Mens en dier zijn (intrinsiek) evenwaardig in hun recht op vrijheid

Bij de Stichting Animal Freedom leest u over de gedachte achter dierenrechten.
Hier leest u over ontwikkelingen in de agrosector en de gevolgen voor dieren(rechten).
Alle levende wezens zijn verschillend maar evenwaardig in het recht op vrijheid op een natuurlijk leven.
Een dier is (net als een mens) geen ding of een object.
Dierenrechten zijn mensenrechten. Mensen moeten kunnen ingrijpen wanneer mensen dieren misbruiken of onrecht aandoen.
Posts tonen met het label ziektedruk. Alle posts tonen
Posts tonen met het label ziektedruk. Alle posts tonen

13 juni 2019

Het gebrek aan ethiek in de veehouderij

In de veehouderij worden twee universele ethische waarden geschonden: ‘Gij zult niet stelen’ en ‘Gij zult niet doden’. De consument, die de relatief goedkope zuivelproducten afneemt, is zowel medeplichtig als belastingbetaler een onwetende melkkoe. Het doden van de dieren wordt uitbesteed aan de slachterij. De boer beperkt zich tot het steken van het energie in verzorging tot het dier of het gewas niet meer groeit en afgevoerd kan (moet) worden.
Wat er wordt gestolen is de vrijheid van het dier om natuurlijk te leven. Omdat het merendeel van de Nederlandse agroproductie wordt geëxporteerd moet het houden van dieren in ons land zo goedkoop worden uitgevoerd dat het product kan concurreren op buitenlandse markten. Om de kostprijs laag te houden, wordt bezuinigd op dierenwelzijn. Daarmee steelt de veehouderij dierenwelzijn en concurrentiepositie. Wij dwingen boeren in het buitenland om hun wijze van werken met dieren te versoberen om in hun eigen land concurrerend te kunnen blijven.
Veevoer wordt geïmporteerd uit gebieden in Zuid-Amerika waar de bossen worden gekapt en platgebrand en zo gebied wordt gestolen van de oorspronkelijke inwoners en dieren. Na ons de zondvloed als gevolg van klimaatopwarming en zeespiegelstijging.

De Nederlandse consument profiteert van de lagere, binnenlandse prijs van landbouwproducten die het gevolg is van de export. De burger profiteert ook van de werking van de gewasbeschermingsmiddelen omdat het aantal insecten boven het asfalt zo drastisch wordt verminderd dat auto’s praktisch schoon blijven. Weilanden veranderen in groene woestijnen waaruit de meeste bloemen en kleuren zijn verdwenen. Weidevogels die als bodembroeders kwetsbaar zijn worden vervangen door vogels die in bomen, gebieden of gebouwen buiten de groene woestijn broeden. Bijvoorbeeld ooievaars, ganzen, roeken en reigers. De enkele weidevogel die buiten reservaten tot broeden komt kan zijn jongen niet meer grootbrengen omdat zij als enkeling niet meer samen kunnen werken met soortgenoten om hun jongen te beschermen tegen predatoren en omdat boeren vroeg en veelvuldig het weiland maaien zonder rekening te houden met haar bewoners. Brachten koeien vroeger buiten de wintermaanden zelf de mest op het land en raakten mest en urine niet vermengd zodat het geen ammoniak vormde, met het verzamelen en uitrijden van gier wordt ook een uniform en overbemest landschap gecreëerd.
De ammoniakneerslag in de natuurgebieden werkte als een bemester zodat die er nog groener uit gingen zien, wat bij het publiek wordt geassocieerd met gezonde natuur. Welke niet biologisch geschoolde wandelaar heeft er nu weet van dat er nauwelijks unieke planten en dieren voorkomen?
 

Vlak na de tweede wereldoorlog was de positie van de boer nog niet omstreden omdat hij alleen werkte voor de voedselvoorziening van de eigen omgeving. Door de schaalvergroting, gewasbeschermingsmiddelen en de automatisering kwam er de verleiding van het grote geld bij dat verdiend kon worden door de wereldmarkt op te gaan. Stapje voor stapje voor stapje werd de boer losgeweekt van zijn natuurlijke manier van werken. Zijn geweten werd gesust door banken, bouwbedrijven, loonwerkers, pr-medewerkers en agro-organisaties die veel meer mogelijkheden zagen om markten te vergroten en om geld te verdienen". Onze boeren zijn toppers die de wereld voeden". Zonder onderbouwing worden beweringen gedaan als "hoogste graad van dierenwelzijn en laagste graad van milieu-impact". Vervuiling wordt niet gemeten en gecheckt, maar berekend met modellen.

