Mens en dier zijn (intrinsiek) evenwaardig in hun recht op vrijheid

Bij de Stichting Animal Freedom leest u over de gedachte achter dierenrechten.
Hier leest u over ontwikkelingen in de agrosector en de gevolgen voor dieren(rechten).
Alle levende wezens zijn verschillend maar evenwaardig in het recht op vrijheid op een natuurlijk leven.
Een dier is (net als een mens) geen ding of een object.
Dierenrechten zijn mensenrechten. Mensen moeten kunnen ingrijpen wanneer mensen dieren misbruiken of onrecht aandoen.
Posts tonen met het label Dierenbescherming. Alle posts tonen
Posts tonen met het label Dierenbescherming. Alle posts tonen

31 mei 2016

Verschillende oplossingen voor overvol asiel



In een persbericht op 31 mei schrijft de Dierenbescherming:

Herplaatsing asieldieren duurt steeds langer 
De Dierenbescherming verwacht dat het steeds moeilijker wordt om de jaarlijks 25.000 dieren in haar dertig asielen binnen drie maanden te herplaatsen. Dat lukt nu nog in 80% van de gevallen, maar dat percentage staat onder druk. Asielen vangen tegenwoordig vaker zieke dieren en dieren met een gedragsprobleem op.
Niet alleen medische kosten vormen een probleem, ook het dreigende tekort aan professionele gedragsdeskundigen staat een snelle plaatsing van met name honden in de weg. Die kunnen door hun gedwongen langdurige verblijf in het asiel nog apathischer, nerveuzer of soms ook agressiever worden. In de campagne #geefommij, die vandaag begint, vraagt de Dierenbescherming aandacht voor de speciale begeleiding die nodig is om ook deze dieren in de opvang geschikt te maken voor een nieuwe baas.
Tot zover het persbericht.

Op Eenvandaag  31 mei een item over dit probleem met als mogelijke oplossing huisdierverlof. Dat is verlof die in sommige landen wordt verleend om mensen voor hun huisdier te laten passen.
De Dierenbescherming vraag geld voor effectievere plaatsing.
Zou het niet veel beter zijn om een ontmoedigingsbeleid voor het aanschaffen van huisdieren op te zetten?

In haar persbericht schrijft de Dierenbescherming verder:

Dumpplek
Asielbeheerders geven aan dat ze veel vaker dan vroeger dieren opvangen waar iets mee aan de hand is. Opvangcentra voor dieren krijgen zo meer en meer de functie van 'dumpplek'. De Dierenbescherming vermoedt dat juist de graag geziene huisdieren makkelijker van eigenaar veranderen door tussenkomst van het internet. Grotere en 'stoere' honden, zoals herders en Staffordshire terriërs zijn behoorlijk populair. Hun karakter maakt ze echter zeker geen beginnershond. Een verkeerde opvoeding leidt dan regelmatig tot teleurstellingen en afstand van de hond aan het asiel.
De Dierenbescherming stelt dat asielmedewerkers aangeven hoe lastig het is om de veranderde praktijk het hoofd te bieden. "In een ideale situatie zouden we honden met gedragsproblemen bijvoorbeeld elke dag meerdere keren trainen, maar daar hebben we simpelweg de mankracht niet voor",  zegt een gedragsdeskundige van een asiel van de Dierenbescherming.

Gulle giften
De opvang van dieren wordt in Nederland twee weken door de gemeente betaald. Dat geldt alleen voor zwerfdieren. De rest van de kosten is voor het asiel. Vooral langdurige medische kosten drukken op de begroting. De organisatie wil met de campagne enerzijds meer bewustwording voor de nieuwe uitdagingen waar de asielen van de Dierenbescherming mee te maken hebben, maar wil anderzijds natuurlijk graag gulle giften ontvangen om de dieren in het asiel snel aan een nieuwe baas te kunnen blijven helpen. De campagne bestaat onder meer uit spotjes op radio en TV, advertenties in tijdschriften en kranten en aandacht op www.dierenbescherming.nl en social media van de Dierenbescherming.

23 februari 2016

Verzekeraars investeren in dierenleed

Persbericht Dierenbescherming Den Haag 23-02-2016: De tien grootste levensverzekeringsmaatschappijen in Nederland investeren samen voor in totaal Euro 1 miljard in zes modehuizen die bont en krokodillen- en slangenleer verwerken in onder meer kleding, tassen en schoenen. Het grootste deel van de investeringen, 91%, komt voor rekening van vier verzekeringsgroepen: NN Group, APG (moederbedrijf van verzekeraar Loyalis), Allianz en Legal & General. Dit blijkt uit het nieuwe praktijkonderzoek dat de Eerlijke Verzekeringswijzer vandaag heeft gepubliceerd. De genoemde vier verzekeraars investeren voor in totaal 912 miljoen euro in zes modehuizen en kunnen hiermee grootinvesteerders in de productie van bont en exotisch leer worden genoemd.
De overige zes verzekeringsgroepen, Achmea, Aegon, ASR, Delta Lloyd, Generali en Vivat Verzekeringen, investeren in twee of meer van de zeven onderzochte modehuizen waarvan bekend is dat ze bont en exotisch leer in hun producten verwerken. Kijkend naar de investeringen van alle tien verzekeraars blijkt dat het overgrote deel, maar liefst 94%, zit in de modehuizen LVMH Louis Vuitton (Euro 526,6 miljoen), Burberry (Euro 286,7 miljoen) en Kering (Euro 130,7 miljoen).

Praktijk komt niet overeen met beleid
Achmea, Aegon, Delta Lloyd en Vivat onderschrijven in hun beleid weliswaar de Vijf Vrijheden van dieren, maar investeren toch in de modehuizen. De investeringen van Aegon en NN Group in vier respectievelijk vijf modehuizen, staan haaks op het eigen beleid waarin wordt aangegeven dat zij de productie van en handel in bont onacceptabel vinden. ASR sluit bont en exotisch leer niet automatisch uit, en investeert in twee modehuizen. Geen van de tien verzekeraars wendt zijn invloed serieus aan om de productie van en handel in bont en exotisch leer te beëindigen. Alleen Achmea gaat tenminste nog de dialoog met modebedrijven aan wanneer deze hierdoor negatief in het nieuws komen.

Dierenleed
Bij de productie van bont gaat het om wilde dieren als nertsen, vossen en wasbeerhonden. In Europa worden nertsen vergast en met name wasbeerhonden en vossen gedood door middel van anale elektrocutie en buiten Europa worden de dieren met wildklemmen gevangen, doodgeslagen en daarna gevild. Voor de productie van exotisch leer worden reptielen levend gevild, pythons verdronken en bij krokodillen worden ruggenwervels gebroken om ze lam te leggen. Voorafgaand aan hun dood worden de dieren gehouden in veel te kleine kooien. Hierdoor lijden ze aan stress, gedragsstoornissen en verwonden zij zichzelf en elkaar. In alle gevallen betekent dit afschuwelijk en overbodig dierenleed.

