Mens en dier zijn (intrinsiek) evenwaardig in hun recht op vrijheid

Bij de Stichting Animal Freedom leest u over de gedachte achter dierenrechten.
Hier leest u over ontwikkelingen in de agrosector en de gevolgen voor dieren(rechten).
Alle levende wezens zijn verschillend maar evenwaardig in het recht op vrijheid op een natuurlijk leven.
Een dier is (net als een mens) geen ding of een object.
Dierenrechten zijn mensenrechten. Mensen moeten kunnen ingrijpen wanneer mensen dieren misbruiken of onrecht aandoen.
Posts tonen met het label voedselzekerheid. Alle posts tonen
Posts tonen met het label voedselzekerheid. Alle posts tonen

20 januari 2019

Uitfasering van de Nederlandse veehouderij

Nu Nederland en de gehele wereld er belang bij hebben om samen te werken om globale bedreigingen als opwarming van de aarde, een voedseltekort voor de groeiende wereldbevolking, verlies van biodiversiteit en milieuvervuiling aan te pakken is het ook reëel om vooruit te kijken of de Nederlandse veehouderij nog wel een toekomst of bestaansrecht heeft.
Immers, de productie en het eten van vlees en de melkveehouderij dragen substantieel bij aan voorgenoemde problemen.
Nederlanders eten graag vlees en drinken veel zuivel omdat ze het gewend zijn, het lekker vinden, het de status van luxe en vermeende gezondheidsvoordelen heeft. Vlees bevat eiwitten die samengesteld zijn uit aminozuren. Het zijn die aminozuren die het lichaam nodig heeft en die via ons darmstelsel worden opgenomen in het lichaam nadat de eiwitten zijn afgebroken tot aminozuren. Al die voedselbestanddelen worden ook geleverd door planten, dus waarom die omweg, die zoveel nadelen heeft?

Daarnaast wordt de samenstelling van vlees door technologen nagebouwd uit kweekvlees of samengesteld uit plantaardige grondstoffen. Deze zijn minstens zo gezond als gewoon vlees, maar hebben niet de nadelen als dierenleed, waterverbruik, medicijn- of groeihormoonresten. Ze smaken (nu of binnenkort) identiek als vlees en kunnen goedkoper en op grotere schaal worden geproduceerd. Ook de vleesverwerkende industrie zal het worst wezen of de bestanddelen van verkocht vlees afkomstig zijn van dieren of van planten. Het gaat erom of de afnemers het willen kopen. En waarom zouden ze het niet proberen, te meer omdat de winstmarges gunstiger lijken.
Zou er echt zoveel weerstand van de consument te verwachten zijn wanneer plantaardig vlees er hetzelfde eruit ziet, net zo smaakt of mogelijk beter, goedkoper en minder ongezond is en minder gewetensnood oplevert?

De Nederlandse veehouderij is nog steeds gericht op de export omdat die in de afgelopen decennia grote groeikansen leek te hebben. Maar dat is achterom kijken. Inmiddels kennen we de nadelen van het oprekken van de grenzen van draagkracht van dier en ecologie. Wie vooruit kijkt, ziet voor de veehouderij voornamelijk beren op de weg. Er is op de boerderijen al zoveel bezuinigd via kostenbesparing, het oprekken van regels en het uitwonen van de leefomgeving dat wij Nederlanders eens onder ogen zouden moeten zien dat het einde van de doodlopende weg in zicht is en dat een verantwoorde voedselproductie een volkomen andere koers vraagt. Terwijl winstoogmerk bij het exploiteren van dieren in de ogen van steeds meer consumenten een ethische gruwel is, lijkt ook het perspectief van verantwoorde en voldoende inkomsten te verdwijnen.

Wie gaat sanering van de veehouderij betalen? Er zijn duidelijk 3 partijen die schuld hebben en gelijkelijk zouden moeten bijdragen: de veehouder die onverantwoord investeerde, de bank die onverantwoorde lening uitzette en de overheid die onverantwoord beleid voerde.

