Mens en dier zijn (intrinsiek) evenwaardig in hun recht op vrijheid

Bij de Stichting Animal Freedom leest u over de gedachte achter dierenrechten.
Hier leest u over ontwikkelingen in de agrosector en de gevolgen voor dieren(rechten).
Alle levende wezens zijn verschillend maar evenwaardig in het recht op vrijheid op een natuurlijk leven.
Een dier is (net als een mens) geen ding of een object.
Dierenrechten zijn mensenrechten. Mensen moeten kunnen ingrijpen wanneer mensen dieren misbruiken of onrecht aandoen.
Posts tonen met het label besmetting. Alle posts tonen
Posts tonen met het label besmetting. Alle posts tonen

02 februari 2012

Passanten zouden gewaarschuwd moeten worden voor besmettingsgevaar

Plaatsen waar veel dieren op een klein oppervlakte worden gehouden kunnen een bron van ziektekiemen zijn die gevaarlijk zijn voor de mens, met name voor de nog ongeboren vruchten. Voorbeelden van dergelijke zoönoses zijn de Q-koorts en het Schmallenberg virus. Dit is mede de reden dat boeren hun vee liever het hele jaar door op stal houden. Maar de afsluiting van de stallen is niet hermetisch. Kleine insecten als de knut kunnen de dieren prikken en naar buiten vliegen en virussen op anderen overdragen. Ook de mest die wordt uitgereden kan een besmettingsgevaar opleveren. Daarmee staan boeren voor een dilemma: mest kan bijdragen aan de vruchtbaarheid van het land, maar ook een gevaar voor de gezondheid zijn. Hoeveel moet een boer investeren in preventie van deze schadelijke gevolgen? In de praktijk wordt deze investering lager gekozen dan later verstandig blijkt, omdat anders de kostprijs van de dierlijke productie te hoog is om nog met het buitenland te kunnen concurreren.

Omwille van de volksgezondheid zou het goed zijn als mensen die zich in de buurt van een boerderij ophouden gewaarschuwd zouden worden voor het gevaar van besmettingen. Maar dat is lastig af te dwingen want het is geen fraaie bijdrage aan het imago van de agrosector.

De PvdD stelt hierover vragen aan de minister:

Vragen van het lid Hazekamp (Partij voor de Dieren) aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het advies om zwangere vrouwen te waarschuwen voor het Schmallenbergvirus

  1. Kent u het bericht ‘Waarschuw zwangeren voor Schmallenberg?
  2. Bent u met huisarts Olde Loohuis van oordeel dat geen risico’s genomen mogen worden met kwetsbare groepen mensen in relatie tot het Schmallenbergvirus, zoals eerder wel gebeurde met betrekking tot de Q-koorts? Zo nee, waarom niet?
  3. Deelt u de mening dat er geen eenduidige gegevens zijn over de infectieroute en de verspreiding van het Schmallenbergvirus en dat derhalve overdracht van het virus naar mensen niet kan worden uitgesloten? Zo nee, waaraan ontleent u die zekerheid? Zo ja, deelt u de mening dat gelet op het voorzorgsprincipe preventieve maatregelen om besmetting van mensen te voorkomen gerechtvaardigd zijn?
  4. Is het waar dat artsen onvoldoende alert zijn op de risico’s van zoönoses en het ontstaan van (nieuwe) zoönoses? Zo nee, waaraan ontleent u die zekerheid? Zo ja, welke maatregelen gaat u nemen om dit te verbeteren?
  5. Bent u van oordeel dat zwangeren en andere kwetsbare groepen voldoende gewaarschuwd worden dat zij (en hun ongeboren kind) kwetsbaar zijn voor zoönoses en derhalve beter uit de buurt van bijvoorbeeld stallen van veebedrijven en kinderboerderijen kunnen blijven? Zo ja, waar baseert u zich op? Zo nee, welke maatregelen gaat u nemen om de voorlichting aan zwangeren en andere kwetsbare groepen te verbeteren?
  6. Bent u bereid de adressen van bedrijven waar het Schmallenbergvirus is vastgesteld openbaar te maken, zodat zwangere vrouwen en andere kwetsbare groepen hun eigen afweging kunnen maken met betrekking tot hun veiligheidssituatie? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke termijn en op welke wijze?
  7. Bent u bereid op korte termijn nader onderzoek in te stellen naar de mogelijke gevaren van het Schmallenbergvirus voor mensen? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke wijze?

