Mens en dier zijn (intrinsiek) evenwaardig in hun recht op vrijheid

Bij de Stichting Animal Freedom leest u over de gedachte achter dierenrechten.
Hier leest u over ontwikkelingen in de agrosector en de gevolgen voor dieren(rechten).
Alle levende wezens zijn verschillend maar evenwaardig in het recht op vrijheid op een natuurlijk leven.
Een dier is (net als een mens) geen ding of een object.
Dierenrechten zijn mensenrechten. Mensen moeten kunnen ingrijpen wanneer mensen dieren misbruiken of onrecht aandoen.

29 april 2011

Wanneer is de missie van de dierenbeweging voltooid?

De Australische filosoof Peter Singer sprak op 28 mei 2011 aan de ISVW in Leusden over dierenwelzijn en het einde van de dierenbeweging. Peter Singer is hoogleraar bio-ethiek aan de Princeton University en is vooral bekend door zijn boek Animal Liberation. Hij is een toonaangevende denker op het gebied van de utilitaristische ethiek en in het bijzonder in het denken over dieren.
Wanneer is de missie van de dierenbeweging voltooid? De vraag is actueel omdat veehouders steeds maar weer hun stallen aanpassen en de dierenbeweging steeds maar ontevreden blijft. Zou het niet beter zijn om een einddoel te formuleren, zodat de dierenkwestie in ene geregeld kan worden? Peter Singer publiceerde in 1975 het befaamde boek Animal Liberation, dat het begin vormde van de moderne dierenbeweging. Nu, veertig jaar later, gaat hij in op de einddoelen van de dierenbeweging. Zijn die doelen te formuleren? Of moeten we, ook als een doel bereikt is, weer naar nieuwe welzijnsverbeteringen streven?
Na zijn openingslezing gaat Singer met vertegenwoordigers van de dierenbeweging op zoek naar antwoorden op vragen als: moeten we nog wel inzetten op welzijnsverbetering voor dieren? Is het niet beter om te stoppen met alle gebruik van dieren? Kan een dier op termijn wel het bezit van een boer blijven? Of moeten we het dier gaan zien als een wezen met een ‘eigen leven’ - een rechtssubject?
Tot slot komen ook wat nieuwe kwesties omtrent dierenwelzijn aan de orde, zoals de huidige veeteelt gerelateerde klimaat- en gezondheidscrisis (MRSA, ESBL, etc.), de komst van het ´gemaakte dier´, happy meat en het al dan niet onrealistische ideaal van de diervriendelijke megastal.
Kunnen dierenbeschermers zoals Singer het moment aangeven waarop ze zeggen: ‘de strijd is gestreden, we zijn tevreden’?

22 april 2011

PvdD: scharrelei moet schuurei worden genoemd

Term scharrelei misleidend
Partij voor de Dieren pleit voor naamsverandering scharrelei
Persbericht Den Haag, 22 april 2011 – De Partij voor de Dieren wil dat de naam ‘scharrelei’ zo snel mogelijk wordt veranderd in de naam ‘schuurei’. Veel mensen denken bij het woord scharrelei aan een kip die in de wei heeft kunnen scharrelen, maar dat is een illusie: scharrelkippen komen nooit buiten. Alleen bij vrije uitloop- en biologische eieren kunnen kippen naar buiten. In de meeste andere landen in Europa heet het scharrelei een ‘bodemei’ of ‘schuurei’. De Partij voor de Dieren dient daarom een motie in die pleit voor naamsverandering.

Veel mensen hebben het gevoel met scharreleieren een goed product te kopen, maar uit het oogpunt van dierenwelzijn zijn het de slechtste eieren die in Nederland in de winkel verkocht worden. De Nederlandse consument verkoos de term scharrelei tot ‘Grootste Liegebeest’ in de Liegebeest verkiezing van Wakker Dier. Ook wordt het snavelkappen bij scharrelkippen nog steeds toegepast en hebben kippen nauwelijks meer dan een A-4tje ruimte. Marianne Thieme: “De term scharrelen is totaal niet van toepassing op een scharrelei, want deze komen van kippen die geen ruimte hebben om te scharrelen. Ik stel voor dat het huidige Vrije Uitloop ei een scharrelei gaat heten. Dan stappen alle consumenten die nu de schuureieren kopen automatisch over naar het ei wat ze eigenlijk wilden kopen: namelijk een ei van een kip die buiten scharrelde.”