We kunnen ons veel geld, ergernis en moeite besparen wanneer we inzetten op een meer duurzame en toekomstvaste manier van voedsel produceren, gebaseerd op plantaardige grondstoffen. Een landschap zonder vee omdat er geen vee meer wordt gehouden is niet zo veel anders dan het huidige aangezicht van het landschap omdat veel vee al jaarrond in gesloten stallen wordt gehouden. Misschien valt er nog wat van de biodiversiteit te redden wanneer veel minder landoppervlak in gebruik is voor productie van veevoer en de leefbaarheid voor fauna niet langer door niets ontziende en egaliserende landbouwmachines onmogelijk wordt gemaakt.

Het monotone weidelandschap kent geen schuilmogelijkheden meer en wordt bevolkt door vogels die elders nestelen in bomen of onbegaanbare gebieden en ganzen die massaal afkomen op eiwitrijk gras. Geen wonder dat jonge weidevogels nauwelijks een kans tot overleven hebben.

Tenslotte kan Nederland in plaats van overproductie beter de technologie en knowhow van plantaardige voedselproductie blijven exporteren en zo vrij van dierenleed bijdragen aan het verminderen van voedseltekort in de rest van de wereld en het vertragen van de opwarming van het klimaat.

Zie deze oproep in de Volkskrant van 19 augustus 2019:
Volgens koeienboer Annette Harberink, varkensboer Kees Scheepens en kippenboer Ruud Zanders doen veeboeren er goed aan met hulp van politiek en goede wil te stoppen.

"Laten we er een 20-jarenplan van maken om in 2040 wederom het beste landbouwsysteem ter wereld te hebben. Ieder jaar nemen we 5 procent van onze veestapel uit productie. Te beginnen met boeren die geen opvolging hebben en (bijna) pensioengerechtigden. Dit kan middels opkopen van productierechten. Hiermee kunnen ook eventuele schulden worden afbetaald".

19 oktober 2017

Is dit wel een voordeel voor een vleeseter?

De Nederlandse consument en burger is niet enthousiast over de intensieve veehouderij in Nederland. Men heeft compassie met het saaie leven van de landbouwhuisdieren in de afgesloten stallen en het wrede lot in de slachterij.

Om te kunnen snappen waarom hij of zij niet zo snel en krachtig in verzet komt helpt het om te beseffen dat er ook voordelen zijn aan wat een ander als nadelig ziet.
1.    De prijs van vlees en zuivel is laag. Door de omvang van de productie gericht op export naar het buitenland en de import uit het buitenland is de prijs van vlees en zuivel lager dan wanneer de Nederlandse veehouderij zich zou beperken tot de Nederlandse markt.
2.    Er zijn minder insecten. Door het intensieve landgebruik voor veevoer en akkerproducten is er relatief weinig leefruimte voor insecten. Neonicotinoïden decimeren de hoeveelheid insecten. Daar heeft een burger voordeel van doordat er veel minder insecten te pletter slaan op de voorruit van de auto, in je ogen vliegen tijdens het fietsen of de slaapkamer in de zomer minder muggen komen en je dus minder geprikt wordt.

Wie gevoelig is voor deze “opbrengsten” van de intensieve veehouderij zou zich erin kunnen verdiepen dat de lagere prijs uiteindelijk toch door hemzelf wordt betaald via de maatregelen die overheid neemt om de intensieve veehouderij te ondersteunen.
Wie niet treurt om de teruggang in het aantal insecten zou zich eens kunnen verdiepen in de ecologische rol van insecten in de bestuiving van gewassen. Zonder bestuivers (insecten als bijen bijvoorbeeld) kan er heel veel minder voedsel worden geteeld en komt onze voedselvoorziening in gevaar.
Door producten af te nemen van de intensieve veehouderij werk je mee aan het afnemen (lees stelen) van leefruimte van dieren.
Het is niet moeilijk om even stil te staan bij de gedachte dat iedereen kan bijdragen aan een ecologisch meer verantwoorde inrichting van de economie en platteland, die uiteindelijk ook de menselijke gezondheid ten goede komt.

Zie ook deze teksten over heling.