Oproep
Uit recent onderzoek van Bont voor Dieren en de Dierenbescherming blijkt dat maar liefst 84% van de Nederlandse bevolking het doden van dieren voor bont onacceptabel vindt. Bovendien is de productie van bont sinds 2013 in Nederland verboden. De Eerlijke Verzekeringswijzer roept de verzekeraars dan ook op om actief in te zetten op het uitbannen van het gebruik van bont en exotisch leer. Ze kunnen dit doen door te stoppen met investeren in bedrijven die hierbij betrokken zijn of door per direct hun invloed te gebruiken om zo beëindiging van deze activiteiten af te dwingen. Mensen die hun zorgen over de investeringen in dierenleed aan hun verzekeraar kenbaar willen maken, kunnen dit doen via de website van de Eerlijke Verzekeringswijzer en daarmee de oproep kracht bijzetten.

Praktijkonderzoek Bont en Exotisch Leer
Het praktijkonderzoek Bont en Exotisch Leer is uitgevoerd in opdracht van de Eerlijke Verzekeringswijzer* in samenwerking met Bont voor Dieren op initiatief van de Dierenbescherming, door onderzoeksbureau Profundo. Het volledige rapport is na te lezen op de website van de Eerlijke Verzekeringswijzer.

*De Eerlijke Verzekeringswijzer is onderdeel van de Eerlijke Geldwijzer, een initiatief van Amnesty International, Dierenbescherming, FNV, Milieudefensie, Oxfam Novib en PAX.


21 januari 2016

Hoe geef je vlees zes sterren?

Ik eet geen vlees, ook niet als het dier voor zijn/haar dood een goed leven heeft gehad.
Ik ben tegen de plezierjacht, maar heb wel plezier wanneer een jager een punt maakt.
Zo ook bij dit bericht uit de Gelderlander.

De Jagersvereniging wil dat geschoten wild een speciale categorie etiket van het keurmerk 'Beter Leven' krijgt. Het vlees zou vanwege het duurzame karakter 4 sterren moeten krijgen. Binnenkort wil de vereniging hierover met de Dierenbescherming om de tafel.
De Dierenbescherming wil met het Beter Leven keurmerk van binnenuit de vee-industrie diervriendelijker krijgen.

3 sterren.
De etikettering van supermarktvlees gaat nu niet verder dan 3 sterren, voor het allerdiervriendelijkste vlees van runderen, varkens en kippen. Maar dat doet Nederlands wildvlees tekort, meent Laurens Hoedemaker van de Jagersvereniging. Duurzamer vlees bestaat er volgens hem niet. "Dat zeg ík niet, dat zegt de stichting Natuur en Milieu in haar onderzoek van een jaar geleden".
Volgens Hoedemaker is er geen diervriendelijker stukje vlees denkbaar. "Die dieren hebben echt een prachtleven gehad. Hun kostje bij elkaar gescharreld in de vrije natuur. Waarom dan geen 4 sterren toekennen"?

Verboden.
De kans is klein dat het initiatief van Hoedemaker op medewerking kan rekenen. Volgens een woordvoerder van de Dierenbescherming komt die vierde ster er nooit. "Het keurmerk heeft niks te maken met wild, het is uitsluitend voor de vee-industrie", zegt een woordvoerder. "En verder vinden wij als Dierenbescherming dat de jacht helemaal verboden moet worden".

Schadelijk.
Ook Harm Niesen van Faunabescherming is mordicus tegen: "Nederlands wild, dat trouwens zelden of nooit in een supermarkt terechtkomt, verdient geen enkele ster. Bij wild gaat het om dieren die uitsluitend voor het eigenbelang van de jager worden vermoord. Dat moet onmiddellijk verboden worden".

Tot zover de Gelderlander.

Deze kwestie is een mooie voorbeeld van partijen die allebei een punt hebben. De Dierenbescherming is niet tegen het eten van vlees, maar tegen de plezierjacht. Veel mensen van de Faunabescherming zijn zowel tegen het eten van vlees als mordicus tegen de plezierjacht.
Jagers zijn uiteraard voor het eten van vlees. Zij kopen het bij een slager en schieten het zelf.

Dieren in het wild (vrije natuur) hebben een veel mooier leven dan dieren uit de intensieve veehouderij, zelfs die dieren aan wiens saaie en waardeloze leven de Dierenbescherming drie sterren heeft gehangen.

Wie wil eten met een schoon geweten eet geen voedsel van dierlijke oorsprong. Smakelijke vleesvervangers verdienen zes sterren.

28 mei 2013

Kinderen hebben verkeerd beeld van dieren

Begin 2013 deed de Dierenbescherming een onderzoek naar de kennis van groep 7 op de basisscholen over dierenwelzijn. Uit het onderzoek blijkt dat 70% van de leerlingen een huisdier als hond, kat, konijn of goudvis heeft. Tweederde van dieren is bij een dierenwinkel gekocht, terwijl 15% uit het dierenasiel is gehaald. Veel kinderen denken dat huisdieren het fijn vinden om opgepakt te worden. Dat is zeker niet het geval bij konijnen. Ook het gedrag van honden en katten wordt vaak verkeerd ingeschat.
Kinderen hebben het idee dat varkens en kippen in de veehouderij elke dag buiten komen. De meeste van deze dieren brengen hun korte leven door in donkere hokken.

Bron: magazine Dier.

De Dierenbescherming heeft op basis van bovenstaande uitkomsten negen lesbrieven gemaakt.

Meer lezen over de achtergrond van de foute indrukken die kinderen opdoen van dieren, ga naar Animal Freedom.

22 mei 2013

Vragen over manipulatie bij aankoop konijnen

Vragen van het lid Ouwehand (Partij voor de Dieren) aan de staatssecretaris van Economische Zaken over de oproepen van de Dierenbescherming om te stoppen met de verkoop van konijnen

1. Kent u de berichten ‘Dierenbescherming tegen winkeliers: stop met verkoop konijnen’[1] en ‘Delft opgeschrikt door konijnenmishandeling’[2]? Kunt u zich voorstellen dat de Dierenbescherming tot een dergelijke oproep komt, gelet op het grote aantal konijnen dat op straat of in opvangcentra belandt en op de erbarmelijke omstandigheden waaronder deze dieren worden gefokt en getransporteerd vanuit onder andere Oost-Europa? Zo neen, waarom niet?

2. Wat vindt u ervan dat opvangplekken van konijnen bomvol zitten en veel konijnen letterlijk op straat worden gezet, terwijl tegelijkertijd volop met konijnen wordt gefokt om te verkopen in onder andere tuincentra en dierenwinkels? Deelt u de zorgen van de Dierenbescherming en anderen over deze situatie? Zo ja, wat gaat u hieraan doen? Zo neen, waarom niet?

