beschadiging, zoveel mogelijk proberen te herstellen. Een schadevergoeding doet hopelijk de rest. Een dode kun je niet meer tot leven wekken.

Veel dieren worden gehouden als huisdier of voor de slacht. Wil je vlees eten dan zal een slager een dier eerst moeten slachten. Je kunt doden erg vinden, maar over de diervriendelijkheid van het slachtproces is nagedacht. Niemand heeft belang bij dieren die in hun doodsangst om zich heen schoppen. Slachters zijn misschien onverschillig, maar niet sadistisch. Ook in de vrije natuur gaat dat zo: ben je niet snel genoeg weg of onderhoud je jouw conditie of gezondheid niet voldoende, dan ben je in no time het haasje.
Voor wie zich bekommert om dierenwelzijn en dierenrechten is het veel effectiever om zich te verplaatsen in en in te zetten op het leven voor de dood. De kwaliteit van een dierenleven wordt vooral bepaald door de mate van vrijheid om zijn natuurlijke gedrag te kunnen vertonen. Niet door de prijs die iemand betaalt om zich eigenaar van het dier te noemen. Het is juist de financiële waarde die de veehouder ziet in het dier die bepaalt hoe de kwaliteit van het leven van zijn dieren is. Het is vrijwel altijd een balans tussen de meest minimale investering die hij in de ogen van het publiek nog kan maken en benodigde zorg om het dier zo snel mogelijk geslachtsrijp te krijgen. Het resultaat heeft niets meer met liefde voor dieren te maken.

De kunst is om je te laten raken door dierenleed, zodat je in beweging komt, maar niet overspoeld wordt door emoties. Wanneer je een dier ziet lijden, roept dat medelijden op, maar het dier heeft meer aan mededogen. Mededogen houdt namelijk ook in dat je ziet wat het systeem is dat bijdraagt aan dierenleed. Dat systeem is te veranderen. En daar kun je aan bijdragen zonder je opgejaagd te voelen.

Leeswijzer


Kijk op Facebook voor onze reactie op de actualiteit.
Aanbeveling: Thema's of steekwoorden vindt u via de labels onderaan de pagina of op Animal Freedom. Klik hier voor de laatste bijdragen.
Klik hier voor het beleid om uw privacy te beschermen.

Waarom dit blog?

De Nederlandse veehouderij is vooral gericht op zoveel mogelijk voor de export te produceren onder het motto “meer, meer, meer en groot, groter, grootst”. Dit heeft negatieve gevolgen voor zowel de dierenwelzijn, biodiversiteit, het milieu, het klimaat, de portemonnee en de gezondheid van burgers en ook voor welwillende boeren.
Dit blog verzamelt kritische artikelen die de wurggreep beschrijven waarin de veehouderij zichzelf heeft vastgezet. Zo willen we niet alleen een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van de kwaliteit van het leven voor alle belanghebbenden, maar ook aan een schone, gezonde omgeving en een beter dierenwelzijn.

Ook de argumentatie dat dieren grondrechten hebben kan beter en meer aansluiten op hoe mensen voor zichzelf vinden dat recht moet gelden. Alle dier(soort)en kunnen in hun recht op vrijheid als (intrinsiek) evenwaardig aan mensen beschouwd worden. Dierenrechten zijn mensenrechten, die mensen de kans geeft om voor dieren op te komen.
Dieren, bijv. in de intensieve veehouderij, worden behandeld als een object in plaats van een subject met gevoelens en rechten.

De snelheid en het aantal dier(soort)en dat we voortdurend gebruiken is immens. De bijdrage aan onze welvaart en economie van de agrosector is gering. De oplossing is simpel en van niemand anders dan van ons zelf afhankelijk.

Dierenrechten in woord en beeld

Vrijheid is ook een intrinsiek grondrecht voor dieren. Dieren zijn geen dingen Dierenrechten zijn mensenrechten. Mensen moeten voor dieren kunnen opkomen wanneer hun grondrecht wordt geschonden.
logo van Animal Freedom yin en yang
Lees hier over de redenen waarom dieren recht op vrijheid hebben. Lees hier waarin mens en dier evenwaardig zijn.