Mens en dier zijn (intrinsiek) evenwaardig in hun recht op vrijheid

Bij de Stichting Animal Freedom leest u over de gedachte achter dierenrechten.
Hier leest u over ontwikkelingen in de agrosector en de gevolgen voor dieren(rechten).
Alle levende wezens zijn verschillend maar evenwaardig in het recht op vrijheid op een natuurlijk leven.
Een dier is (net als een mens) geen ding of een object.
Dierenrechten zijn mensenrechten. Mensen moeten kunnen ingrijpen wanneer mensen dieren misbruiken of onrecht aandoen.
Posts tonen met het label gevoelens. Alle posts tonen
Posts tonen met het label gevoelens. Alle posts tonen

05 januari 2024

Compassie hebben voor dieren en hun rechten respecteren

Een subtiel onderscheid dat verbindt

In de complexe relatie tussen mens en dier komen twee belangrijke aspecten naar voren: compassie voor dieren en het respecteren van hun rechten. Hoewel beide begrippen vaak in dezelfde adem genoemd worden, is er een subtiel maar essentieel verschil dat onze benadering van dieren en hun welzijn beïnvloedt.

Compassie voor dieren

Compassie voor dieren gaat hand in hand met het erkennen van de overeenkomsten tussen mens en dier. Het idee dat dieren emoties ervaren, een verlangen hebben om in leven te blijven, en dat ze, net als mensen, de behoefte hebben aan zorg en bescherming, vormt de kern van compassie. Deze benadering stelt dat het begrijpen en erkennen van de gevoelens van dieren ons verplicht om hen met vriendelijkheid en mededogen te behandelen.
Het is gebaseerd op het inzicht dat dieren, ondanks hun verschillen, op vergelijkbaar fundamentele manieren als mensen kunnen lijden. Dit besef roept op tot respectvolle behandeling, het vermijden van wreedheid en het streven naar het welzijn van dieren in alle omstandigheden.

Dierenrechten en het natuurlijk evenwicht

Aan de andere kant rusten dierenrechten op het idee dat elk levend wezen, inclusief dieren, het inherente recht heeft om vrij te leven. Deze rechten worden vaak afgeleid van het idee dat de natuur een zelfregulerend systeem is, waarin elk wezen een rol speelt in het behoud van een natuurlijk evenwicht. Hier komt echter een interessant dilemma naar voren.
Terwijl compassie voor zwakke en zieke dieren ons aanspoort om hen te beschermen, suggereert de natuurlijke orde dat deze kwetsbare individuen soms dienen als prooi voor anderen, waarmee de balans wordt gehandhaafd. Dit roept de vraag op of het respecteren van dierenrechten volledig strookt met de onvermijdelijke cyclus van prooi en predatie die inherent is aan de natuur.

Het subtiele evenwicht

Het begrijpen van het subtiele evenwicht tussen compassie voor individuele dieren en het respecteren van de natuurlijke orde is cruciaal. Het betekent niet dat we passief moeten toekijken terwijl zwakke dieren lijden, maar eerder dat we moeten streven naar een evenwicht waarin we zowel compassie tonen als rekening houden met de complexe dynamiek van de natuur.
De uitdaging ligt in het vinden van manieren om het welzijn van dieren te beschermen zonder de ecologische harmonie te verstoren. Dit kan variëren van het ondersteunen van habitatbehoud en het verminderen van menselijke invloeden op ecosystemen (minder gif spuiten en mest produceren) tot het implementeren van ethische praktijken in de veeteelt en het ondersteunen van dierenwelzijnsinitiatieven.
In essentie gaat het erom een evenwicht te vinden waarin compassie voor individuele dieren samengaat met het respecteren van het grotere plaatje van de natuurlijke wereld. Het is een uitdaging waarbij ethische overwegingen, wetenschappelijke inzichten en onze menselijke verantwoordelijkheid samenkomen om een duurzame en zorgzame relatie met alle levende wezens te bevorderen.

In wezen zijn mens en dier intrinsiek evenwaardig in hun recht op vrijheid.


30 augustus 2023

Dierenrechten baseren op lijden of op vrijheid?

Anders geformuleerd, beter begrepen?

Wanneer dieren zichtbaar (kunnen) lijden roept dat bij ons compassie op. Dit heeft in mijn ogen te weinig relevantie voor dierenrechten. Die zouden op gelijke basis voor alle dieren moeten gelden.
Dierenrechten zijn mensenrechten. Mensen zouden legaal moeten worden ondersteund wanneer zij opkomen voor dieren die onrecht wordt aangedaan. Ook wanneer zij geen direct belang bij het lijdende dier hebben.
Mens en dier zijn intrinsiek evenwaardig in het recht op vrijheid.

Heeft intrinsieke waarde wel inhoud?

Met deze drie statements maak ik graag een nuancering bij de heersende opvattingen in de wereld van mensen die opkomen voor dieren. Ik ben van mening dat te vaak het paard achter de wagen wordt gespannen en dat mensen die zich opwerpen als dierenbeschermers zich soms naïef met een kluitje in het riet laten sturen. Toen in de 80-er jaren van de vorige eeuw de eerste protesten in de samenleving opkwamen tegen de bio-industrie kwam een ambtenaar op het idee om te verklaren dat dieren intrinsieke waarde oftewel eigenwaarde hebben. Dat begrip is vervolgens door vriend en vijand van de bio-industrie omarmd, in mijn ogen omdat elke partij een vertaling projecteerde op het begrip dat paste in het eigen kader en frame. Een intrinsieke waarde is een waarde die per definitie valt buiten het menselijke voorstellingsvermogen. Een boer met bio-industrie kan dit begrip dus veilig omarmen om vervolgens dieren te behandelen zoals hij zelf wil. Menig dierenrechtenactivist heeft aan de grote mate van instemming de valse hoop opgevat dat er vervolgens veel ten goede zal veranderen wanneer het begrip in de wet wordt opgenomen. Quod non. Beter ten halve gekeerd, dan ten hele gedwaald.
Dus voor het juiste begrip: zichtbaar en vermeend lijden roept compassie op; mens en dier zijn qua gevoelens verschillend, maar op één vlak evenwaardig, namelijk in het recht op vrijheid; en het recht op vrijheid is intrinsiek aan alle levende wezens door de natuur meegegeven.