3. Heeft u het aprilnummer van Dibevo Vakblad gezien, een uitgave van de brancheorganisatie van fokkers, handelaren en verkopers van huisdieren die ook inspraak heeft op uw beleid? En heeft u dan ook gelezen dat de auteur van “Manipuleren kun je leren” aan het woord wordt gelaten en tips geeft hoe je twijfelende ouders in een dierenwinkel kunt overhalen een konijn aan te schaffen voor hun kind?[3]

4. Wat vindt u ervan dat de brancheorganisatie van verkopers van huisdieren in de praktijk aanstuurt op impulsaankopen, terwijl zij beweert in te zetten op weloverwogen aankopen en voorlichting over onder andere gedrag, huisvesting en kosten? En hoe beoordeelt u dit in het licht van de lobby vanuit de sector tegen wettelijke maatregelen om impulsaankopen en dump van dieren terug te dringen, omdat zij dat zelf wel goed zou kunnen reguleren?

5. Bent u bereid om de roep om zelfregulering vanuit de sector te weerstaan en de oproep van de Dierenbescherming om de verkoop van konijnen een halt toe te roepen mee te nemen in uw beleidsbrief dierenwelzijn, waarin u terugkomt op uw toezegging om impulsaankopen tegen te gaan? Zo nee, waarom niet?


[1] Het Parool, 14 mei 2013.
[2] ‘Delft opgeschrikt door konijnenmishandeling’ Telegraaf, 13 mei 2013 p. 9

[3] Dibevo Vakblad, april 2013 p. 31.

27 februari 2013

Plofkip in flauwekulsaus

Persbericht Wakker Dier 26 februari.
"Een plofkip in flauwekulsaus. Geen dierenbeschermingsorganisatie is hier positief over." reageert Wakker Dier verbaasd en teleurgesteld op het nieuws dat de supermarkten vandaag met de pluimvee-industrie naar buiten brengen. Afgelopen zomer beloofden de supermarkten (CBL) in de toekomst enkel varkens- en kippenvlees met minimaal 1 ster van het Beter Leven kenmerk in het schap te gaan leggen. Vandaag is deze belofte teruggebracht tot een 'plofkip in flauwekulsaus': zonder Beter Leven ster, 18 in plaats van 20 kippen per vierkante meter (per kip een extra oppervlakte ter grootte van een smartphone), nooit naar buiten en een paar dagen langer leven. En dat laatste pas in 2020, waardoor de plofkip-industrie en de supermarkten pas over 5 jaar hoeven te starten om stap voor stap de kreupele plofkip te vervangen door een kruising van een normale kip met een plofkip. Wakker Dier blijft onverminderd campagne voeren voor een plofkip-vrij schap in 2015, vooral gericht op de grootste plofkipverkopers Albert Heijn en Jumbo.

In januari 2012 startte Wakker Dier de campagne 'Stop de Plofkip'. Plofkip is de 'gewone' kip in de supermarkt. Het is een kuiken dat in zes weken tijd wordt vetgemest tot vleeshomp van ruim twee kilo en dat met 20 anderen op een vierkante meter leeft in een donkere stal. Van alle dieren in de vee-industrie scoren deze kuikens het slechtst op dierenwelzijn. Deze kip heeft door de extreem snelle groei last van kreupelheid, voetzweren, kortademigheid en borstblaren. Vanwege de vele gezondheidsproblemen krijgt deze kip veel antibiotica toegediend. Mede door het onverantwoord hoge gebruik van antibiotica in de vee-industrie kunnen levensgevaarlijke bacteriën steeds moeilijker bestreden worden en ontstaan zo levensbedreigende besmettingen in bijvoorbeeld ziekenhuizen. Wakker Dier wil dat supermarkten overstappen op kip met 1 ster van het Beter Leven keurmerk van de Dierenbescherming. Deze kip groeit langzamer en heeft daarom veel minder last van de welzijnsproblemen waar de plofkip mee kampt en heeft daardoor minder antibiotica nodig. Ook heeft deze kip meer ruimte en een overdekte uitloop. Deze kip is een paar dubbeltjes duurder.

Halverwege 2013 moet Wakker Dier AH op TV nog steeds oproepen moet het stoppen van de verkoop van plofkip.

17 december 2012

De gestrande bultrug leidt tot verhitte discussie

In de wereld van dierenbeschermers is weinig controverse wanneer het gaat om het redden van zeldzame dieren. Wanneer de dieren talrijker zijn wijken de standpunten meer uiteen. Bijvoorbeeld Lenie ’t Hart zal zo veel mogelijk zeehonden in nood in Pieterburen opvangen en medewerkers van Ecomare op Texel zullen deze dieren eerder aan hun lot overlaten.
Grote zeezoogdieren die op een strand aanspoelen blijven niet onopgemerkt. Soms stranden ze per ongeluk, soms stranden ze omdat zij al stervende, drijvend het strand opspoelen. Hoe meer dieren er zijn, hoe groter de kans dat er ergens één opduikt.
Ook menselijke activiteiten doen dieren stranden. Ze zijn dan bijvoorbeeld in de war geraakt door lawaai onder water, waardoor ze zich niet goed meer kunnen oriënteren.
Het is de verantwoordelijkheid van de gemeente waar een dier in nood belandt hoe en of de hulpverlening wordt georganiseerd. Hulpverlening kost geld. Die investering is soms puur voor het dier, soms heeft het ook een commercieel tintje. Een potvis op een druk bevolkt strand gaat enorm stinken en zou moeten worden opgeruimd.
Een stervend dier in de Oostvaardersplassen kan dienen als voedsel voor andere dieren. Te veel van de honger stervende dieren als gevolg van fout beleid vraagt aanpassing van het beleid.
Voor zowel mens als dier geldt dat het een vrijwillige zaak is of je een dier in de vrije natuur helpt of niet, althans dat zou het moeten zijn. Voor aangereden dieren in een gemeente wordt het minder vrijblijvend. Hetzelfde geldt voor dieren die het slachtoffer zijn van andere menselijke activiteiten, bijvoorbeeld visserij of godsdienstige overwegingen bij de rituele slacht.
Op Twitter viel deze tweet van Mireille de Roo te lezen: “Dieren worden tot dingen gedegradeerd zodra de hebzucht vd mens om de hoek komt kijken”.
Het gevolg van de hebzucht is een onverschillige en dingmatige behandeling, alsof dieren geen gevoel of belangen hebben. Allerlei drogredenen worden vervolgens aangevoerd om zichzelf vrij te pleiten van een zorgplicht.