29 juli 2015

Voedsel zou geen onderwerp van concurrentie moeten zijn

Boeren die produceren voor de export zijn afhankelijk van politieke ontwikkelingen. De Franse boeren die wegen blokkeren om een reactie van de overheid af te dwingen en die vrachtwagens met geïmporteerd voedsel leeghalen zijn een beetje hypocriet en voeren op een oneigenlijke manier actie. Het is geen wonder dat deze acties maar in beperkte (eigen) kring enthousiast worden ontvangen.
Het is begrijpelijk dat een melkveehouder minimaal kostendekkend wil produceren.
Door de overproductie na het afschaffen van het melkquotum, het sluiten van de Russische markt en het bij nader inzien toch niet zo'n grote Chinese behoefte aan babymelkpoeder kunnen voedselverwerkers hun producten niet meer kwijt. Dus zakken de prijzen.

Wat de een te veel produceert kan een ander niet meer verkopen. Ook een wereldmarkt is op een gegeven moment verzadigd. Boeren concurreren elkaar kapot. Niet de beste wint, maar de meest gewetenloze of minst milieu- of diervriendelijke boer. Het is een ratrace of race-to-the-bottom geworden. Argumentatie over wat er aan de hand is, is vooral een uitwisseling van halve waarheden, chauvinisme en drogredenen (zie labels).

De situatie van overproductie en veel negatieve gevolgen voor dierenwelzijn en milieu roept de vraag op of voedsel wel zo geschikt is voor de vrije markt. Natuurlijk, niemand zal pleiten voor het ter ziele gegane communistische systeem waarbij een centraal comité de productie van voedsel plande, maar een betere afstemming en verdeling van productie binnen de EU moet mogelijk zijn. Waarom binnen Europa vlees en zuivel overproduceren en boeren uit buurlanden kapot concurreren? Waarom binnen continenten überhaupt meer voedsel produceren om elkaar tussen continenten te beconcurreren?

De nadelen van de vrije markt voor voedsel zijn evident. Wie concrete voorbeelden wil lezen, zie onderaan via de labels.
Het wordt tijd om binnen de internationale politiek afspraken te maken om te stoppen met het heen en weer slepen van voedsel over de wereld en om de voedselstromen zo te reguleren dat ieder mens op de wereld voldoende te eten krijgt en nadelen als dierenleed en milieuschade worden gestopt.
Een eis van grondgebondenheid, waarbij het voer op eigen land verbouwd wordt en de mest op eigen land wordt uitgereden, helpt al een groot deel van de overproductie te stoppen.

06 maart 2013

Achteruitgang wilde bestuivers

Vragen van het lid Ouwehand (Partij voor de Dieren) aan de staatssecretaris van Economische Zaken over de sterke afname van de vlinderstand.

  1. Heeft u kennis genomen van het onderzoek dat erop wijst dat de grote achteruitgang van wilde bestuivers zoals vlinders, hommels, zweefvliegen en wilde bijen een groot gevaar is voor de landbouw en voor de voedselzekerheid?
  2. Deelt u mijn bezorgdheid over de sterke daling van het aantal vlinders in ons land, waardoor de vlinderstand momenteel op het laagste niveau van de laatste twintig jaar is beland?
  3. Kunt u bevestigen dat de belangrijkste oorzaken van de achteruitgang van de vlinderstand gevonden kan worden in de intensivering van de landbouw, waardoor het leefgebied van vlinders sterk is afgenomen door versnippering, vermesting en verdroging? Zo ja, welke consequenties verbindt u hieraan en op welke wijze wilt u de verdere intensivering van de landbouw en de negatieve gevolgen daarvan tegengaan?
  4. Bent u bereid om een extra en een forse inspanning te leveren om het leefgebied voor vlinders en andere wilde bestuivers weer te vergroten? Zo ja, op welke termijn en wijze? Zo nee, waarom niet?
  5. Deelt u de mening dat de bermen van wegen een leefgebied zouden kunnen vormen voor vlinders en andere wilde bestuivers wanneer deze worden ingezaaid met bloemenzaden? Zo ja, bent u bereid om ervoor te zorgen dat deze bermen inderdaad als zodanig worden ingericht, ook in samenwerking met provincies en gemeenten? Zo nee, waarom niet?

