Mens en dier zijn (intrinsiek) evenwaardig in hun recht op vrijheid

Bij de Stichting Animal Freedom leest u over de gedachte achter dierenrechten.
Hier leest u over ontwikkelingen in de agrosector en de gevolgen voor dieren(rechten).
Alle levende wezens zijn verschillend maar evenwaardig in het recht op vrijheid op een natuurlijk leven.
Een dier is (net als een mens) geen ding of een object.
Dierenrechten zijn mensenrechten. Mensen moeten kunnen ingrijpen wanneer mensen dieren misbruiken of onrecht aandoen.
Posts tonen met het label winstmarge. Alle posts tonen
Posts tonen met het label winstmarge. Alle posts tonen

15 december 2017

Melkveehouders maken een discutabele afweging

De supermarkten willen meer duurzame melk verkopen en bieden boeren die voldoen aan bepaalde eisen een hogere prijs. Veel boeren vinden de drie cent extra per liter van Albert Heijn voor echt goede melk niet genoeg.
Maar er is nog een niet onbelangrijk puntje waarom weinig boeren zullen willen meedoen. AH eist ook grondgebondenheid. Hun norm is 2,5 grootvee-eenheid gekoppeld aan een maximum van 18.000 kilo melk per hectare. Wanneer je alle jongvee wegdoet, kan je met die eis maximaal 7200 kilo melk per koe halen (18.000 gedeeld door 2,5).
Als je binnen die 2,5 grootvee-eenheden (gve) ook nog jongvee aanhoudt, (1 kalf jonger dan een jaar is = 0,25 gve, 1 “stuks” jongvee ouder dan een jaar en niet gekalfd is 5 gve) gaat die melkproductie per hectare nog verder omlaag, want die kalveren gaan af van het totaal aan gve per hectare.
Dat past allemaal precies in de opzet van AH, want die willen betere melk die 80% gebaseerd is op gras en dan kom je op rond de 7000 kilo melk per koe per jaar.
Door de politiek opgelegde fosfaatreductie gedwongen melken de boeren nu gemiddeld tegen 9000 kilo melk per koe. De productie per koe moest omhoog om de vermindering van de veestapel te compenseren. Drie cent extra weegt volgens de meeste boeren niet op tegen 2000 kilo (liter) melk minder per koe.
Stel dat de melkprijs bij de eigen coöperatie 30 cent per liter is en 33 bij levering aan AH, dan is het inkomen per koe in het eerste geval 9000*30 cent is 2700 euro per koe per jaar en bij levering aan AH 7200 * 33 is 2376 euro per koe per jaar. Het verschil is 324 euro.
Dat ze ook aanzienlijk minder kosten (aan veevoer, mestafvoer en veterinair) hebben, en gezonder vee, en betere melk rekenen ze niet mee. De nadelen daarvan voelen ze niet zelf maar gaan ten koste van het welzijn van de koe, het milieu of wordt afgewenteld op de belastingbetaler.

Boeren zouden anders rekenen wanneer het principe dat de vervuiler betaalt echt zou worden omgezet in beleidsverandering en door handhaving. Nu rekenen de boeren op de wet van de grote aantallen (resulterend in een melkplas en volle koelhuizen), op de subsidies vanuit Europa (gegeven door liberale en christelijke politici), het sluiten van de ogen door controlerende instanties (bijvoorbeed de NVWA) en op de naïeve burger, die een achterhaald romantisch beeld koestert van het platteland.

29 mei 2013

Verdrinkt melkveehouder in een melkzeepbel?

In RTV Drenthe radio-uitzending Cassata van zaterdag 25 mei een boeiend debat over de toekomst van de boeren, met name de melkveehouders. De melkprijzen zijn hoog, de behoefte aan melkpoeder groot, maar de concurrentie krijgt in 2015 veel meer kans.
Is dat het einde van de Nederlandse boer? Arend Steenbergen (voorzitter van LTO-Noord en melkveehouder in Pesse) en (10 jaar correspondent voor NRC Handelsblad voor het noorden, en daarna redacteur van Het Financieele Dagblad) kruisen de degens.

Volgens Abrahamse gaan de veehouders in 2015 koppie onder in de melkzeepbel. Schaalvergroting betekent voor de boer hogere kosten door de aanschaf van duur krachtvoer van elders. De kostprijs van melk ligt op dit moment 1 cent boven wat de boer krijgt. Na vrijgeven van de melkquota en het afschaffen van de importheffing zal ook het buitenland meer gaan produceren waardoor de melkprijs gaat zakken en het verschil met de hogere kostprijs nog verder zal uitlopen.
Voor elke kilo melk wordt drie-en-een-halve kilo mest geproduceerd. Nu al is de verwerking daarvan een probleem ondanks de subsidie op mestvergisting.
Abrahamse benoemt vier problemen wanneer de boeren meer vee gaan houden.
1. Extra voer.
2. Extra mest.
3. Subsidie gaan naar beneden.
4. Er komt buitenlandse concurrentie.