Voor mij is de meest bevredigende grondhouding om er in mijn handelingen voor te zorgen dat dieren geen nadelige gevolgen hebben. Daarom "bezit" ik geen huisdier(en) en eet ik geen vlees. Wanneer ik een dier in nood aantref, dan bel ik de dierenambulance of desnoods verlos ik het dier uit zijn lijden. Het uitgangspunt voor mij is dat dieren net als mensen vrijheid als grondrecht hebben. Voor het overige kunnen twee, met woorden strijdende partijen voor mij allebei gelijk hebben. Maar de betrokkenheid bij een dier daalt voor mij niet als er meer van zijn of stijgt niet naar mate deze zeldzamer wordt. Uiteraard wordt voor mij een zeldzaam dier wel sneller een individu.
De (intrinsieke) waarde van mens en dier is niet in geld uit te drukken, de moeite die je doet wel.

30 oktober 2012

Youbedo, boeken voor een goed doel

YouBeDo.com droomt van een wereld waarin dieren in alle rust kunnen leven en met respect worden behandeld. Helaas, is dit nog niet het geval. Met name criminele organisaties vormen een steeds grotere bedreiging voor dieren, zoals bijvoorbeeld de tijger in India. Volgens officiële cijfers leven daar nog zo'n 1700 tijgers in het wild. Honderd jaar geleden waren dat er nog 100.000. Het uitsterven van een diersoort is een ramp! Daarom steunt YouBeDo.com schrijvers en goede doelen die vechten voor het welzijn van dieren.
Wil jij samen met YouBeDo.com, Yvonne Kroonenberg en Monique Janssens zorgen voor een goede leefomgeving voor de dieren? Deel deze pagina dan met al je vrienden. Daarnaast kun je ons enorm helpen door jouw favoriete en inspirerende boeken, artikelen, filmpjes en andere informatie over beschermde dieren met ons te delen. Samen zorgen we er dan voor dat er aandacht is en blijft voor dit thema!

27 december 2010

Dierenbescherming en Partij voor de Dieren

Zo lang ik mij kan herinneren ben ik lid van de Dierenbescherming. Immers ‘dieren beschermen is mensen beschaven’! Een prachtig motto waarvan het mes aan twee kanten snijdt. Zowel dieren als mensen worden er beter van.
Ik heb mij wel eens afgevraagd waarom dan naast de DB ook nog zoiets als Partij voor de Dieren nodig is. En ook verbaasde het mij vaak dat tussen die twee organisaties er niet zo’n hartelijke verstandhouding lijkt te bestaan. Ja, er leek soms zelfs sprake van enige animositeit terwijl je toch zou mogen verwachten dat men de handen ineen slaat om de positie van dieren in onze samenleving aan de hoognodige verbetering te helpen.
Gaat de Dierenbescherming dus uit van de zedelijke menselijke plicht zwakke en kwetsbare wezen als dieren te behoeden voor onnodig leed, de Partij voor de Dieren beroept zich meer op het principe dat dieren in feite gelijkwaardig zijn aan mensen en uit dien hoofde ook rechten moeten krijgen die aansluiten bij hun belangen en behoeften.
De Partij voor de Dieren gaat duidelijk (veel) verder dan de Dierenbescherming. Zo heb ik de Dierenbescherming nooit ondubbelzinnig afstand horen nemen van de sportvisserij of de jacht. Zaken waarover bij de Partij voor de Dieren geen discussie meer bestaat. Ook de vee-industrie kan kennelijk in de ogen van de DB haar gang gaan, mits de meest kwalijke uitwassen er van bestreden worden. De PvdD wijst het bestaan van zoiets als de vee-industrie zonder meer af als zijnde in strijd met het recht van dieren een bestaan te leiden dat overeenkomt met hun natuurlijke behoeften en belangen. Ook in zaken als circusdieren, dierentuinen, dolfinaria, dieren die voor sport, recreatie of ontspanning worden gebruikt neemt de PvdD duidelijke – afwijzende – standpunten in terwijl de DB een en ander als een gegeven accepteert en ‘slechts’ op toeziet dat in die sectoren de dieren ‘fatsoenlijk’ worden behandeld.
Ik ben en blijf overtuigd lid van de Dierenbescherming zo als ik actief lid ben van de Partij voor de Dieren. Als ik zou moeten kiezen tussen het lidmaatschap van beide organisaties zou ik zonder een moment van twijfel kiezen voor de Partij voor de Dieren. Ik geloof in de gelijkwaardigheid van alle dieren, inclusief de mens. Dat houdt dat heel veel dingen die de mens zich tot nu gemeend heeft te kunnen en mogen veroorloven met dieren, zouden afvallen.
Dat de Dierenbescherming naar mijn mening te toegeeflijk is in een aantal dierenaangelegenheden wordt bevestigd in het laatste nummer van ‘Dier’. Onder meer een tweetal reportages deden mij wenkbrauwen de fronsstand aannemen.
In het ene artikel komen achtereenvolgens een varkens-, kippen- en kalverhouder aan het woord. Weliswaar menen de betrokken veehouders dat zij hun dieren een beter leven geven dan in de gangbare bedrijven het geval is en zal dat misschien ook wel gedeeltelijk waar zijn.
De dieren waar het om gaat zijn echter in mijn ogen nog steeds het slachtoffer van overtrokken menselijke belangen. De varkenshouder coupeert nog steeds staarten. Hij zegt daar mee op te houden zodra hij een nieuwe stal krijgt. Intussen gaat deze uiterst pijnlijke en de lichamelijke integriteit aantastende ingreep gewoon door. De kippenhoudster beheert 4700 vleeskuikens. Ze noemt de dieren ‘scharrelkippen’, die in een ruimte – afmetingen worden niet genoemd! - met een betonnen vloer hun korte leventje moeten slijten. De vleeskuikens worden biologisch gehouden, wat dat dan ook moge inhouden. In ieder geval worden ze volgens mevrouw drie of vier weken ouder dan kuikens in de gangbare houderij. Nou, dat schiet lekker op! Ze worden dus niet ouder dat 10 á 12 weken om vervolgens op weinig zachtzinnige wijze om zeep te worden geholpen. “Ach ja”, stelt de kippenhoudster, “kippen zijn er om op te eten, alleen geef ik ze hier iets(!!) meer tijd om op te groeien”!!!!! Wat een liefde, respect en mededogen spreekt uit deze uitspraak!
De kalverhouder haalt zelfs de Schepper er bij! Hij vindt het kennelijk normaal en acceptabel dat kalfjes vrijwel meteen na de geboorte bij de moeder worden weggehaald. Uit het artikel krijg ik althans niet de indruk dat dat bij hem niet gebeurt. Kortom, een aantal marginale verbeteringetjes die natuurlijk bij lange na niet voldoende zijn om de positie van het landbouwdier draaglijk te maken, zowel vanuit menselijk als dierlijk standpunt bezien. Maar de Dierenbescherming vindt het kennelijk van revolutionaire waarde en omvang! Natuurlijk kun je hier tegen inbrengen dat elke verbetering er één is en dus toegejuicht moet worden. Dat mag zo zijn! Maar mensen die het couperen van staarten nog steeds praktiseren, een mevrouw die kippen alleen ziet als producenten van vlees, een boer die kalfjes zonder gewetenswroeging van het moederdier scheidt om ze na een kort leventje in de braadpan te doen belanden, ach ik kan daar helemaal niets mee! De DB zou er veel beter aan doen de consument te bewegen (veel) minder vlees te eten om op die manier mens- en dierwaardiger omstandigheden te scheppen.
Verderop een artikel met Anky van Grunsven in de hoofdrol. U weet wel, onze paardendressuurkampioen! De Partij voor de Dieren neemt duidelijk afstand van dit stompzinnige gesol met dieren. In augustus van dit jaar heeft Esther Ouwehand van de PvdD zelfs nog een aantal pittige vragen gesteld aan de ministers van VWS en LNV over omstreden trainingsmethoden van Van Grunsven, waarbij de paarden op pijnlijke en gevaarlijke wijze tot een bepaalde lichaamshouding werden gedwongen. Van Grunsven en echtgenoot hebben een journaliste die e.e.a. aan de kaak stelde toen op tamelijk intimiderende wijze bejegend. Anky is tegen bont en dierproeven ten behoeve van cosmetica en ook eet zij zo veel mogelijk scharrelvlees. Prima! Anderzijds heeft Anky geen moeite met circusdieren en vindt ze sportvissen wel zielig, maar “waar trek je de grens’? Nou Anky, de grens trek je bij het moment dat je een dier onnodig laat lijden, zijn integriteit en waardigheid aantast en het dier gaat beschouwen als een stuk speelgoed of rariteit dat onnatuurlijke hupjes en stapjes moet maken op muziek die niet voor paarden maar voor mensen is gecomponeerd.
Ik ben en blijf lid van de Dierenbescherming. Daarvoor doen ze te veel prima werk en zijn ze onmisbaar in een samenleving waarin het dier nog te vaak voorwerp is van onverschilligheid, wreedheid, hang naar vermaak, geldelijk gewin of status. Maar een wat kritischer houding van de DB ten aanzien van zaken die de belangen van dieren direct of indirect raken lijkt mij zeer aan te bevelen.