23 maart 2012

Onze huisdieren verbruiken 40% landbouwgrond

Rapport 509 van de WUR uit oktober 2011 geeft een eerste verkenning van de ecologische voetafdruk van gezelschapsdieren, toegespitst op katten, honden en paarden in Nederland.
We hebben voor de voeding van onze huisdieren een equivalent nodig van 40% van de beschikbare hoeveelheid landbouwgrond in ons land. De 3,2 miljoen katten, 1,8 miljoen honden en 400.000 paarden in Nederland hebben voor hun voedsel gezamenlijk 820.000 ha nodig. Nederland heeft ca. 2 miljoen ha landbouwgrond. Voor de geschatte Europese populatie aan katten (60 miljoen), honden (56 miljoen) en paarden (5,8 miljoen) is dat 19 miljoen ha.

Veel mensen houden huisdieren voor hun kinderen. Ze willen dat kinderen contact hebben met de natuur. Zou het niet een beter idee zijn wanneer in Nederland door de uitbreiding van de Ecologische Hoofdstructuur en de beperking van de jacht de mogelijkheden worden vergroot om in de natuur dieren te zien in hun natuurlijke omgeving? Nu wordt veel grond gebruikt voor landbouw om te exporteren en wordt er gejaagd om schade aan landbouwgewassen te voorkomen. Dat maakt dieren schuw en zijn zij bij een wandeling in de natuur nauwelijks zichtbaar.

Meer lezen over ecologische en mondiale voetafdruk? Klik hier. Meer lezen over de gevolgen van het houden van huisdieren? Klik hier.

19 mei 2011

Thieme: doel PvdD is bewustwording

Vrijdag 13 mei stond in de Volkskrant een interview met Marianne Thieme van de PvdD.
In het afgelopen jaar waren mensen aan het twijfelen geraakt of de dieren wel voorop staan bij de PvdD omdat in interviews ook duurzaamheid als speerpunt is genoemd.

'Als wij straks met tien miljard mensen op deze aarde leven, is het onvermijdelijk dat wij een andere manier van eten gaan krijgen. Onvermijdelijk.
Of het volledig vegetarisch is? Niet als doel op zich. Het zal een gevolg zijn van bewustwording, dat is het doel. Ik zeg dit bedachtzaam, omdat persoonlijke vrijheid en verantwoordelijkheid bij ons hoog in het vaandel staan. Wij willen niemand verplichten. We willen inspireren. En dat mensen de maatschappelijke kosten die ze veroorzaken, ook betalen. Dus een extra belasting op vlees. Maar het is je eigen keuze om vlees te eten.'

20 april 2011

Als een megastal niet meer mag, dan is er weer zicht op kwaliteit van leven

Peter de Graaf interviewt voor de Volkskrant van 19 april 2011 varkensboer Jos Heijmans. Volgens Heijmans maakt het de varkens niet uit of zij met honderd of met duizend in de stal staan. En wie zou hem daarin ongelijk geven? Protest kost geld. Sterker nog, "vroeger waren de stallen klein, donker, koud en tochtig en vroren de biggen ’s winters aan het beton vast. De megastal heeft meer voor- dan nadelen" volgens Heijmans. “We zijn een productiebedrijf, we maken vlees. Als dit niet mag, dan houdt het op”.
Vanuit het perspectief van de varkensboer is het leven simpel: hoe grootschaliger, hoe efficiënter, dus hoe groter de winst. En de consument profiteert mee met lage vleesprijzen.
Het bezwaar tegen het grootschalig houden van varkens zit ‘m niet in de aantallen in één stal. Het bezwaar is tegen het gebrek aan kwaliteit van het leven van een varken of koe in een stal, groot of klein. Zo'n dier komt niet meer buiten.
Het bezwaar zit ‘m ook in de gevolgen van het toelaten van zo veel megastallen in ons land. We produceren het drievoudige aan vlees en zuivel dan wat de directe omgeving nodig heeft. Twee derde wordt geëxporteerd en jaagt buitenlandse boeren ook naar grootschaligheid en stuwt de vleesconsumptie op. Het gevolg is dat het veevoer van ver moet worden gehaald en het klimaat opwarmt. Door de concurrentie en het onnatuurlijke leven van de dieren in een stal is er veel dierenleed en milieuvervuiling. De overlast voor de directe omgeving is vooral de lelijkheid en minder dan vroeger de stank.
Het bezwaar is ook de overbodigheid. Door megastallen verdienden de eigenaren veel geld, maar hun product is eigenlijk overbodig. De mens kan ook zonder en zonder vlees en zuivel is er op aarde voor een veelvoud aan mensen, dieren en vrije natuur voldoende ruimte en voedsel. Vlees en zuivel uit een megastal vreet ruimte buiten en in het buitenland in tegenstelling tot wat sommigen denken. Waarom zouden we dan toelaten dat ons land wordt volgebouwd met lelijke vleesfabrieken vol dierenleed om de portemonnee van een kleine groep te spekken? We kunnen de ruimte en grondstoffen voor veevoer veel beter gebruiken om mensen in binnen- en buitenland een aangename leefomgeving te bezorgen waar dieren uit de vrij natuur ook ruimte genoeg hebben om te leven. Zodat kwaliteit van de leefomgeving weer bijdraagt aan levensgeluk.

