Mens en dier zijn (intrinsiek) evenwaardig in hun recht op vrijheid

Bij de Stichting Animal Freedom leest u over de gedachte achter dierenrechten.
Hier leest u over ontwikkelingen in de agrosector en de gevolgen voor dieren(rechten).
Alle levende wezens zijn verschillend maar evenwaardig in het recht op vrijheid op een natuurlijk leven.
Een dier is (net als een mens) geen ding of een object.
Dierenrechten zijn mensenrechten. Mensen moeten kunnen ingrijpen wanneer mensen dieren misbruiken of onrecht aandoen.
Posts tonen met het label respect. Alle posts tonen
Posts tonen met het label respect. Alle posts tonen

05 januari 2024

Compassie hebben voor dieren en hun rechten respecteren

Een subtiel onderscheid dat verbindt

In de complexe relatie tussen mens en dier komen twee belangrijke aspecten naar voren: compassie voor dieren en het respecteren van hun rechten. Hoewel beide begrippen vaak in dezelfde adem genoemd worden, is er een subtiel maar essentieel verschil dat onze benadering van dieren en hun welzijn beïnvloedt.

Compassie voor dieren

Compassie voor dieren gaat hand in hand met het erkennen van de overeenkomsten tussen mens en dier. Het idee dat dieren emoties ervaren, een verlangen hebben om in leven te blijven, en dat ze, net als mensen, de behoefte hebben aan zorg en bescherming, vormt de kern van compassie. Deze benadering stelt dat het begrijpen en erkennen van de gevoelens van dieren ons verplicht om hen met vriendelijkheid en mededogen te behandelen.
Het is gebaseerd op het inzicht dat dieren, ondanks hun verschillen, op vergelijkbaar fundamentele manieren als mensen kunnen lijden. Dit besef roept op tot respectvolle behandeling, het vermijden van wreedheid en het streven naar het welzijn van dieren in alle omstandigheden.

Dierenrechten en het natuurlijk evenwicht

Aan de andere kant rusten dierenrechten op het idee dat elk levend wezen, inclusief dieren, het inherente recht heeft om vrij te leven. Deze rechten worden vaak afgeleid van het idee dat de natuur een zelfregulerend systeem is, waarin elk wezen een rol speelt in het behoud van een natuurlijk evenwicht. Hier komt echter een interessant dilemma naar voren.
Terwijl compassie voor zwakke en zieke dieren ons aanspoort om hen te beschermen, suggereert de natuurlijke orde dat deze kwetsbare individuen soms dienen als prooi voor anderen, waarmee de balans wordt gehandhaafd. Dit roept de vraag op of het respecteren van dierenrechten volledig strookt met de onvermijdelijke cyclus van prooi en predatie die inherent is aan de natuur.

Het subtiele evenwicht

Het begrijpen van het subtiele evenwicht tussen compassie voor individuele dieren en het respecteren van de natuurlijke orde is cruciaal. Het betekent niet dat we passief moeten toekijken terwijl zwakke dieren lijden, maar eerder dat we moeten streven naar een evenwicht waarin we zowel compassie tonen als rekening houden met de complexe dynamiek van de natuur.
De uitdaging ligt in het vinden van manieren om het welzijn van dieren te beschermen zonder de ecologische harmonie te verstoren. Dit kan variëren van het ondersteunen van habitatbehoud en het verminderen van menselijke invloeden op ecosystemen (minder gif spuiten en mest produceren) tot het implementeren van ethische praktijken in de veeteelt en het ondersteunen van dierenwelzijnsinitiatieven.
In essentie gaat het erom een evenwicht te vinden waarin compassie voor individuele dieren samengaat met het respecteren van het grotere plaatje van de natuurlijke wereld. Het is een uitdaging waarbij ethische overwegingen, wetenschappelijke inzichten en onze menselijke verantwoordelijkheid samenkomen om een duurzame en zorgzame relatie met alle levende wezens te bevorderen.

In wezen zijn mens en dier intrinsiek evenwaardig in hun recht op vrijheid.


24 augustus 2023

Vrijlaten van dieren als blijk van compassie

Inleiding

Liefde, in al haar vormen, is een kracht die de basis vormt van menselijke relaties en onze band met de natuurlijke wereld om ons heen. Het idee dat liefde wordt gekenmerkt door het vermogen om elkaar vrij te laten, strekt zich niet alleen uit tot menselijke relaties, maar ook tot onze interacties met dieren.

De essentie van ware liefde

Ware liefde gaat verder dan eigendom of controle; het draait om wederzijds respect, begrip en empathie. Dit geldt zowel voor menselijke relaties als voor onze verhouding tot dieren. Liefde voor dieren omvat het erkennen van intrinsieke behoeften en hun natuurlijke gedrag. Ware liefde voor dieren betekent om hen vrij naar hun eigen aard te laten leven, hen in staat te stellen hun natuurlijke omgeving te verkennen en te ervaren, en ze niet te beperken tot menselijke voorwaarden.

Vrijheid als uiting van compassie

Het vrijlaten (N.B. niet illegaal bevrijden of loslaten) van dieren is een daad van compassie en respect voor hun eigenheid. Dieren hebben net als mensen hun eigen instincten, gedragingen en behoeften die in hun natuurlijke omgeving tot uiting komen. Wanneer we dieren gevangen houden, beteugelen we deze natuurlijke uitdrukkingen, waardoor ze fysiek en psychisch lijden. Het vrijlaten van dieren is een uiting van mededogen; het erkent hun inherente recht om te leven volgens hun eigen aard en in vrijheid in een natuurlijke omgeving.

Evenwaardigheid in vrijheid

Het concept van intrinsieke evenwaardigheid tussen mens en dier in hun recht op vrijheid is gebaseerd op het besef dat alle levende wezens een plaats in deze wereld delen en dat ieder individu respect en vrijheid verdient. Het recht op vrijheid is niet exclusief voorbehouden aan mensen; het is een universeel principe dat dieren evenzeer omvat. Ongeacht de soort hebben dieren het recht om te floreren en te leven in harmonie met hun omgeving, zonder onderworpen te worden aan onnodige beperkingen. Uiteraard mogen wij dieren grenzen opleggen wanneer ze anders onze vrijheid zouden schenden en schaden. Ongedierte scherm je af van je huis en jouw voedsel.

Een veranderende samenleving

Het zou mooi zijn wanneer onze samenleving evolueert naar een dieper begrip van onze relatie met dieren en de verantwoordelijkheden die hiermee gepaard gaan. Meer mensen zouden mogen erkennen dat liefde voor dieren betekent dat we ze respecteren en vrijheid gunnen. Initiatieven voor dierenwelzijn, natuurbescherming en bewustwording dragen bij aan een groter bewustzijn van de noodzaak om dieren met compassie te behandelen en hun vrijheid te respecteren.

Conclusie

Ware liefde voor dieren gaat hand in hand met het vermogen om ze vrij te laten. Dit weerspiegelt ons begrip van de universele rechten op vrijheid en een waardig leven. Het idee dat mens en dier evenwaardig zijn in hun recht op vrijheid versterkt ons vermogen om als medebewoners van deze planeet in harmonie te leven. Liefdevol vrijlaten is niet alleen een gebaar van vriendelijkheid; het is een krachtige daad van mededogen die ons allen ten goede komt.

Meer lezen?

Wie meer wil lezen over vrijheid als grondrecht voor dieren, klik hier.
Wie meer wil lezen over ware liefde, klik hier.
Wie meer wil lezen over wat evenwaardigheid tussen mens en dier wel en niet inhoudt, klik hier.
Wie meer wil lezen over wat intrinsieke waarde van een dier wel of niet inhoudt, klik hier.
Wie meer wil lezen over vrijheid en liefde in de relatie met dieren, klik hier.

13 juli 2023

Vrijheid en liefde in de relatie met dieren

En-en denken over dieren

Stel je treft een dier aan binnen een ruimte waar je het niet wilt hebben, bijvoorbeeld een wolf tussen jouw schapen, een vos of marter in het kippenhok, een mug of vlieg in jouw slaapkamer, en je wilt het dier kwijt, hoe dan te handelen?

Het is duidelijk dat hier conflicterende belangen spelen. Eerst een benadering vanuit de theorie, daarna de praktijk. Ook dat is en-en denken.

De relatie tussen mensen en dieren is naast het afwegen van belangen een complex samenspel van vrijheid en liefde. Respect voor dieren betekent het vinden van een balans tussen het bieden van vrijheid en het uiten van liefde en zorg.