01 februari 2012

Bijna alle kippenvlees in supermarkt is besmet

Vragen van het lid Hazekamp (Partij voor de Dieren) aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het feit dat de 99 procent van het kippenvlees in de supermarkt besmet is met ESBL-producerende bacteriën.

1. Kent u het bericht “99 procent kippenvlees in supermarkt besmet”?

2. Vindt u het acceptabel dat een zo groot deel van de in de supermarkt aangeboden kip besmet is met Extended Spectrum Beta-Lactamase (ESBL) producerende bacteriën? Zo ja, waarom? Zo nee, welke plannen heeft u om het aantal besmette producten terug te brengen, op welke termijn en in welke mate?

3. Kunt u aangeven wat de stand van zaken is rond de toezegging van het kabinet uit 1996 om te komen tot een totaalverbod op de verkoop van besmette kipproducten?

4. Deelt u de mening dat het onacceptabel is dat 15 jaar nadat het kabinet heeft toegezegd te streven naar absoluut verbod op besmette kipproducten nu sprake is van een besmettingspercentage van 99%?

5. Kunt u aangeven hoe hoog het besmettingspercentage van kipproducten ligt in andere EU landen? Kunt u specifiek zijn in uw antwoord en aangeven waardoor eventuele verschillen veroorzaakt en/of verklaard worden?

6. Kunt u aangeven hoeveel mensen jaarlijks sterven ten gevolge van besmette kipproducten, hoeveel van de sterfgevallen kunnen worden toegeschreven aan ESBL-producerende bacteriën en hoe zich dit aantal in de afgelopen 10 jaar heeft ontwikkeld?

7. Deelt u de mening dat als er jaarlijks tientallen mensen sterven aan een bloedvergiftiging door ESBL-producerende E.coli, consumenten moeten worden gewaarschuwd voor dit gevaar bij de aanschaf van met deze bacteriën besmette producten? Zo ja, wat gaat u doen om mensen op dit risico te wijzen?

8. Is er al meer duidelijkheid over het relatieve belang van de verschillende routes die een rol spelen in de verspreiding van ESBL-genen naar de darmflora van mensen? Zo nee, waarom is dit nog niet nader onderzocht?

9. Bent u bereid nader onderzoek in te stellen naar de mogelijkheden van een spoedig in te voeren wettelijk verbod op de verkoop van besmette kipproducten. Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke termijn en op welke wijze?

23 december 2011

Gaat belang boeren boven bewegingsvrijheid wild?

Op 15 december maakte Eenvandaag een beetje jolige uitzending over een hek dat was geplaatst op een ecoduct. Dit hek zou herten moeten weerhouden om het pas aangelegde ecoduct op te gaan. Volgens de provincie werd dit gedaan omdat de begroeiing op het ecoduct nog niet gereed was om aanvreten door passerend wild te overleven.
Mogelijk is dat het geval, maar in de uitzending werd ook gesuggereerd dat aanwonende boeren bang zijn voor dierziekten in hun stallen.
Eenvandaag schrijft:
Eén van de redenen voor het uitstellen van de openstelling voor groot wild zijn de boeren die bang zijn voor schade door bijvoorbeeld dierziektes. De provincie zit daardoor in een spagaat. Het wil opkomen voor twee grote belangrijke sectoren in de provincie, namelijk de natuur en haar ecologische verbindingen en de agrarische sector. Voordat het groot wild toelaat op de ecoducten wil het draagvlak vinden in de nabije omgeving van de ecoducten.

Vereniging Het Edelhert vreest dat dit draagvlak ver weg blijft en dat de door natuurorganisaties verwelkomde ecoducten voorlopig dicht blijven voor de trek van het grote wild. En niet zonder reden, want de agrarische sector voelt zich onder dit kabinet gesterkt om op te komen voor hun rechten.