20 april 2011

Kamervragen over vermalen vis bij waterkrachtcentrales

Vragen van het lid Ouwehand (Partij voor de Dieren) aan de staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie over massale vissterfte bij waterkrachtcentrales

Bent u ervan op de hoogte dat de voorzitter van de Werkgroep Aalherstel heeft gewaarschuwd dat er massale vissterfte optreedt bij waterkrachtcentrales, waarbij ook (Europese) bedreigde en beschermde soorten als de paling en de zalm in de turbines vermalen worden?

2. Klopt het dat in de bestaande Nederlandse waterkrachtcentrales 20 tot 30% van de vissen vermalen worden in de turbines als zij stroomafwaarts migreren? Zo neen, waar baseert u dat op?

3. Hoeveel waterkrachtcentrales in Nederland zijn uitgerust met een aantoonbaar goed werkend visgeleidingssysteem, zodat stroomafwaarts migrerende vissen ongeschonden langs de centrale worden geleid, en bij hoeveel centrales is dit nog niet op orde? Op welk wetenschappelijk onderzoek en monitoringsgegevens baseert u dit?

4. Deelt u de mening dat bestaande centrales zo spoedig mogelijk voorzien moeten worden van een aantoonbaar goed werkend visgeleidingssysteem, zodat vissen wel ongeschonden de rivieren af kunnen zwemmen, en als dit niet het geval is de centrale stilgelegd zou moeten worden?

5. Kunt u uiteenzetten hoe de sterfte van paling bij waterkrachtcentrales zich verhoudt tot de afspraken die Nederland in Europa heeft vastgelegd in kader van het Aalbeheerplan om de paling te beschermen?

6. Zijn er in het kader van het Aalbeheerplan al maatregelen genomen om paling ongeschonden langs waterkrachtcentrales te leiden? Zo ja, welke maatregelen zijn er genomen en hoe effectief zijn deze aanpassingen? Zo neen, waanneer worden deze maatregelen dan wel genomen en geëvalueerd?

7. Kunt u een overzicht geven van de stand van zaken met betrekking tot de waterkrachtcentrale in Borgharen en of er al monitoringsgegevens over de vissterfte en vispasseerbaarheid zijn?

PKN-lid laakt laken verbod op onverdoofd slachten door Synode

Aan het Moderamen van de Generale Synode van de PKN

Geacht Moderamen,

Met verbazing lazen wij het bericht “PKN-voorman Plaisier laakt verbod op onverdoofd slachten” (Trouw 15 april jl.). Ook lazen wij op internet de brief van de PKN aan alle politieke partijen met de oproep om tegen een verbod op de onverdoofde rituele slacht te stemmen.

Namens wie spreekt de PKN hier? Bij mijn weten is niet naar de mening van de afzonderlijke PKN-leden gevraagd! Als PKN-lid herken ik mij in elk geval absoluut niet in deze oproep! En velen in mijn kerkelijke kring ook niet! Ik betreur het dan ook ten zeerste dat zomaar namens mij en vele anderen die voorstander van een verbod op onverdoofd slachten zijn, deze oproep is gedaan. Bovendien betreur ik de gekozen woorden in het Trouw-bericht en op de site van de PKN (“een vorm van sentimentaliteit die hypocriet is”) Hiermee trapt Ds Plaisier mij danig op het hart. Dit is toch geen uitspraak die een pastor waardig is… Hij geeft hiermee een deel van het kerkvolk een veeg uit de pan: alsof wij denken en handelen uit sentimentaliteit, óvergevoeligheid!

Graag wil ik u nuchter en weloverwogen het volgende voorleggen:

In de brief van de PKN aan de politici wordt de “gedegenheid en onweerlegbaarheid” van de vele wetenschappelijke onderzoeken in twijfel getrokken, omdat deze op de website van het NIK worden weersproken. Naar deze website wordt in uw brief verwezen.

Dit zijn echter alle ónafhankelijke onderzoeken die alleen het belang van het dier dienen. Ze komen alle tot dezelfde uitkomst: ónverdoofd slachten is ónacceptabel.

Deze onderzoeken achten wij dan ook betrouwbaarder dan die van de religieuze groeperingen zelf, waar een belang van de eigen groepering/gemeenschap in het geding is. Dat is net als “de slager die zijn eigen vlees keurt”.

Dat het NIK op haar site beweert dat de Partij voor de Dieren aan dieren mensenrechten wil toekennen is al onzinnig. Nergens in de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens staat dat men mensen niet onbedwelmd de hals mag doorsnijden.