09 december 2010

Voor echt diervriendelijk vlees bestaan niet genoeg sterren


In Amsterdam zijn op grote schaal reclameborden voor 'diervriendelijk vlees' van de Dierenbescherming beplakt door de actiegroep 'Diervriendelijk vlees bestaat niet'.
De Dierenbescherming promoot met 1 ster het vlees van dieren die net wat meer ruimte hebben gekregen dan dieren uit de bio-industrie. Mogen de dieren ook nog naar buiten dan krijgt het vlees wat meer sterren. Maar echt diervriendelijk wordt de huisvesting van deze dieren niet. Vandaar dat hier twee waarheden naast elkaar (be)staan: hoe meer sterren, hoe diervriendelijker, maar diervriendelijk vlees bestaat niet.

Er is alleen onderscheid mogelijk tussen meer en minder dierenonvriendelijk vlees.

23 februari 2010

Competitiedrang drukt het gezonde verstand naar de achtergrond

In het verenigingsblad Dier van de Dierenbescherming een interview met dierenarts Paul Mandigers over hondenshows.

Wat is de rol van hondenshows?
`De competitiedrang drukt het gezonde verstand naar de achtergrond. Zo moest een pekinees in Engeland zijn eerste prijs zittend op ijs in ontvangst nemen, om niet oververhit te raken door zijn te dikke vacht en zijn te kleine bekje. Het is absurd dat een hond met een erfelijke ziekte kampioen wordt, en dat juist daarmee verder gefokt wordt. Een hond die niet in orde is, die bijvoorbeeld niet kan lopen of niet benaderbaar is vanwege zijn karakter, hoort niet op een tentoonstelling. Het couperen van oren en staarten is inmiddels verboden, maar zo'n hond fokken is eigenlijk veel erger.

22 december 2009

Het in beslag nemen van verwaarloosde dieren kost de AID teveel aan opslag

Eck en Wiel, 22 december 2009 Open brief aan de minister van LNV; p/a de heer Benno Bruggink (woordvoerder minister) b.bruggink@minlnv.nl

Onderwerp: optreden AID inzake doodgehongerde paarden

Geachte mevrouw Verburg,

Op Kamervragen van de Partij voor de Dieren over het laten doodhongeren van paarden in Batenburg (Gelderland) laat U in uw antwoord van 17 december 2009 weten dat “de AID adequaat is opgetreden”.

Graag maak ik U opmerkzaam op een soortgelijk geval in Tiel waar de inspectiedienst van de Dierenbescherming afdeling Rivierenland op maandag 7 december 2 dode pony’s aantrof. In een stal bleek een derde pony van ongeveer 4 maanden oud te staan die op sterven na dood was. De AID weigerde in eerste instantie zelfs maar te komen, pas de volgende dag zou er iemand beschikbaar zijn. Pas na aandringen van de politie kwam er toch een controleur van de AID ter plaatse samen met een dierenarts. De dierenarts constateerde dat de pony zwaar ondervoed en uitgedroogd was.

Na intern overleg bleek dat de AID onvoldoende reden zag om tot inbeslagname over te gaan. De enige manier om de pony de nodige medische verzorging te kunnen bieden, zo luidde het advies van de AID, was vrijwillig afstand doen door de eigenaar van de pony. Hiermee zou de Dierenbescherming formeel eigenaar worden en kon de pony worden meegenomen en de nodige medische verzorging krijgen, iets waar de eigenaar geen tijd voor had. De volgende dag bleek dat de pony dermate verzwakt was dat hij het toch niet ging redden en heeft de dierenarts hem moeten laten inslapen.

Door deze gang van zaken komt de eigenaar, een bekende van de AID inzake verwaarlozing van dieren, er wel erg gemakkelijk vanaf en draait de Dierenbescherming op voor alle verdere kosten.

Navraag bij de AID leert ons dat het beleid is om zo weinig mogelijk dieren in beslag te nemen omdat er in dat geval “opslag” geregeld moet worden wat extra werk en extra kosten betekent. Hiermee worden dieren in nood afhankelijk van toevallige omstanders, in dit geval een vrijwillige inspecteur van de Dierenbescherming, voor hulp.

Graag verneem ik van U of U van mening bent dat de AID ook in dit geval adequaat heeft gehandeld en of het inderdaad beleid is om dieren zoveel mogelijk aan hun lot over te laten.

Hoogachtend,

Joop de Jonge

Dierenbescherming afdeling Rivierenland
Joop de Jonge, voorzitter
e-mail: voorzitter@dbrivierenland.nl
tel Dierenbescherming Rivierenland: 0344-694932
www.kippenmoord.nl

01 maart 2009

Je hebt werkpaarden, luxepaarden en manegepaarden

En daar is Niels Dorland weer.

We kennen de Hagenees nog van jaren terug, toen hij de hengelsport vergoelijkte.
Kan allemaal bij de Dierenbescherming.

