Mens en dier zijn (intrinsiek) evenwaardig in hun recht op vrijheid

Bij de Stichting Animal Freedom leest u over de gedachte achter dierenrechten.
Hier leest u over ontwikkelingen in de agrosector en de gevolgen voor dieren(rechten).
Alle levende wezens zijn verschillend maar evenwaardig in het recht op vrijheid op een natuurlijk leven.
Een dier is (net als een mens) geen ding of een object.
Dierenrechten zijn mensenrechten. Mensen moeten kunnen ingrijpen wanneer mensen dieren misbruiken of onrecht aandoen.
Posts tonen met het label gans. Alle posts tonen
Posts tonen met het label gans. Alle posts tonen

23 juni 2015

Verliesgevende agrosector creëert zelf het ganzenprobleem

Citaat uit een artikel van Rinie van de Zanden, Partij voor de Dieren in de Provinciale Staten van Fryslân - geplaatst in het Friesch Dagblad van 15 juni 2015.

De populatie ganzen is uit de hand gelopen en het prikken van eieren, verjagen en doodschieten heeft niet geholpen. Daarom wordt het nu met gas geprobeerd. Aan de echte oorzaak wordt niets gedaan. Merkwaardig. In de Ganzennota van de Provincie staat toch echt dat de voedselrijke raaigras-weilanden voor een groot deel verantwoordelijk zijn voor de toename van ganzen en dat een deel van de schade als ondernemersrisico moet worden gezien. In diezelfde nota staat ook dat er andere methoden zijn dan doodschieten en vergassen om de grote aantallen ganzen weg te krijgen. Maar er staat ook dat daar geen draagvlak voor is. In gewoon Nederlands: dat willen de boeren niet. Iedereen heeft via internet kunnen zien hoe wreed de weg naar de dood was voor zo'n duizend ganzen en hun jongen. Opgedreven naar de gaskamer terwijl ze in paniek elkaar en hun jongen vertrapten. Vergassen is de meest diervriendelijk manier om ganzen te doden, vindt Gedeputeerde Staten. Iedereen heeft kunnen zien dat dat niet klopt.

Henk de Vries van It Fryske Gea noemt de ganzenoverlast een maatschappelijk probleem. Merkwaardig, want de sector zelf en niet de maatschappij heeft het ganzenprobleem veroorzaakt. Als het probleem al maatschappelijke proporties heeft, dan zit dat niet bij de ganzen, maar bij de industrieel geworden melkveehouderij. Deze bedrijfstak kost de burger jaarlijks honderden miljoenen euro's aan subsidies voor een product waarvan ongeveer de helft met verlies wordt verkocht. Dat weten de meeste mensen niet, maar binnen de melkveehouderij is dat bekend. Dat zit zo: ongeveer de helft van alle melk gaat naar de kaas. Uit de financiële jaarverslagen van Friesland Campina blijkt dat de kaasdivisie al sinds de oprichting jaar in jaar uit verlies lijdt. En dus wordt de helft van de melk die aan FC wordt geleverd met verlies verkocht.

Dat is eigenlijk bizar omdat er hoge maatschappelijke kosten aan deze melkproductie verbonden zijn. Er is grote schade aan natuur en milieu. Er verdwijnen weidevogels, er zijn hoge kosten voor ganzenschade, voor weidevogelbeheer en om vermesting en verzuring tegen te gaan. Gemiddeld krijgt een melkveehouderij per jaar 20.000 euro, met uitschieters naar boven van meer dan 100.000 euro. De burger betaalt al deze kosten. En dan is er nog het dierenleed. Niet alleen van de koe die gemiddeld nog maar ruim drie jaar melk geeft en dan naar de slacht gaat, maar ook van duizenden ganzen.

28 mei 2015

Technologische race om ganzenoverlast tegen te gaan

Ganzenoverlast: de een zijn dood is de ander zijn brood. Arie den Hertog van Duke Faunabeheer verdient zijn boterham met het vergassen van ganzen in de ruitijd. Dan zijn ze goed te vangen omdat ze tijdelijk niet kunnen vliegen. Ganzen doodschieten kost te veel tijd en hen met een bijl de kop af te hakken is te vermoeiend. Vandaar dat het bedrijf V&T Faunabeheer met een speciaal ontwikkeld apparaat 1.600 ganzen de nek gaat breken in 7 Gelderse natuurgebieden.
Pardon? Ganzen geven toch overlast bij Schiphol en op grasgronden bestemd voor de koeien in de stal?
Wanneer ze verjaagd worden naar een natuurgebied dan geven ze toch geen overlast meer? Of verstoren ze het natuurlijk evenwicht? In dat geval lijkt het logischer om de vos niet meer te bejagen. Hij houdt het natuurlijk evenwicht graag en gratis in stand.

De Partij voor de Dieren in Gelderland wil dat er een zelfsturende vliegende vogelverschrikker wordt ontwikkeld. Statenlid Luuk van der Veer denkt dat het voor universiteiten en hogescholen in Gelderland een koud kunstje moet zijn om een drone te maken die ganzen verjaagt. Maar ja, de Provinciale Staten is geen subsidiegever voor uitvindingen, dus die steunde het initiatief niet.

Ganzenoverlast is eigenlijk een politiek probleem. Het zijn de melkveehouders die hun koeien op stal laten staan in de race naar meer geld te verdienen met het produceren van exportproducten die de voor de ganzen grazige weides samenstellen.
Ook binnen de melkveehouderij wordt al jaren technologie toegepast om de kostprijs zo laag mogelijk en de productie zo hoog mogelijk. De gevolgen zijn desastreus voor het welzijn van de koe en de mest levert milieuproblemen op. De industrie eromheen profiteert, terwijl de belastingbetaler opdraait voor de negatieve gevolgen.

Veel problemen in Nederland hangen onderling samen. Het zou mooi zijn wanneer politici zouden onderkennen hoe met het beteugelen van hebzucht een deel hiervan kan worden aangepakt. Het zijn de politici die de wettelijke grenzen kunnen trekken en de controle op handhaving kunnen versterken.

Oorzaak: hebzucht en gemakzucht
Gevolg: dierenleed, milieuvervuiling
Verband: vangdrang, kostprijs

21 mei 2015

Vangdrang met dodelijke gevolgen

Rosanne Kropman citeert in haar artikel in Trouw over ganzenvergasser Arie den Hertog het woord vangdrang. "Ik ben geboren met vangdrang", zegt hij. Als klein jongetje van zeven ving hij al muizen van de boerderij waar hij opgroeide. De klemmen eerst lukraak neergezet, later strategisch geplaatst: parallel aan de plinten zodat de muis er van twee kanten in kon lopen.
Tot zover Arie den Hertog in Trouw.