Het geheel was aanleiding voor de PvdD om vragen te stellen aan staatssecretaris Henk Bleker:

Vragen van het lid Thieme aan de staatssecretaris Economische Zaken, Landbouw en Innovatie over het op slot blijven van ecoducten op de Veluwe voor groot wild.
  1. Is het waar dat ecoducten op slot blijven voor groot wild?
  2. Wat vindt u ervan dat de ecoducten op de Veluwe, die bedoeld zijn om dieren de mogelijkheid te geven om vrij te kunnen trekken over de Veluwe en naar andere gebieden, op slot blijven?
  3. Deelt u de mening dat het risico op de verspreiding van dierziekten via een ecoduct erg gering is? Zo nee,op welk concreet onderzoek baseert u zich?
  4. Indien u van mening bent dat het risico op verspreiding van dierziekten via een ecoduct groot is, waarom is deze zorg niet eerder in beschouwing genomen?
  5. Wat vindt u ervan dat de provincie de belangen van lokale boeren voorop stelt en voorbij gaat aan het brede draagvlak in Nederland voor de aanleg en openstelling van deze ecoducten?
  6. Deelt u de mening dat de ecoducten zo gauw mogelijk moeten worden opengesteld, zodat zij het doel dienen waarvoor ze zijn aangelegd en dieren vrij over de Veluwe kunnen trekken. Zo ja, hoe gaat u dit doen? Zo nee, waarom niet?

26 juli 2011

Nederlandse veehouders spelen spelletje poker met uw leven

(Met update)
Afgelopen maandag sloot het St. Jans Gasthuis in Weert de afdeling intensive care omdat de MRSA-bacterie er rondwaart. Deze bacteriën zijn dodelijk.

Woensdag 27 juli heeft het Rijnstate-ziekenhuis in Arnhem een paar honderd oud-patiënten opgeroepen om zich te laten testen op de MRSA-bacterie. Deze bacterie blijkt de afgelopen maanden twaalf patiënten te hebben besmet.

Daar ligt het ziekenhuis niet wakker van. Jaarlijks raken er in Rijnstate ongeveer 30 mensen besmet. Het gaat daarbij tot nu toe om steeds verschillende varianten van MRSA. Door patiënten bij wie MRSA wordt geconstateerd onmiddellijk in quarantaine te plaatsen, is het probleem tot nu nog enigszins onder controle gehouden.

Waar de artsen zich wel zorgen over maken is dat de patiënten die nu besmet zijn allemaal dezelfde variant MRSA hebben. Dat doet vermoeden dat het om een zeer besmettelijke variant gaat. In ieder geval blijkt dat de quarantaine niet heeft gewerkt.

De Arnhemse MRSA-variant is dus nu op vrije voeten en kan zich vooralsnog ongestoord verspreiden.

Volgens de artsen is MRSA weliswaar niet te bestrijden met antibiotica, maar is er verder geen enkele reden tot paniek. De bacterie is alleen dodelijk als men ernstig bejaard is, of al een andere ziekte onder de leden heeft. Zeggen de artsen.

Vorige week ontstond ophef over toestanden in het Maasstad Ziekenhuis in Rotterdam omdat er door de Klebsiella bacterie al 25 doden zijn gevallen. Tenminste 70 (ex-)patiënten zijn inmiddels drager van deze bacterie en hebben zo de kwaal ook buiten het ziekenhuis verspreid. Woensdag 27 juli was het aantal doden opgelopen tot 27.

Vorige maand werd de voorlopige tussenbalans opgemaakt van het aantal slachtoffers dat de EHEC-bacterie in Duitsland maakte. Er stierven 35 mensen een langzame en pijnlijke dood. Nog eens 3000 zijn ernstig ziek geworden.

Inmiddels hebben de Duitse autoriteiten de EHEC-uitbraak voor gesloten verklaard. Er melden zich geen nieuwe patiënten meer. Sinds de uitbraak in mei zijn er 4321 mensen ziek geraakt met de variant van de E.coli-bacterie. 852 mensen kregen ernstige nierproblemen door de bacterie. Van hen overleden 52 mensen, vijftig in Duitsland en een in zowel Zweden als de VS.

De EHEC is van de voorpagina's verdwenen en heeft plaatsgemaakt voor het nieuws over een Noorse psychopaat die vorige week met een bomaanslag en een schietpartij bijna 80 doden maakt. Over het levensgevaarlijke spelletje poker dat de veehouderij al jaren met uw leven speelde en nog steeds speelt, wordt discreet gezwegen.

Dat is nogal merkwaardig.