Opvallend is dat de LTO woordvoerder geen overtuigend argument voor zijn optimisme kan aanvoeren en terugvalt op een achterhaalde onderbouwing daarvan.
Abrahamse pleit voor krimp in de veestapel tot een kleinschaliger biologische bedrijfsvoering waarin de winstmarges tussen kostprijs en opbrengst veel ruimer zijn en die bovendien niet het milieu belast.
Volgens Abrahamse is de Nederlandse productie van zuivel juist niet efficiënt. De bescherming valt weg en zal daarom de bio-industrieboeren in financiële moeilijkheden brengen.
Koeien in het buitenland komen in tegenstelling tot veel dieren in ons land wel buiten en de kostprijs van de zuivel is veel lager. Die positie maakt buitenlandse producenten op de aantrekkende buitenlandse markt veel sterker.

Klik hier om meer te lezen over het (afschaffen van het) melkquotum.

17 juni 2009

Is biggensterfte in de natuur hoger dan in de bio-industrie?

Nuancering ontbrak in berichtgeving Varkens in Nood volgens Trouw.

In een Videobrief van de hoofdredactie van dagblad Trouw op 12 juni 2009 wordt de stelling verdedigd dat over de berichtgeving over biggensterfte de nuance ontbrak. "De varkenshouder weet biggensterfte te beperken en doet het beter dan de natuur", zegt hoofdredacteur Willem Schoonen op de video.

Volgens Schoonen zou in de vrije natuur 50% van de jonge zwijntjes niet tot wasdom komen. Hij ziet dat als een bewijs dat de Nederlandse varkenshouder goed voor zijn dieren zorgt. In de Nederlandse varkenshouderij worden alle vleesvarken geslacht vlak voor dat zij volwassen worden, maar de biggensterfte is volgens hem in de intensieve veehouderij het laagst. Biggen en zeugen die wat meer ruimte om te bewegen krijgen willen nog weleens hardhandig met elkaar in aanraking komen. Het aantal dieren dat door "doodliggen" sterft is in de biologische sector hoger.
Willem Schoonen mist het punt waar het om gaat: de kwaliteit van het leven. Dieren in de vrije natuur lopen grotere gevaren om het leven te laten. Maar de kwaliteit van hun leven is oneindig veel hoger. Vrijheid is een grondrecht voor dieren, althans zou dat moeten zijn.
Ondertussen zijn de varkenshouders trots over het relatief grote aantal dieren dat levend het slachthuis bereikt. Hoe verknipt kan een discussie gevoerd worden?

Met de persberichten over het grote aantal dieren dat sterft voor de slacht in de bio-industrie en de incidenten met levende dieren die herhaaldelijk worden aangetroffen door destructiebedrijf Rendac wil Varkens In Nood aandacht voor het ontbreken van goede euthanasiemethoden voor varkenshouders.
Zeugen werpen aan de lopende band en wekelijks sterven er op een varkensbedrijf biggen (tussen 2003 en 2008 steeg het percentage "uitval" van 13,8 naar 14,8). Zou de varkenshouder daarvoor telkens de dierenarts moeten laten komen dan kost hem dat de winstmarge op het houden van varkens (2 euro). De varkenshouder laat daarom de zwakke biggetjes (of die waar de zeug deels op heeft gelegen) al dan niet actief sterven. Hoe dat gaat? Dat wilt u niet weten.
Dat de kwestie toch een commotie oplevert heeft er mee te maken dat het publiek twee zaken door elkaar haalt. Dat dieren gehouden worden om gegeten te worden en dus geslacht is niet problematisch door het doden, maar door de wijze waarop zij worden gehouden. De Nederlandse bio-industrie produceert voornamelijk voor de export. Het moet dus zo goedkoop mogelijk. Heb je daar moeite mee, dan moet je geen vlees eten. Ook de keuze voor biologisch vlees helpt het dilemma niet om zeep.
Het stoppen met vlees eten heeft allerlei voordelen, niet in de laatste plaats voor de komende problemen met de opwarming van de aarde en de energieverspilling van het zinloos vervoeren van veevoer en vlees over de aarde.
Als je stopt met vlees eten hoef je alleen een korte tijd je een klein beetje te verdiepen in anders koken. Dat is een kleine moeite, maar dan hoef je je niet meer in bochten te wringen om je geweten te ontlopen. En als je het goed doet, leef je ook nog gezonder en eet je smakelijker.