Welke rechten hebben boerderijdieren?

Deze dieren horen (geformuleerd volgens Brambell) te zijn:
1.    vrij van dorst, honger en onjuiste voeding;
2.    vrij van fysiek en thermaal ongerief;
3.    vrij van pijn, verwonding en ziektes;
4.    vrij van angst en chronische stress;
5.    vrij om hun natuurlijke gedrag te vertonen.

De eerste vier vrijheden worden in de bio-industrie nog wel met wat goede wil voor de meeste dieren gehaald. Dat is ook in belang van de veehouder. De vijfde: -vrijheid om natuurlijk gedrag te kunnen vertonen- kost de veehouder in de bio-industrie te veel geld en wordt in de verste verte niet gehaald en domweg genegeerd. Terwijl de meeste dieren in de stal snel groeien en jong naar de slacht gaan, heeft het gebrek aan vrijheid om zich natuurlijk te gedragen, toch zijn negatieve invloed op het dierenwelzijn ondanks dat het de eerste vier vrijheden geniet.

Het is treffend dat de rechten van boerderijdieren wel geformuleerd worden in termen van vrijheid maar in de wet Dieren niet simpelweg worden samengevat in “dieren hebben recht op vrijheid”, maar als "dieren hebben een intrinsieke waarde". Dit is des te vreemder omdat we vrijheid en gelijkheid voor ons mens zelf wel opeisen. Dit alles in de geest van de Franse Revolutie: vrijheid, gelijkheid en broederschap. Voor mij is dit motto het beste samengevat als “mens en dier zijn intrinsiek evenwaardig in het recht op vrijheid”. Dat gaat dieper dan een taalkwestie, omdat erkenning hiervan een ander gedrag vereist. Broederschap met dieren zouden we kunnen tonen door de samenleving en het landschap zo in te richten dat dieren vrij kunnen bewegen door het landschap (niet door de landbouwgewassen en de moestuinen natuurlijk) en dat vee naar buiten kan in de wei. De meest directe consequentie die we zouden moeten trekken om meer dieren een natuurlijk leven te geven is door een krimp in te zetten van de veestapel. Dit omdat 70-80% van de dieren worden gehouden voor de export en er dus geen enkel direct belang is om de eigen bevolking te voeden. Weliswaar kunnen wij mensen uitstekend leven zonder dierlijk voedsel, maar het argument dat mensen nu eenmaal vlees willen eten uit hardnekkige gewoonte vraagt enig geduld in de voedseltransitie.

Laten we constructief kritisch blijven

Een van de bekendste voorvechters van dierenrechten is Peter Singer. Ik ben het in grote lijnen met de opvattingen van Peter Singer eens. Wat ik merkwaardig vind is dat hij zijn boeken de titel meegeeft "Dierenbevrijding", maar dat hij dierenrechten niet baseert op het recht op vrijheid, maar op de mate waarin ze kunnen zichtbaar (kunnen) lijden. Dat werkt discriminatie tussen diersoorten in de hand. 

In september 2023 kwam zijn nieuwste boek uit waarin hij zijn voornaamste opvattingen nog eens op een rijtje zet.

Animal Liberation Now

Zie ook het interview in de Volkskrant over zijn opvattingen en boek.

14 januari 2023

De capabiliteitsbenadering om dierenrechten af te dwingen

Rechtvaardigheid voor dieren

'Een werkelijk mondiale rechtvaardigheid vereist niet alleen dat we over de hele wereld op zoek gaan naar andere leden van onze soort die recht hebben op een fatsoenlijk leven. Maar werkelijk mondiale rechtvaardigheid vereist ook dat we onze aandacht richten op andere levende wezens die over bewustzijn beschikken en met wier levens onze eigen levens onlosmakelijk en op ingewikkelde wijze verstrengeld zijn.' - uit Een waardig bestaan, over dierenrechten door Martha Nussbaum (1947).

Wij zijn geneigd te denken dat dieren over geen enkele vorm van zelfbewustzijn beschikken, en derhalve slechts middelen zijn ter bevrediging van de behoeften van de mens. De vooraanstaande Amerikaanse filosofe Martha Nussbaum betwist deze stelling. Dieren zijn een doel op zich en verdienen respect in de integriteit van hun bestaan. Ze kunnen pijn, angst en genot ervaren en hebben er recht op om niet op een wrede manier behandeld te worden.
Op basis van een filosofische analyse van de morele status van dieren komt Nussbaum tot een pleidooi tegen dierenmishandeling, tegen het gebruik van legbatterijen, tegen het doden van dieren voor de productie van luxegoederen, tegen jacht en sportvissen, en voor het recht van werkende dieren op respectvolle arbeidsomstandigheden.