In de veehouderij werden en worden grote hoeveelheden antibiotica gebruikt. De Nederlandse veehouderij is daarbij koploper en dus op afstand de grootste boosdoener. Nergens verdwijnt er zoveel kilo antibiotica in de dierenmagen als in de Nederlandse bio-industrie.

Het middel is hard nodig als medicijn omdat de omstandigheden in de stallen zo slecht zijn dat een kip, varken of koe al ziek wordt als ze er al aan denkt. En dus krijgen het Nederlandse vee op grote schaal preventief antibiotica toegediend.

Bij vleeskuikens worden zogenoemde coxiodiostatica gebruikt. Dat zijn antibiotica die niet zo hoeven te worden genoemd en dus preventief door het voer gaan.


Zelfs al zouden de dieren niet ziek worden, dan krijgen ze het nog toegediend, want antibiotica blijkt een zeer effectieve groeibevorderaar te zijn. Daarom mag het niet meer als groeibevorderaar worden gebruikt, maar als het preventief tegen ziekten wordt gebruikt mag het weer wel. Dat het bijwerkingen heeft in de vorm van sneller meer kilo's vlees per vierkante meter stal kan de boer natuurlijk ook niet helpen. In ieder geval geeft hij niet daarom de antibiotica, dus zijn zijn handen schoon.

En dus is het antibioticagebruik in de veehouderij sinds het verbod in 2005 niet gedaald, maar gestegen. En de overheid? Die stond er, ondanks alle waarschuwingen voor de rampzalige gevolgen van het overmatig antibiotica in de bio-industrie, bij en keek er naar.

Intussen wil staatssecretaris Bleker van landbouw dat in 2013 het gebruik van antibiotica in de veehouderij is gehalveerd. De boerenlobby heeft bij dit voornemen instemmend geknikt en gezegd dat het gebruik van antibiotica omlaag moet. Om er meteen aan toe te voegen dat een halvering onmogelijk is.

Boeren geven elkaar al enige tijd via hun forums tips hoe ze het gebruik van antibiotica omlaag kunnen krijgen: niet meer via de dierenarts, maar via internet.
Dat heeft twee voordelen. Het is goedkoper, en het wordt niet meer geregistreerd. Dus daalt in de statistieken het gebruik en doet de boer volgens de statistieken waar de staatssecretaris om vraagt.

Het is de gebruikelijke boerenslimheid waarmee op het platteland aan de lopende band regelgeving ter bescherming van mens, dier en milieu omzeild wordt ten behoeve van de boeren-portemonnee.
Want daar gaat om bij het levensgevaarlijke spelletje Russische roulette waar de veehouderij mee bezig is: winstmaximalisatie via een zo laag mogelijke kostprijs.

Intussen sterven in Europese ziekenhuizen naar schatting jaarlijks ongeveer 8000 mensen aan de jongste schepping uit de doos van Pandorra die de bio-industrie voor ons heeft klaar staan: ESBL.

Dat is een tegen elke vorm van antibiotica resistent eiwit dat zich aan vrijwel elke bacterie kan hechten. Een daarmee kan dus over niet al te lange tijd een simpele verkoudheid al dodelijk zijn.

Het ECDC (European Centre for Disease Control) schat het aantal doden in de Europese Unie door alle antibioticaresistentie voor het jaar 2007 op 25000. De kosten van antibioticaresistentie beliepen in datzelfde jaar volgens het ECDC 1,5 miljard euro.

Over die doden haalt de veehouderij de nukkige schouders op: het zijn maar schattingen, dus dat zal wel weer overdreven zijn. Bovendien, die mensen waren al ziek. En die kosten? Tsja, zegt de boer. Die zijn voor de burgers, dus dat is ons probleem ook al niet.

Zo speelt de veehouderij poker met uw gezondheid en laat u ook nog eens opdraaien voor de kosten. Met een beetje pech betaalt u binnenkort de hoogste prijs: dan kost het pokerspelletje van de veehouderij u uw leven.

10 juni 2011

Zijn rauwe groenten veilig?

Een voordeel van gekookte groenten in vergelijking met rauwkost is dat men er gemakkelijk meer van kan eten. Een grotere portie groenten betekent ook de aanbreng van meer voedingsstoffen. Daarmee wordt het verlies door het koken weer goedgemaakt.
Nu veel rauwkost soms gevaarlijke bacteriën bevat en verhitting bacteriën doodt, waarom zou je dan nog risico lopen?