29 april 2008

Slechts 2 euro marge per vleesvarken



Prijzen voor varkens stijgen en dalen en varkenshouders reageren daar weer op door meer of minder varkens te houden. Dat heet de varkenscyclus. Gemiddeld echter krijgt een varkenshouder slechts 2 euro meer per vleesvarken dan hij er aan uitgeeft. Daarvoor wordt dat varken onder minimale welzijnsomstandigheden een half jaar lang gevoed en gehuisvest. Dan is het arme beest zwaar genoeg om geslacht te worden.
Geen wonder dat varkens in grote aantallen worden gehouden en er steeds meer megastallen in het landschap verschijnen. De varkenshouder zou geen droge boterham verdienen bij kleine aantallen. De steeds kleiner wordende marges leiden tot nog meer schaalvergroting. Om deze grote aantallen te kunnen afzetten wordt geconcurreerd op de wereldmarkt. Ook wordt dezelfde wereldmarkt gebruikt om varkensvoer zo goedkoop mogelijk te produceren. Hele oerwouden worden gekapt om sojavoer te kunnen verbouwen. Ook leidt de overproductie in eigen land tot een mestprobleem. Oud LNV-minister Veerman zei eens: “We importeren veevoer, we exporteren goedkoop vlees en de rotzooi blijft achter”.



Bij deze wedloop zijn bijna alleen maar verliezers: voedselprijzen stijgen omdat graan, rijst en maïs niet aan mensen als voedsel wordt aangeboden, maar wordt verwerkt in veevoer of biobrandstof. Mensen uit de derde wereld en arme landen in het algemeen zijn steeds meer geld kwijt aan voeding. De hoge mestproductie leidt in ons land tot milieuproblemen en de druk van behoud van concurrentiepositie verlaagt de dierenwelzijnscondities.
De oplossing? Sanering van de intensieve veehouderij. Er wordt al jaren in ons land meer varkens, kippen en koeien geproduceerd dan we zelf nodig hebben en de hoeveelheid die we zelf nodig hebben kan nog veel kleiner, want Nederlanders eten teveel eiwitten, wat tot allerlei welvaartsziekten leidt (bijv. kanker).
Minderen op de vleesconsumptie is ook goed voor het klimaat, want de vleesproductie levert nationaal en mondiaal de grootste bijdrage aan de opwarming van de aarde.
Onze economie zal er niet onder leiden en ons land wordt er leefbaarder door.

Leeswijzer


Kijk op Facebook voor onze reactie op de actualiteit.
Aanbeveling: Thema's of steekwoorden vindt u via de labels onderaan de pagina of op Animal Freedom. Klik hier voor de laatste bijdragen.
Klik hier voor het beleid om uw privacy te beschermen.

Waarom dit blog?

De Nederlandse veehouderij is vooral gericht op zoveel mogelijk voor de export te produceren onder het motto “meer, meer, meer en groot, groter, grootst”. Dit heeft negatieve gevolgen voor zowel de dierenwelzijn, biodiversiteit, het milieu, het klimaat, de portemonnee en de gezondheid van burgers en ook voor welwillende boeren.
Dit blog verzamelt kritische artikelen die de wurggreep beschrijven waarin de veehouderij zichzelf heeft vastgezet. Zo willen we niet alleen een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van de kwaliteit van het leven voor alle belanghebbenden, maar ook aan een schone, gezonde omgeving en een beter dierenwelzijn.

Ook de argumentatie dat dieren grondrechten hebben kan beter en meer aansluiten op hoe mensen voor zichzelf vinden dat recht moet gelden. Alle dier(soort)en kunnen in hun recht op vrijheid als (intrinsiek) evenwaardig aan mensen beschouwd worden. Dierenrechten zijn mensenrechten, die mensen de kans geeft om voor dieren op te komen.
Dieren, bijv. in de intensieve veehouderij, worden behandeld als een object in plaats van een subject met gevoelens en rechten.

De snelheid en het aantal dier(soort)en dat we voortdurend gebruiken is immens. De bijdrage aan onze welvaart en economie van de agrosector is gering. De oplossing is simpel en van niemand anders dan van ons zelf afhankelijk.

Dierenrechten in woord en beeld

Vrijheid is ook een intrinsiek grondrecht voor dieren. Dieren zijn geen dingen Dierenrechten zijn mensenrechten. Mensen moeten voor dieren kunnen opkomen wanneer hun grondrecht wordt geschonden.
logo van Animal Freedom yin en yang
Lees hier over de redenen waarom dieren recht op vrijheid hebben. Lees hier waarin mens en dier evenwaardig zijn.