Buitenstaanders hebben geen procesbevoegdheid om dieren te verdedigen

Hoezeer wij als mens ons kunnen inleven in het miserabele leven van een dier, opgesloten in een stal, het zal in de rechtszaal niet snel een argument zijn om een rechter te overtuigen om een veehouder te verplichten tot het vrijlaten van een dier of te verplichten om het buiten te laten komen. We hebben als bij dieren betrokken en letterlijke buitenstaanders volgens Nussbaum geen procesbevoegdheid. Het is het recht om naar de rechter te stappen als eiser in een rechtszaak. Gewoonlijk wordt procesbevoegdheid alleen toegekend aan iemand die een bepaalde schade heeft geleden. Medelijden valt daar niet onder. Een voor de hand liggende oplossing is zaakwaarnemers het recht toe te kennen om hen in de gelegenheid te stellen om voor dieren eiser te zijn in een rechtszaak. Deze structureel aan te stellen zaakwaarnemers kunnen en mogen niet vrijblijvend handelen; Nussbaum pleit voor een zorgplicht en een loyaliteitsplicht om belangenverstrengeling te voorkomen.
Helemaal in de lijn van haar capabiliteitstheorie zouden er zaakwaarnemers voor ieder type dier moeten komen.

Ook zouden betrokken mensen recht op informatie over de behandeling van dieren kunnen worden toegekend. Maar de veehouderij houdt dit tegen zodat het publiek niet eerlijke informatie krijgt over hoe het toegaat achter de staldeuren. Actievoerders die geheime opnames maken of in een stal inbreken mogen hun materiaal niet in een rechtszaak gebruiken omdat het bewijsmateriaal "illegaal" zou zijn verworven.

Geleden schade moet rechtstreeks zijn en het bezwaar mag niet gefundeerd zijn op ethiek of medelijden. En daarmee wordt de meest logische oplossing ontoegankelijk: geef ook dieren recht op vrijheid, zoals wij als mensen voor onszelf als eerste opeisen en evenwaardig toekennen aan welk lid van ons "ras" dan ook. Helaas wil Nussbaum dit recht niet toekennen aan levensvormen waarvan normaal gesproken gezegd wordt dat zij geen bewustzijn hebben.

Hoewel we in een democratie leven kunnen we de politiek niet bewegen en overtuigen om de bio-industrie af te schaffen, terwijl er toch in de bevolking een meerderheid is die er tegen is. Er worden wel wetten aangenomen om dierenwelzijn te waarborgen, maar deze wetten worden niet gehandhaafd. In de economie draai alles om geld en heeft ethiek geen waarde. Wat misschien nog wel een kans maakt, is om subsidies aan veehouders af te schaffen en oneigenlijke financiële steun (vrije marktverstoring) te verbieden met publieke gelden. Misschien komt het nog eens tot een rechtszaak wanneer er zoveel vleesvervangers zijn ontwikkeld dat de markt van vleesproducten op basis van planten de concurrentie aangaat met vleesproducten op basis van dieren. Misschien dat dan het argument, dat dieren in de veehouderij tekort wordt gedaan om geld te verdienen, als oneerlijke concurrentie wordt gezien voor ethisch verantwoord voedsel op basis van planten.

We hebben al te lang onze plicht verzaakt

De positie van dieren vraagt dringend om een wereldwijd ethisch reveil, om een bewustzijnsverandering van internationale proporties, aldus Nussbaum in haar boek Gerechtigheid voor dieren.
De mensheid heeft al eeuwen de collectieve plicht dierenleed te onderkennen en op te lossen. De huidige, globale problemen met vervuiling en klimaatopwarming vraagt onmiddellijke actie om ook dieren te erkennen als individuen met recht op vrijheid en een dierwaardig leven in overeenstemming met hun vermogens. Welzijn of gebrek aan welzijn heeft volgens de capabiliteitsbenadering in belangrijke mate te maken met de vrijheid die dieren hebben om hun leven naar eigen goeddunken in te richten. Het recht voor dieren om daarin vrij te zijn en het behoud en herstel van een natuurlijke omgeving voor dieren om in te leven, zouden we in wetten moeten vastleggen. Mensen die de overheid daaraan zouden willen houden zouden de procesbevoegdheid moeten krijgen om dat af te kunnen dwingen. Er is geen doorslaggevend argument om dierenrechten te negeren.
In 1998 schreef zij al: "ethische reflectie moet in dienst staan van onze alledaagse pogingen 'goed te leven'. Ethische reflectie kan daarom niet volstaan met het formuleren van algemene, abstracte morele principes. Nog belangrijker is dat we leren wat die algemene principes in concrete situaties betekenen. In dit subtiele proces van morele perceptie en oordeelsvorming spelen naast de ratio de emoties een rijke rol". 

Concrete actie

Wanneer we de capabiliteitstheorie vertalen naar dieren dan is het volgende de boodschap.
Elk dier wordt net als de mens geboren als een kwetsbaar wezen vol mogelijkheden en talenten die ieder zelf tot ontwikkeling moet kunnen brengen om zo het dier te worden die hij of zij in aanleg is. Anderen zijn daarbij onmisbaar, want zonder hun zorg, hulp, betrokkenheid, bescherming, ondersteuning, vriendschap en liefde kan geen dier en natuur tot leven komen en in leven blijven. Door de manier waarop anderen meeleven, beïnvloeden zij het al dan niet lukken van de ontwikkeling. Ieder dier blijft zelf verantwoordelijk voor dit proces. Een goede samenleving is een samenleving waarin elk levend wezen in de gelegenheid wordt gesteld om zijn capaciteiten te ontplooien en die daarvoor ook, in en rond de natuur en concreet in de leefruimte van dieren, de materiële, juridische, politieke en culturele voorwaarden schept, minstens tot een drempelniveau van kwaliteit en tot een maximum van bedreiging, zoals in de vorm van bejaging, verstoring en vervuiling. 

Gamechanger

Wat daadwerkelijk de zaak voor dieren in de bio-industrie zal doen verbeteren is in de ogen van Nussbaum de ontwikkeling van plantaardig imitatievlees en het vooruitzicht van synthetisch vlees.