Het is een kenmerk van veel kinderen om bij slootjes hun schepnet door het water te halen en te kijken naar de visjes en insecten die ze vangen. Schattig zijn de peuters die op pleinen achter vogels aanlopen om hen proberen te pakken om te aaien. Vangdrang, kun je veilig stellen, is natuurlijk. Die drang is gelukkig niet vaak om te doden, maar gewoon de sport. En kleine kinderen snappen nog niet zo goed dat dieren twijfels bij hebben bij de goede bedoelingen van kinderen. En wanneer je ziet hoe ze hun speelgoeddieren behandelen kun je ze geen ongelijk geven. Kinderen willen aaien en van dichtbij bekijken, maar kunnen nog niet goed liefdevol doseren.
Zelfs mensen met huisdieren hebben die wens om wanneer zij dat willen een dier bij de hand te hebben om te knuffelen. Dat een dier ook recht op vrijheid heeft is daarmee lastig te verenigen en waarom zou je daar druk over maken? Het dier krijgt tot uitstekende verzorging? Wat wil nu meer?
In de vrije natuur hebben dieren drang om andere dieren te vangen omdat ze willen eten. Lukt het om een dier te vangen, dan wordt het gedood. Ook de ganzen die Arie den Hertog vangt, worden gedood en gratis aangeboden aan een poelier.
Is dat liefdevol en natuurlijk? Natuurlijk niet, maar net zo als het moeite kost om kinderen te leren wat respect voor dieren is, namelijk hun met rust te laten en er alleen maar naar te kijken, is respect voor ganzen die in grote getallen de groene weiden vullen er moeite voor nodig om de overlast tegen te gaan. Liefde voor de natuur houdt in bewust te worden wat te doen en wat te laten zodat alle levende wezens een plek onder de zon behouden.

Meer lezen? Zie Respect, vrijheid en ware liefde.

20 mei 2015

Hebben stadse mensen benul van natuur?

Boeren en mensen op het platteland die met plezier dieren doden moeten weinig hebben van protesten van mensen uit de stad. Gansenvergasser Arie den Hertog van Duke Faunabeheer uit Lelystad wordt in een artikel in Trouw als volgt geciteerd.
Mensen die hem dierenbeul noemen, doet hij af als stedelingen die geen idee hebben van hoe de natuur werkt. Bovendien, vlees eten van een beest met een beter leven dan een Schiphol-gans kan haast niet. "Mensen hebben geen idee meer waar hun eten vandaan komt. Dit vinden ze zielig maar ze hebben geen idee waar het vlees uit de supermarkt vandaan komt".
Tot zover Trouw.

Er zullen niet veel mensen in de stad zijn die denken dat er in de vrije natuur dieren worden gedood doordat andere dieren hen vergassen. Er zullen veel mensen uit de stad zijn die Arie groot gelijk geven dat hij zijn geld verdient door met plezier ganzen op te drijven en te doden. Dat hij ons wil doen geloven dat het bijna een gelijke strijd is omdat ganzen zo slim zijn, is doorzichtig. Zo gaat het nu eenmaal op het platteland: mensen zijn machtiger dan dieren en er moet geld verdiend worden en alles en iedereen die daarbij in de weg loopt, moet uit de weg worden geruimd. Dat is de logica van de economie en de overheid legaliseert dat.
Mensen in de stad hebben er ook voordeel van want vlees en zuivel wordt zo goedkoop mogelijk geproduceerd, zodat consumenten in binnen- en buitenland er weinig voor hoeven te betalen. Een saai landschap, vervuild drinkwater en andere nadelen ten laste van de belastingbetaler die zien we bijna nooit, want we fietsen alleen met een paar mooie dagen door het platteland en dan is genoeg te zien. Een pas gemaaid grasland, kaal en lichtgroen als een biljartlaken, met zwarte vogels op zoek naar insecten dat is voor sommige stadsmensen een esthetische ervaring. En die stedelingen die weten waar echtere natuur is te vinden die gaan niet fietsen op het platteland. Of ze blijven in de stad, want de biodiversiteit is in de stad groter dan op het platteland.
Het platteland is gevuld met mensen die hun geld verdienen met het exploiteren van de natuur en die hun verdienmodel zo optimaal mogelijk maken door bewust het moment te kiezen waarop een jong dier niet meer waarde toevoegt, omdat het niet meer in gewicht toeneemt of de productie daalt en het om economische redenen het beste naar de slacht kan worden gebracht. Het platteland is geen rusthuis voor volwassen of oude dieren die niet meer bijdragen aan de omzet. Daar zullen de meeste mensen uit de stad mee kunnen leven. Wat hun wel raakt is de angst van de dieren die gedood gaan worden en bereid zijn tot het uiterste te vechten om hun jongen te verdedigen. Maar deze compassie zet weinig zoden aan de dijk, want deze angst verschilt niet van de angst van een dier dat door een roofdier in het wild wordt belaagd.

Wat is er dan wel zo erg aan het vergassen van ganzen? Simpel, er zijn alternatieven die neerkomen op het herstellen van het natuurlijk evenwicht. Maar wil een stedeling daaraan substantieel bijdragen dan moet hij of zij bij zijn eigen politieke partij zijn. En politici die echt van mening zijn dat de agrarische economie zodanig op de schop moet dat er weer sprake is van een ecologisch evenwicht waar prooi- en roofdieren elkaar in balans houden, die zijn even zeldzaam als de spreekwoordelijke zwarte zwanen en witte kraaien. Maar ze bestaan.

Ook zijn weinig mensen zich er van bewust dat dierenrechten gebaseerd zijn op dezelfde waarden als mensenrechten, namelijk vrijheid en gelijkheid. Dat betekent dat elk levend wezen evenveel recht heeft om in vrijheid te mogen leven. In de vrije natuur is er niemand die dit recht handhaaft, daar moet elk dier de eigen gezondheid onderhouden zodat het alert is en snel genoeg om uit de klauwen van een ander dier te blijven. Wij mensen kunnen ervoor zorgen dat de omstandigheden waaronder wij ons voedsel produceren niet onrecht doen aan die gelijke rechten van andere levende wezens.

18 mei 2015

Ganzen niet vergassen maar verkassen

Boeren die hun koeien jaarrond binnenhouden op stal voeren de dieren gras dat zij maaien van het land. Dat gras, vaak Engels Raaigras. is eiwitrijk. Ook ganzen lusten graag dit gras. Maar wanneer er veel ganzen zijn die het eten, dan is de productie van het gras lager en moet de boer elders voer laten aanvoeren willen zij de melkgift op het hoogste niveau houden.
Er zijn in ons land zoveel ganzen gekomen dat het aantal als een probleem wordt gezien. Boeren betalen daarom graag om de ganzen te laten doden. In de periode dat zij in de rui zijn, kunnen ze niet vliegen en kunnen ze gemakkelijk bij elkaar worden gedreven. Vervolgens worden ze in speciale wagens vergast door gespecialiseerde bedrijven, bijvoorbeeld dat van Duke Faunabeheer uit Lelystad. Dat kost geld, normaal gesproken verdient een boer om jagers te laten jagen op hun land. Maar jagers schieten ook op mogelijke oplossers (vossen en roofvogels) van vreetschade veroorzakers.
Er zijn een aantal manieren om de overlast door ganzen te beperken. Boeren kunnen gras zaaien dat voor ganzen minder aantrekkelijk is. Ganzen kunnen worden verjaagd op mechanische manier (bewegende lijnen, laserstralen) of door getrainde honden of door vossen niet meer af te schieten.