Vrijheid is een fundamentele waarde voor alle levende wezens, inclusief dieren. Het erkennen en respecteren van de natuurlijke vrijheid van dieren betekent dat we hen de ruimte geven om hun eigen gedrag, instincten en behoeften na te streven. Het is van essentieel belang dat we hun leefgebied behouden, het voorkomen van onnodige beperkingen en het vermijden van schadelijke interventies.

Liefde en zorg spelen ook een cruciale rol in de relatie met dieren. Door onze liefde en zorg te tonen, geven we blijk van betrokkenheid en empathie. Dit kan zich uiten in het bieden van voedsel, beschutting, medische zorg en het creëren van een veilige omgeving voor dieren. Het is belangrijk om te beseffen dat liefde en zorg niet betekenen dat we dieren volledig in onze macht hebben, maar dat we hun welzijn bevorderen binnen de grenzen van respectvolle vrijheid.

Het vinden van een respectvolle balans tussen vrijheid en liefde vereist voortdurende aandacht en bewustzijn. Het betekent dat we ons bewust zijn van de natuurlijke behoeften van dieren en streven naar het creëren van omstandigheden waarin ze kunnen floreren. Dit kan betekenen dat we de juiste omgeving bieden voor wilde dieren, of dat we gezelschapsdieren een veilige en liefdevolle thuisomgeving geven waarin ze zich kunnen ontwikkelen. Het betekent ook dat we ons afvragen of wel dieren in huis moeten halen.

In onze omgang met dieren moeten we ook ethische overwegingen en verantwoordelijkheid nemen. Dit omvat het vermijden van wreedheid, het steunen van organisaties die dierenbescherming bevorderen en het maken van bewuste keuzes in ons dagelijks leven die dierenwelzijn ondersteunen. Het besef dat vrijheid en liefde hand in hand gaan, helpt ons om op een respectvolle manier met dieren om te gaan.

Van de theorie naar de praktijk

In de praktijk wordt ons handelen naar dieren vaak ingegeven door impulsen. Is het dier aaibaar of zien we het als een bedreiging? Is het dier wettelijk beschermd of wordt het algemeen gezien als een plaagdier? Wie ook bij impulsief handelen naar dieren ethisch verantwoord wil handelen doet het er het beste aan om het dier weer in vrijheid te stellen hoe irritant het zich daarvoor ook heeft gedragen.
Hierover kan lang worden uitgeweid, maar uiteindelijk is het simpel: wat u niet wilt dat u als mens geschiedt, doe dat ook een dier niet.

Meer lezen over respect, liefde en vrijheid? Kijk op de website van de Stichting Animal Freedom.

18 augustus 2019

Wat we kunnen leren van planten

Mensen die zich inzetten voor dierenrechten krijgen weleens de flauwe opmerking “straks moeten we nog planten rechten geven, want planten hebben ook gevoelens”.

Nu is een beetje uitzoomen nooit verkeerd voor het grote plaatje, want de verwarrende details raken uit beeld, maar de moderne, jachtige mens kan wel wat oppikken van planten en bomen als soort. Planten vormen de basis van voedsel voor mens en dier. Planten en bomen in een natuurgebied geven ons de nodige rust waar het ontmoeten van de daarin levende dieren weer voor een ontspannend werkende opwinding zorgt.
We zien ze massaal over het hoofd, en dat is zonde, betoogt bioloog Arjen Mulder in zijn boek "Vanuit de plant gezien".

Dominique Prins schreef in het AD een boekbespreking. Hier de belangrijkste lessen.

1. Werk met elkaar, in plaats van tegen elkaar.
"Ze wisselen informatie en voedsel uit en helpen elkaar zo in leven te blijven. In (vooral oudere) bossen vind je ‘moederbomen’, die zich ontfermen over de jonge aanplant in hun schaduw. Via wortels en schimmeldraden sturen ze stofjes naar de jonkies om de groei in goede banen te leiden. Planten concurreren niet met elkaar om het licht, zoals wel eens wordt beweerd, ze steunen elkaar juist".
Zouden wij ook eens moeten proberen: elkaar de ruimte geven.

2. Maak ruimte voor anderen.
Insecten, vlinders, vogels; ze kunnen slechts leven bij de gratie van de plant. Zouden wij ook eens moeten proberen: elkaar de ruimte geven.

3. Geef nooit op.

“Planten laten hun kopje nooit lang hangen”. Als individu geven ze het gemakkelijk op, als soort verspreiden ze hun zaden, die wachten op betere tijden.

4. Denk anders over rijkdom.
,,Planten hebben een heel ander idee over rijkdom dan wij mensen. Ze zijn slechts geïnteresseerd in een rijk en gevarieerd landschap. Rijkdom betekent voor de plant: een landschap waarin zo lang mogelijk leven kan bestaan”.

Planten hebben net als wij zintuigen.

5. Leer samenwerken met planten.
Om de nuchterheid en logica van de plant optimaal te benutten, en zo bijvoorbeeld klimaatproblemen aan te pakken, zouden we meer moeten samenwerken met planten, meent Mulder. Daarbij is het belangrijk om planten niet als dode objecten te beschouwen, maar als intelligente wezens. Planten hebben net als wij zintuigen. Ze weten waar ze staan, ze horen en ruiken of er water in de buurt is en weten altijd precies hoe ze zichzelf moeten opbouwen. Elke plant is een architectonisch hoogstandje.

Een beetje respect zou dus niet misstaan.

Arjen Mulder. Pleidooi voor een plantaardige planeet (bol.com).

Mulder weet de onbaatzuchtigheid van planten mooi om te denken. Al eeuwen verzamelen mensen bomen en planten van over de hele wereld om ze in eigen land in arboretums en tuinen verder te kweken. In onze huizen verzorgen we kamerplanten die in verre streken in het wild groeien. Van honden wordt weleens gezegd "wie laat wie nu uit"? Maar dat de planten ons mensen voor hen laten werken valt niemand op.

Embryonale stadia vergeleken van vissen, varkens en mensenEen observatie uit het boek dat op mij veel indruk maakte was de vergelijking van Arjen Mulder van de evolutie van de plant met het groeien van een embryo in de baarmoeder. Het is al bekend dat de ontwikkeling van embryo’s van vissen, zoogdieren en mensen in de eerste weken in grote lijnen gelijk verloopt en uiterlijk grote overeenkomsten vertoont. Maar de vergelijking van het “nestelen” van bevruchte eicellen in de baarmoederwand met het wortelen van zaden in vruchtbare grond was nieuw voor mij.

Wanneer de mens het ooit mogelijk zou verpesten voor het leven op aarde voor zichzelf en de dieren zullen planten daarna de aarde weer leefbaar maken. Laten we het niet zover laten komen en proberen te leren van de intelligentie van planten.

"Alles wat leeft heeft een intrinsieke waarde" betogen dierenbeschermers. Omdat dat element niet onderscheidend werkt, maakt het op beleidsmakers en rechters geen indruk. Maar op soortniveau is het wel degelijk van belang om de intrinsieke waarde van planten te (h)erkennen en te respecteren. Planten en bomen in kwetsbare natuurgebieden hebben als soort letterlijk grondrechten. Dieren hebben naar mijn mening als individu grondrechten.