Boeken van Martha Nussbaum

Wat liefde weet, emoties en moreel oordelen (1998, bol.com).
Grensgebieden van het recht, over sociale rechtvaardigheid (2006, bol.com).
Een Waardig Bestaan, over dierenrechten (2007, bol.com).
Gerechtigheid voor dieren. Onze collectieve verantwoordelijkheid (2023, bol.com).

Lees ook het interview met jurist en hoogleraar Kees Bastmeijer over hoe Nederland al jarenlang een potje maakt bij de uitvoering van het natuurbeschermingsrecht.

20 mei 2019

In dieren kunnen invoelen heeft ethische gevolgen

Primatoloog Frans de Waal heeft een nieuw boek uitgebracht over de overeenkomst van emoties bij mens en dier.

De woordeloze pijn van de vis aan de haak en het kalf zonder moeder. Het is niet alleen lichamelijk lijden, maar ook geestelijk lijden.

Uit een interview met Trouw.
Hoe kunnen we nu weten wat dieren voelen? Dat wordt toch onwetenschappelijk speculeren? De Waal stelt dat gevoelens alleen kenbaar zijn door degene die ze ervaart, maar maakt een onderscheid met emoties, die zeker wel waarneembaar zijn. Een opgetrokken lip, een blozende wang, een overslaande stem, het zijn gebaren en houdingen bij mens en dier die wijzen op emoties.

Olifant in de kamer.
Het laatste dier dat De Waal behandelt is de olifant in de kamer. Want als dieren angst, pijn, verdriet en empathie kennen, wordt het des te gruwelijker wat we ze aandoen. Kalveren die direct na de geboorte bij hun moeder worden weggehaald, apen die dienen als proefkonijn in een laboratorium, kreeften die we levend koken en ja, ook de vis die kronkelt aan de haak door zijn lip. Het is niet alleen lichamelijk lijden, maar ook geestelijk lijden.
De Waal noemt het een ‘woordeloze pijn’ en het is voor het eerst dat hij zich zo duidelijk in zijn werk uitspreekt over hoe we met de dieren omgaan, in de agrarische industrie, thuis, en in het wild. Hij pleit voor transparantie in de sectoren waar dieren worden gebruikt. Boerderijen en proefdiercentra moeten toegankelijk worden voor het publiek. Hij oppert een scancode voor vlees in de supermarkt waarmee je met de smartphone (onafhankelijk gemaakte) beelden kunt ­ophalen van de omstandigheden waaronder dieren worden gehouden. Beslis dan maar of je dat kipfiletje nog steeds wilt kopen.
Tot zover Trouw.
Uit een interview met het Parool.

Stoort het u dat mensen de intelligentie en emoties van dieren niet erkennen?
“We komen uit een periode waarin emoties en intelligentie bij dieren koste wat kost werden ontkend. We zagen dieren lang als simpele stimulus-responsmachines, heel anders dan de complexe, intelligente mens. Tegenwoordig is er veel kennis die die scheiding tegenspreekt, maar desondanks zijn er nog steeds wetenschappers die dat denken”.
“Ik wind me er niet over op, maar ik merk wel dat er twee soorten mensen zijn. Als je een hond met zijn baasje vergelijkt, vindt het baasje dat meestal niet erg. Maar er zijn ook mensen die het vreselijk vinden om met een dier vergeleken te worden. ‘Ik ben toch geen beest!’ zeggen ze dan. Alsof dat iets ergs is. Hun zelfbeeld is verweven met het zich beter voelen dan die ‘domme’ dieren. Ik vind dat een nogal beperkte visie”.



Frans de Waal over emoties bij dieren en wat ze ons zeggen over onszelf (bol.com).

26 juli 2018

Van het ene dier houden en het andere niet

Er zit veel frustratie bij mensen die zelf een of meer huisdieren hebben en opkomen voor het lot van dieren in de bio-industrie. Waarom zien anderen niet dat dat inconsequent is om met de ene hand jouw hond of kat te aaien en met de andere hand een kipnugget in jouw mond te stoppen?
Helaas, het is alleen inconsequent wanneer je ervan uit gaat dat mensen die van minstens één dier houden dat ook voor alle miljarden dieren die nu op aarde leven zouden moeten doen.  En dat vragen mensen ook niet van elkaar. Wat niet te veel gevraagd is om het recht op vrijheid door te trekken van mens op dier. Dat kan en mag omdat vrijheid wederkerig is. Je mag een ander verplichten om het recht op de vrijheid van anderen en jouzelf in acht te nemen. De samenleving zal anders worden ingericht wanneer dit recht op vrijheid wordt doorgetrokken naar dieren, maar het staat iedereen vrij om er zelf nu al aan te beginnen om erover na te denken waar hij/zij zelf het eigen gedrag kan aanpassen.
Daarbij geldt wat veganist Boele Ytsma vandaag op zijn Facebookpagina (nu opgeheven) schrijft: "Vrijheid kan niet bestaan zonder het kompas van compassie (voor de ander) en zonder het kompas van een moraal".
Zelf verwoord ik het als volgt "zonder liefde geen vrijheid en zonder vrijheid geen liefde".
Het kompas is gericht op vergroting van  liefde en vrijheid en de moraal is "die levenswijze is goed die de vrijheid van zoveel mogelijk levensvormen vergroot".

Meer lezen over waarom vrijheid een grondrecht voor dieren is?