Melkveehouders produceren geen voedsel dat de Nederlandse bevolking echt nodig heeft, maar zij produceren voor de export. Het gaat bij boeren die hun koeien op stal houden om veel geld verdienen, vandaar hun wens om de melkgift zo hoog mogelijk te houden.
Ganzen zijn niet afhankelijk van voedsel dat boeren produceren, maar eten het Raaigras omdat het kan en toegankelijk is. Wanneer wij in Nederland ons zouden keren tegen het vergassen van ganzen, dan zullen we met zijn allen kritisch moeten kijken naar het huidige verdienmodel en de bedrijfsvoering in de melkveehouderij. Het is goed denkbaar om met het oplossen van de ganzenoverlast gelijktijdig een aantal andere problemen in de melkveehouderij op te lossen. Voedsel kan stukken gezonder voor mens, dier en ecologie worden geproduceerd door melkveehouders. Zonder overbemesting, pootproblemen door verblijf in een stal en in dienst van een balans in bodemleven en de mineralenhuishouding. Er dreigt door het wegvallen van het plafond aan melkproductie ook een lage melkprijs waardoor goedwillende boeren failliet gaan.
Er is meer aan de hand in de moderne melkveehouderij dan ganzenoverlast. Het platteland kan veel aantrekkelijker worden ingericht door de bedrijfsvoering van melkveehouders meer te sturen in plaats van over te laten aan de markt. Vrijheid voor de burger en de gans is in conflict met de vrije bedrijfsvoering op een melkveehouderij.

20 februari 2015

Ganzen en muizen verdringen de weidevogels

Door de monocultuur van ingezaaid raaigras op de Hollandse weiden is de woonomgeving voor weidevogels vervangen door een vreetschuur voor dieren die eigenlijk niemand in deze getalen graag op het land ziet. De Nederlandse melkveehouder is getroffen door plagen van Bijbelse afmeting.
Wat te doen? Er zijn oplossingen genoeg, maar zijn die naar de zin van de boeren? De weides zijn bedoeld om gras van te maaien en te voeren aan de koeien die op stal staan. Het is best mogelijk om de koeien naar de weide te brengen, maar op deze wijze denken boeren meer te kunnen melken en dus te verdienen.
Het liefst willen de boeren een direct effectieve maatregel: uitroeiing door de muizen te vergiftigen, te verzuipen of te “mollen”. Voor de ganzen lijkt hen afschot het handigst, ook tijdens het broedseizoen want dan zitten ze toch al stil. Deze ingrepen vallen slecht bij het grote publiek, te meer omdat deze alsmaar moeten worden herhaald om hun effect te hebben.
Het is best mogelijk om weer te gaan sturen op een ecologisch evenwicht, maar die op lossingen nemen tijd en leveren de boer minder op. Dat de boer door de schaalvergroting en de slechte perspectieven om nog geld te blijven verdienen inmiddels het water aan de lippen staat, maakt het ook niet gemakkelijker om toe te geven dat hij heeft meegewerkt aan een letterlijk doodlopende ontwikkeling.
Wat te doen wanneer je geen boer bent en toch wil helpen aan een positieve ontwikkeling waar boer en burger beiden wat aan hebben? Er zijn vele partijen in de samenleving waar je steun aan kunt geven en die een bijdrage leveren aan een oplossing. Belangrijk is te constateren dat er altijd maatregelen genomen moeten worden op verschillende niveaus. Op het ene niveau moeten grenzen worden gesteld aan de beperkte keuzemogelijkheden van boeren. Boeren zouden het perspectief voorgehouden moeten worden waarbij juist niet schaalvergroting en de dieren tot het bot uitmelken de enige manier is om het financiële hoofd boven water te houden.
Op het andere niveau zouden maatschappelijke organisaties goede en eerlijke voorlichting moeten geven aan wat de burger kan doen om bij te dragen aan ontwikkelingen naar een ecologische balans. Op de plek waar burger en ondernemers elkaar dagelijks ontmoeten, de supermarkt, zouden beide groepen kunnen besluiten om niet meer producten af te nemen die het gevolg zijn van onverantwoorde productie: kiloknallers en andere dierlijke producten afkomstig van bedrijven die gericht zijn op de export.
Het is toch de export die de kurk vormt waarop de Nederlandse economie drijft? Het is toch goed wanneer Nederlandse boeren die verantwoord produceren hun producten en productiewijze kenbaar maken aan het buitenland? Daar is toch vraag naar deze goedkope producten?
Het is zeker zo dat goed voorbeeld, goed doet volgen, maar de huidige situatie is dat goedwillende boeren in het buitenland worden weggedrukt uit de markt door overproducerende landen als Nederland en de VS. Het effect is eigenlijk dat niet het goede uit ons land wordt geëxporteerd, maar de hebzucht. En die hebzucht wordt verbeeld door de vette ganzen en miljoenen muizen die vreten aan de wortels van het eiwitrijke raaigras. Die dieren zijn niet de oorzaak van de ellende, maar onbedoelde en onuitgenodigde gasten aan tafel van een wereld die uit balans is.

15 december 2014

Keuken van de ongewenste kunst

Er zijn nogal wat kunstenaars die ons een spiegel willen voorhouden terwijl zij ondertussen de verdenking op zich afroepen dat zij slechts uit zijn op inkomen en aandacht.

Te denken valt aan Tinkebell en Wim Delvoye, maar ook Nicolle Schatborn en Rob Hagenouw, die een keuken van het ongewenst dier runnen. Zij vermarkten door plezierjagers geschoten dieren.

Uit de Volkskrant:
Geregeld staan Hagenouw en Schatborn met hun rollende keukentje op festivals. Op bevrijdingsdag met 'een broodje vredesduif'. Tot hun assortiment hoort ook een bisque van Amerikaanse zoetwaterkreeftjes die welig tieren in Hollandse sloten. Of de 'My Little Pony burgers', gemaakt van uitgerangeerde hobbypaarden. Naar aanleiding van het eten gaan ze met hun klanten in gesprek over onze houding ten opzichte van dieren en voedsel.
Interessant vindt Hagenouw ook de zwanen die rondom Schiphol geschoten worden. Jagers durven die dieren vaak niet mee te nemen nadat ze geschoten zijn, bang dat wandelaars of andere dierenvrienden agressief zullen worden wanneer ze zo'n mooie witte vogel met een rode vlek zien. Dus laten jagers hun prooi achter in het land. Niemand die zo'n dier ook eet. 'Hoewel het heerlijk vlees is, gooit een poelier het hoogstens door de wildpaté'.
Tot zover de Volkskrant.