U stelt dat onverdoofd slachten geen inbreuk maakt op de rechten van dieren zoals die in de Joodse ethiek worden benadrukt.

Afgezien van het feit dat nergens, ook niet in de Joodse ethiek, aan dieren rechten worden toegekend (helaas), betekent het onverdoofd slachten een grote aantasting van het welzijn van het dier, dat in het gunstigste geval pas na circa een halve minuut na de halssnede het bewustzijn verliest. Afhankelijk van de diersoort kan dit zelfs oplopen tot enkele minuten.. Het dier moet dus het hele proces bewust meemaken, inclusief het stressvolle fixeren en kantelen, en dan de drie tot vijf halen met het mes door de hals. Tot het moment van bewusteloosheid verkeert het dier in een toestand van paniek, doodsangst, ontreddering, benauwdheid en pijn.
Met een reversibele elektrische bedwelming (een heel korte stroomstoot door de kop van het dier) is het dier direct buiten bewustzijn, en hoeft dan ook niets van alle voorbereidende handelingen (zoals het fixeren en kantelen) noch van de halssnede zelf bewust mee te maken. Het voorkomt veel dierenleed en na het toedienen van de bedwelming kan het dier alsnog ritueel worden gedood. Dit alles is in diverse landen w.o. in Nederland wetenschappelijk aangetoond. Een reversibele bedwelming wil dus zeggen dat het dier, indien het niet wordt gedood, binnen enkele minuten weer volkomen gezond bijkomt. Er wordt dus niets van het dier beschadigd door de bedwelming. Het leegbloeden van het karkas geschiedt even snel en volledig als wanneer het dier niet is bedwelmd. Ook dat is wetenschappelijk aangetoond. Na deze bedwelming kan het dier alsnog ritueel gedood worden.
Een reversibele bedwelming hoeft dus het ritueel doden van het dier niet in de weg te staan.
(Trouwens, waarom mogen Joodse jongetjes wél een verdoving krijgen voor de rituele besnijdenis? Waarom dit onderscheid?)

Voorts bevreemdt het u dat onze maatschappij zich zo weinig gelegen laat liggen aan het vermijden van dierenleed zoals in de vleesindustrie.

Maar heeft de Generale Synode de politici wel eens opgeroepen de intensieve vee-industrie, de veetransporten en de grove misstanden in vele slachthuizen terug te dringen of zelfs te beëindigen?

In de maatschappij werkt het juist anders. Hoeveel maatschappelijke groeperingen zijn er niet die tegen de mens- en dieronterende intensieve vee-industrie ageren en daar ook alternatieven voor hebben aangedragen? Het is dus niet alleen maar (zoals Ds Plaisier in Trouw zei) “het uitziften van de (in uw ogen) mug“ (de smartelijke dood van jaarlijks twee miljoen dieren), in tegenstelling tot de “kameel” (het overige dierenleed). Zeer veel consumenten kopen diervriendelijker producten en daarnaast is het aantal vegetariërs en veganisten fors groeiende. Er is kennelijk een proces gaande in de maatschappij, dat niet meer te stuiten is, en gelukkig laten ook veel PKN-leden zich meenemen in dat proces. Dat de intensieve vee-industrie nog onverminderd doorgaat in Nederland en zich nog steeds verder uitbreidt (megastallen) is hoofdzakelijk voor de vee- en vleesexport.

Het doet ons deugd dat de Generale Synode nu ook haar zorgen uit over het gigantische dierenleed in onze vee-industrie. Hopelijk kunnen we binnenkort een oproep van de PKN aan de politiek verwachten tegen de dieronwaardige vee-industrie!? De Partij voor de Dieren en de vele dierenorganisaties zouden zich daar zeer door gesteund weten in hun strijd voor een humanere behandeling van onze dieren!

Het verheugt ons, dat in de bijbel aanzetten gegeven worden voor een menswaardige en diervriendelijke omgang met dieren (de andere schepselen die er eerder waren dan de mens) zoals bijvoorbeeld: het onder lasten bezwijkende dier (zelfs dat van de vijand) moet men immers helpen. Voor wie geen stem heeft komt men op.
Kan mijn kerk de stem zijn van al wie vandaag lijdt en zelf geen stem heeft?

Graag zouden wij met u van gedachten willen wisselen over het bovenstaande. In een open gesprek en met wederzijds respect.