04 oktober 2017

Respect is heel natuurlijk onder dieren

In de Groene schreef Sanne Bleumink in juni 2016 een interessant artikel over de manier waarop mensen naar dieren kijken. Dieren zouden veel meer respect krijgen wanneer we de manier waarop dieren in de wereld staan serieus nemen.
Bovenaan het artikel heeft de redactie gemeld:
Van ‘slurvige’ intelligentie bij olifanten en een pientere muggenzwerm tot het wood wide web van bomen: als we ons superieure mensbeeld in de wetenschap overboord gooien, gaat er een inspirerende wereld voor ons open.
Uit het artikel een citaat als aanloop naar respect.
Nicholas Ouellette geeft aan de universiteit van Stanford, aan de afdeling voor Civil and Environmental Engineering, leiding aan een lab dat onderzoek doet naar zelforganisatie in complexe systemen. In een e-mail schrijft hij me: ‘Het interessante is dat allerlei verschillende soorten dieren, zoals vogels, vissen en insecten, relatief uniform groepsgedrag blijken te vertonen.’ Die groepssystemen zijn robuust, want het maakt voor een zwerm niet uit of er een individu wegvalt. ‘Het zijn zelforganiserende, leiderloze systemen, die foutjes van het individu kunnen opvangen.’
Ouellette voert onderzoeken uit met zwermen niet-stekende muggen. Hij wil weten hoe de individuele muggen met elkaar communiceren en hoe dit leidt tot het vormen van de zwerm. Hoe komt vanuit die som van individuen plotseling dat ‘intelligente’ collectief naar boven? Hoe ontstaat deze ‘emerging property’? Ouellette blijft overigens liever spreken van ‘gedrag’ dan van ‘intelligentie’, maar ‘dat hangt af van de definitie van intelligentie die je gebruikt’.
In een van zijn onderzoeken ontdekte hij dat mannetjesmuggen bij het horen van het geluid van een vrouwtjesmug allemaal op het geluid af stoven, maar dat ze bij het geluid van een mannetjesmug juist een bepaalde afstand hielden. Niet te dichtbij en niet te ver weg, er ontstond precies dezelfde afstand tussen alle mannetjesmuggen. Zo vormde zich de zwerm. Eenvoudige regels tussen individuele muggen, zoals de afstand die moet worden gehouden tot het andere individu, bepalen hier dus wat er uiteindelijk in het collectief gebeurt.
Tot zover de Groene.
Op primitieve wijze duikt in de zwerm muggen een emergente eigenschap op die bij mensen in abstracte vorm respect wordt genoemd.
Respect bij mensen is het midden houden van de juiste betrokkenheid en de juiste afstand. Respect van mensen naar dieren is in wezen hetzelfde.
Voor wie wil weten hoe respect voor dieren getoond kan worden en wat het oplevert, klik hier.

19 september 2017

Waarom dieren rechten hebben wordt vaak over het hoofd gezien

Hoe een kwinkslag van de ene columnist leidde tot een stormachtige column van een ander. Youp van 't Hek noemde intensieve veehouders Hiltlerboeren, Roos Vonk maakte wat vergelijkingen tussen de situatie van dieren in de bio-industrie met de Holocaust en Frits Barend was zeer verontwaardigd dat zijn joodse grootouders geen varkens waren. Iedereen zijn eigen gelijk en ruzie in de mediatent. Roos somde de feiten op en Frits en Elma speelden niet op de bal maar op de persoon.
Jonathan van het Reve overzag de commotie en schreef in zijn Volkskrantcolum dat dieren niet evenwaardig zijn aan mensen en hekelt het vermenselijken van de dieren die gehouden worden om te worden gegeten. Het is een prikkelende column waarin gezocht wordt naar de gevolgen van gelijkheid. “Hoeveel cavia’s ben ik bereid te pletten om één kind te redden”. Hij laat helaas open over waar het bij dierenrechten echt om gaat. Het gaat er niet om dat dieren gelijk zijn aan mensen of dat dieren ook gevoelens hebben of dat zij gedrag vertonen dat lijkt op gedrag van mensen of een intrinsieke waarde hebben. Dieren zijn intrinsiek evenwaardig aan mensen.
Waar het wel om gaat is bewustwording. Bewustwording dat alle levende wezens op aarde gelijk zijn in het wezen van rechten.
Wat is het wezen van rechten? Dat is vrijheid. Wanneer we ons oefenen in het zien waarin onze eigen vrijheid ophoudt en die van een ander (mens of dier) begint, dan kunnen we in een split second weten wat te doen in elk denkbare situatie. Het is een manier van kijken naar wat er gebeurt die we kunnen gebruiken in onderling menselijk verkeer en in het omgaan met dieren. Op deze wijze betrokken zijn bij het recht van anderen is het wezenlijke van respect en zo kunnen we ook onze eigen belangen behartigen.

Ons rechtssysteem is geïnspireerd door de Franse revolutie met als basis "vrijheid, gelijkheid en broederschap". Vrij vertaald "Laten we solidair zijn en alle mensen gelijke recht op vrijheid garanderen". Voor dieren kan gelden "Laten we ervoor zorgen dat alle dieren in gelijke mate toegang hebben tot een habitat waarin zij in vrijheid hun natuurlijke gedrag kunnen vertonen".

03 juli 2015

Respect is een universele plicht

In het ledenblad van de Veganisten Vereniging een pagina van en over Renée Janssen met als titel “Ik houd niet van dieren”.

Zij schrijft het volgende.
Sympathie en medeleven voor andere levende wezens is iets elementairs en krachtigs. En misschien vormen juist dit gevoelens de meest bewandelde - en meest begaanbare - paden naar een ethische overtuiging waarin speciësisme geen plaats heeft.

Maar wil je gevoel ook als rechtvaardiging gebruiken? Schat je de ander daadwerkelijk op waarde door je ethische overtuiging te laten rusten op je persoonlijke affiniteit met de gehele categorie waartoe dat individu behoort? Als jij veganist bent omdat je van dieren houdt, dan is het voor omnivoren heel makkelijk om te zeggen, "Nou, ik hou toevallig niet van dieren. Ik heb er werkelijk niks mee. Dus voor mij is het geen probleem om ze te gebruiken en te doden". In wezen kenmerk je veganisme dan als sentiment voor de teerhartigen.

Ik ben ervan overtuigd dat we de belangen van niet-menselijke dieren serieus moeten nemen. Maar niet omdat pasgeboren varkentjes zo snoezig zijn. Niet omdat de schoonheid van een bultrugwalvis mij persoonlijk zo inspireert. Niet omdat deze onschuldige en pure wezens mij nooit gekwetst hebben, in tegenstelling tot sommige individuen van mijn eigen verdorven soort.
Nee, mijn redenatie is precies andersom. Respect is een universele plicht, onafhankelijk van persoonlijke affiniteit.

Respect toon je pas als je de ander als eigen individu ziet, met een waarde die niet primair wordt bepaald door jouw persoonlijke affiniteiten. Laten we dat ook voor dieren doen gelden.

Tot zover Renée Janssen.

Ik ben het totaal met haar eens. Meer lezen?

Meer lezen over respect voor dieren?
Meer lezen over de eigen of intrinsieke waarde van dieren?
Meer lezen over de argumenten van vleeseters en hoe je kunt reageren?
Meer lezen over hoe je het beste een gesprek over veganisme kunt voeren met iemand die het totaal niet met je eens is?

21 mei 2015

Vangdrang met dodelijke gevolgen

Rosanne Kropman citeert in haar artikel in Trouw over ganzenvergasser Arie den Hertog het woord vangdrang. "Ik ben geboren met vangdrang", zegt hij. Als klein jongetje van zeven ving hij al muizen van de boerderij waar hij opgroeide. De klemmen eerst lukraak neergezet, later strategisch geplaatst: parallel aan de plinten zodat de muis er van twee kanten in kon lopen.
Tot zover Arie den Hertog in Trouw.

Het is een kenmerk van veel kinderen om bij slootjes hun schepnet door het water te halen en te kijken naar de visjes en insecten die ze vangen. Schattig zijn de peuters die op pleinen achter vogels aanlopen om hen proberen te pakken om te aaien. Vangdrang, kun je veilig stellen, is natuurlijk. Die drang is gelukkig niet vaak om te doden, maar gewoon de sport. En kleine kinderen snappen nog niet zo goed dat dieren twijfels bij hebben bij de goede bedoelingen van kinderen. En wanneer je ziet hoe ze hun speelgoeddieren behandelen kun je ze geen ongelijk geven. Kinderen willen aaien en van dichtbij bekijken, maar kunnen nog niet goed liefdevol doseren.
Zelfs mensen met huisdieren hebben die wens om wanneer zij dat willen een dier bij de hand te hebben om te knuffelen. Dat een dier ook recht op vrijheid heeft is daarmee lastig te verenigen en waarom zou je daar druk over maken? Het dier krijgt tot uitstekende verzorging? Wat wil nu meer?
In de vrije natuur hebben dieren drang om andere dieren te vangen omdat ze willen eten. Lukt het om een dier te vangen, dan wordt het gedood. Ook de ganzen die Arie den Hertog vangt, worden gedood en gratis aangeboden aan een poelier.
Is dat liefdevol en natuurlijk? Natuurlijk niet, maar net zo als het moeite kost om kinderen te leren wat respect voor dieren is, namelijk hun met rust te laten en er alleen maar naar te kijken, is respect voor ganzen die in grote getallen de groene weiden vullen er moeite voor nodig om de overlast tegen te gaan. Liefde voor de natuur houdt in bewust te worden wat te doen en wat te laten zodat alle levende wezens een plek onder de zon behouden.