13 maart 2011

Bijensterfte door pesticiden is bedreiging voor de voedselvoorziening

MOORD OP DE HONINGBIJ - Zembla 15 MAART 2011

Van alle Europese landen heeft Nederland de grootste bijensterfte. Natuurbeheerders maken zich grote zorgen over de gevolgen die dit heeft voor onze voedselketen. Wetenschappers en imkers uit de hele wereld zien landbouwgif als de belangrijkste oorzaak van de sterfte. De producenten van dit middel ontkennen ieder causaal verband. In Nederland ziet de belangrijkste adviseur van de overheid op dit gebied, Wageningen Universiteit en Research-centre (WUR), de pesticiden ook niet als grootste probleem van de bijensterfte. Vanwege de grote economische belangen is een verband tussen de dood van de bijen en het gebruik van het landbouwgif een gevoelig onderwerp op de Haagse politieke agenda.

Bedreiging voor de voedselvoorziening
De massale bijensterfte is een grote bedreiging voor onze voedselvoorziening. Zonder bijen geen groenten, geen noten, geen chocolade, geen koffie en geen fruit. Tachtig procent van alle planten op aarde zijn voor de voortplanting of evolutie afhankelijk van de bestuiving van de bij. De sterfte-explosie loopt gelijk met de invoering van een nieuw type insecticide, imidacloprid, dat in de jaren negentig op de markt kwam. Het middel werkt continu, omdat het preventief op de zaden is aangebracht waardoor de hele plant giftig wordt. Bijen die in aanraking komen met de pollen en het stuifmeel, nemen het gif mee naar de bijenkorf. De bijen worden dan ziek en gaan dood.
Tot zover Zembla.

2010 is het uitgeroepen tot het Internationaal Jaar van de Biodiversiteit. En dat is hard nodig ook. Men kwam tot de conclusie dat de mens oneindig veel schade heeft toegebracht aan de biodiversiteit.

09 oktober 2009

Miljarden nodig voor mondiale omslag in voedselproductie

De investeringen in landbouw moeten wereldwijd ongeveer worden verdubbeld tot een jaarlijks bedrag van 83 miljard dollar (56,2 miljard euro) om de wereldbevolking in 2050 van genoeg voedsel te kunnen voorzien. Dat stelt de wereldvoedselorganisatie FAO van de Verenigde Naties in een op 8 oktober 2009 gepresenteerd rapport.
Met die miljarden moet de landbouwproductie in de komende veertig jaar met 70 procent worden verhoogd om de verwachte groei van de wereldbevolking tot 9,1 miljard mensen bij te benen.
Jaarlijks is ongeveer 20 miljard dollar nodig voor de productie van gewassen en 13 miljard dollar voor het houden van vee, berekende de FAO. Daarnaast is 50 miljard dollar nodig voor zaken als opslag en verwerking van voedsel.
Tot zover de FAO.