In afwachting van uw reactie verblijven wij,

Met vriendelijke groet, en hoogachting,

mevr. E. de Boer, lid van de PKN en
secr. Stichting “Rechten voor al wat leeft

Als een megastal niet meer mag, dan is er weer zicht op kwaliteit van leven

Peter de Graaf interviewt voor de Volkskrant van 19 april 2011 varkensboer Jos Heijmans. Volgens Heijmans maakt het de varkens niet uit of zij met honderd of met duizend in de stal staan. En wie zou hem daarin ongelijk geven? Protest kost geld. Sterker nog, "vroeger waren de stallen klein, donker, koud en tochtig en vroren de biggen ’s winters aan het beton vast. De megastal heeft meer voor- dan nadelen" volgens Heijmans. “We zijn een productiebedrijf, we maken vlees. Als dit niet mag, dan houdt het op”.
Vanuit het perspectief van de varkensboer is het leven simpel: hoe grootschaliger, hoe efficiënter, dus hoe groter de winst. En de consument profiteert mee met lage vleesprijzen.
Het bezwaar tegen het grootschalig houden van varkens zit ‘m niet in de aantallen in één stal. Het bezwaar is tegen het gebrek aan kwaliteit van het leven van een varken of koe in een stal, groot of klein. Zo'n dier komt niet meer buiten.
Het bezwaar zit ‘m ook in de gevolgen van het toelaten van zo veel megastallen in ons land. We produceren het drievoudige aan vlees en zuivel dan wat de directe omgeving nodig heeft. Twee derde wordt geëxporteerd en jaagt buitenlandse boeren ook naar grootschaligheid en stuwt de vleesconsumptie op. Het gevolg is dat het veevoer van ver moet worden gehaald en het klimaat opwarmt. Door de concurrentie en het onnatuurlijke leven van de dieren in een stal is er veel dierenleed en milieuvervuiling. De overlast voor de directe omgeving is vooral de lelijkheid en minder dan vroeger de stank.
Het bezwaar is ook de overbodigheid. Door megastallen verdienden de eigenaren veel geld, maar hun product is eigenlijk overbodig. De mens kan ook zonder en zonder vlees en zuivel is er op aarde voor een veelvoud aan mensen, dieren en vrije natuur voldoende ruimte en voedsel. Vlees en zuivel uit een megastal vreet ruimte buiten en in het buitenland in tegenstelling tot wat sommigen denken. Waarom zouden we dan toelaten dat ons land wordt volgebouwd met lelijke vleesfabrieken vol dierenleed om de portemonnee van een kleine groep te spekken? We kunnen de ruimte en grondstoffen voor veevoer veel beter gebruiken om mensen in binnen- en buitenland een aangename leefomgeving te bezorgen waar dieren uit de vrij natuur ook ruimte genoeg hebben om te leven. Zodat kwaliteit van de leefomgeving weer bijdraagt aan levensgeluk.

19 april 2011

Nederland hoog in de lijst met veel dierenleed

Volgens de Stichting Dierenhulp is ons land in 2011 twee plaatsen gestegen op de top van landen met de meeste dierenleed, door het verhandelen van zieke paarden, handel in tal van levende dieren via websites en het verlenen van een jachtvergunning aan leden van het Koninklijk huis. Ook de talloze meldingen over mishandelen en verminken van eenden, ganzen, zwanen, honden en katten zorgen ervoor dat ons land nu op de vierde plek staat.

De top tien van dieronvriendelijke landen ziet er als volgt uit.

1 Griekenland
2 Spanje
3 Nederlandse Antillen
4 Nederland
5 Roemenie
6 Turkije
7 Venezuela
8 Bulgarije
9 Egypte
10 Portugal

Verbod op doden paling door zoutbad

Historische doorbraak: einde onverdoofd doden paling

Persbericht PvdD, Den Haag, 19 april 2011 – De motie van de Partij voor de Dieren voor een verbod op het onverdoofd doden van palingen door middel van een zoutbad is vanmiddag door de Tweede Kamer aangenomen. Deze barbaarse traditionele methode voor het doden van paling met zout levert veel pijn en stress in een langdurige doodstrijd.

De Raad voor Dieraangelegenheden concludeerde daarom al in 2003 dat het ontslijmen van paling met zout een onacceptabele dodingsmethode is. Er is tegenwoordig een
alternatief beschikbaar waarbij palingen voorafgaand aan de slacht binnen een seconde kunnen worden verdoofd. De Partij voor de Dieren vraagt daarom in haar motie aan de regering regelgeving te ontwikkelen voor verdoving voorafgaand aan de slacht.