Gezond eten is vooral: eet gevarieerd, niet te veel en beweeg, gebruik minder verzadigd vet, eet volop groente, fruit en brood en ga veilig met voedsel om.
Niemand die zegt dat je voedsel rauw moet eten. Ja fruit, maar dat staat niet ter discussie.

Voor de duidelijkheid: groentes zijn zelf geen bron van gevaarlijke bacteriën, maar zijn soms wel drager geworden wanneer ze in aanraking zijn geweest met door gevaarlijke bacteriën besmet vlees, wanneer er zieke mensen mee hebben gewerkt die hun handen niet goed hebben gewassen of wanneer ze in een omgeving zijn gekweekt waar besmette mest is gebruikt of het met vervuild water is besproeid.

In feite is al het voedsel dat snel en in grote hoeveelheden wordt geproduceerd kwetsbaar voor bacteriën die zich snel kunnen vermenigvuldigen.

In Nederland is door de overproductie van de intensieve veehouderij bijna geen schoon sloot- of grondwater beschikbaar rondom akkers van biologische producenten. Voor de bemesting van hun akkers mogen zij mest gebruiken uit de intensieve veehouderij, waardoor zij resistente bacteriën op hun akkers kunnen brengen.

De biologische producten kunnen dan wel zonder bestrijdingsmiddelen en kunstmest worden geproduceerd, maar dat is zich nog geen garantie voor gezond voedsel.

Veel van de groentes die in kassen worden geteeld hebben een lage voedingswaarde, dus waarom zou je die rauw eten? Taugé wordt vaak geteeld met even hoge temperaturen als het menselijk lichaam om het product snel op de markt te kunnen brengen. Waarom zou je als consument het risico’s willen lopen dat de werknemers die daarmee werken gevaarlijke bacteriën overdragen?
Wil je verantwoord eten en rekening houden met ecologie, gezondheid en dierenwelzijn, eet dan vleesvervangers en gekookte groenten.
Wil je graag rauwkost eten, start dan zelf een moestuin en was je handen goed.

04 november 2009

Openbaarheid Q-koorts voorkomt humane besmetting

Uit voorlopige cijfers van onderzoek op geitenmelk in tanks blijkt dat ongeveer tachtig geitenbedrijven besmet zijn met Q-koorts. Dat komt overeen met ongeveer een kwart van de bedrijven.
De overheid moet openbaar maken op welke veehouderijen Q-koorts heerst en op welke bedrijven sporen van antistoffen in de tanks is gevonden, vindt Harm Evert Waalkens. Het kabinet is niet voor het bekendmaken van de besmette bedrijven omdat dit de privacy van de ondernemers zou schaden en hen in het verdachtenbankje plaatst. Verder zou het niet helpen het aantal humane besmettingen te beperken.
Dat laatste is nog maar de vraag. Iedereen die voorbij een bedrijf fietst of wandelt waar op dat moment mest wordt uitgereden van besmette bedrijven kan alzo worden besmet. Buurtbewoners tot kilometers ver kunnen worden geïnfecteerd. Deze besmettingsbronnen actief mijden beperkt wel degelijk de kans op besmetting en daarmee akelige nasleep van de Q-koorts. Zeker voor deze ziekte geldt "voorkomen is beter dan genezen".

31 juli 2008

Kinderopvang en zorg in broeinesten van MRSA?

Het Financiële Dagblad van 31 juli meldt dat steeds meer boeren van hun bedrijf een zorgboerderij maken. Het gaat daarbij om het tegen betaling opvangen van bijvoorbeeld verstandelijk gehandicapten of ouderen die een beetje meehelpen op de boerderij. Een paar minuten zoeken op internet leert dat ook kinderopvang aan populariteit wint. Niet zo vreemd, want drie jaar geleden al maakte het weekblad De Boerderij een reportage over Kinderdagverblijf Beestenboel in het Gelderse Overasselt waaruit bleek dat het opvangen van kinderen meer oplevert dan het houden van varkens.