Wanneer de vleeseters zoveel vlees blijven eten als zij nu doen en hun energievretende levensstijl ongewijzigd laten, dan gaat dit ten koste van de ruimte voor natuur op aarde. Er zouden nu al 2 aardes nodig zijn wanneer elke wereldbewoner de Nederlandse manier van leven zou kopiëren. Er is dus een omslag nodig in de manier waarop we ons voeden. Daarin investeren is effectief voor de gevaren die ons bedreigen, namelijk opwarming van de aarde en het achteruitgang van de biodiversiteit in de natuur.
De Nederlandse boeren in de intensieve veehouderij en zij die 'trots zijn op Nederland' roepen dat zij een bijdrage leveren aan het terugdringen van de honger in de wereld.
De waarheid is dat zij juist bijdragen aan het vergroten van het aantal mensen dat honger lijdt, omdat zij het voedsel bestemd voor de armen ophalen uit de Derde Wereld en in hun Westerse stallen aan de varkens, kippen en koeien voeren. Om dit onrecht te veranderen moeten boeren en consumenten hun gedrag veranderen: het is voor iedereen heilzaam om minder vlees en zuivel te produceren en te consumeren.

13 januari 2009

Vertel de mensen dat de voedselzekerheid in het geding is

Gert Jan Oplaat is politicus en pluimveehouder. Hij mag graag provoceren en is (vanwege zijn botheid?) soms mikpunt van dierenactivisten. Oplaat ziet de toekomst van de agrosector hoopvol in. Om de business een steun in de goede financiële richting te geven, sluit hij in een colum (let op de spelfout) op de site van de Nederlandse Vakbond Pluimveehouders aan bij de desinformatie die de sector gewend is in de media rond te strooien.

Oplaat:

Dus beste landbouworganisaties, regering en andere verantwoordelijken vertel de mensen dat de voedselzekerheid in het geding is als we niet snel meer ruimte gaan geven aan onze agrarische ondernemers.

In het Parool: de winkelprijzen van diverse levensmiddelen dalen. Goede oogsten, overproductie en de economische malaise zorgen voor verlichting in de portemonnee.

De winkelprijzen van onder andere melk, boter, yoghurt, ijs, aardappelen, olijfolie, fruit en vruchtensappen zijn in december gedaald.

10 december 2008

Minister Verburg zoekt naar een eenzijdig deel van de oplossing

In een persbericht op 09-12-2008 vraagt minister Verburg vraagt mensen via zogenaamde Kenniskamers om mee te denken over slimme oplossingen. "Ik heb het bedrijfsleven en de maatschappelijke organisaties hard nodig om kennis te ontwikkelen en deze op een goede manier in te zetten. Zo kan Nederland een van de belangrijkste landbouwproducenten ter wereld blijven en de vernieuwende kracht van onze agrarische sector op hoog niveau houden", aldus minister Verburg bij de instelling van de Kenniskamers.

Het is duidelijk dat het de minister gaat om het economisch veiligstellen van de agrobusiness. Dat is op zich haar goed recht, maar de beperkte doelstelling van de minister is niet per se in het belang van de Nederlandse burger. Vraagstelling is bijvoorbeeld: “hoe zorgen we voor voedselzekerheid en een duurzame voedselproductie? Of hoe gaan we in Nederland om met de schaarse ruimte”?

In Nederland wordt ongeveer 60 procent van het landoppervlak gebruikt voor de landbouw. Dat is het dubbele wat ons land nodig heeft voor voedselzekerheid. De meeste producten uit de landbouw worden geëxporteerd. Voor vee kun je zelfs stellen dat 2 op de 3 landbouwdieren gemist kunnen worden en is er toch genoeg vlees en zuivel voor de eigen voedselvoorziening. Het land deels teruggeven aan de natuur en zo de schaarse ruimte aantrekkelijk te maken voor mens en dier is dan ook zeker een optie. Al jaren vindt er op het platteland een gevecht plaats tussen overheid en boeren in de inrichting van de Ecologische HoofdStructuur. Boeren weigeren om vrijwillig land af te staan voor natuurontwikkeling omdat zij meer kunnen geld verdienen door het land te gebruiken voor eigen doeleinden.
Muskusratten en beverratten moeten worden bestreden omdat zij gaten graven in de kant van sloten en kanalen. Zouden de oeverwallen in ons land afgevlakt worden door een stuk van de landbouwgrond terug te geven aan de natuur dan dient een dergelijke simpele ingreep vele andere belangen. Er kan meer water worden opgevangen bij wateroverlast. Dieren hoeven niet meer onnodig worden gedood en er is ruimte voor biodiversiteit op de schuine oeverwallen. Recreanten kunnen genieten van het landschap en insecten als bijen kunnen voldoende gentechvrij voedsel vinden om zich te handhaven. Al met al zou dit een veel natuurlijker balans in het landschap maken.