Het werken met grote bedragen, productie en omzet gecombineerd met demagogische mediasteun maakte de boer ijdel. Hij werd manager en grote ondernemer en in principe (als hij het goed aanpakte) miljonair. Boeren die niet meer mee wilden en/of meekonden, werden opgekocht en hun verbruiksruimte gebruikt om nog meer te groeien. Met de grote aantallen dieren (onzichtbaar) in de stallen was het individuele leed van zieke dieren een kwestie van statistiek. Zij waren lastig en geneeskundige hulp was kostbaar. Door de dieren sneller te laten groeien en meer te laten produceren en korter te houden werd de kans op uitval door ziekte als gevolg van stress verkleind.

Hoe deze ontwikkeling verder gaat is mede afhankelijk van het publiek. Zullen zij relatief onverschillig blijven voor wat er gebeurt op ongeveer 50% van ons landoppervlakte met (exclusief schade) slechts 3 tot 4% bijdrage aan het BNP (alleen veehouderij 0,5%, samen met bosbouw en visserij: 1,5%) of zal op tijd het inzicht doorbreken dat een gezonde balans tussen werken vanuit ethische waarden, gezonde ecologie en duurzame economie een aantrekkelijker en gezondere samenleving opleveren? Kan voedsel ook zo worden geproduceerd dat er geen slachtoffers (mens en dier) vallen?


Afzien van diergebruik is geen teken van morele superioriteit, maar een vorm van innerlijke beschaving waarmee je laat zien dat je evenwaardigheid niet alleen met de mond belijdt.

13 april 2011

Waarom wordt er zoveel antibiotica gebruikt in de veehouderij?

In de berichtgeving over het overmatige gebruik van antibiotica in de intensieve veehouderij wordt vaak het aspect overgeslagen dat antibiotica groeibevorderend werkt. Het gaat niet alleen de groei van bacteriën tegen die de opeengepakte dieren in de stallen beschermen tegen ziektes, maar het zorgt er ook voor de dieren eerder slachtrijp zijn.
Geen wonder dat de boeren links -of rechtsom zoveel mogelijk antibiotica inzetten. Maar de bacteriën worden ook resistent gemaakt en de kans wordt steeds groter dat de mens die dergelijke bacteriën bij zich draagt niet meer kan worden geholpen bij een infectie en sterft.
Wil het overmatige antibioticagebruik worden uitgebannen, dan moet het voor een boer minder aantrekkelijk worden om snel te kunnen slachten en veel dieren te houden. Die snelheid en hoeveelheid is nu nog aantrekkelijk omdat Nederland de dierlijke producten op heel veel internationale markten concurrerend kan afzetten.
Een opzet van de veehouderij waarbij de nadelen van het intensief houden van vee ook daadwerkelijk en geheel wordt doorberekend aan de boeren kan de grootschaligheid tegengaan. Dat kan door de eis van grondgebondenheid te stellen, dat wil zeggen dat zowel het veevoer afkomstig is uit de directe omgeving als dat de mest wordt afgezet op eigen grond. Maak een systeem waarbij de koe, het varken of de kip die zelf mesten op het land minder kost dan het jaarrond op stal houden van dieren. Uiteraard moet dit samengaan met een forse reductie van de Nederlandse veestapel en een op natuurlijke manier omgaan met ziektes. Die veestapel is nu nog drie keer zo groot dan de afzet in eigen land. Net als de mens zou een dier ziek mogen worden en herstellen en dat kan gemakkelijker worden georganiseerd met een kleiner hoeveelheid dieren in ons land.
Wanneer vlees duurder wordt en het aantrekkelijker wordt om vleesloos te eten kan een veelvoud van mensen op de aarde worden gevoed en scheelt het bovendien in de opwarming van het klimaat.

19 oktober 2009

Ook hazen de dupe van eenzijdig platteland

Onlangs werd een artikel gepubliceerd waarin de bijensterfte deels werd toegeschreven aan de grootschalige eenzijdigheid van de landbouwgewassen op het platteland. Nu blijkt ook de hazenstand om soortgelijke redenen in het afgelopen decennium met 30 procent achteruit te zijn gegaan.