05 juni 2018

Waarom veel mensen zich niets aantrekken van dierenleed

Baby's en peuters die hun ego nog niet hebben ontwikkeld maken geen onderscheid tussen zelf en de ander, mens en dier. Het vertedert ons.  Na de fase van het ontstaan van het ego ontstaat ook het verschil in verbonden willen zijn met dieren. Veel kleuters walgen van het idee dat ze dieren zouden opeten want ze voelen zich verwant met het leed dat dat oplevert.
Wat is dat toch dat de meeste kinderen van die verbondenheid weggroeien?

Theo Fischer is management consultant en schrijft over de tao en wu wei, doen door niet te doen. In zijn boek, uit het Duits vertaald als De kunst van het niets doen, schrijft hij over de invloed van de kindertijd op onze beleving van gevoelens. In onderstaande tekst, afkomstig uit het boek, beschrijft hij waarom mensen zich niets aantrekken van rampen in de wereld. In het citaat hieronder is het voorbeeld van een hongersnood in Ethiopië vervangen door het dierenleed in de bio-industrie.

Uit het hoofdstuk met als titel ‘Onze maatschappij en het verloochende zelf’
Er zijn in deze tijd maar weinig mensen in onze maatschappij die van zichzelf kunnen zeggen dat hun kindertijd zonder emotionele conflicten is geweest en dat ze psychisch volkomen gezond zijn opgevoed en opgegroeid. De meesten zullen waarschijnlijk beweren dat dit wel zo is, omdat ze niet beter weten en zichzelf iets wijsmaken, maar de waarheid ziet er helaas heel anders uit. Vrijwel alle mensen worden vanaf hun kinderjaren van hun eigen zelf gescheiden. Wat hier leeft, handelt en denkt, is een kunstmatig bouwwerk, ontstaan uit een heel lang proces van aanpassing aan de heersende spelregels – het ego ofwel het ik. Het ik bestaat uitsluitend op het vlak van het denken. Van zijn ware gevoelens is de mens volstrekt gescheiden. Wat je nu als gevoelens beschouwt, zijn gedachten over gevoelens, maar het zijn niet de gevoelens zelf. We zijn niet in staat om het gebonden-zijn van onze denk- en gevoelspatronen te herkennen, omdat we niet over vergelijkingsnormen beschikken. Onze ouders noch wijzelf hebben ooit echte gevoelens ervaren. Dat klinkt heel hard, maar het is helaas wel zo. Ik zal het aan de hand van één simpel voorbeeld laten zien: wanneer je via de radio of het tv-nieuws hoort dat er in Nederland weer eens een epidemie heerst, waarbij talloze dieren met de dood voor ogen leven en aan de ellende bezwijken, wat gaat er dan door je heen? Direct na het horen van het bericht is dat uiteraard een schok en een bepaalde ontsteltenis die tegelijkertijd gepaard gaat met het dankbare gevoel dat jij zelf niet in die situatie verkeert. Op zijn laatst bij de speelfilm van die avond ben je de beelden van het dierenleed weer voor een poosje vergeten, uit het oog verloren. Dat is mogelijk omdat je je medeleven alleen als gedachte verwerkt, terwijl echt medeleven je om allerlei redenen (waaraan je op dit moment niets kunt doen) volkomen vreemd is. En dit geldt niet alleen voor medeleven, ook liefde, genegenheid, welwillendheid en vriendschap ken je uitsluitend als gedachteconstructies. De hieraan tegenovergestelde gevoelens als jaloezie, haat, nijd en boosheid ontstaan als gevolg van het ontbreken van echte deugden, zoals ik die hierboven heb opgesomd. Woede en gewelddadigheid zijn helaas echte gevoelens in ons en hebben hun aanwezigheid in de mens te danken aan een proces dat eveneens uit de vroegste kinderjaren stamt en een symptoom van zelfhaat is. Maar ik wil het hier over de tao hebben en me niet met dieptepsychologie bezighouden, vooral omdat er wegen zijn om uit dit dilemma te komen zonder dat je de lange weg via de bank van de psychiater hoeft te gaan. De weg van de tao is tevens een weg van psychische genezing; het is de weg terug naar het afgescheiden zelf.
Tot zover het aangepast citaat.
Iets verder:

De meeste mensen zijn bang voor hun gevoelens. Ze verbergen zich veel liever achter hun gedachten en werpen een beschermende muur op tegen de schijnbare, emotionele dreiging. Maar wie vrij wil zijn, ontkomt niet aan een confrontatie met zijn gevoelens, ook al lijkt dat in het begin nog zo pijnlijk en ondraaglijk. Zodra je hebt besloten om alles wat aan gevoelens in je aanwezig is, naar boven te laten komen, dat intensief te aanschouwen en die gevoelens bewust te beleven, vloeit daar een reusachtige kracht uit voort waarvan je tot dan toe absoluut niet wist dat je die überhaupt in je had. En in deze wisselwerking van doorleefde, geaccepteerde gevoelens en een groeiende kracht kom je in contact met je eigen zelf, vind je de weg terug naar je oorspronkelijke wezen, waarvan de mens zich zo ver heeft verwijderd. De mens is van zichzelf vervreemd.
Het recept, de kunst van de tao, luidt dus: geef al je gevoelens alle ruimte, sta toe dat ze zich volledig in je ontplooien. Onttrek je in het vervolg aan geen enkel diep uit je innerlijk opkomend gevoel meer.
Tot zover.

Voor wie meer wil lezen over het voordeel van het Taoïsme en wat mens en dier verbindt, switch(e) naar dit blog.

Of naar Animal Freedom: wat voor beeld krijgen jonge kinderen van dieren voorgeschoteld en hoe komen zij in contact met dieren?