Meer lezen? Zie Respect, vrijheid en ware liefde.

10 maart 2015

Respect voor de wolf op verkenningstocht

Twee grote roofdieren zijn de laatste dagen in het nieuws: de oehoe die mensen aanvalt in Purmerend en de wolf die een verkenningstocht houdt in Noord-Nederland.
De reden van het aanvallen van de oehoe wordt gezocht in zin in eten. Opgegroeid bij mensen is het dier gewend om van mensen voedsel te krijgen. Hopelijk is het een signaal om het houden van beschermde dieren zo veel mogelijk te beperken. Een nest van een oehoe bekijken via een webcam is leuk, maar dat zou de maximale inperking van de levensruimte van een roofvogel wel moeten zijn.
Dit lastigvallen van mensen wil men bij de wolf voorkomen omdat een wolf natuurlijk nog gevaarlijker is dan een oehoe.

Stelregel is dan preventie: voer de wolf niet direct en niet indirect met zwervend afval. Heb respect. Lok geen agressief gedrag uit en maak verbaal misbaar wanneer het dier je te dicht nadert.
Het is opvallend dat het woord respect hier wordt gebruikt. Respect voor dieren is voor mij twee zaken in één: betrokken zijn bij het dier en tegelijk voldoende afstand houden. Het is begrijpelijk dat mensen een wolf graag zien in levende lijve, maar in het oog in oog staan moet geen verstoring van het leven van de wolf optreden. Het dier kan gestrest raken en allerlei ellende veroorzaken.
Het opduiken van de wolf zou aanleiding moeten zijn om bij het publiek goed tussen de oren te krijgen wat het voorbeeldige gedrag naar dieren in de vrije natuur is.
Mogelijk kan moderne apparatuur als GPS ingezet worden voor een win-win-situatie voor mens en wolf. Hierbij kun je denken aan het geven van feedback aan de wolf dat hij/zij zich op ongewenst terrein begeeft. Die feedback kan technisch zijn via geluid en stroom, maar ook door mensen in te seinen die de wolf vervolgens in gewenste richting drijven. Er zijn tientallen vrijwilligers bereid om dit te doen. Misschien ontstaan er nieuwe beroepen voor mensen met speciaal getrainde honden die niet alleen schade aan vee voorkomen, maar ook ander ongewenst wild uit een weide houden.
Zoveel aandacht voor een individueel dier kan natuurlijk niet voor iedere wolf die ons land bezoekt, maar wanneer het met de eerste bezoeken goed verloopt dan kan mogelijk ideaal gedrag voor een roedel worden bevorderd. Het leidt tot een vreedzaam delen van de openbare ruimte. Het vestigen van een roedel zal nog weleens lang kunnen duren, maar het publiek en kinderen op school voorlichten en oefenen met het geven van opbouwende feedback op elkaar heeft ook zijn tijd nodig.

Het zou mooi zijn wanneer de verkenningstocht van deze wolf (zie video) een positieve vorm van kwartiermaken is. Juist het opduiken bij woonwijken kan de acceptatie bevorderen, wanneeer veel mensen een korte ontmoeting hebben zonder negatieve associaties.

20 december 2014

Plezierjacht en workshop vrouwen versieren

Schrijver Thierry Baudet laat optekenen in dagblad Trouw dat “jagen hem humaner, warmer en liever” maakt. Ook gunt volgens Baudet een jager een dier in het wild zijn vrijheid. Het is natuurlijk de vrijheid van iedereen om onzin uit te kramen, maar als lid van het “Filosofisch Elftal” van Trouw verwacht je meer van zo’n zelfverklaarde intellectueel.

Baudet liet al eerder van zich horen toen hij Julien Blanc verdedigde die overal in de wereld workshops organiseert waarin mannen wordt geleerd om vrouwen te versieren door ze te vernederen.


In de DWDD uitzending wordt het woord “respecteren” besproken. Wat betekent het dat mannen vrouwen respecteren, terwijl er veel jonge vrouwen zijn die vrij hard mannen afwijzen die hen proberen te versieren.

Er zit een parallel in de arrogantie waarmee jagers hun hobby om dieren voor het plezier te doden verdedigen en de manier waarop een bepaald soort mannen meent te weten hoe een vrouw behandeld wil worden.

Respect houdt in dat je tegelijkertijd in de gaten houdt dat je betrokken bent bij de ander en andermans grenzen niet overschrijdt. Dat betekent dat je telkens opnieuw door naar jezelf en de ander te luisteren in een split-second bepaalt waar de grens ligt. Iedereen kan het waarderen wanneer je jouw belangstelling voor hem/haar deelt, maar verwacht wel dat je niet aandringt wanneer nader contact wordt afgewezen.
Zo ga je verantwoord om met vrijheid en liefde.

Dieren hebben net als mannen en vrouwen recht op vrijheid. Schieten op dieren en mensen doe je met een camera. Doden voor jouw plezier is "inhumaan, koud en liefdeloos".

17 oktober 2014

Pijnloze castratie criticaster van dierenvrienden door Schaap

In de vierde aflevering verdiept de "Hokjes"man Michael Schaap zich in de snel groeiende gemeenschap van dierenvrienden. Er zijn dierenvrienden die zielsveel houden van hun huisdier en tegelijkertijd geen enkel bezwaar zien in een burger of een speklapje bij de barbecue. Maar er is ook een kern van dierenvrienden die huivert bij de gedachte aan het eten van dieren en geen onderscheid wenst te maken tussen mens en dier.
Hoe ingewikkeld is het leven binnen de gemeenschap van de rechtgeaarde en principiële dierenvriend? Wanneer wordt een dierenvriend een dierenactivist? Hoe kan hij nog goedgemutst door het leven gaan als er in zijn beleving een permanente massamoord plaatsvindt? En kan hij eigenlijk nog wel vrienden zijn met een vleeseter?

Tot zover de tekst van de VPRO.

Het was een respectvolle uitzending die een goed beeld gaf van veel dierenvrienden, vegetariërs en veganisten.
Opmerkelijk was de vraag van Schaap of sommige actievoerders vonden of zij het morele gelijk aan hun kant hadden. Als ergens de kloof bestaat tussen gelijk hebben en gelijk krijgen dat is het wel in de wereld van mensen die opstaan tegen het leed van dieren die in "hokjes" leven.
Door 's nachts mee te gaan met actievoeders naar een konijnenfokkerij, maakte Schaap goed duidelijk wat de omstandigheden zijn waarin ontzettend veel dieren leven. De samenleving weet het en laat het gebeuren. Dit dilemma van mensen die zich dit bewust zijn, maar weinig kunnen doen, verbeeldde Schaap treffend door er als het ware zwijgend bij te gaan staan en niets te doen.

Wie actie wil voeren om de omstandigheden voor dieren te verbeteren moet eindeloos geduld hebben en een stellige overtuiging dat het ooit beter wordt. Dat is gemakkelijker op te brengen door telkens te zoeken naar een positieve relatie met mensen, ook met die onverschillig zijn over het lot van kwetsbare wezens.
Door de uitzending is het leed van een paar individuele dieren niet onopgemerkt gebleven.

Meer lezen: www.vpro.nl/kijk/de-hokjesman/dierenvrienden.html

Terugkijken: www.npo.nl/de-hokjesman/17-10-2014/VPWON_1214417

Het venijn zat 'm in de staart. In de uitzending werd een paar keer de vergelijking gemaakt tussen de bio-industrie in de vorm van megastallen en concentratiekampen uit de Tweede Wereld oorlog. Veel dierenvrienden vinden deze parallel te ver gaan. Door Schaap werd de herinnering aan 40-45 op subtiele wijze opgeroepen door met criticaster Simon Roozendaal, die de Nederlandse bio-industrie verdedigt, van achter een raam een protest van dierenvrienden in het centrum van Amsterdam "gade te slaan". Tijdens de bevrijding op 7 mei 1945 schoten gefrustreerde Duitse soldaten vanuit het gebouw De Grote Club met mitrailleurs op de feestende menigte op de Dam.

Een subtiele aanpak van een ontkenner van het grondrecht van mens en dier op vrijheid.