Dat blijkt uit 19 oktober 2009 gepubliceerd onderzoek van de Zoogdierenvereniging samen met Vogelonderzoek Nederland (SOVON) en het Centraal Bureau voor de Statistiek.
Zij deden gezamenlijk onderzoek naar dagactieve zoogdieren in de periode 1997 tot en met 2008. Daaruit blijkt dat hazen het vooral moeilijk hebben in agrarische gebieden. Volgens de Zoogdierenvereniging zijn met name schaalvergroting en intensieve landbouw de oorzaak. Die zorgen voor een eentoniger voedselaanbod waardoor ziektes harder en sneller toeslaan.

Tot zover.

Ook voor een gezonde hazenpopulatie zou akkerrandenbeheer een zegen kunnen zijn.
Inmiddels is het jachtseizoen voor hazen weer begonnen. Het loopt van 15 oktober tot 31 december.

06 november 2008

Boerenslimheid op de academie is dood in de pot

Op de melkveeacademie (november 2008) het verslag van een workshop die varkenshouder Johnny Hogenkamp gaf aan melkveehouders. De boodschap is om uit te breiden in tijden dat de melkprijzen laag zijn en vooral aan te sturen op verlaging van de kostprijs.
Dit is een krankzinnige aanbeveling, want dat betekent dat de sector recht tegen de marktvraag ingaat. De aanbeveling is alleen logisch bij een groeiende markt en het is maar de vraag of de groeiende wereldbevolking een groeimarkt is voor de Nederlandse melkveehouderij. In plaats van marktgestuurde balans vertoont de sector groeidwang.
Op deze wijze zet de agrosector versneld een koers in, die alleen maar gericht kan zijn op schipbreuk. Immers, een deel van de investeerders zal zich nodeloos in schulden steken en nooit meer voldoende rendement halen. De gerichtheid op lage kostprijs levert gevaar op voor de kwaliteit van het product door lager dierenwelzijn, hogere milieubelasting en ziektedruk.

Het wordt tijd dat de consument en de kiezer zich wat meer afwendt van de zuivelsector. Melk en kaas zijn niet nodig voor de dagelijkse levensbehoefte en te hoge consumptie daarvan is schadelijk. De groeidwang van de Agrosector verruïneert het landschap op het platteland en behalve een kleine groep boeren wordt daar niemand beter van.

11 juli 2008

Q-koorts is bioterroristisch wapen

Een beetje alerte burger wist al dat ondernemers in de gangbare landbouw (boeren dus) erg veel weg hebben van milieucriminelen. Op jaarbasis zorgen ze met hun activiteiten in vooral de veehouderij voor €2 miljard schade aan het milieu. De kosten van de reparatie van die schade komen overigens merkwaardig genoeg niet voor rekening van de boeren, maar worden door de overheid die toch echt vindt dat de vervuiler dient te betalen, uit de portemonnee van de burger geplukt.

We staan er bij en we kijken er naar

Verder wist diezelfde alerte burger ook al dat de veehouderij in de gangbare landbouw een eufemisme is voor gelegaliseerde dierenmishandeling. Bij koeien worden de hoornen er afgesloopt. Bij varkens gaan de testikels er af, worden de hoektanden weggebroken en de staarten afgeknipt. Onverdoofd natuurlijk.

We staan er bij en we kijken er naar.

De kippen hebben het in de gangbare landbouw niet veel beter. De snavels worden geknipt of er af gesmolten, en de kip die de pech heeft om als haantje te worden geboren gaat al na een dag resoluut in de versnipperaar. Vleeskuikens worden in zes weken opgefokt tot een gedrocht van een paar kilo dat alleen omdat het nog veren heeft ‘kuiken’ wordt genoemd.

We staan er bij en we kijken er naar.

De burger die zich wel eens op het platteland waagt, weet dat boeren eveneens potentiële mishandelaren van medeburgers zijn. Met hun veel te brede tractoren en wat daar aan materiaal achterhangt vegen ze hun achterwerk af aan elke verkeersregel door veel te hard over de voor die tractoren veel te smalle weggetjes te scheuren. Jaarresultaat: achttien doden en ruim negentig gewonden.

We staan er bij en we kijken er naar.

De alerte burger wist al dat de intensieve veehouderij bezig is de volksgezondheid te ondermijnen. Het enorme gebruik van antibiotica zorgt er voor dat steeds meer bacteriën resistentie opbouwen en dat dus in de niet al te verre toekomst medicijnen tegen bepaalde ziekten niet meer werken.

Varkenshouders, hun gezinsleden en hun werknemers worden wanneer ze in een ziekenhuis terecht komen, in quarantaine gezet omdat ze vrijwel zeker een bacterie bij zich hebben waar geen kruid tegen gewassen is. De extra kosten die deze quarantaine met zich meebrengt worden overigens gewoon uitgesmeerd over de premie die elke burger voor zijn ziektekostenverzekering betaalt.