19 september 2017

Waarom dieren rechten hebben wordt vaak over het hoofd gezien

Hoe een kwinkslag van de ene columnist leidde tot een stormachtige column van een ander. Youp van 't Hek noemde intensieve veehouders Hiltlerboeren, Roos Vonk maakte wat vergelijkingen tussen de situatie van dieren in de bio-industrie met de Holocaust en Frits Barend was zeer verontwaardigd dat zijn joodse grootouders geen varkens waren. Iedereen zijn eigen gelijk en ruzie in de mediatent. Roos somde de feiten op en Frits en Elma speelden niet op de bal maar op de persoon.
Jonathan van het Reve overzag de commotie en schreef in zijn Volkskrantcolum dat dieren niet evenwaardig zijn aan mensen en hekelt het vermenselijken van de dieren die gehouden worden om te worden gegeten. Het is een prikkelende column waarin gezocht wordt naar de gevolgen van gelijkheid. “Hoeveel cavia’s ben ik bereid te pletten om één kind te redden”. Hij laat helaas open over waar het bij dierenrechten echt om gaat. Het gaat er niet om dat dieren gelijk zijn aan mensen of dat dieren ook gevoelens hebben of dat zij gedrag vertonen dat lijkt op gedrag van mensen of een intrinsieke waarde hebben. Dieren zijn intrinsiek evenwaardig aan mensen.
Waar het wel om gaat is bewustwording. Bewustwording dat alle levende wezens op aarde gelijk zijn in het wezen van rechten.
Wat is het wezen van rechten? Dat is vrijheid. Wanneer we ons oefenen in het zien waarin onze eigen vrijheid ophoudt en die van een ander (mens of dier) begint, dan kunnen we in een split second weten wat te doen in elk denkbare situatie. Het is een manier van kijken naar wat er gebeurt die we kunnen gebruiken in onderling menselijk verkeer en in het omgaan met dieren. Op deze wijze betrokken zijn bij het recht van anderen is het wezenlijke van respect en zo kunnen we ook onze eigen belangen behartigen.

Ons rechtssysteem is geïnspireerd door de Franse revolutie met als basis "vrijheid, gelijkheid en broederschap". Vrij vertaald "Laten we solidair zijn en alle mensen gelijke recht op vrijheid garanderen". Voor dieren kan gelden "Laten we ervoor zorgen dat alle dieren in gelijke mate toegang hebben tot een habitat waarin zij in vrijheid hun natuurlijke gedrag kunnen vertonen".

20 april 2016

Liefdesverklaring aan het bos

Boswachter Peter Wohlleben heeft een boek geschreven over het gevoelsleven van dieren en de geheime leven van bomen. In het bos gebeuren verbazingwekkende dingen: bomen communiceren met elkaar. Bomen die niet alleen liefdevol voor hun nageslacht zorgen, maar ook voor hun oude en zieke buren. Bomen met emoties, gevoelens en een geheugen. Moeilijk te geloven? Misschien, maar het is waar!

Wohlleben vertelt fascinerende verhalen over de onverwachte en ongelooflijke vaardigheden van bomen. Hij combineert de laatste wetenschappelijke inzichten met zijn eigen ervaringen uit het bos, en creëert zo een opwindende nieuwe kennismaking met levende wezens die we dachten te kennen, maar nu pas echt leren begrijpen. En zo betreden we een compleet nieuwe wereld….
Het geheime leven van bomen is een onweerstaanbare liefdesverklaring aan het bos.

Peter Wohlleben's boeken over bos en bomen (bol.com).

15 april 2016

Wie snapt hoe slim dieren zijn?

Uit het voorwoord van het nieuwe boek van Frans de Waal "Zijn we slim genoeg om te weten hoe slim dieren zijn?"

Voordat we vragen of dieren over een bepaalde vorm van intelligentie beschikken, met name een vorm die we in onszelf koesteren, moeten we innerlijke weerstand overwinnen om de mogelijkheid zelfs maar te overwegen. Vandaar de centrale vraag van dit boek: zijn we slim genoeg om te weten hoe slim dieren zijn?
Het korte antwoord is: ja, maar je zou het nooit hebben gedacht. Het grootste deel van de vorige eeuw stond de wetenschap overdreven terughoudend en sceptisch tegenover de intelligentie van dieren. Dieren intenties en emoties toeschrijven werd gezien als naïeve, ‘volkse’ onzin.
Wij wetenschappers wisten wel beter! Wij deden nooit mee aan dat aanstellerige ‘mijn hond is jaloers’, of ‘mijn kat weet wat ze wil’, laat staan als het ingewikkelder werd, zoals beweren dat dieren over het verleden nadenken of elkaars pijn voelen. Kenners van diergedrag hadden geen interesse voor cognitie of waren bewust gekant tegen dit begrip.
De meesten liepen met een wijde boog om het onderwerp heen. Gelukkig waren er uitzonderingen – en bij hen zal ik zeker stilstaan, want ik houd van de geschiedenis van mijn vakgebied. De twee toonaangevende denkrichtingen zagen dieren ofwel als stimulus-responsmachines die eropuit waren beloningen te krijgen en straf te vermijden, of als robots die genetisch begiftigd waren met nuttige instincten.
Terwijl beide scholen elkaar bestreden en elkaar van kortzichtigheid betichtten, hadden ze een fundamenteel mechanistische visie gemeen: je verdiepen in het innerlijk leven van dieren was niet nodig, en wie dat wel deed was antropomorf, romantisch of onwetenschappelijk bezig.
Het boek op bol.com.

03 juli 2015

Respect is een universele plicht

In het ledenblad van de Veganisten Vereniging een pagina van en over Renée Janssen met als titel “Ik houd niet van dieren”.