Natuurlijk, kunstenaars moeten ook eten en wanneer wat je produceert niet zo goed verkoopt waarom zou je je dan niet ontfermen over wat bij een plezierjager overschiet?
Tinkebell vindt de Nederlanders maar hypocriet: wel bont kopen en bio-industrievlees eten en niet een tas maken van jouw eigen huisdier? En wie zichzelf laat steriliseren omdat ze het niet verantwoord vindt om kinderen te krijgen en te laten opgroeien in een duistere toekomst, is dat klasse of schaamteloos?
Wim Delvoye vindt dat je met tattoos op levende dieren zowel de kunst een dienst levert als het dier laat leven.
Allemaal waar, maar het knaagt wel aan het gevoel voor goede smaak.
Waarom? Omdat het allemaal gemakkelijk anders en minder kromme tenen trekkend kan.

De plezierjacht is zo georganiseerd dat zowel prooi-jager als prooidier worden geschoten, zodat een natuurlijk evenwicht wordt verstoord.
Hagenouw en Schatborn willen een discussie losmaken en een verandering op gang zetten. In een wereld waarin plezierjacht, bonthandel, zuivel- en vleesconsumptie dierenleed veroorzaken en de laatste twee bijdragen aan klimaatopwarming zouden kunstenaars veel constructiever bijdragen aan het toegankelijk en aantrekkelijk maken van alternatieven waarbij helemaal geen echte dieren worden gebruikt. Er zijn talrijke voorbeelden van integere kunstenaars die foto’s, video, beeldhouwwerken, schilderijen etc. maken waaruit respect en bewondering voor dieren spreekt. De aandacht voor dierenrechten is nog maar net begonnen.

Nog een citaat uit de Volkskrant.
"Het lijkt nog ver weg voordat er in Nederlandse toprestaurants op grote schaal kraai wordt verkocht. Maar de emancipatie van de gans is goed op weg. Ook andere bedrijven maken ganzenkroketten en ganzenworst. Zo is het een mooi voorbeeld van moderne kunst, vinden Hagenouw en Schatborn".

Moderne kunst? Het is eerder dat bovengenoemde kunstenaars een stap terug doen dan vooruit.

15 april 2012

Humaan doden?

In de Leeuwarder Courant van 6 april bepleit Peter van Kempen, jager – pardon, ik bedoel natuurlijk faunabeheerder! – het doodschieten van overzomerende ganzen, nota bene terwijl ze op hun nest zitten te broeden!! Dat zou volgens hem – in navolging overigens van directeur faunabeer Remco Bakker uit Nijmegen – dé oplossing zijn voor het ganzenprobleem(?). Allemaal voordelen volgens Van Kempen. De populatie wordt uitgedund, het is prima vlees en het levert, potjandorie, ook nog arbeidsplaatsen op!
En is die snelle(?) dood niet veel humaner dan alle andere manieren die zijn bedacht? Het achter rasters laten verhongeren van kuikens en het laten broeden op loze eieren, dá’s pas inhumaan!
Humaan doden bestaat niet. Net zo min als humaan verkrachten bestaat! Het doden van levende wezens is onethisch en hoort ieder beschaafd mens met afschuw te vervullen. Slechts in uiterste gevallen, zoals bij zelfverdediging kan doden gerechtvaardigd zijn. Het gemak waarmee veel mensen – onder wie Van Kempen – de dood als eerste en vaak enige optie kiezen is iets wat mij elke keer weer verbijstert.
Iedereen die een beetje heeft doorgeleerd weet intussen dat het ganzenprobleem, voor zover je van een probleem wilt spreken, niet door de ganzen zelf wordt gecreëerd, maar door de mens en zijn agrarische activiteiten. Het is daarom dubbel verbijsterend de dieren slachtoffer te maken van een situatie waar ze in feite part noch deel aan hebben. Bekend is ook dat de jacht – hè, nu vergis ik mij wéér…. het populatiebeheer – naast het ethische bezwaar geen structurele oplossing biedt voor het vermeende overschot. De populaties herstellen zich met verbazend gemak!
Van Kempen gebruikt ook weer de truc die ik vaker signaleer. Het doodschieten van de ganzen is ‘beter te accepteren dan de martelgang die slachtkippen voor ons kipfiletje moeten doormaken’. Ik ben bang dat ik nu in herhaling val door te stellen dat iets wat fout is niet minder fout wordt door op iets te wijzen wat even fout of nog fouter is! Natuurlijk is de vee-industrie een beschamend voorbeeld van hoe de mens met het leven op deze planeet omgaat. Het is – net als het aan flarden schieten van dieren die even in de weg zitten of een probleem (dreigen te) vormen – symptomatisch voor het speciësistisch denken van de mens. De wereld behoort aan ons en alles wat daarop verder nog aan leven voorkomt heeft zich te schikken naar menselijke belangen en behoeften. Goedschiks en anders – meestal - kwaadschiks.

Herman Gallé

07 maart 2012

Vossen bestrijden naast ganzen ook muskusratten

De Vogelbescherming onderzoekt momenteel of de vos kan worden ingezet bij het beheren van de grote ganzenpopulaties in en op ons land. Hopelijk kijken de onderzoekers ook wat de effecten zijn van de bejaging door de vos op het aantal muskusratten in deze gebieden.

Uit een rapport van de Universiteit van Wageningen de volgende tekst met nog meer suggesties voor natuurlijke bestrijding van te veel muskusratten:

In ons land zijn een scala aan potentiële predatoren van muskusratten en zijn jongen aanwezig, waaronder reigerachtigen, verschillende roofvogels, marterachtigen, vossen en snoeken. In de studie van Verkaik (1991) waren predatie en ziekten bij een relatief lage dichtheid al van grote betekenis bij de niet onaanzienlijke sterfte. Volgens een onderzoek in Zuid-Holland bestond een substantieel deel van het voedsel van de vossen uit muskusratten (Barends et al., 1991). De aanwezigheid van lintwormen verminderden de netto reproductie met 16% (Doude van Troostwijk, 1988).
De Amerikaanse nerts, die verantwoordelijk wordt gehouden voor de decimering van de muskusratpopulaties in een aantal Oost-Europese landen, lijkt zich in ons land moeilijk te handhaven. Een mogelijke oorzaak zou zijn dat de soort veel als bijvangst voorkomt bij de muskusrattenbestrijding (Broekhuizen et al., 1992, Niewold, 1992a).

22 februari 2012

Vossen ingezet als beheerders van ganzen

SOVON is een onderzoek gestart naar de invloed van vossen op broedende grauwe ganzen (zie video).

De aantallen in ons land broedende grauwe ganzen nemen nog steeds toe en daarmee de schade. Onderzoek in de Gelderse Poort moet uitwijzen wat de invloed van vossen is op broedende grauwe ganzen door gezenderde vossen te volgen.