21 juni 2012

De landbouw reduceert biodiversiteit tot één soort

Bestaat wildernis nog in Nederland en waar kun je die dan vinden? Bram van de Klundert ging op zoek en verbleef in de twaalf 'wildste' Nederlandse natuurgebieden, o.a. Tiengemeten, Oostvaardersplassen en Rottumerplaat. Steeds een week overnachten in een hut of een tent zonder telefoon, radio of boeken. Vier dagen alleen zijn en ervaren wat die wildernis met je doet. Expeditie wildernis is daarmee een complete zoektocht geworden naar de betekenis van wildernis in Nederland en voor de Nederlandse samenleving. Uiteindelijk komt hij op het persoonlijke niveau uit: de combinatie van 'alleen zijn' en stilte heeft hem sterker gemaakt.
Dat hij zich tegelijkertijd druk maakt om de achteruitgang van de natuur, is geen verzet tegen verandering. “Maar omdat ik het mensen gun om de sublieme ervaring van de schoonheid van de vitaliteit van het leven mee te maken. Als ik opkom voor weidevogels of kanoeten is dat vanuit een gevoel van mededogen en respect voor al dat unieke leven”.

Ervaringen met het sublieme in de Nederlandse natuur. (bol.com).

Van de Klundert werd geïnterviewd voor het magazine Down to Earth van Milieudefensie.
Een paar citaten.
De teloorgang van de verwondering is misschien wel een van de meest fundamentele bedreigingen voor de natuur. In Van de Klunderts tweede boek Perspectieven voor Wildernis, gaat hij in op de ‘biologisering van ons mens- en wereldbeeld’. Op allerlei vlakken worden mens en wereld tegenwoordig herleid tot hun chemisch-biologische processen: ons eten wordt gezien als verzameling nutriënten, sommige goed (omega-3), sommige fout (verzadigde vetten). Een vogel zingt mooi omdat dat de voortplanting dient. Pubers gedragen zich onverantwoordelijk omdat hun hersenen nog niet zijn uitontwikkeld (We zijn ons brein, van Dick Swaab). Van de Klundert zet daar zijn naturalistische kijk tegenover. “Vanuit de rijkdom van het bestaan. Voeding is veel meer dan alleen nutriënten. De schoonheid van de natuur is niet terug te brengen tot een chemische reactie in je hoofd”. Doe je dat wel, dan wordt het leven verarmd en plat gemaakt. “Liefde en geluk zijn strikt biologisch niet aan te tonen. Maar dat wil niet zeggen dat ze er niet toe doen. Zo geldt dat ook voor schoonheid en verwondering. Ik ben op zoek naar de dingen die belangrijk zijn in het leven”. Die dingen zijn aan de zachte kant. “Ik kan niet aantonen dat natuur belangrijk is, maar ik kan het wel ervaren”.
En.
Het agrarische cultuurlandschap is ook mooi. “Maar dat gaat nog steeds vreselijk achteruit”. Jarenlang heeft hij zich ingezet voor een natuurvriendelijke landbouw, maar nu heeft Van de Klundert het opgegeven: er is volgens hem geen redden meer aan. Hij noemt als voorbeeld de weidevogels. “Eerst probeerden we de met veel geld en moeite de kemphaan te redden, toen dat niet lukte de watersnip, toen dat niet lukte de grutto en nu moeten de boeren al geld hebben voor een koe in de wei”.
Van de Klundert is tot de conclusie gekomen dat landbouw en biodiversiteit inherent strijdig met elkaar zijn: “De landbouw reduceert de biodiversiteit tot één: dat is ook de bedoeling. Een boer wil één soort gewas op zijn akker, verder niks. Als er dan Engels raaigras met een koe op staat, is de biodiversiteit nog twee”. Het hoogst haalbare. Subsidies voor agrarisch natuurbeheer zijn dan ook weggegooid geld, volgens Van der Klundert.
“De landbouw is de enige bedrijfstak die nog fors vervuilt”. Die moet minder bestrijdingsmiddelen gebruiken, minder mest uitstoten. Maar dan nog. “Ook de bijdrage van biologische boeren aan de biodiversiteit stelt weinig voor”. De bemesting van weilanden moet tachtig tot negentig procent terug, willen we voor flora en fauna weer interessante akkers en grasland krijgen. Dat kan ook de biologische landbouw niet brengen.
Ja, hij weet ook wel dat het produceren voor de wereldmarkt een politieke keuze is. En dat dat een belangrijke drijvende kracht is achter de steeds natuurvijandigere landbouw. “Maar als je daar van af wilt, moet je allerlei handelsverdragen opzeggen en uit de Wereldhandelsorganisatie stappen. Dat gaat niet gebeuren”. Daarom is zijn conclusie: “Ik zeg het met spijt in mijn hart: landbouw en natuur moeten zoveel mogelijk worden gescheiden, anders houden we niets over”.
En.
De Nederlandse natuur moet beheerd worden door organisaties die op grotere afstand van de overheid komen. “Zodat we niet meer zoiets meemaken als deze kabinetsperiode, dat één dwaas het hele natuurbeleid kan slopen”.

06 december 2010

Zie de mens............

Ruim vier jaar geleden werden bij het Friese Marrum enige tientallen paarden gered van de verdrinkingsdood door toedoen van dappere mensen. De dieren waren overvallen door het zeewater en konden, nadat er reeds een aantal was verdronken, zich ternauwernood in ‘veiligheid’ stellen op een droog gebleven stuk land. Dicht opeen gepakt stonden ze daar en konden geen kant uit. Pogingen om ze daar vandaan te krijgen waren al mislukt en menigeen werd wanhopig over de reddingskansen. Totdat een aantal dappere meiden, onder leiding van Micky Nijboer, op het idee kwam op hun eigen paarden naar het eilandje te rijden en te proberen de paarden, kuddedieren als ze zijn, op die manier weg te lokken. En het lukte! De t.v.-beelden gingen de hele wereld over en bij veel toeschouwers kwamen de waterlanders tevoorschijn. Een toonbeeld van wat respect voor en mededogen met andere levende wezens kan bewerkstelligen.
Harry Mulisch zag de beelden ook en raakte er, zo verklaarde zijn dochter tijdens de uitvaartplechtigheid van deze grote schrijver, zo ontroerd van dat ook bij hem de tranen over de wangen stroomden. Kort voor zijn overlijden zei hij tegen zijn vrouw: “Die paarden, dat was mooier dan Shakespeare”! De beelden werden tijdens de plechtigheid getoond, ditmaal begeleid door muziek uit Tristan und Isolde van Wagner en wederom hielden velen het niet droog.

Recent zag ik de film “The Cove’. Die handelt over de jaarlijkse dolfijnenslachting – de Japanners spreken van ‘culturele traditie’!! - bij het Japanse plaatsje Taiji. Duizenden dieren worden een baai in gedreven, waarna die wordt afgegrendeld en de slachting, die van een onvoorstelbare wreedheid is, begint.
De zee is fel rood gekleurd door het bloed van de gedode en stervende dolfijnen. Enkele dieren worden gespaard om te worden verkocht aan dolfinaria waar ze hun leven in verveling slijten door kunstjes te vertonen voor het publiek. De beelden en geluiden van de slachtpartij zijn zo indringend dat geen beschaafd mens dit zonder walging en woede kan aanzien. Een kleine genoegdoening putte ik uit het feit – ik besef terdege dat dit een nogal kwaadaardige aanvechting is! – dat de dolfijnen zo boordevol kwik zitten dat de consumenten van dat vlees er waarschijnlijk niet zonder schade aan eigen gezondheid mee weg komen.
Ook kon ik een spoor van begrip voor dierenactivisten die – die dit gruwelijk schouwspel gadegeslagen hebbende – besloten het pad der geweldloosheid te verlaten, niet geheel onderdrukken. Waarbij ik mij terdege realiseer dat geweld met geweld beantwoorden afgekeurd dient te worden.
Uit deze twee voorbeelden blijkt hoe ongerijmd de houding van de mens is ten opzichte van andere dieren in deze wereld. Ongeremde wreedheid en onverschilligheid versus mededogen en respect ten opzichte van andere levende wezens. Wie doorgrondt de mens?