Voor landbouwhuisdieren geldt al de wettelijke verplichting om dieren voorafgaand aan de slacht binnen korte tijd buiten bewustzijn te brengen, om de dieren zo min mogelijk pijn en stress te laten verduren. Voor vissen gelden deze regels nog niet en vooral voor palingen leidt dat tot een afschuwelijke dood.

Esther Ouwehand: “Ik ben blij dat een meerderheid in de Tweede Kamer het met de Partij voor de Dieren eens is dat het doden van paling door middel van een zoutbad een wrede traditie is. Er is tegenwoordig een verdovingsapparaat beschikbaar om een paling voorafgaand aan de slacht te verdoven. Dat er wettelijke regels worden opgesteld is daarbij zeer belangrijk, want anders kan er niet gegarandeerd worden dat die zoutbaden echt niet meer voorkomen.”

De Partij voor de Dieren pleit al langer voor beschermende maatregelen en voor wetgeving voor het doden van vissen en het beperken van pijn en stress voorafgaand aan de slacht. Al in 2008 bijvoorbeeld diende de partij een motie in voor verbod op het doden van palingen door middel van een zoutbad. Die haalde het toen niet. De motie is vandaag aangenomen met steun van SP, PvdA, GroenLinks, D'66 en PVV.

16 april 2011

Is de manier waarop je dieren slacht een grondrecht?

Nu de discussie in de Tweede Kamer wordt gehouden of ritueel slachten mag/moet worden verboden, komen uiteraard ook de consequenties daarvan op tafel.
De meeste rituele slacht betreft de manier waarop moslims geiten en schapen slachten, maar ook de koosjere slacht van de Joodse samenleving valt daaronder. De rabbijnen vinden dat onverdoofd koosjer (in het Jiddish “kosher”) slachten een aspect van godsdienstvrijheid is (Zie ook de gedragsvoorschriften uit de Halacha).
In vrijwel alle godsdiensten is de ethiek afgeleid van de gouden regel “wat gij niet wilt dat u geschiedt, doe dat ook een ander niet”. Wie niet houdt van dubbele ontkenningen “vrijheid van de een houdt op waar de vrijheid van de ander begint”. Houdt de vrijheid van godsdienst niet op, waar de vrijheid van levende wezens begint? Vrijheid is dus een grondrecht. Wanneer je vindt dat dit grondrecht van vrijheid ook voor dieren geldt, dan pas je jouw voedingswijze daar op aan. Ook een Jood of Islamiet kan vlees laten staan. Dieren slachten is geen verplichting en daarbij verdoofd worden een kleinere vorm van dierenleed.
Alle 2500 dieren die in Nederland jaarlijks kosher worden geslacht, worden in één slagerij in Amsterdam geslacht. Wordt dit in Nederland verboden, dan kan het vlees vanuit het buitenland worden geïmporteerd. Groot is het probleem niet, maar voor Joden en Islamieten onprettig ("gekwetst" is een groot woord), omdat zij zelf vinden dat zij dieren voor de slacht gebruiken die een veel beter leven hebben gehad dan de dieren, die normaal worden gegeten. Die leven een dieronwaardig saai leven in een stinkende stal, met veelal duizenden soortgenoten, terwijl de dieren die kosher geslacht worden hebben buiten gelopen in de frisse lucht en hooguit in de laatste minuten van hun leven dierenleed ondergaan.
Het is dan ook een ironische samenloop van de loop van de geschiedenis dat Marianne Thieme, die net als de Joden op zaterdag sabbat houdt omdat zij lid is van de Zevendedags Adventisten, de woordvoerster is van degenen die ritueel slachten willen verbieden. Maar Marianne is vegetariër, haar echtgenoot een vegetarische slager. Zou het niet eens tijd worden dat de Joodse geloofsgemeenschap haar eeuwenoude tradities eens onder een moderne loep zouden bekijken?
Veertig jaar geleden liepen Nederlandse vrouwen in het openbaar met een hoofddoek. Als uiting van emancipatie hebben zij dat afgelegd. Tegenwoordig is het dragen van een hoofddoek voor islamitische vrouwen een teken van emancipatie. Emancipatie is het sleutelwoord. Zou het laten staan van vlees niet voor iedere wereldburger een emancipatoire handeling zijn? Doen zij het niet dan is er voor de groeiende wereldbevolking te weinig voedsel. Laten ze vlees wel staan dan heeft de aarde genoeg voedsel voor 40 miljard mensen.
Soms de uiterlijke vorm van jouw geloof veranderen kan van levensbelang zijn. Degene die het leven van een levend wezen redt, heeft de hele mensheid gered (5: 32). Een kleine stap voor een geloofsgemeenschap en een grote stap voor de mensheid.