De Zoogdiervereniging, Bureau Mulder-natuurlijk en SOVON Vogelonderzoek voeren in opdracht van het Faunafonds het onderzoek uit. Het Faunafonds financiert onderzoek naar faunaschade, preventiemiddelen en het beheer van de Nederlandse fauna. Onderzocht wordt in welke mate vossen grauwe ganzen afhouden van het tot broeden komen. Daarnaast richt het onderzoek zich op de mate waarin vossen legsels en kuikens van grauwe ganzen opeten.

De eerste twee vossen ‘Joep’ en ‘Loes’ zijn vorige week in de Ooijpolder (bij Nijmegen) gevangen en voorzien van een zender. De vossen zijn genoemd naar twee personen, die nauw betrokken zijn bij het onderzoek. Door de vossen de komende tijd te gaan volgen, hoopt men meer te weten over de interacties tussen vos en grauwe gans.

Tot zover de site van SOVON.

In een artikeltje hierover in de Volkskrant onder de titel Jagerprooi de vos helpt bij ganzenjacht noemt Marcel van Lieshout de vos een onvoorziene metgezel van de jager. Dat de vos goed ingezet zou kunnen tegen een overpopulatie van ganzen had de SOVON al eerder voorzien. Maar wil de vos over het hele land goed ingezet kunnen worden tegen ganzenoverlast dan zou de overheid er goed aan doen om deze inzet te combineren met de uitrol van de Ecologische HoofdStructuur.

09 december 2011

Vossenholen met zonnepanelen bij Schiphol

Het is zo simpel. Zet gebieden waarop ganzen grazen zonnepanelen, dan wekt je stroom op in plaats van overlast. Laat verder de vos in deze contreien met rust, dan weet je zeker dat de ganzen naar elders trekken.

De PvdD heeft de volgende oplossing:

De gras- en landbouwgronden bij de luchthaven, die veel vogels aantrekken, moeten zo snel mogelijk plaatsmaken voor zonnepanelen waardoor het gebied onaantrekkelijk wordt als broed- en foerageerplaats. Ook moet er een einde komen aan de jacht op vossen, de natuurlijke vijand van de gans. Het huidige kabinetsbeleid waarbij jagers ganzen massaal mogen doodschieten of waarbij in de toekomst ganzen vergast zullen worden is dieronvriendelijk en ineffectief. De kans op gevaarlijke situaties rond Schiphol wordt hiermee niet voorkomen, maar in veel gevallen juist vergroot. Zo veroorzaakt de jacht op ganzen onvoorspelbaar vluchtgedrag van de dieren en zorgt het afschieten of vergassen van ganzen niet voor een afname van het aantal vogels. Het enige beleid dat duurzaam kan werken, is gericht op het onaantrekkelijk maken van Schiphol voor ganzen. Alleen wanneer ganzen niets te zoeken hebben op Schiphol, is er een oplossing van de gesignaleerde problemen en daarvoor hoeft geen schot gelost te worden.

30 november 2011

Ganzen en vliegtuigen

De vliegveiligheid op Schiphol is in gevaar door de sterke toename van het aantal vliegtuigen op en rondom de luchthaven. Veel ganzen en andere vogels worden het slachtoffer van het toegenomen vliegverkeer. Er ligt nu een voorstel om een bepaald quotum aan vliegtuigen naar beneden te schieten, maar gevreesd wordt dat dat niet afdoende zal zijn. Immers, vliegtuigen hebben de neiging bij afschot in grotere hoeveelheden terug te komen. Volgens andere deskundigen kan een oplossing zijn het vliegveld onaantrekkelijk te maken voor de vliegtuigen. Het verwijderen van start- en landingsbanen bij voorbeeld zou al een aanzienlijke vermindering van het aantal vliegbewegingen tot gevolg zullen hebben. De Partij Voor Vliegtuigen (PVV) vindt echter dat het vliegverkeer voorrang moet hebben boven de belangen van de ganzen. Vooral niet-inheemse ganzen moeten geweerd worden en worden teruggestuurd naar het land van herkomst. Als men dat beleid stringent en consistent uitvoert zal dat ongetwijfeld leiden tot een substantiële vermindering van het aantal gelukzoekende ganzen. En dan kan er weer onbelemmerd gevlogen worden van en naar Schiphol. Onbekend is nog welke positie het CDA in gaat nemen. Immers deze partij maakt zich sterk voor het rentmeesterschap en barmhartigheid. En van daaruit zou men partij moeten kiezen voor de zwakste, in dit geval de gans. Maar Henk Bleker heeft al te kennen gegeven grote moeite te hebben met het bemoeilijken van het vlieg(tuig)verkeer. "Barmhartigheid is een mooi ding", zo sprak hij, "Maar het moet niet te gek worden en ten koste gaan van de boeren - pardon, ik bedoel natuurlijk de vliegtuigen!"
Een woordvoerder van Schiphol verklaarde dat het verlies aan vliegtuigen niet het ergste is. "Nee", was zijn stelling, "Het gaat ons meer om de mensen in de vliegtuigen"! Een verrassende uitspraak van een vertegenwoordiger van een commerciële instelling. Desgevraagd voegde hij nog toe dat men weliswaar ook het verlies aan ganzenlevens betreurt, maar dat het toch niet zo kon zijn dat je mensen en ganzen gelijk moet schakelen. Immers, ganzen kun je opeten en mensen niet!
Staatssecretaris Atsma ging zo ver dat hij zelfs het mogelijke vergassen(!!) van ganzen niet uitsloot. Vergassen is een probaat middel om schadelijk of minderwaardig geachte wezens doeltreffend te elimineren en maakt veel minder lawaai dan afschieten. Oók wat voor te zeggen, volgens sommigen. In Grevenbicht (Limburg) is enige opwinding ontstaan omdat men hier kansen zag voor het jaarlijks terugkerende 'ganstrekken', het de kop afrukken van een dode gans. Dat vinden ze daar leuk! En of zo'n gans nou vergast of doodgeschoten is, maakt deze wakkere Limburgers eigenlijk niet zo veel uit. Als ze maar voldoende dode ganzen aangeleverd krijgen.
Het is een probleem waartegen op verschillende wijze kan worden aangekeken. Er zal ook in de toekomst nog gevlogen worden in en rond Schiphol. Of dat de vliegtuigen dan wel de ganzen zullen zijn zal de tijd leren.