06 oktober 2009

Discussie over dierenrechten al 30 jaar hetzelfde

Zondagmiddag 4 oktober 2009 werd in het Heerenhuys te Groningen een Dwarsdiep debat gehouden over dierenrechten. Sprekers waren Erno Eskens, Hans Harbers en Dirk Boon.
Erno Eskens heeft een boek geschreven met als titel “Democratie voor Dieren”; Hans Harbers is boerenzoon en docent filosofie aan de RU Groningen en Dirk Boon is voormalig hoogleraar Dier en Recht.
Harbers pleitte ervoor om vooral in de praktijk en in de relatie met het dier af te leiden wat het dier nodig heeft en dat rechten daarbij niet zo’n belangrijke rol spelen. Doordat productiedieren steeds meer in gesloten stallen worden gehouden is er ook minder zicht op de wijze waarop de dieren worden gehouden.
Voor Boon is het al lang wettelijk goed geregeld voor dieren, maar wordt de wet domweg niet toegepast. Hij ziet daarvoor nauwelijks een oplossing, hoogstens dat door toenemende milieudruk het aantal productiedieren in ons land zal worden ingeperkt.
Gaandeweg de discussie verzuchtte Dirk Boon “ik voer en volg de discussie over dierenrechten al 30 jaar en telkens komen dezelfde onderwerpen en argumenten over tafel”.

En zo was het. Voorzichtige pogingen uit het publiek om de discussie naar een ander niveau te brengen door “uit te gaan van het Zijn van het dier” of van het begrip “vrijheid als grondrecht voor dieren” werden afgewezen als te vaag of te onbegrensd.
Overigens is het een bekende politiek van agrarische belanghebbenden om de discussie over dierenrechten expres te laten verzanden door te hooi en te gras drogredenen aan te voeren.

Het lijkt wel of we de taal ontberen om het wezen van (dieren)rechten te bespreken. Eskens ziet in de eerste en voornaamste regel in de grondwet de belangrijkste reden om dieren ook rechten te geven. Artikel 1 geeft aan dat gelijke gevallen gelijk behandeld dienen te worden (gelijkheidsbeginsel) en dat discriminatie op grond van godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht of op welke grond dan ook niet is toegestaan (discriminatieverbod).
Maar vervolgens stopt Eskens met citeren uit de grondwet. De overige artikelen uit de grondwet gaan voornamelijk over “vrijheid”. En dat is allemaal niet verwonderlijk want de Nederlandse grondwet is sterk gerelateerd aan het adagium van de Franse revolutie: “Vrijheid, gelijkheid en broederschap”.
Maar het bepalen van de grenzen van vrijheid vraagt een constant onderhoud. En velen lijken op te zien tegen die moeite, terwijl we in de praktijk niets anders doen dan grenzen in te schatten, bijvoorbeeld in de etiquette of in het betonen van respect. Na enige oefening is het een fluitje van een cent en een kind kan de was doen.
Ook het gesprek rondom het “zijn van het dier” verwordt gemakkelijk. Veel mensen willen een veehouderij waarin het dier zichzelf kan zijn in een natuurlijke omgeving. Elk dier heeft een waarde op zich. In de wetgeving ontaardde dit uitgangspunt in het wezenloze begrip “eigenwaarde” of “intrinsieke waarde”.

Gelukkig stopt het LNV met deze loze woorden, maar vervolgt vervolgens zelf met een lege dierenwelzijnswet.

Hoe moeten we wel handelen in het belang van het dier? Het antwoord is eenvoudig: door enerzijds minder te handelen en anderzijds meer te laten; door grenzen te stellen aan de omvang van de dierenpopulatie in eigen land en door zelf als consument zoveel mogelijk af te zien van het consumeren van dierlijke producten van discutabele herkomst.
Ook dit antwoord wordt al decennia gegeven. Wezenlijke vooruitgang gaat langzaam. Ondertussen blijft het van belang om met elkaar in gesprek te blijven, want veel ongebonden actievoerders, gericht op succes op de korte termijn, brengen meer schade dan oplossingen. Het belang van dieren is een zaak van lange adem. Er is op aarde steeds minder ruimte voor mens en dier. Dirk Boon berekende dat voor iedere Nederlander een half voetbalveld ruimte is en dat daarop ook nog eens 10 dieren worden gehouden. In het leefbaar beheren van die ruimte kunnen de belangen van mens en dier met wat goede wil parallel lopen. Een beetje minder dieren eten, minder produceren voor de export en minder als huisdier houden, maakt ruimte voor kwaliteit van leven.

27 juli 2009

Lachwekkende conclusies bij onderzoek LNV naar welzijn circusdieren

Minister Verburg heeft twee onderzoeken laten doen: 'De intrinsieke waarde van dieren in performance-praktijken' door de Universiteit van Groningen (RUG) en de Wageningen Universiteit (WUR), en het onderzoek 'Welzijn van dieren in reizende circussen in Nederland' door de WUR.

Het klinkt indrukwekkend: een onderzoek naar de intrinsieke waarde. Maar dat is schone schijn. Op zich is een onderzoek naar de intrinsieke waarde van een dier onmogelijk en alleen daarom al een belachelijke zaak. De term “intrinsieke waarde” is namelijk een loze term. Het is een term die veronderstelt dat een dier een waarde zou hebben los van de voorstelling daarvan door de mens. Dus ook van een wetenschappelijk onderzoeker of van het circuspubliek. Anders gesteld: de intrinsieke waarde van een dier is niet objectief te bepalen of te onderzoeken, laat staan van een dier dat voor de mens moet optreden (in de “performance-praktijk”). De term is begin jaren '80 uitgevonden om dierenbeschermers een wortel voor te houden om hen af te leiden en om de (dieren)tuin te leiden. En dat lukt uitstekend en wordt hier weer van stal gehaald. Business as usual. Achter de (kamer)schermen slaan de ambtenaren van LNV zich op de knieën terwijl ze toekijken hoe de truc weer wordt gevreten en er weer niets echt hoeft te veranderen.
De conclusie dat het welzijn van dieren door optreden niet noemenswaard wordt aangetast is ook lachwekkend. Het voornaamste welzijnsbezwaar dat tegen de situatie van dieren in het circus wordt aangevoerd geldt de tijd dat een dier juist niet moet optreden. Gegeven de verveling en het gebrek aan bewegingsruimte is af en toe een optreden een verademing waarin het dier nog enige afleiding vergund is. Maar er is ook de stress en de dreiging van straf tijdens de training.
Dieren laten optreden is vooraleerst een ethische kwestie (respectloos) en secundair een welzijnskwestie. Het is niet voor niets dat de actiegroep Respect voor Dieren onder deze naam actie voert tegen het gebruik van dieren in het circus. Maar dat circusdieren nog enige afleiding krijgen is geen argument om met die omstandigheid de verveling en stress van de grootste deel van hun loze tijd weg te poetsen. Het is ondoenlijk dat de wilde dieren weer worden terug worden gevoerd naar hun natuurlijke omgeving. Een verbod om deze misstand te voorkomen is de enige rechtvaardige beslissing.

Hieronder de tekst van de samenvatting van het onderzoek, die was te lezen op de site van het LNV.

Conclusies en aanbevelingen

Het onderzoek over de intrinsieke waarde van circusdieren stelt dat het verblijf van dieren in circussen niet per definitie een negatieve invloed heeft op het dierenwelzijn. Dat hangt ondermeer af van de mate van domesticatie, de behoefte van het dier en de kwaliteit van zijn omgeving. De onderzoekers bevelen aan om geen dieren uit het wild te halen ten behoeve van circussen. Eigenlijk vinden ze dat alle wilde dieren moeten worden teruggeplaatst naar de vrije natuur of naar natuurparken, maar de onderzoekers erkennen dat de mogelijkheden daartoe zeer beperkt zijn. Des te meer reden, vinden ze, om welzijnseisen te stellen aan het verblijf van wilde dieren in circussen. De zorg moet meer gaan aansluiten bij de specifieke vermogens en behoeftes van de dieren.

Het onderzoek over het welzijn van circusdieren concludeert dat het optreden in voorstellingen het welzijn van de circusdieren niet noemenswaardig aantast. Wel wordt een aantal welzijn- en gezondheidsproblemen gesignaleerd dat terug te voeren is op het gebrek aan kennis van de verzorging van de dieren. De onderzoekers bevelen aan de kennis van verzorgers over de gezondheid en de verzorging van dieren op niveau te brengen. Ook zou het volgens hen goed zijn als de organisatie van circussen VNCO met gemeenten afspraken maakt over de kwaliteit en ruimte voor dieren op standplaatsen binnen de gemeentegrenzen. Van alle dieren vraagt de situatie van de olifant in circussen de meeste aandacht. De onderzoekers stellen verder onderzoek voor op het gebied van het houden van olifanten in circussen.

Tot zover het LNV.

Het is waarschijnlijk dat een verbod op het gebruik van circusdieren een precedent zou hebben geschapen voor een verbod van het gebruik van dieren in de bio-industrie. En dat zou een relatief kleine groep belanghebbenden in ons land te veel geld kosten.