Zij schrijft het volgende.
Sympathie en medeleven voor andere levende wezens is iets elementairs en krachtigs. En misschien vormen juist dit gevoelens de meest bewandelde - en meest begaanbare - paden naar een ethische overtuiging waarin speciësisme geen plaats heeft.

Maar wil je gevoel ook als rechtvaardiging gebruiken? Schat je de ander daadwerkelijk op waarde door je ethische overtuiging te laten rusten op je persoonlijke affiniteit met de gehele categorie waartoe dat individu behoort? Als jij veganist bent omdat je van dieren houdt, dan is het voor omnivoren heel makkelijk om te zeggen, "Nou, ik hou toevallig niet van dieren. Ik heb er werkelijk niks mee. Dus voor mij is het geen probleem om ze te gebruiken en te doden". In wezen kenmerk je veganisme dan als sentiment voor de teerhartigen.

Ik ben ervan overtuigd dat we de belangen van niet-menselijke dieren serieus moeten nemen. Maar niet omdat pasgeboren varkentjes zo snoezig zijn. Niet omdat de schoonheid van een bultrugwalvis mij persoonlijk zo inspireert. Niet omdat deze onschuldige en pure wezens mij nooit gekwetst hebben, in tegenstelling tot sommige individuen van mijn eigen verdorven soort.
Nee, mijn redenatie is precies andersom. Respect is een universele plicht, onafhankelijk van persoonlijke affiniteit.

Respect toon je pas als je de ander als eigen individu ziet, met een waarde die niet primair wordt bepaald door jouw persoonlijke affiniteiten. Laten we dat ook voor dieren doen gelden.

Tot zover Renée Janssen.

Ik ben het totaal met haar eens. Meer lezen?

Meer lezen over respect voor dieren?
Meer lezen over de eigen of intrinsieke waarde van dieren?
Meer lezen over de argumenten van vleeseters en hoe je kunt reageren?
Meer lezen over hoe je het beste een gesprek over veganisme kunt voeren met iemand die het totaal niet met je eens is?

12 februari 2015

Pijn van vissen bagatelliseren

Volgens wetenschappers voelen vissen pijn en hebben een vorm van bewustzijn. Dit zullen weinig mensen weerspreken, maar roept toch bij mensen weerstand op wanneer zij de gevolgen doortrekken. Wanneer je serieus neemt dat vissen zo min mogelijk pijn en angst wordt aangedaan dan zul je in de toekomst veel geld voor het eten van een visje moeten betalen wanneer de visserij meer verantwoord wordt toepast.
Het is dan ook begrijpelijk dat mensen de noodzaak om hun gedrag te veranderen zullen proberen te verkleinen door (nieuws over) het gevoel van vissen te bagatelliseren.
Soms gebeurt dat op een subtiele manier. Een voorbeeld is onderstaande tekst.

Marco Kraal uit Huizen schrijft in een ingezonden brief naar de Volkskrant:

Nu de laatste kip zo'n beetje is bevrijd uit de legbatterij richt Wakker Dier zijn pijlen op vissen (Ten eerste, 10 februari). Daarbij gaat het niet zozeer om de overbevissing, maar om het vermeende lijden van vissen ten gevolge van beroepsvisserij. Op basis van de opmerkingen van één wetenschapper wordt geconcludeerd dat vissen - vanwege waargenomen gedrag - net als mensen bewust kunnen lijden.

Nu is het te begrijpen dat we onze menselijke emoties projecteren op het gedrag van dieren, maar erg wetenschappelijk is de onderbouwing van Wakker Dier niet. Integendeel. Tal van wetenschappelijke publicaties laten juist zien dat vissen, zowel op basis van gedrag als vanwege het ontbreken van bepaalde hersendelen, niet in staat zijn om pijn te ervaren zoals wij mensen dat doen. Pijn (en stress) bij vissen is een puur fysiologische reactie op een gevaarlijke prikkel.
Dit ontslaat ons overigens niet van de plicht om respectvol met vissen om te gaan. Hoe we dat invullen, hoort een maatschappelijke afweging te zijn, waarbij overbevissing, het dood overboord kieperen van bijvangst en sterfte van zeezoogdieren belangrijke wegingsfactoren zijn. Gelukkig zijn daar wel voldoende én wetenschappelijk onderbouwde argumenten voor te vinden.
Tot zover de brief.

Het bagatelliseren gebeurt hier door te stellen dat er op basis van één wetenschapper conclusies worden getrokken en door op te merken dat de aard van pijn en bewust zijn tussen vis en mens zullen verschillen.
Deze open deur laat onverlet dat het er niet toe doet of beiden op dezelfde wijze iets ervaren om toch rekening te houden met de belangen van levende wezens, namelijk pijn te vermijden.
Helaas zullen mensen deze strohalm aangrijpen om hun gedrag onveranderd te laten en vis te blijven vangen en eten. Er verandert alleen iets wanneer mensen het wezen van dierenrechten bewust worden en dat is het recht op vrijheid.

08 december 2009

Wet dieren met tandeloze amendementen gecompliceerd

Dinsdag 8 december 2009 stemde de Tweede Kamer over de nieuwe Wet dieren. Marianne Thieme doet verslag op haar weblog.

Verder hebben we gestemd over alle moties en amendementen voor de nieuwe Wet dieren en voor de Landbouwbegroting 2010. Een wet die in de plaats komt van de huidige Gezondheids- en welzijnswet voor dieren. Het is een waardeloze wet geworden die dankzij een aantal amendementen en moties toch nog een beetje diervriendelijker gemaakt is en op een paar punten zelfs diervriendelijker dan de huidige gezondheids- en welzijnswet voor dieren. Zo is er een amendement aangenomen die de intrinsieke waarde van dieren (de waarde die het dier van zichzelf heeft los van het nut voor de mens) nog nader invult door ook de vijf vrijheden van Brambell toe te voegen.
Die vijf vrijheden zijn de volgende.