23 november 2011

Ganzenaantallen in rivierengebied op natuurlijke manier te beheersen

Persbericht Rijn in Beeld. Het aantal zomerganzen in het rivierengebied is zo hoog dat er schade optreedt aan landbouw en natuur. Onderzoek in het kader van Rijn in Beeld laat zien dat de problemen structureel zijn op te lossen zodat minder afschot van ganzen nodig is.
De afgelopen jaren is het aantal zomerganzen langs de grote rivieren sterk gegroeid. Dit mag als een succes van 30 jaar ganzenbescherming gezien worden. Tegelijkertijd neemt het aantal zomerganzen dusdanig grote proporties aan, dat zich allerlei negatieve effecten voordoen. De zomerganzen zijn hun natuurlijke aantallen ver voorbij geschoten. Dit leidt niet alleen tot schade aan de landbouw, maar ook tot steeds meer negatieve effecten op de kwaliteit van de natuur.
Onderzoek in het kader van project Rijn in Beeld laat zien dat er goede mogelijkheden zijn om de problemen met zomerganzen (inheemse Grauwe gans plus een aantal exotische soorten) structureel op te lossen. Slimme grondverwerving en ruimte voor predatie zijn daarbij succesfactoren. Ingrijpen door jacht kan beperkt worden hetgeen gunstig is voor het maatschappelijk draagvlak.

Onnatuurlijk grote ganzenpopulatie
In het oorspronkelijke, deels beboste, rivierenland was de Grauwe gans waarschijnlijk een veel minder algemene broedvogel. Ze kwam verspreid in rietmoerassen langs de rivieren voor. Door overbejaging is de inheemse Grauwe gans begin 20e eeuw vrijwel geheel uit Nederland verdwenen. Door uitzettingen vanaf de jaren '70 is de soort teruggekeerd als broedvogel, onder meer in het rivierengebied. In de tussentijd was ons rivierenlandschap sterk veranderd. Vooral het areaal hoogproductieve graslanden met jaarrond beschikbaar voedsel was aanmerkelijk uitgebreid en de soort trof plots ideale omstandigheden aan. In de uiterwaarden vond hij kleine natuurgebiedjes die als geschikt broed‐ en opgroei-habitat konden dienen.
De populatie zomerganzen in Nederland groeide uit tot ongeveer 200.000 vogels, waarvan een groot deel in het rivierengebied. Dit grote aantal ganzen heeft echter een zeer kunstmatig karakter omdat het sterk gekoppeld is aan het grote areaal voedselrijk grasland van de moderne landbouw. De beschikbaarheid van voedsel is daardoor nauwelijks meer een beperkende factor.

Ecologische schade
Onderzoekers van het project Rijn in Beeld laten zien dat er zelfs in het voedselrijke rivierengebied negatieve ecologische effecten door zomerganzen optreden.
De belangrijkste zijn:
beperking van de ontwikkeling van rietmoeras door vraat, overbegrazing van waterplanten en oeverbegroeiing en een slechte waterkwaliteit van plassen met ganzenconcentraties (o.a. blauwalgen). De negatieve effecten van ganzen treden vaak op in combinatie met andere factoren zoals verdroging (waardoor ganzen rietscheuten makkelijker kunnen bereiken) en de aanwezigheid van ondiepe stilstaande plassen met een voedselrijke slibbodem.

Slimme grondverwerving en ruimte voor predatie
Aankoop van agrarische enclaves in uiterwaarden met veel natuur is naar verwachting één van de meest effectieve oplossingen om de broedpopulatie van zomerganzen terug te dringen. Door het omzetten van voedselrijk landbouwgebied in gevarieerder natuurgebied kunnen de jonge ganzenkuikens veel minder makkelijk bij het voedsel komen. Hierdoor zal het aantal broedende ganzen en het aantal jongen dat groot wordt afnemen.
Daarnaast eten vooral vossen graag eieren, kuikens en ganzen. In uiterwaarden waar vossen de kans krijgen om zich te vestigen, zien we dat ganzenkolonies verdwijnen. Aanbevolen wordt om in natuur-uiterwaarden de jacht op vossen te verbieden en zo ruimte te geven aan natuurlijke predatie.



Nieuw beleid: ganzenopvang binnendijks
Verder geven de onderzoekers het advies om foerageergebieden voor overwinterende ganzen in de uiterwaarden zo veel mogelijk naar binnendijkse landbouwgebieden te verleggen. Boeren krijgen daar dan een vergoeding voor de ganzenopvang. Hierdoor ontstaat in de uiterwaarden ruimte voor enerzijds bijzondere riviernatuur en anderzijds lagere, meer natuurlijke aantallen zomerganzen. Ook zal de uitvoering van hoogwaterprojecten minder vertraging oplopen doordat dure compensatie voor winterganzen achterwege kan blijven.

24 mei 2011

Vogelbescherming wil zomerganzen schieten om winterganzen te beschermen

De opstelling van de Vogelbescherming in het aanpakken van de overlast van ganzen is merkwaardig. Zij balen ervan dat de jagers vanwege vrees voor imagoschade liever in de winter ganzen schieten dan in de zomer en dus het akkoord over ganzen tussen jagers, boeren en natuurbeschermers opbliezen. Dat is het begrijpelijke deel: in de winter schieten de jagers op overwinterende ganzen en zijn dan niet bezig de overlast van overzomerende ganzen te beperken, maar dienen puur hun eigen belang: veel overvliegende ganzen schieten, “n’importe qua welke soort”.
Onbegrijpelijker is dat de Vogelbescherming zich opwerpt voor de economische belangen van de agrarische sector. Het zijn de intensieve melkveehouders die hun vee het jaarrond op stal houden en voeren met raaigras die de overlast van de zomerganzen helpt veroorzaken. Raaigras is eiwitrijk en daar komen ganzen op af en zij vermenigvuldigen zich rijkelijk. Maar op de groene vlakten met raaigras lopen geen koeien en zijn dus ook nauwelijks de weidevogels die de Vogelbescherming zo graag ziet blijven in het landschap.
Waarom maakt de Vogelbescherming zich niet hard voor weidegang in landschap waarin ook de vos een habitat heeft? Dan kan de vos de gans binnen de perken houden (zie video). Weliswaar pakt een vos ook wel eens een weidevogel, maar dat is vaak in een wei waarin vogelbeschermers de nesten hebben gemarkeerd. Zo slim zijn de vossen nu ook wel weer.

20 mei 2011

Jagers hebben liever geen pottekijkers bij het afschieten van ganzen

De leden van de KNJV (jagersvereniging) hebben zich gekeerd tegen het afschieten van 100.000 zomerganzen. Ze vrezen voor hun imago en schieten liever in de winter, want dan zijn er meer ganzen en minder toeschouwers.

Twee citaten uit de Volkskrant van 19 mei 2011:
Kolthof (KNJV): 'In de zomer zijn er hier ruim tweehonderdduizend ganzen, maar in de winter wel twee miljoen!'

Dat is namelijk een van de moeizaam bereikte compromissen in de G-8: het afschieten van ganzen in de winter, zoals dat nu gebeurt, wordt verboden en in ruil mag er in de zomer meer worden gejaagd. 'In internationale afspraken is vastgelegd dat Nederland verplichtingen heeft voor overwinterende ganzen', legt Lars Soerink van de Vogelbescherming uit.