13 april 2011

Waarom wordt er zoveel antibiotica gebruikt in de veehouderij?

In de berichtgeving over het overmatige gebruik van antibiotica in de intensieve veehouderij wordt vaak het aspect overgeslagen dat antibiotica groeibevorderend werkt. Het gaat niet alleen de groei van bacteriën tegen die de opeengepakte dieren in de stallen beschermen tegen ziektes, maar het zorgt er ook voor de dieren eerder slachtrijp zijn.
Geen wonder dat de boeren links -of rechtsom zoveel mogelijk antibiotica inzetten. Maar de bacteriën worden ook resistent gemaakt en de kans wordt steeds groter dat de mens die dergelijke bacteriën bij zich draagt niet meer kan worden geholpen bij een infectie en sterft.
Wil het overmatige antibioticagebruik worden uitgebannen, dan moet het voor een boer minder aantrekkelijk worden om snel te kunnen slachten en veel dieren te houden. Die snelheid en hoeveelheid is nu nog aantrekkelijk omdat Nederland de dierlijke producten op heel veel internationale markten concurrerend kan afzetten.
Een opzet van de veehouderij waarbij de nadelen van het intensief houden van vee ook daadwerkelijk en geheel wordt doorberekend aan de boeren kan de grootschaligheid tegengaan. Dat kan door de eis van grondgebondenheid te stellen, dat wil zeggen dat zowel het veevoer afkomstig is uit de directe omgeving als dat de mest wordt afgezet op eigen grond. Maak een systeem waarbij de koe, het varken of de kip die zelf mesten op het land minder kost dan het jaarrond op stal houden van dieren. Uiteraard moet dit samengaan met een forse reductie van de Nederlandse veestapel en een op natuurlijke manier omgaan met ziektes. Die veestapel is nu nog drie keer zo groot dan de afzet in eigen land. Net als de mens zou een dier ziek mogen worden en herstellen en dat kan gemakkelijker worden georganiseerd met een kleiner hoeveelheid dieren in ons land.
Wanneer vlees duurder wordt en het aantrekkelijker wordt om vleesloos te eten kan een veelvoud van mensen op de aarde worden gevoed en scheelt het bovendien in de opwarming van het klimaat.

Leeswijzer


Kijk op Facebook voor onze reactie op de actualiteit.
Aanbeveling: Thema's of steekwoorden vindt u via de labels onderaan de pagina of op Animal Freedom. Klik hier voor de laatste bijdragen.
Klik hier voor het beleid om uw privacy te beschermen.

Waarom dit blog?

De Nederlandse veehouderij is vooral gericht op zoveel mogelijk voor de export te produceren onder het motto “meer, meer, meer en groot, groter, grootst”. Dit heeft negatieve gevolgen voor zowel de dierenwelzijn, biodiversiteit, het milieu, het klimaat, de portemonnee en de gezondheid van burgers en ook voor welwillende boeren.
Dit blog verzamelt kritische artikelen die de wurggreep beschrijven waarin de veehouderij zichzelf heeft vastgezet. Zo willen we niet alleen een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van de kwaliteit van het leven voor alle belanghebbenden, maar ook aan een schone, gezonde omgeving en een beter dierenwelzijn.

Ook de argumentatie dat dieren grondrechten hebben kan beter en meer aansluiten op hoe mensen voor zichzelf vinden dat recht moet gelden. Alle dier(soort)en kunnen in hun recht op vrijheid als (intrinsiek) evenwaardig aan mensen beschouwd worden. Dierenrechten zijn mensenrechten, die mensen de kans geeft om voor dieren op te komen.
Dieren, bijv. in de intensieve veehouderij, worden behandeld als een object in plaats van een subject met gevoelens en rechten.

De snelheid en het aantal dier(soort)en dat we voortdurend gebruiken is immens. De bijdrage aan onze welvaart en economie van de agrosector is gering. De oplossing is simpel en van niemand anders dan van ons zelf afhankelijk.

Dierenrechten in woord en beeld

Vrijheid is ook een intrinsiek grondrecht voor dieren. Dieren zijn geen dingen Dierenrechten zijn mensenrechten. Mensen moeten voor dieren kunnen opkomen wanneer hun grondrecht wordt geschonden.
logo van Animal Freedom yin en yang
Lees hier over de redenen waarom dieren recht op vrijheid hebben. Lees hier waarin mens en dier evenwaardig zijn.