Hij heeft ditmaal wat te vertellen over manegepaarden: daar gaat het niet goed mee.

En wat doet nu de Dierenbescherming om het welzijn van rijpaarden te verbeteren:
die roept voor haar campagne de hulp in van ………….

Anky van Grunsven


Dit heet: de duivel uitdrijven met Beëlzebub.

E.D.
PS.
De uitdrukking gaat terug tot het begin van de jaartelling: het Nieuwe Testament.
Beëlzebub betekent oorspronkelijk: Heer der Vliegen

29 december 2008

Aangifte bij politie van dierenmishandeling met vangklemmen

Persbericht van de Dierenbescherming afdeling Rivierenland

De Dierenbescherming afdeling Rivierenland heeft aangifte gedaan van dierenmishandeling met in het water geplaatste vangklemmen. Op 25 december 2008 is bij het vogelasiel in Eck en Wiel een gewonde eend binnengebracht welke is gevonden terwijl hij gevangen zat in een klem. De eend is helaas aan zijn verwondingen overleden.

Nader onderzoek van de Dierenbescherming heeft uitgewezen dat er in diverse watergangen (in de uiterwaarden, rondom boomgaarden, enz.) structureel dergelijke klemmen worden geplaatst.

Gezien de grote kans op het verwonden en doden van allerlei dieren heeft de Dierenbescherming bij de politie aangifte gedaan van dierenmishandeling. Naast eenden en allerlei andere watervogels worden ook reigers (die veelvuldig aan de waterkant staan) hiervan het slachtoffer. Maar ook honden die het water in gaan of alleen maar wat water willen drinken kunnen hiervan het slachtoffer worden. Doordat de klemmen niet elke dag worden gecontroleerd kunnen gewonde dieren die in de klemmen vast komen te zitten dagenlang nodeloos lijden. Het plaatsen en gebruikmaken van de klemmen op deze wijze is daarmee in strijd met artikel 36 lid 1 van de Gezondheids en Welzijns Wet voor Dieren (GWWD). Het is maar zeer de vraag of er een redelijke doel is wat met het plaatsen van deze klemmen kan worden bereikt, bijvoorbeeld het vangen en doden van muskusratten. Mocht dit doel er zijn, wat door de Dierenbescherming wordt betwijfeld, dan nog is het ontoelaatbaar dat hiervan andere dieren het slachtoffer worden en dat de klemmen niet ten minste dagelijks worden gecontroleerd. Daarmee is het gebruik van de klemmen overduidelijk in strijd met artikel 36 lid 1 van de GWWD en derhalve strafbaar.

De Dierenbescherming roept het publiek op om dergelijke klemmen onschadelijk te maken door ze dicht te laten klappen en (indien mogelijk) te verwijderen en af te geven op het politiebureau. De klemmen zijn te herkennen aan een stokje wat er bij de klem wordt gezet met daaraan een ketting welke aan de klem is bevestigd.

02 november 2008

Dierproeven zijn openbaar

Zoals wij inmiddels weten zijn dierproeven al 11 jaar openbaar.

Het doet dan altijd wat vreemd aan de Partij voor de Dieren te horen eisen dat dierproeven openbaar moeten zijn. Als ik de minister was dan zou ik die Kamerleden eens vragen wat ze nu eigenlijk v i n d e n van die dierproeven die openbaar zijn…

Wordt het niet eens tijd iets met die openbaarheid te gaan doen?

Zoals het beoordelen van de aanvragen voor dierproeven. Het bespreken ervan met de aanvrager, bijv. in een openbare hoorzitting.
Een geregelde rapportage over deze materie is toch wel het minste.

Proefdiervrij en Dierenbescherming – als die nog bestaan – hebben dit onderwerp inmiddels niet meer op de agenda. Ik kan daar met mijn ruitjespet niet bij. Ik zal de eerste zijn die erkent dat de procedure (biotechnologie) veel te wensen overlaat – nochtans is er nergens ter wereld een betere. En daarbij: als je niets doet met je kritiek, als je niets onderneemt om die procedure nog te verbeteren, dan boer je a c h t e r u i t. Dan bevorder je dat die openbaarheid de nek omgedraaid wordt.

Dat is wat nu aan de gang is.

Naar mijn mening zou die openbaarheid tot het uiterste verdedigd zou moeten worden.

Genoemde Haagse organisaties, met bij elkaar meer dan 200.000 leden, zouden hun leden moeten mobiliseren. Gedegen voorlichting en instructie moeten geven, vooroverleg over aanvragen organiseren. Ze zouden erover moeten zorgen dat verzoeken om dierproeven tegen gedegen oppositie zouden aanlopen.

Maar Dierenbescherming en Proefdiervrij – als ze nog bestaan – doen helemaal niets.
Ze doen niets met de openbaarheid.

En niet alleen dat: ze mobiliseren hun leden zelfs niet voor demonstraties!

Het verzet van de Dierenbescherming tegen dierproeven komt tegenwoordig neer op een prijs voor onderzoek zonder proefdieren. Een middagje per jaar in Utrecht.

Proefdiervrij houdt het bij een gezellige Missverkiezing.

E.D.

25 maart 2008

De dierenwelzijnscoalitie heeft haar voet klem tussen de deuren van LNV

De Dierenwelzijnscoalitie is een samenwerkingsverband van een twintigtal organisaties die opkomen voor de belangen van dieren. Zij verwijten minister Verburg van Landbouw, Natuur en Visserij dat zij geen betekenis geeft aan het begrip intrinsieke waarde van het dier.
Met deze constatering is ook de filosofische leegheid van het begrip intrinsieke waarde vastgesteld. Dat verklaart waarom de overheid er in het verleden weinig moeite mee had om dat begrip in de wet op te nemen; het zou voor de praktijk van de veehouderij toch geen gevolgen hebben. De ene organisatie wil in de praktijk kleine stapjes nemen onder het motto “liever iets dan niets bereikt” (bijvoorbeeld liever scharrel- in plaats van legbatterij-eieren of liever Volwaard- dan plofkippen). De andere organisatie wil liever een principieel standpunt innemen onder het motto “als we de intensieve veehouderij een vinger zouden geven dan pakken ze de hele hand” (liever geen vlees eten dan biologisch vlees).
In de praktijk van de veehouderij is de laatste 30 jaar niets bereikt op basis van een beroep op de intrinsieke waarde van het dier. Toch kunnen de organisaties uit de coalitie het begrip niet loslaten. Men is bang geen voet meer tussen de deur te hebben. En daarmee hebben zij zich immobiel gemaakt. Ze hebben een voet tussen de deur maar niet meer het overzicht of er niet ergens anders in het dieronvriendelijke gebouw van de overheid veel beter toegankelijke deuren zijn, waardoor veel gemakkelijker binnen is te komen in het hart van de bestuurders.
Die toegankelijker deur leidt niet alleen naar het hart van de bestuurders, maar ook naar het bewustzijn van de kiezers en consumenten. Het bordje bij die deur vermeldt dat dieren een dierwaardig bestaan moeten kunnen leiden. Wanneer je de deur binnengaat dan leidt de gang naar de mogelijkheid om natuurlijk gedrag te kunnen vertonen. Wie nog wat verder om zich heen kijkt zal zien dat er meer van dergelijke deuren zijn in het politieke complex, die zijn te plaatsen onder de noemer “vrijheid”. Vrijheid en betrokkenheid (oftewel respect) zijn begrippen die mensen meer aanspreken dan eigen of intrinsieke waarde.
Beter ten halve gekeerd dan ten hele gedwaald.