Minister Verburg heeft echter andere redenen om de mensen mee te laten denken: “de inbreng en de adviezen van de deelnemers gebruik ik voor het aansturen van onderzoeks- en innovatieprogramma's". En daarmee maakt zij zichtbaar dat haar invulling van duurzaamheid niet gericht is op ecologische balans die uiteindelijk een gezonde samenleving oplevert, maar dat zij gericht is om een deel van de economische samenleving aan het werk te houden.
Mensen aan het werk houden is niet zo veel mis mee, maar de mensen zouden beter kunnen werken aan en meedenken over een ecologisch gebalanceerde samenleving.

23 december 2006

Schaduwredenaties in FAO rapport over veehouderij

Marieke Aarden meldt in een artikel in de Volkskrant van 17 december, afdeling Kennis:
Koeien, varkens, schapen, geiten en kippen vormen een van de grootste milieubedreigingen in de wereld, stelt de VN Voedsel en Landbouworganisatie FAO in het rapport De lange schaduw van de veehouderij, dat deze week in Rome is verschenen.
In het rapport roept Steinfeld, een van de auteurs, op om de negatieve gevolgen van de veehouderij te halveren omdat het anders fout gaat met de leefbaarheid van onze planeet Aarde.
Verderop schrijft Aarden:
De hele wereldbevolking aanzetten om vegetariër te worden, is echter ondoenlijk, zegt de eerste auteur van het rapport Henning Steinfeld deze week in New Scientist. In de veehouderij en aanverwante bedrijven verdient een miljard mensen zijn brood. Halveren is daarom geen optie.

Letterlijke citaat Steinfeld:
Encouraging the global population to become vegans is not a viable solution, however. For starters, says the lead author of the FAO report, Henning Steinfeld, it is quite simply not an option for many of the one billion people whose livelihoods rely on livestock production.
Moreover, vegetable production is not devoid of environmental problems either. And recent studies have shown that global fish stocks are not sustainable at current levels of exploitation (see No more seafood by 2050?).
Deze tekst van Steinfeld suggereert dat de intensieve veehouderij nodig is, vooropgesteld dat de milieugevolgen gehalveerd worden. Hij zegt het niet met zoveel woorden, maar deze tekst zal zeker door de sector ter eigen eer en glorie worden gebruikt.
Ten onrechte, want de hele waarheid van keuzes, die we hebben, is als volgt. Miljoenen mensen houden vee en zijn van hiervan afhankelijk. Deze miljoenen veehouders leven in samenlevingen, die (wanneer de vraag naar vlees toeneemt) 3 dingen kunnen doen:
  1. minder vlees produceren en de behoefte afdekken door plantaardige voeding te produceren en de mensen te leren lekker vegetarisch te koken;
  2. zij kunnen gewoon doorgaan evenveel vlees te produceren en het vlees duurder te laten worden. Dit houdt vraag en aanbod in balans.
  3. Tenslotte kan een samenleving er voor kiezen om de voedingsindustrie te vragen om minstens de helft van het vlees te vermengen met vleesvervangers. In deze laatste optie hoeft een vleeseter de minste moeite te doen en is er minder land nodig om voedsel te produceren.
Welke keuze een samenleving ook maakt, steeds komt het moment dichterbij dat men vrijwel vegetarisch eet.

03 mei 2006

FAO-medewerkster Fresco dubieus geciteerd


Cursief commentaar op het bericht in Zibb met als titel “vlees belangrijkste groeisector”.