Niet om te lachen is het feit dat in alle gevallen aan de onderzoekers de toegang tot de trainingen werd geweigerd en dat de onderzoekers dat kennelijk hebben geaccepteerd. Zie hieronder een citaat uit het persbericht van "Wilde dieren de tent uit":

"Onderzoekers geweigerd bij training - Een onderdeel van het onderzoek was het observeren van de in circussen toegepaste trainingsmethoden. Toegang tot de trainingen werd de onderzoekers echter in alle gevallen geweigerd. De onderzoekers konden uit de waargenomen angst van de dieren tijdens de voorstelling echter concluderen dat training op basis van dominantie gebeurt. Tijdens de voorstelling werden dwangmiddelen waargenomen, zoals olifantenhaken (welke permanent gebruikt werden, ook buiten de voorstelling) en zwepen."

Zie verder Drogredenen voor het gebruik van dieren in het circus en Onvermijdbare welzijnsproblemen bij circusdieren.
Rechten Voor Al Wat Leeft schrijft in haar contactblad over gemeentes die een vergunning weigeren aan circussen.

06 februari 2009

Vleesconsumptie en vrijheid

Voor de vleeseters uit de tijd voor de koelkast was het eten van vlees een gebeurtenis verbonden met feest. Vlees was niet houdbaar, dus als je deelde met de rest, dan ging er geen vlees verloren en hoefde de ander even niet naar voedsel te zoeken. Kortom: men kreeg een tijdje vrijaf.
De moderne mens heeft het dier zijn vrijheid afgenomen om permanent over voedsel te beschikken. Door de vrije markt economie is de boer als producent van vlees en zuivel zelfs in de verleiding gekomen om het dier nog meer vrijheid af te nemen, in de vorm van kostprijsverlaging, ten koste van dierenwelzijn. Hij kan nu nog meer geld verdienen en de consument kan geld besparen. Het is een win-win-situatie voor mensen met weinig last van hun geweten.

In groter, globaal verband valt het gedrag van de mens in het uitbuiten van de aarde te benoemen als parasitair gedrag. De (uit)zuigende werking van de hebzucht is respect- en grenzeloos. Het leidt tot verslaving en slavernij. Omgaan met vrijheid is omgaan met (ethische) grenzen, niet alleen met de draagkracht van het milieu, de medemens, maar ook van het dier en de natuur.

25 maart 2008

De dierenwelzijnscoalitie heeft haar voet klem tussen de deuren van LNV

De Dierenwelzijnscoalitie is een samenwerkingsverband van een twintigtal organisaties die opkomen voor de belangen van dieren. Zij verwijten minister Verburg van Landbouw, Natuur en Visserij dat zij geen betekenis geeft aan het begrip intrinsieke waarde van het dier.
Met deze constatering is ook de filosofische leegheid van het begrip intrinsieke waarde vastgesteld. Dat verklaart waarom de overheid er in het verleden weinig moeite mee had om dat begrip in de wet op te nemen; het zou voor de praktijk van de veehouderij toch geen gevolgen hebben. De ene organisatie wil in de praktijk kleine stapjes nemen onder het motto “liever iets dan niets bereikt” (bijvoorbeeld liever scharrel- in plaats van legbatterij-eieren of liever Volwaard- dan plofkippen). De andere organisatie wil liever een principieel standpunt innemen onder het motto “als we de intensieve veehouderij een vinger zouden geven dan pakken ze de hele hand” (liever geen vlees eten dan biologisch vlees).
In de praktijk van de veehouderij is de laatste 30 jaar niets bereikt op basis van een beroep op de intrinsieke waarde van het dier. Toch kunnen de organisaties uit de coalitie het begrip niet loslaten. Men is bang geen voet meer tussen de deur te hebben. En daarmee hebben zij zich immobiel gemaakt. Ze hebben een voet tussen de deur maar niet meer het overzicht of er niet ergens anders in het dieronvriendelijke gebouw van de overheid veel beter toegankelijke deuren zijn, waardoor veel gemakkelijker binnen is te komen in het hart van de bestuurders.
Die toegankelijker deur leidt niet alleen naar het hart van de bestuurders, maar ook naar het bewustzijn van de kiezers en consumenten. Het bordje bij die deur vermeldt dat dieren een dierwaardig bestaan moeten kunnen leiden. Wanneer je de deur binnengaat dan leidt de gang naar de mogelijkheid om natuurlijk gedrag te kunnen vertonen. Wie nog wat verder om zich heen kijkt zal zien dat er meer van dergelijke deuren zijn in het politieke complex, die zijn te plaatsen onder de noemer “vrijheid”. Vrijheid en betrokkenheid (oftewel respect) zijn begrippen die mensen meer aanspreken dan eigen of intrinsieke waarde.
Beter ten halve gekeerd dan ten hele gedwaald.

21 januari 2008

Rentmeesterschap, respect en duurzaamheid zonder inhoud

De minister wil naar een veehouderij die produceert met respect voor mens, dier en het milieu. Hier uit volgt automatisch dat dat respect voor mens, dier en milieu dus nu nog ontbreekt.
In Nederland worden per jaar ruim 750 miljoen dieren respectloos gefokt en geslacht. Over een periode van vijftien jaar zijn dat er dus 11,2 miljard.
Waarom moet het van deze CDA-minister nog vijftien jaar voor dat dat respect, mate name ten opzichte van dieren, er wel is. Het CDA en haar aanhangers beschouwen zich als rentmeesters van Gods schepping. Lekkere rentmeesters....
De minister specificeert nergens wat zij onder ‘respect’ bijvoorbeeld ten opzichte van dieren verstaat. Er zijn talloze voorbeelden te geven van respectloze behandeling van dieren: (onverdoofd) castreren van varkens, het (onverdoofd) snavelkappen van kippen, het versnipperen van haantjes, het (onverdoofd) onthoornen van koeien. Waarom noemt de minister die niet en zegt ze er niet bij wanneer deze walgelijke praktijken moeten zijn gestopt.
De minister ziet vier nieuwe uitdagingen. Deze uitdagingen gaan alle vier over de portemonnee van de veehouder. In geen van de genoemde uitdagingen wordt over het welzijn van dieren of de toestand van het milieu gerept.
Over het dierenwelzijn meldt de minister slechts: ‘Dierenwelzijn kan botsen met goede arbeidsomstandigheden en bescherming van het milieu.’
Het is deze zin die haarscherp aangeeft dat de minister in haar toekomstvisie over de veehouderij, niet de belangen van het vee, maar die van de veehouder op het oog heeft.

25 september 2007

Een karikatuur van dierenrechten


In het boek Animal Rights: Current Debates and New Directions uit 2004 (Oxford University Press), onder redactie van Cass R. Sunstein en Martha C. Nussbaum komen allerlei voor- en tegenstanders van dierenrechten aan bod. Een van de tegenstanders is de antropocentrische denker Richard A. Posner. Hij beschouwt de beweging van filosofen als Peter Singer en Tom Regan als een 'radicale [d.w.z. extremistische] stroming' die uiteindelijk ten koste zal gaan van mensen. In plaats van dierenrechten pleit Posner zelf voor een gematigde vorm van dierenbescherming.
Zoals zoveel tegenstanders maakt ook Posner een karikatuur van de idealen van de dierenrechtenbeweging. Zo stelt hij dat het aanhangen van rechten voor dieren bijvoorbeeld tot gevolg kan hebben dat je experimenten op mensen (d.w.z. proefpersonen die daar niet vrijwillig aan meewerken) doet om het geluk van dieren te bevorderen.
Dit is een misleidende voorstelling van zaken. Tom Regan ziet dierenrechten bijvoorbeeld helemaal niet als iets wat haaks staat op mensenrechten, maar juist als een uitbreiding van het achterliggende principe daarvan. Ook Peter Singer vindt dat je dierlijke individuen met evenveel respect moet behandelen als je zou doen met een mens met vergelijkbare psychologische eigenschappen. Beiden wijzen dus het speciësisme (van bijvoorbeeld Richard A. Posner) af maar dat wil zeker niet zeggen dat ze mensen willen opofferen aan dieren!
Posner maakt het nog bonter waar hij stelt dat ook de Nazi's 'hartstochtelijk geloofden in dierenrechten'. Daaruit volgt volgens hem dat ze verenigbaar zijn met een minachting voor het leven en welzijn van allerlei groepen mensen. Nu is er volgens mij weinig bewijs voor een consequente nazi-ethiek ten gunste van dieren, de Duitse vegetariërsbond werd zelfs verboden. Zelfs Hitler was geen echte vegetariër, ondanks de mythen daaromtrent. Bovendien offerde hij zijn eigen hond op om een middel uit te testen waarmee hij zelfmoord wou plegen. Geen bijster respectvolle daad lijkt mij.
Maar zelfs als er werkelijk sprake was van diervriendelijke wetten in het Derde Rijk, dan impliceert dit nog niets voor de waarde daarvan. Hitler liet bijvoorbeeld ook autosnelwegen aanleggen en weinig tegenstanders van dierenrechten zullen weigeren om daar overheen te rijden. Het ethische gehalte van een daad wordt namelijk niet bepaald door de vraag of een misdadiger of juist een overwegend integer persoon hem verricht.
Helaas is Posner niet de enige die een karikatuur geeft van voorstanders van dierenrechten. Tegenstanders hebben nu eenmaal geen goede argumenten en dus rest hun niet veel anders meer.