11 mei 2011

Boeren zorgen zelf voor overlast ganzen

De komende vijf jaar moeten er 100.000 ganzen worden doodgeschoten. (Volkskrant 7 mei 2011). De vogels vreten het gras op, en de boeren vinden dat ze daardoor schade lijden. Het gras is immers voor de koeien, niet voor de ganzen. De boeren worden al financieel gecompenseerd voor die schade, 17 miljoen euro per jaar (Evaluatie opvangbeleid 2005-2008 overwinterende ganzen en smienten, LEI Faunafonds, 2009) maar ze vinden dat niet genoeg.

En daarom moeten er voor de boeren nu dus 100.000 ganzen worden afgemaakt. Alsof er voor en door de boeren al niet genoeg natuur wordt vernield.

Natuurbeschermingsorganisaties zoals de Vogelbescherming, Staatsbosbeheer en Natuurmonumenten zijn het met de boeren eens. Vermoedelijk teveel melk gedronken toen ze met het voorstel van de boeren instemden, want een beetje normaal denkend mens pakt in geval van problemen de oorzaak aan, en niet het symptoom.

Want het afschieten van al die ganzen neemt, treurig genoeg, de oorzaak niet wegneemt. Schiet één gans dood, en er komen er tien voor terug. Het afschieten van de ganzen is symptoombestrijding; een cadeautje voor de jagers die nu zo'n beetje het hele jaar van pief-poef-paf kunnen doen.

grauwe gans

De oorzaak van de groeiende overlast van de ganzen is al jaren bekend. Uit het Zomerganzenrapport van 2006 (Grenzen aan de groei, 2006; Henk van der Jeugd) blijkt dat de groei van de ganzenpopulatie vooral wordt veroorzaakt door de overschakeling in de melkveehouderij op Engels raaigras. Deze noviteit was goed voor een hogere melkproductie, want er zit meer eiwit in dan in Nederlands gras. Maar naar even later bleek, vinden de ganzen het niet alleen ook lekker. Ze groeien er goed op en krijgen door dat goede voedsel een ruim nageslacht.

Over de ernstige verstoring van de habitat voor heel veel weidevogels door deze omschakeling op raaigras hebben we de natuurbeschermingsorganisaties de overigens afgelopen jaren niet in actie zien komen.

In feite hebben de boeren de overlast van de ganzen zelf veroorzaakt door de oude Hollandse weide om te ploegen en in te zaaien met raaigras. De oplossing is dus eenvoudig: terug naar het veelkruidig en gevarieerde grastapijt dat voor de inval van het Engels raaigras de weilanden sierde en nog een rijk insectenleven kende.

Moet u eens kijken hoe snel de ganzen vertrokken zijn en andere noodlijdende weidevogelpopulaties weer terugkomen!

Als een boer dat niet wil, moet hij ook niet zeuren over de ganzen die bij zijn weilanden langskomen. Wie de lusten van Engels raaigras hebben wil (veel melk per hectare) moet ook de lasten daarvan (een paar ganzen op het land) nemen.

Zie ook de noodoproep: "red de ganzen in ons land"; "Ben je dierenliefhebber en nog lid van Vogelbescherming Nederland of Natuurmonumenten? Zeg dan nu je lidmaatschap per direct op!".

08 oktober 2010

Maatregelen voor het vreedzaam naast elkaar leven van mensen en ganzen

In het magazine Dier van herfst 2010 een artikel over de vermeende overlast van ganzen.
Aan het woord komen twee vertegenwoordigers van de Partij voor de Dieren. Peter van Poelgeest is lid van de Provinciale Staten van Noord-Holland voor de PvdD en Diederik van Liere is lid van het landelijke bestuur van de vereniging van de PvdD.

Uit Dier het volgende citaat over hun kijk op de overlast van ganzen.

Boeren klagen nogal eens over ganzen, die bijvoorbeeld het gras zouden eten dat voor de koeien is bestemd. De vermeende overlast wordt veelal bestreden met het geweer; jaarlijks worden tienduizenden ganzen door jagers afgeschoten. Maar Van Poelgeest nuanceert de klacht van de boeren. "Veel boeren beweren dat koeien het gras niet meer eten als er ganzen in een weiland zitten: teveel ganzenpoep. Die bewering is aangetoond onjuist", zegt hij. "In bepaalde perioden van het jaar is het zelfs goed dat de ganzen grasland begrazen en bemesten, omdat het gras zich dan sneller ontwikkelt. Ook onderhouden de vogels vaarwegen en sloten door rietscheuten te eten. Een probleem voor boeren is wel dat ganzen in grotere groepen dan voorheen bij elkaar zitten; honderden vogels eten meer gras dan een tiental. Waarom ze samenscholen? Waarschijnlijk omdat ze worden bejaagd. Ganzen beschermen zichzelf en hun soort tegen jagers door op een kluitje te gaan zitten".
Consultant Diederik van Liere van adviesbureau CABWIM, dat diervriendelijke oplossingen aandraagt voor overlast of schade door dieren, ziet veel mogelijkheden om ganzen probleemloos in te passen in het Nederlandse landschap. "Ganzen hebben een groot leervermogen", zegt hij. "Met behulp van de juiste landinrichting in combinatie met rustverstoring kan het gedrag van ganzen worden gestuurd. Verstoring maakt dat ze zich niet meer veilig voelen en een gebied verlaten. Boeren zeggen: `Niets helpt, de ganzen blijven komen…'.
Vaak wordt echter gekozen voor verkeerde maatregelen, zoals het gebruik van linten. Het gewapper zou de ganzen verjagen, maar het resultaat is omgekeerd: de ganzen komen er juist op af".
Een maatregel die volgens Van Liere wél werkt is teeltaanpassing: gewassen inzaaien die onaantrekkelijk zijn voor ganzen. Deze oplossing is ontwikkeld voor het gebied rond Schiphol, waar ganzen een gevaar vormen omdat zij in botsing kunnen komen met de motoren van vliegtuigen. Van Liere: "Helaas ontbreekt het vooralsnog aan financiële ondersteuning vanuit de overheid voor boeren die willen meewerken". Andere diervriendelijke verjagingsmethoden zijn bordercollies, kanonnen. CABWIM is bezig met de ontwikkeling van een ganzenafweerrobot die dertig hectare of meer gansvrij kan houden.
Volgens Van Liere is er nóg een oplossing. "Ganzen prefereren witte klaver boven bemest of kort gemaaid gras. Dus waar witte klaver wordt gezaaid, zullen ganzen komen. Aan geschikte locaties geen gebrek: dijken waarvan de grond niet wordt gebruikt, langs nauwelijks begane wegen, braakliggende akkers en velden die door een natuurorganisatie zijn opgekocht - overal kan klaver staan". Witte klaver trekt een grote diversiteit aan vogels en creëert dynamiek in de grond (insecten, wormen, et cetera). Het ondergrondse paradijs onder een veldje witte klaver trekt ook mollen aan, waarmee naast de gans een tweede doorn uit het oog van de boeren zou worden verwijderd.
"De Oostvaardersplassen zijn nu de grootste ruiplaats voor grauwe ganzen in Europa", zegt Frans Vera van Staatsbosbeheer. "Ook komen tienduizenden ganzen langs op doortrek in het voorjaar en het najaar. En er zijn de overwinterende kolganzen. De ganzen voelen zich blijkbaar thuis in ons land". De Dierenbescherming verzamelt en verspreidt kennis over de ganzen, en met name over diervriendelijke maatregelen om huidig gedrag te sturen. Gewapend met deze kennis trekt de Dierenbescherming het land in om de dialoog aan te gaan met boeren, luchtvaartexperts en landschapsbeheerders. Het doel: zorgen dat mens en gans vreedzaam, zonder elkaar nodeloos te verstoren, naast elkaar kunnen leven.