05 oktober 2007

Steeds meer zwerfdieren

In magazine Dier van oktober een bericht over het groeiende aantal zwerfdieren: “Nederland dumpt steeds meer honden”.

Op Klimaatnieuws van mei 2005 stond dit bericht:

Het aantal honden steeg in 2004 met 4,2 procent, naar 1,76 miljoen. De kattenpopulatie groeide zelfs met 5 procent, waardoor in Nederland 3,3 miljoen huiskatten vertoeven. De groei komt volgens de Nederlandse Voedingsindustrie Gezelschapdieren (NVG) doordat meer puppy's en kittens een baas hebben gevonden. Ook de langere levensduur van de huisdieren zorgt ervoor dat het aantal honden en katten in Nederland toeneemt.
Tot zover Klimaatnieuws.

Na enkele jaren is het effect van impulsief aankopen dus zichtbaar geworden. De Dierenbescherming verzucht “Beter ten halve gekeerd dan ten hele gedwaald”.

“Voorkomen is beter dan genezen”. Voor wie bedenkingen heeft bij de aanschaf van een huisdier is hier wat ondersteunende argumentatie.

25 september 2007

Een karikatuur van dierenrechten


In het boek Animal Rights: Current Debates and New Directions uit 2004 (Oxford University Press), onder redactie van Cass R. Sunstein en Martha C. Nussbaum komen allerlei voor- en tegenstanders van dierenrechten aan bod. Een van de tegenstanders is de antropocentrische denker Richard A. Posner. Hij beschouwt de beweging van filosofen als Peter Singer en Tom Regan als een 'radicale [d.w.z. extremistische] stroming' die uiteindelijk ten koste zal gaan van mensen. In plaats van dierenrechten pleit Posner zelf voor een gematigde vorm van dierenbescherming.
Zoals zoveel tegenstanders maakt ook Posner een karikatuur van de idealen van de dierenrechtenbeweging. Zo stelt hij dat het aanhangen van rechten voor dieren bijvoorbeeld tot gevolg kan hebben dat je experimenten op mensen (d.w.z. proefpersonen die daar niet vrijwillig aan meewerken) doet om het geluk van dieren te bevorderen.
Dit is een misleidende voorstelling van zaken. Tom Regan ziet dierenrechten bijvoorbeeld helemaal niet als iets wat haaks staat op mensenrechten, maar juist als een uitbreiding van het achterliggende principe daarvan. Ook Peter Singer vindt dat je dierlijke individuen met evenveel respect moet behandelen als je zou doen met een mens met vergelijkbare psychologische eigenschappen. Beiden wijzen dus het speciësisme (van bijvoorbeeld Richard A. Posner) af maar dat wil zeker niet zeggen dat ze mensen willen opofferen aan dieren!
Posner maakt het nog bonter waar hij stelt dat ook de Nazi's 'hartstochtelijk geloofden in dierenrechten'. Daaruit volgt volgens hem dat ze verenigbaar zijn met een minachting voor het leven en welzijn van allerlei groepen mensen. Nu is er volgens mij weinig bewijs voor een consequente nazi-ethiek ten gunste van dieren, de Duitse vegetariërsbond werd zelfs verboden. Zelfs Hitler was geen echte vegetariër, ondanks de mythen daaromtrent. Bovendien offerde hij zijn eigen hond op om een middel uit te testen waarmee hij zelfmoord wou plegen. Geen bijster respectvolle daad lijkt mij.
Maar zelfs als er werkelijk sprake was van diervriendelijke wetten in het Derde Rijk, dan impliceert dit nog niets voor de waarde daarvan. Hitler liet bijvoorbeeld ook autosnelwegen aanleggen en weinig tegenstanders van dierenrechten zullen weigeren om daar overheen te rijden. Het ethische gehalte van een daad wordt namelijk niet bepaald door de vraag of een misdadiger of juist een overwegend integer persoon hem verricht.
Helaas is Posner niet de enige die een karikatuur geeft van voorstanders van dierenrechten. Tegenstanders hebben nu eenmaal geen goede argumenten en dus rest hun niet veel anders meer.

Titus Rivas

Boeken van Tom Regan:


Boeken van Peter Singer:

25 augustus 2006

De Landelijke Dierenbescherming denkt niet (diep) na over dierenrechten

Directeur van de Landelijke Dierenbescherming, Thomas Posthumus Meyjes, schreef in zijn dagelijkse weblog over een nieuwe dierenwet die door ambtenaren van het LNV in voorbereiding is.

Meyes schreef:
Bedoeling is dat een aantal bestaande wetten (waaronder de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren, dé wet op het gebied van dierenbescherming) in één nieuwe wet worden samengevoegd: de ‘Wet dieren en dierlijke producten’ (werktitel). Op deze manier wil de minister de bestaande regelgeving vereenvoudigen en de verantwoordelijkheid voor dierenwelzijn meer naar maatschappelijke groeperingen schuiven. Mede gezien het dieronvriendelijke beleid van Veerman de afgelopen jaren maken wij ons grote zorgen over deze ontwikkeling. Daarom zitten we als een bok op de haverkist en hebben we regelmatig contact met het ministerie om ervoor te zorgen dat men daar heel goed weet wat wij willen. Onze belangrijkste eis is dat de wet blijft uitgaan van het principe ‘nee, tenzij’, dat wil zeggen dat je niets met dieren mag uitspoken tenzij het absoluut niet anders kan. Dit is natuurlijk een geweldige ‘eerste bescherming’ voor dieren, die nooit meer losgelaten mag worden. Ten grondslag aan deze benadering ligt de erkenning van de ‘eigen waarde van dieren’: een dier is een zelfstandig wezen met gevoelens en bewustzijn, met waarde van zichzelf en niet slechts een middel voor de mens. Ook die grondslag moet in de wet gehandhaafd blijven.

Tot zover Meyes.