Varkens? Jawel varkens. De Beestenboel houdt op hetzelfde bedrijf naast kinderen ook varkens. De man verzorgt de varkens en vrouw doet de kinderen. De Beestenboel is overigens niet het enige varkensbedrijf waar deze, zacht gezegd, buitengewoon merkwaardige combinatie van activiteiten voorkomt.

De combinatie is merkwaardig omdat varkenshouderijen een bron zijn van MRSA. Al in 2006 meldde Het Bureau Risicobeoordeling van Voedsel en Waren Autoriteit in het Agrarisch Dagblad dat er sprake is massale MRSA-besmetting in de Nederlandse varkenshouderij. Bij onderzoek op slachtvarkens bleek dat de ziekenhuisbacterie die resistent is tegen veel antibiotica, voorkomt in 80% van de koppels. Bijna de helft van alle varkenshouders in Nederlanders is besmet met de bacterie en dus drager van het virus.

MRSA (Meticilline-Resistente Staphylococcus Aureus) is op zichzelf voor gezonde mensen niet gevaarlijk maar voor risicogroepen zoals mensen met weinig weerstand, ouderen, en mensen die al ziek zijn wel. Omdat MRSA zo goed als resistent is tegen anti-biotica zijn er voor mensen die besmet zijn en ziek worden geen geneesmiddelen die werken.

Het gemak waarmee de overheid vergunningen afgeeft voor kinderopvang zorgvergunningen staat in schril contrast tot de maatregelen die ziekenhuizen nemen wanneer een besmetting wordt ontdekt: Zo moet het ziekenhuispersoneel schorten dragen. Ook moet men een masker opzetten zodat de bacteriën niet gemakkelijk ingeademd kunnen worden. Ook gebruikt men handschoenen en wast en ontsmet men de handen bij het verlaten van de kamer. Voor de facilitaire dienst is er ook een speciale taak weggelegd. Na gebruik van een kamer door een MRSA-positieve patiënt worden vloeren en muren gedesinfecteerd. Bezoekers moeten na bezoek de handen wassen en ontsmetten en vervolgens het ziekenhuis onmiddellijk verlaten zonder andere patiënten te bezoeken.

Onder het aanbod van opvang door boeren zijn ook geitenhouders. Dat leek ongevaarlijk tot begin dit jaar toen in Noord Brabant een heuse epidemie van Q-koorts uibrak met naar schatting 5000 besmettingen.

Het is niet gezegd dat MRSA of Q-koorts op de bedrijven die zorg of kinderopvang bieden rondwaart. Maar het is evenmin gezegd dat het niet zo is. Wat MRSA betreft is kans ongeveer 50%.
In Nederland is in de veehouderij niets, maar dan ook helemaal niets, geregeld voor het welzijn van de dieren die daar worden gehouden. Voor de mensen die daar nu ook worden gehouden kennelijk ook niet, en dat is uit een oogpunt van volksgezondheid meer dan vreemd.

11 juli 2008

Q-koorts is bioterroristisch wapen

Een beetje alerte burger wist al dat ondernemers in de gangbare landbouw (boeren dus) erg veel weg hebben van milieucriminelen. Op jaarbasis zorgen ze met hun activiteiten in vooral de veehouderij voor €2 miljard schade aan het milieu. De kosten van de reparatie van die schade komen overigens merkwaardig genoeg niet voor rekening van de boeren, maar worden door de overheid die toch echt vindt dat de vervuiler dient te betalen, uit de portemonnee van de burger geplukt.

We staan er bij en we kijken er naar

Verder wist diezelfde alerte burger ook al dat de veehouderij in de gangbare landbouw een eufemisme is voor gelegaliseerde dierenmishandeling. Bij koeien worden de hoornen er afgesloopt. Bij varkens gaan de testikels er af, worden de hoektanden weggebroken en de staarten afgeknipt. Onverdoofd natuurlijk.

We staan er bij en we kijken er naar.

De kippen hebben het in de gangbare landbouw niet veel beter. De snavels worden geknipt of er af gesmolten, en de kip die de pech heeft om als haantje te worden geboren gaat al na een dag resoluut in de versnipperaar. Vleeskuikens worden in zes weken opgefokt tot een gedrocht van een paar kilo dat alleen omdat het nog veren heeft ‘kuiken’ wordt genoemd.

We staan er bij en we kijken er naar.