Titus Rivas

Boeken van Tom Regan:


Boeken van Peter Singer:

21 mei 2007

Loverboy Bokito en het Dian Fossey syndroom

In dierentuin Blijdorp ging vrijdagmiddag 18 mei een laagland gorilla in de mist. Na getreiterd te zijn door wat kinderen en al tijden via het glas een miscommunicatie te hebben gevoerd met een van de vaste bezoeksters, besloot Bokito orde op zaken te stellen.
Anders dan in de Antwerpse Zoo worden Rotterdamse dierentuinbezoekers niet duidelijk gewaarschuwd om mensapen niet recht in de ogen te kijken. Dit wordt door de dieren namelijk opgevat als een provocatie. Ook het ontbloten van de tanden duidt niet op lachen, maar is een vorm van agressie.
De dierentuin zou kunnen besluiten tot het plaatsen van oneway screens. De apen kunnen de bezoekers dan niet zien (zij kijken in een spiegel) en de bezoekers kunnen ongegeneerd naar de apen kijken.
Geen mensapen in dierentuinen houden is misschien nog beter, maar zo langzamerhand is door de ontbossing een aap veiliger in een dierentuin dan in het wild, waar het helaas bestemd lijkt te zijn om te eindigen als bushmeat.
De relatie die sommige vrouwen met beesten hebben is op zijn minst opmerkelijk en raadselachtig.
Onlangs doodde in de dierentuin van Olmen, net over de grens, een jachtluipaard een bezoekster. Zij had het dier als jong dier verzorgd en ging er vanuit dat de jeugdliefde nog steeds leefde. Niet dus. Vervelend.
Een Duitse dierentuin heeft een vrouwelijke clown ingehuurd om de apen van de verveling te redden. De chimpansees, gorilla's en orang-oetans worden geëntertaind zodat ze minder ziek en agressief worden. Hoopt de directie. Nu maar hopen dat de vrouw het ontbloten van de tanden van haar publiek goed interpreteert. Voordat ze het weet ligt deze clown in de kliniek, alwaar ze haar troost zal moeten zoeken bij haar collega cliniclowns.
Het is een van de mysteries van bepaalde vrouwen dat zij signalen die duidelijk onheil aankondigen toch negeren. Loverboys geven jonge vrouwen met weinig eigenwaarde wat cadeautjes en aandacht en kondigen aan dat zij voortaan de hoer moeten gaan spelen. In plaats van gillend weg te rennen, laten zij zich het perspectief op een onvrije baan nog een tijdje aanleunen.
In Trouw van 22 mei meldt filosofe en literatuurwetenschapper Stine Jensen (gepromoveerd op de relatie tussen vrouwen en apen in onder meer de literatuur) dat vrouwen gefascineerd zijn door de daadkracht, dominantie en viriliteit van mensapen. King Kong is de gorilla die de vrouw grijpt met wie hij een band heeft, al komt de liefde in dit geval maar van één kant. Veel vrouwen weten niet dat gorilla's het kleinste geslachtsdeel van alle apen hebben. Seks kan de reden van de wederzijdse aantrekkingskracht niet zijn en dat maakt het mysterie alleen maar groter. Mogelijk gaat het beide partijen om de macht.
Vrouwen zullen tegenwerpen dat mannen in ruil voor een brede glimlach ook bereid zijn absurde dingen te doen. Some people just are desperate (for money or for love).
De 57-jarige vrouw die vrijdag zwaar werd toegetakeld door de uitgebroken gorilla in Blijdorp, blijft ‘haar’ Bokito trouw. Ondanks honderd bijtwonden tot op het bot over haar hele lichaam, een verbrijzelde hand, een gebroken arm en pols en een ingebeukte borstkas.
Berry Spruijt, hoogleraar "Ethologie en Welzijn van Dieren" stelt: Dierenliefde lijkt ook te betekenen dat we het object van deze liefde gaan vervormen tot iets wat het niet is.

Etholoog Frans de Waal vindt dat mensen zich beter moeten gaan gedragen tegenover dieren. "Dieren lachen nooit. Lippen optrekken is een dreiging. De gorilla, die in zijn puberjaren is, heeft zich met toenemende ergernis afgevraagd waarom deze vrouw zich niet bij zijn eigen harem voegde.”
Dat maakt zijn uitbraak tenminste begrijpelijk en het is duidelijk dat dierentuinen hun clientèle tegen dit soort macho loverboy praktijken moet beschermen.

Dian Fossey was de eerste vrouw die na lang zoeken en via een voorzichtige benadering contact met een harem berggorilla’s maakte. Dian moest haar opkomen voor de gorilla’s bekopen met de dood (van haar favoriete aap Digit en haar eigen leven), waarschijnlijk veroorzaakt door stropers. Mogelijk had de vrouw in Blijdorp haar misvatting over de wederkerigheid van de apenliefde opgedaan in de film over haar leven.
Commercie en dierenliefde gaan slecht samen. Het ware beter als “wilde” dieren in hun eigen biotoop met rust werden gelaten en dat mensen (mannen en vrouwen) hun eigen behoefte aan aandacht voor dieren niet verwarren met de natuurlijke nieuwsgierigheid van dieren. Dieren zien mensen als dieren en sommige mensen zien dieren als mensen (antropomorfiseren).

Leeswijzer


Kijk op Facebook voor onze reactie op de actualiteit.
Aanbeveling: Thema's of steekwoorden vindt u via de labels onderaan de pagina of op Animal Freedom. Klik hier voor de laatste bijdragen.
Klik hier voor het beleid om uw privacy te beschermen.

Waarom dit blog?

De Nederlandse veehouderij is vooral gericht op zoveel mogelijk voor de export te produceren onder het motto “meer, meer, meer en groot, groter, grootst”. Dit heeft negatieve gevolgen voor zowel de dierenwelzijn, biodiversiteit, het milieu, het klimaat, de portemonnee en de gezondheid van burgers en ook voor welwillende boeren.
Dit blog verzamelt kritische artikelen die de wurggreep beschrijven waarin de veehouderij zichzelf heeft vastgezet. Zo willen we niet alleen een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van de kwaliteit van het leven voor alle belanghebbenden, maar ook aan een schone, gezonde omgeving en een beter dierenwelzijn.

Ook de argumentatie dat dieren grondrechten hebben kan beter en meer aansluiten op hoe mensen voor zichzelf vinden dat recht moet gelden. Alle dier(soort)en kunnen in hun recht op vrijheid als (intrinsiek) evenwaardig aan mensen beschouwd worden. Dierenrechten zijn mensenrechten, die mensen de kans geeft om voor dieren op te komen.
Dieren, bijv. in de intensieve veehouderij, worden behandeld als een object in plaats van een subject met gevoelens en rechten.

De snelheid en het aantal dier(soort)en dat we voortdurend gebruiken is immens. De bijdrage aan onze welvaart en economie van de agrosector is gering. De oplossing is simpel en van niemand anders dan van ons zelf afhankelijk.

Dierenrechten in woord en beeld

Vrijheid is ook een intrinsiek grondrecht voor dieren. Dieren zijn geen dingen Dierenrechten zijn mensenrechten. Mensen moeten voor dieren kunnen opkomen wanneer hun grondrecht wordt geschonden.
logo van Animal Freedom yin en yang
Lees hier over de redenen waarom dieren recht op vrijheid hebben. Lees hier waarin mens en dier evenwaardig zijn.