Het is natuurlijk de vraag wat je onder het “nee, tenzij” principe moet verstaan. Mag je geen huisdieren, tenzij zij voldoende ruimte hebben om zich natuurlijk te gedragen. Mag je in Nederland geen dieren in de bio-industrie houden, tenzij ze tenminste vrij in de wei mogen lopen?
Vermoedelijk bedoelt de Dierenbescherming dit niet. De Dierenbescherming probeert de ergste dierenmishandeling te voorkomen en heeft haar handen daar al vol mee. De Nederlandse handhavers van de wet werken niet erg mee om dierenmishandeling met daadwerkelijke straffen zo onaantrekkelijk te maken dat mensen het wel uit hun hoofd laten.

Dan de grondslag aan het “nee, tenzij”-principe. Dat zou “intrinsieke of eigen waarde” zijn. Dit begrip is ooit eens voorgesteld door Tom Regan die er nu na wat nadenken het zwijgen over doet. En terecht. De Nederlandse dierenbeschermers daarentegen (als enige in de wereld) omarmen het begrip en zien niet dat niemand buiten de eigen kring het begrip serieus neemt. Ook discussie over de (on)zin daarvan gaat men uit de weg. Wanneer het echt om dierenrechtenfilosofie gaat, denkt niemand meer na, maar komt men tot een slappe definitie als “een dier is een zelfstandig wezen met gevoelens en bewustzijn, met waarde van zichzelf en niet slechts een middel voor de mens”. Geen rechter die de bestaande praktijken in de veehouderij daarmee tot verboden zal verklaren. Vermoedelijk is dat ook niet de bedoeling van de Dierenbescherming. Men zou zich zelf buiten spel zetten en dat kost de organisatie banen, maar ook de mogelijkheid om zware dierenmishandeling aan te pakken. De Dierenbescherming is dus intellectueel gegijzeld. Omdat iedereen er belang heeft om dit te laten voortduren, verandert er in ons land weinig op het gebied van dierenwelzijn. Het ging altijd al om het geld en het zal altijd om het geld blijven gaan. De exportbelangen bestendigen de onwil tot redelijke verbetering in de leefomstandigheden van het vee nog eens extra.

Wat de dieren op de langere duur wel zal helpen is een mentaliteitsomslag. De richting is dezelfde als de emancipatie van de mens. De grondslag daarvan is vrijheid. Vrijheid is het grondrecht van mensen en de vrijheid om zich natuurlijk te gedragen zou ook de grondslag van dierenrechten moeten zijn.

27 juli 2006

Eet meer verantwoord vlees of minder onverantwoord vlees?

Een bekende Engelse uitdrukking luidt: "if you can’t beat them, join them". De landelijke Dierenbescherming, Milieudefensie en Wakker Dier voeren al jaren actie tegen de ongebreidelde vleesconsumptie van bio-industrievlees. Less is more, oftewel minder vlees is gezonder voor jezelf, het dierenwelzijn en het milieu.
Eigenlijk zouden ze willen pleiten om het vlees totaal te laten staan, maar ze vrezen dat dan de kans groter wordt dat niemand naar de boodschap wil luisteren. Dat levert een dilemma op. Wanneer opgeroepen wordt om minder vlees te eten dan luisteren misschien meer mensen maar dan wordt ook minder duidelijk dat er met vlees veel mis is. Vandaar dat deze organisaties tegenwoordig dichterbij de consument willen staan met hun aanbevelingen. De Dierenbescherming denkt mee met de varkenshouderij in het bouwen van diervriendelijke stallen.
Het proces van wereldverbetering gaat langzaam. Belangrijk zijn vrijheid en liefde. Beide concepten zijn zowel doel als middel en vormen samen "respect". Dat betekent dat mensen die onverantwoord leven respectvol tegemoet moeten worden gekomen om hen te bewegen tot een meer verantwoorde levensstijl.
De mens is nu eenmaal zo dat hij de kont tegen de krib gooit wanneer hem wordt verteld dat hij het fout doet. Door schade en schande wordt je wijzer, helaas wordt de schade door dier en milieu geleden en is er bij mensen van schaamte geen sprake voor de medeverantwoordelijkheid bij deze schande.
Dieren en het milieu hebben geen rechten. Mensen hebben rechten en een deel van deze rechten zouden zo ver moeten reiken dat mensen die onbegrensd leven juridisch begrensd kunnen worden. Het zou ook helpen om een prijskaartje te hangen aan onverantwoordelijk leven door energieprijzen zo hoog te maken dat landen niet meer onnodig voedsel over de wereld verslepen. Door verantwoordelijk geproduceerde voeding weer de prijs te geven die het verdient wordt ook voedselverspilling tegengegaan.
Dit is een zaak die in het Europese parlement kan en moet geregeld worden. Het zou daarom ook een goede zaak zijn als Nederlandse politici hun dubbele houding tegenover de EU laten varen. Men wil wel de Europese markten veroveren, maar zich niet houden aan effectieve regels ter bescherming van kwetsbare groepen in binnen- en buitenland.

Leeswijzer


Kijk op Facebook voor onze reactie op de actualiteit.
Aanbeveling: Thema's of steekwoorden vindt u via de labels onderaan de pagina of op Animal Freedom. Klik hier voor de laatste bijdragen.
Klik hier voor het beleid om uw privacy te beschermen.

Waarom dit blog?

De Nederlandse veehouderij is vooral gericht op zoveel mogelijk voor de export te produceren onder het motto “meer, meer, meer en groot, groter, grootst”. Dit heeft negatieve gevolgen voor zowel de dierenwelzijn, biodiversiteit, het milieu, het klimaat, de portemonnee en de gezondheid van burgers en ook voor welwillende boeren.
Dit blog verzamelt kritische artikelen die de wurggreep beschrijven waarin de veehouderij zichzelf heeft vastgezet. Zo willen we niet alleen een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van de kwaliteit van het leven voor alle belanghebbenden, maar ook aan een schone, gezonde omgeving en een beter dierenwelzijn.

Ook de argumentatie dat dieren grondrechten hebben kan beter en meer aansluiten op hoe mensen voor zichzelf vinden dat recht moet gelden. Alle dier(soort)en kunnen in hun recht op vrijheid als (intrinsiek) evenwaardig aan mensen beschouwd worden. Dierenrechten zijn mensenrechten, die mensen de kans geeft om voor dieren op te komen.
Dieren, bijv. in de intensieve veehouderij, worden behandeld als een object in plaats van een subject met gevoelens en rechten.

De snelheid en het aantal dier(soort)en dat we voortdurend gebruiken is immens. De bijdrage aan onze welvaart en economie van de agrosector is gering. De oplossing is simpel en van niemand anders dan van ons zelf afhankelijk.

Dierenrechten in woord en beeld

Vrijheid is ook een intrinsiek grondrecht voor dieren. Dieren zijn geen dingen Dierenrechten zijn mensenrechten. Mensen moeten voor dieren kunnen opkomen wanneer hun grondrecht wordt geschonden.
logo van Animal Freedom yin en yang
Lees hier over de redenen waarom dieren recht op vrijheid hebben. Lees hier waarin mens en dier evenwaardig zijn.