23 oktober 2009

Laat vossen de ganzenpopulatie beheren

In het oktober 2009 nummer van het blad Dier van de Landelijke Dierenbescherming een artikel over de jacht op ganzen.

Het doden van ganzen is geen structurele oplossing. Van oktober tot april mogen ganzen overwinteren in speciaal aangewezen gebieden, daarbuiten mogen ze geschoten worden. Maar na 1 april zijn ganzen in die opvanggebieden plotseling niet meer gewenst - alsof ze een kalender kunnen lezen... Het lijkt ons logischer om ook in de zomermaanden gebieden aan te houden voor ganzen, terwijl de dieren in andere gebieden op een diervriendelijke manier geweerd worden (denk aan geluidseffecten, visuele afschrikmiddelen etc.). Boeren en jagers vinden doden gerechtvaardigd `omdat er anders "te veel" ganzen komen'. Er zijn echter voldoende aanwijzingen dat ook ganzenpopulaties niet tot in het oneindige door blijven groeien. In de Oostvaardersplassen, waar niet gejaagd wordt op ganzen noch op hun natuurlijke vijand de vos, is de populatie al jarenlang stabiel. De vos als natuurlijke populatiebeheerder en dus juist niet zelf als `landelijke schadesoort'!
Wetenschappelijk onderzoek heeft aangetoond dat het aantal broedparen zonder vossen in 2040 op 90.000 kan liggen, terwijl dit mét vossen in 2030 stabiliseert rond de 60.000.

21 oktober 2009

B&W Groningen maken einde aan plezierjacht in stedelijk recreatiegebied

Er mag niet meer gejaagd worden in het recreatiegebied Kardinge in het noorden van de stad Groningen. Het Bouwfonds, de eigenaar van de grond, heeft het jachtrecht dat op het gebied rust ingetrokken. Dit is gebeurd op verzoek van burgemeester en wethouders. Zij vonden plezierjacht niet passen in een stedelijke woonomgeving.
Omwonenden hadden angst voor het geschiet en wilden niet dat hun kinderen met dode dieren werden geconfronteerd.



Op zich is dit een goed bericht. Minder sterk is de motivatie van de ouders. Het zou juist een goede zaak zijn wanneer kinderen wat vaker geconfronteerd zouden worden met dode dieren. Met name wanneer er een natuurlijk evenwicht is in een recreatiegebied dan zullen de vossen een ganzenpopulatie in bedwang houden en zijn er af en toe bloederige veren te zien.
De dood hoort bij het leven, zo teer is de kinderziel niet.

14 januari 2009

Hypocriete jagers roepen op tot rust in jachtgebied

In de Gelderlander van 13 januari pleiten jagers ervoor om wandelpaden over boerenland te sluiten voor wandelaars. Met name de wandelaars die hun honden ongelijnd uitlaten zouden voor veel onrust onder het wild zorgen.

Citaat:
Volgens jager Van Vliet bevinden de meeste boerenlandpaden zich op terrein dat geldt als ganzenrustgebied. "Wij hebben afgesproken dat we daar na twaalf uur 's middags niet meer komen", volgens Van Vliet. "Dan kunnen de vogels tot rust komen. Slechts één keer per jaar vragen we ontheffing aan om toch na de middag het land op te gaan en dat wordt dan ook gecontroleerd. Als wij daar zo voorzichtig mee omgaan, dan is het toch vreemd dat iedere hondenbezitter er om vier uur zo maar zijn hond kan laten rondhuppelen. Ik heb gezien dat loslopende honden reeën lieten schrikken. Op open stukken langs de weteringen, waar de vogels meestal rusten, zorgen de wandelaars en hun honden ook regelmatig voor onrust."

Tot zover.

De jagers schieten ’s ochtends op ganzen en laten ze ’s middags met rust. Wat een grote dierenvrienden. Wat zou een gans of ree liever hebben: opgeschrikt door een nieuwsgierige hond of neergeknald door een jager?

Leeswijzer


Kijk op Facebook voor onze reactie op de actualiteit.
Aanbeveling: Thema's of steekwoorden vindt u via de labels onderaan de pagina of op Animal Freedom. Klik hier voor de laatste bijdragen.
Klik hier voor het beleid om uw privacy te beschermen.

Waarom dit blog?

De Nederlandse veehouderij is vooral gericht op zoveel mogelijk voor de export te produceren onder het motto “meer, meer, meer en groot, groter, grootst”. Dit heeft negatieve gevolgen voor zowel de dierenwelzijn, biodiversiteit, het milieu, het klimaat, de portemonnee en de gezondheid van burgers en ook voor welwillende boeren.
Dit blog verzamelt kritische artikelen die de wurggreep beschrijven waarin de veehouderij zichzelf heeft vastgezet. Zo willen we niet alleen een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van de kwaliteit van het leven voor alle belanghebbenden, maar ook aan een schone, gezonde omgeving en een beter dierenwelzijn.

Ook de argumentatie dat dieren grondrechten hebben kan beter en meer aansluiten op hoe mensen voor zichzelf vinden dat recht moet gelden. Alle dier(soort)en kunnen in hun recht op vrijheid als (intrinsiek) evenwaardig aan mensen beschouwd worden. Dierenrechten zijn mensenrechten, die mensen de kans geeft om voor dieren op te komen.
Dieren, bijv. in de intensieve veehouderij, worden behandeld als een object in plaats van een subject met gevoelens en rechten.

De snelheid en het aantal dier(soort)en dat we voortdurend gebruiken is immens. De bijdrage aan onze welvaart en economie van de agrosector is gering. De oplossing is simpel en van niemand anders dan van ons zelf afhankelijk.

Dierenrechten in woord en beeld

Vrijheid is ook een intrinsiek grondrecht voor dieren. Dieren zijn geen dingen Dierenrechten zijn mensenrechten. Mensen moeten voor dieren kunnen opkomen wanneer hun grondrecht wordt geschonden.
logo van Animal Freedom yin en yang
Lees hier over de redenen waarom dieren recht op vrijheid hebben. Lees hier waarin mens en dier evenwaardig zijn.