De burger die zich wel eens op het platteland waagt, weet dat boeren eveneens potentiële mishandelaren van medeburgers zijn. Met hun veel te brede tractoren en wat daar aan materiaal achterhangt vegen ze hun achterwerk af aan elke verkeersregel door veel te hard over de voor die tractoren veel te smalle weggetjes te scheuren. Jaarresultaat: achttien doden en ruim negentig gewonden.

We staan er bij en we kijken er naar.

De alerte burger wist al dat de intensieve veehouderij bezig is de volksgezondheid te ondermijnen. Het enorme gebruik van antibiotica zorgt er voor dat steeds meer bacteriën resistentie opbouwen en dat dus in de niet al te verre toekomst medicijnen tegen bepaalde ziekten niet meer werken.

Varkenshouders, hun gezinsleden en hun werknemers worden wanneer ze in een ziekenhuis terecht komen, in quarantaine gezet omdat ze vrijwel zeker een bacterie bij zich hebben waar geen kruid tegen gewassen is. De extra kosten die deze quarantaine met zich meebrengt worden overigens gewoon uitgesmeerd over de premie die elke burger voor zijn ziektekostenverzekering betaalt.

De jongste bijdrage die de boerenstand levert aan de verhoging aan het welbevinden van de burgers in dit land bestaat uit wat verdacht veel lijkt op een poging tot bioterrorisme. In Brabant en Gelderland zijn dit jaar al bijna 500 gevallen van Q-koorts geconstateerd. Vorig jaar waren het er nog maar 30, en dus kon het toen nog worden weggebagataliseerd door de autoriteiten. Nu beginnen sommige dames en heren in de gezondheidszorg zich toch ernstige zorgen te maken.

De Q-koorts komt uit de stallen van schapen en geitenfokkers die het met de hygiëne daar niet zo nauw nemen. Tot nu toe woonden mensen die de Q-koorts kregen in de buurt van dergelijke ondernemers in de gangbare landbouw. Eigen schuld dikke bult: hadden ze maar niet op het platteland moeten gaan wonen.

Maar nu is de Q-koorts gevonden bij mensen die nog nooit een voet in de buurt van een schapen of geitenfokkerij hebben gezet.

De Q-koorts krijgt tot nu toe in de media weinig aandacht. Volgens artsen is het een ongevaarlijke aandoening. Griepje, misschien een longontsteking. Dat soort werk. Oké, ouderen of mensen met verminderde weerstand kunnen er na een smartelijk lijden aan sterven. Hadden ze maar beter op hun weerstand moeten letten of niet zo oud moeten worden.

Merkwaardig.

Q-koorts staat op het lijstje van plagen die bioterroristen zouden kunnen gebruiken om een samenleving te ontwrichten. Antrax (miltvuur), de pest. In dat rijtje hoort Q-koorts thuis. Antrax, de pest en Q-koorts zijn zo gevaarlijk omdat het zich via de lucht verspreidt. En dat betekent weer dat het niet kan worden tegengehouden.

Dit bioterroristisch wapen verspreidt zich naar nu blijkt in een razendsnel tempo over het land. De bron is bekend, maar wordt niet aangepakt, want het gaat tenslotte om boeren en die kunnen zich in dit land zo ongeveer alles permitteren.

Intussen staan we erbij en kijken er naar.

19 december 2006

Bereiden varkensvlees is een klein risico voor besmetting met MRSA

Veel varkens (40%) zijn drager van Methicilline-resistente Staphylococcus aureus (MRSA). Dit komt waarschijnlijk doordat de gangbare varkenshouderij veel gebruik maakt van antibiotica. Niet alleen als medicijn, maar ook als preventief medicijn en kortgeleden pas verboden als groeibevorderaar. Hierdoor kon de bacterie resistentie tegen antibiotica ontwikkelen en zich ongestoord vermenigvuldigen. In het slachthuis kan ook varkensvlees erdoor besmet raken. Ook kalfsvlees kan de besmetting hebben. Mogelijk is biologisch vlees minder vaak besmet.
MRSA kan ook op varkensvlees voorkomen (ca. 2%). Bij het bereiden van rauw varkensvlees is het daarom belangrijk hygiënisch te werken en de handen goed te wassen. Op bereid varkensvlees komt de bacterie niet meer voor. Dat is logisch, want dat is het gevolg van het braden. Of de bacterie in of op degene achterblijft, die het vlees bereidt, is onbekend.