In Zibb:

Fresco neemt aan het eind van deze maand afscheid van de FAO. In het dagblad Trouw zegt ze dat ontmoedigen van de vleesconsumptie geen oplossing van het hongerprobleem is.

Algemeen wordt erkend dat het hongerprobleem vooraleerst een distributieprobleem is. In sommige gebieden kunnen hulpverleners hongerenden niet bereiken door bijvoorbeeld oorlogsomstandigheden.

”Het zou een heleboel mensen in hun bestaan aantasten. Vlees is de belangrijkste groeisector binnen de landbouw en het stimuleert ook de soja– en graanproductie. Er is op zich niks tegen vlees. Alleen niet van een slechte kwaliteit, niet op een respectloze manier jegens de dieren, niet op een manier die het milieu aantast, en niet te veel.”

Deze uitspraak van hoogleraar Fresco kan velen op het verkeerde been zetten. Een groot deel van de soja- en graanproductie is bestemd als veevoer.

Toch zou de Nederlander zijn vleesconsumptie kunnen matigen. Een of twee keer in de week een omeletdag, een visdag of een vegetarische dag zou beter zijn. ”Maar in zijn algemeenheid zie ik niets in taboes en nieuwe verboden”, aldus Fresco in Trouw.

Deze uitspraak is niet hemelschokkend. Westerse mensen en veel hongerenden zullen niets zien in taboes en nieuwe verboden.

Tot zover (commentaar op) Zibb.

Een beetje geeft Louise Fresco wel aanleiding tot het verkeerd interpreteren van haar visie, want zij spaart graag de kool en de geit. Waarschijnlijk een "beroepsdeformatie" van het FAO-werk.

Klik hier, voor wie geïnteresseerd is in haar oratie.

Klik hier, voor wie weten wat de gevolgen zijn van de westerse vleesconsumptie op de omstandigheden in de Derde Wereld.

Leeswijzer


Kijk op Facebook voor onze reactie op de actualiteit.
Aanbeveling: Thema's of steekwoorden vindt u via de labels onderaan de pagina of op Animal Freedom. Klik hier voor de laatste bijdragen.
Klik hier voor het beleid om uw privacy te beschermen.

Waarom dit blog?

De Nederlandse veehouderij is vooral gericht op zoveel mogelijk voor de export te produceren onder het motto “meer, meer, meer en groot, groter, grootst”. Dit heeft negatieve gevolgen voor zowel de dierenwelzijn, biodiversiteit, het milieu, het klimaat, de portemonnee en de gezondheid van burgers en ook voor welwillende boeren.
Dit blog verzamelt kritische artikelen die de wurggreep beschrijven waarin de veehouderij zichzelf heeft vastgezet. Zo willen we niet alleen een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van de kwaliteit van het leven voor alle belanghebbenden, maar ook aan een schone, gezonde omgeving en een beter dierenwelzijn.

Ook de argumentatie dat dieren grondrechten hebben kan beter en meer aansluiten op hoe mensen voor zichzelf vinden dat recht moet gelden. Alle dier(soort)en kunnen in hun recht op vrijheid als (intrinsiek) evenwaardig aan mensen beschouwd worden. Dierenrechten zijn mensenrechten, die mensen de kans geeft om voor dieren op te komen.
Dieren, bijv. in de intensieve veehouderij, worden behandeld als een object in plaats van een subject met gevoelens en rechten.

De snelheid en het aantal dier(soort)en dat we voortdurend gebruiken is immens. De bijdrage aan onze welvaart en economie van de agrosector is gering. De oplossing is simpel en van niemand anders dan van ons zelf afhankelijk.

Dierenrechten in woord en beeld

Vrijheid is ook een intrinsiek grondrecht voor dieren. Dieren zijn geen dingen Dierenrechten zijn mensenrechten. Mensen moeten voor dieren kunnen opkomen wanneer hun grondrecht wordt geschonden.
logo van Animal Freedom yin en yang
Lees hier over de redenen waarom dieren recht op vrijheid hebben. Lees hier waarin mens en dier evenwaardig zijn.