De jongste bijdrage die de boerenstand levert aan de verhoging aan het welbevinden van de burgers in dit land bestaat uit wat verdacht veel lijkt op een poging tot bioterrorisme. In Brabant en Gelderland zijn dit jaar al bijna 500 gevallen van Q-koorts geconstateerd. Vorig jaar waren het er nog maar 30, en dus kon het toen nog worden weggebagataliseerd door de autoriteiten. Nu beginnen sommige dames en heren in de gezondheidszorg zich toch ernstige zorgen te maken.

De Q-koorts komt uit de stallen van schapen en geitenfokkers die het met de hygiëne daar niet zo nauw nemen. Tot nu toe woonden mensen die de Q-koorts kregen in de buurt van dergelijke ondernemers in de gangbare landbouw. Eigen schuld dikke bult: hadden ze maar niet op het platteland moeten gaan wonen.

Maar nu is de Q-koorts gevonden bij mensen die nog nooit een voet in de buurt van een schapen of geitenfokkerij hebben gezet.

De Q-koorts krijgt tot nu toe in de media weinig aandacht. Volgens artsen is het een ongevaarlijke aandoening. Griepje, misschien een longontsteking. Dat soort werk. Oké, ouderen of mensen met verminderde weerstand kunnen er na een smartelijk lijden aan sterven. Hadden ze maar beter op hun weerstand moeten letten of niet zo oud moeten worden.

Merkwaardig.

Q-koorts staat op het lijstje van plagen die bioterroristen zouden kunnen gebruiken om een samenleving te ontwrichten. Antrax (miltvuur), de pest. In dat rijtje hoort Q-koorts thuis. Antrax, de pest en Q-koorts zijn zo gevaarlijk omdat het zich via de lucht verspreidt. En dat betekent weer dat het niet kan worden tegengehouden.

Dit bioterroristisch wapen verspreidt zich naar nu blijkt in een razendsnel tempo over het land. De bron is bekend, maar wordt niet aangepakt, want het gaat tenslotte om boeren en die kunnen zich in dit land zo ongeveer alles permitteren.

Intussen staan we erbij en kijken er naar.

Leeswijzer


Kijk op Facebook voor onze reactie op de actualiteit.
Aanbeveling: Thema's of steekwoorden vindt u via de labels onderaan de pagina of op Animal Freedom. Klik hier voor de laatste bijdragen.
Klik hier voor het beleid om uw privacy te beschermen.

Waarom dit blog?

De Nederlandse veehouderij is vooral gericht op zoveel mogelijk voor de export te produceren onder het motto “meer, meer, meer en groot, groter, grootst”. Dit heeft negatieve gevolgen voor zowel de dierenwelzijn, biodiversiteit, het milieu, het klimaat, de portemonnee en de gezondheid van burgers en ook voor welwillende boeren.
Dit blog verzamelt kritische artikelen die de wurggreep beschrijven waarin de veehouderij zichzelf heeft vastgezet. Zo willen we niet alleen een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van de kwaliteit van het leven voor alle belanghebbenden, maar ook aan een schone, gezonde omgeving en een beter dierenwelzijn.

Ook de argumentatie dat dieren grondrechten hebben kan beter en meer aansluiten op hoe mensen voor zichzelf vinden dat recht moet gelden. Alle dier(soort)en kunnen in hun recht op vrijheid als (intrinsiek) evenwaardig aan mensen beschouwd worden. Dierenrechten zijn mensenrechten, die mensen de kans geeft om voor dieren op te komen.
Dieren, bijv. in de intensieve veehouderij, worden behandeld als een object in plaats van een subject met gevoelens en rechten.

De snelheid en het aantal dier(soort)en dat we voortdurend gebruiken is immens. De bijdrage aan onze welvaart en economie van de agrosector is gering. De oplossing is simpel en van niemand anders dan van ons zelf afhankelijk.

Dierenrechten in woord en beeld

Vrijheid is ook een intrinsiek grondrecht voor dieren. Dieren zijn geen dingen Dierenrechten zijn mensenrechten. Mensen moeten voor dieren kunnen opkomen wanneer hun grondrecht wordt geschonden.
logo van Animal Freedom yin en yang
Lees hier over de redenen waarom dieren recht op vrijheid hebben. Lees hier waarin mens en dier evenwaardig zijn.