Dieren zijn vrij:
1. van dorst, honger en onjuiste voeding;
2. van fysiek en fysiologisch ongerief;
3. van pijn, verwondingen en ziektes
4. van angst en chronische stress;
5. om hun natuurlijk (soorteigen) gedrag te vertonen.

Teleurstellend was wel dat dit amendement (afkomstig van de coalitiepartijen) slechts uitging van de gedachte dat dieren enkel wezens zijn met gevoel. Het is al heel lang bekend dat dieren levende wezens zijn met niet alleen gevoel maar ook met bewustzijn.

Tot zover de weblog van Marianne Thieme.

Het is een goede zaak om de vrijheden te betrekken bij dierenrechten. De gedachte daarachter is vrij simpel dat dieren recht op vrijheid hebben, zoals de grondrechten voor mensen ook zijn gebaseerd. Jammer is dat gevoel en bewustzijn erbij worden gehaald, want hiermee ligt ook het gevaar van discriminatie tussen diersoorten op de loer. Het is niet voor niets dat bij de Franse revolutie simpelweg werd gesteld “vrijheid, gelijkheid en broederliefde”. Door te betogen dat dieren met bewustzijn en gevoel meer rechten zouden moeten hebben dan andere dieren, wordt een eindeloze discussie gestart over waar de grens moet worden getrokken. Was de pleidooi voor dierenrechten simpelweg gebaseerd op vrijheid dan hadden vrijwel alle levende wezens hieronder kunnen worden geschaard.

23 juni 2006

Respect voor het welzijn van dieren is ontwikkelingsvraagstuk


Een aantal grote dierenbelangenorganisaties ijveren voor een universele verklaring over het welzijn van dieren:

In principe, zal de Universele Verklaring een beroep doen op de Verenigde Naties om dieren als „voelende wezens“ te zien, die in staat zijn om pijn te ervaren en te lijden, en om te erkennen dat het welzijn van dieren een belangrijke kwestie is als onderdeel van de sociale ontwikkeling van naties over de hele wereld.

Miljarden dieren over de hele wereld worden beïnvloed door mensen, en zijn voor een behandeling met respect, afhankelijk van mensen. Maar er is weinig nationale en géén internationale bescherming voor dieren wanneer dat medeleven niet aanwezig is.

De bio-industrie is de grootste oorzaak van het lijden van dieren in de wereld, met ongeveer vier miljard zoogdieren en 55 miljard vogels, die worden gehouden om goedkoop vlees, melk en eieren te produceren. De grote meerderheid van deze dieren leeft onder slechte omstandigheden en er wordt niet voldaan aan hun welzijnsbehoefte.


Tot zover.

Wat die sociale ontwikkeling inhoudt wordt hierboven niet duidelijk uiteengezet. Waar het om gaat is dat mensen zich in alle werelddelen realiseren dat het rekening houden bij de eigen levensstijl en consumptiegewoonten met de gevolgen voor het welzijn van dieren een kwestie van beschaving is.
Het vastleggen van het inzicht dat dieren kunnen voelen en dat zij rechten hebben in de wet is nog niet voldoende om mensen te bewegen zelf ook rekening te houden met de gevolgen van hun gedrag voor dieren.
Het zou een goede zaak zijn als overal ter wereld op scholen en in educatieve campagnes het inzicht wordt verspreid dat het welzijn van dieren wordt betrokken in onze morele cirkel.

Leeswijzer


Kijk op Facebook voor onze reactie op de actualiteit.
Aanbeveling: Thema's of steekwoorden vindt u via de labels onderaan de pagina of op Animal Freedom. Klik hier voor de laatste bijdragen.
Klik hier voor het beleid om uw privacy te beschermen.

Waarom dit blog?

De Nederlandse veehouderij is vooral gericht op zoveel mogelijk voor de export te produceren onder het motto “meer, meer, meer en groot, groter, grootst”. Dit heeft negatieve gevolgen voor zowel de dierenwelzijn, biodiversiteit, het milieu, het klimaat, de portemonnee en de gezondheid van burgers en ook voor welwillende boeren.
Dit blog verzamelt kritische artikelen die de wurggreep beschrijven waarin de veehouderij zichzelf heeft vastgezet. Zo willen we niet alleen een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van de kwaliteit van het leven voor alle belanghebbenden, maar ook aan een schone, gezonde omgeving en een beter dierenwelzijn.

Ook de argumentatie dat dieren grondrechten hebben kan beter en meer aansluiten op hoe mensen voor zichzelf vinden dat recht moet gelden. Alle dier(soort)en kunnen in hun recht op vrijheid als (intrinsiek) evenwaardig aan mensen beschouwd worden. Dierenrechten zijn mensenrechten, die mensen de kans geeft om voor dieren op te komen.
Dieren, bijv. in de intensieve veehouderij, worden behandeld als een object in plaats van een subject met gevoelens en rechten.

De snelheid en het aantal dier(soort)en dat we voortdurend gebruiken is immens. De bijdrage aan onze welvaart en economie van de agrosector is gering. De oplossing is simpel en van niemand anders dan van ons zelf afhankelijk.

Dierenrechten in woord en beeld

Vrijheid is ook een intrinsiek grondrecht voor dieren. Dieren zijn geen dingen Dierenrechten zijn mensenrechten. Mensen moeten voor dieren kunnen opkomen wanneer hun grondrecht wordt geschonden.
logo van Animal Freedom yin en yang
Lees hier over de redenen waarom dieren recht op vrijheid hebben. Lees hier waarin mens en dier evenwaardig zijn.