Van de Nederlandse bevolking is naar schatting 0,03% drager van de MRSA-bacterie. Een deel van hen is beroepsmatig in aanraking gekomen met de bacterie, zoals varkenshouders. Uit een kleinschalig onderzoek door de Universiteit van Nijmegen bleken 6 van 26 onderzochte varkenshouders besmet met een aan varkens gelieerd type van MRSA. Een ander deel van de menselijke dragers is ermee besmet in het ziekenhuis.
De bacterie is geen probleem voor de drager tot het moment dat deze kwetsbaar wordt bij ziekte. Op dat moment is er vaak geen antibiotica meer effectief om een infectie uitbraak tegen te gaan. Overlijden is dan een groot risico.

19 september 2006

Varkensboeren krijgen in het ziekenhuis koekje van eigen deeg

MRSA is een bacterie die nauwelijks met antibiotica is te bestrijden omdat deze resistent is. Die resistentie is het gevolg van het gebruik van antibiotica in de intensieve veehouderij. Ziekenhuizen zijn daarom zeer voorzichtig met mensen die resistente bacteriën bij zich dragen, want een pandemonium van bacteriële infectie oftewel een epidemie in het ziekenhuis met massale dodelijke afloop ligt op de loer.
Ongeveer een kwart van de varkensboeren en veeartsen die met varkens werken is met MRSA besmet. Worden zij in het ziekenhuis behandeld, dan kunnen zij de besmetting doorgeven. Zij en hun familieleden worden daarom in quarantaine gehouden. Hun behandeling lijkt daarmee op de manier waarop de varkens zelf ook in afzondering worden gehouden. Varkenshouders spreken daarbij van een gezonde bedrijfsvoering. Hoe kleiner de kans op virale en bacteriële besmetting, hoe gezonder de status van het varken door hen genoemd wordt.
Varkensboeren zijn niet alleen een gevaar voor de gezondheid van dieren, maar ook van mensen.

Leeswijzer


Kijk op Facebook voor onze reactie op de actualiteit.
Aanbeveling: Thema's of steekwoorden vindt u via de labels onderaan de pagina of op Animal Freedom. Klik hier voor de laatste bijdragen.
Klik hier voor het beleid om uw privacy te beschermen.

Waarom dit blog?

De Nederlandse veehouderij is vooral gericht op zoveel mogelijk voor de export te produceren onder het motto “meer, meer, meer en groot, groter, grootst”. Dit heeft negatieve gevolgen voor zowel de dierenwelzijn, biodiversiteit, het milieu, het klimaat, de portemonnee en de gezondheid van burgers en ook voor welwillende boeren.
Dit blog verzamelt kritische artikelen die de wurggreep beschrijven waarin de veehouderij zichzelf heeft vastgezet. Zo willen we niet alleen een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van de kwaliteit van het leven voor alle belanghebbenden, maar ook aan een schone, gezonde omgeving en een beter dierenwelzijn.

Ook de argumentatie dat dieren grondrechten hebben kan beter en meer aansluiten op hoe mensen voor zichzelf vinden dat recht moet gelden. Alle dier(soort)en kunnen in hun recht op vrijheid als (intrinsiek) evenwaardig aan mensen beschouwd worden. Dierenrechten zijn mensenrechten, die mensen de kans geeft om voor dieren op te komen.
Dieren, bijv. in de intensieve veehouderij, worden behandeld als een object in plaats van een subject met gevoelens en rechten.

De snelheid en het aantal dier(soort)en dat we voortdurend gebruiken is immens. De bijdrage aan onze welvaart en economie van de agrosector is gering. De oplossing is simpel en van niemand anders dan van ons zelf afhankelijk.

Dierenrechten in woord en beeld

Vrijheid is ook een intrinsiek grondrecht voor dieren. Dieren zijn geen dingen Dierenrechten zijn mensenrechten. Mensen moeten voor dieren kunnen opkomen wanneer hun grondrecht wordt geschonden.
logo van Animal Freedom yin en yang
Lees hier over de redenen waarom dieren recht op vrijheid hebben. Lees hier waarin mens en dier evenwaardig zijn.