Mens en dier zijn (intrinsiek) evenwaardig in hun recht op vrijheid

Bij de Stichting Animal Freedom leest u over de gedachte achter dierenrechten.
Hier leest u over ontwikkelingen in de agrosector en de gevolgen voor dieren(rechten).
Alle levende wezens zijn verschillend maar evenwaardig in het recht op vrijheid op een natuurlijk leven.
Een dier is (net als een mens) geen ding of een object.
Dierenrechten zijn mensenrechten. Mensen moeten kunnen ingrijpen wanneer mensen dieren misbruiken of onrecht aandoen.

27 april 2009

PvdD vraagt ministers naar relatie bio-industrie en varkensgriep

Partij voor de Dieren stelt Kamervragen over varkensgriep

Persbericht Den Haag, 27 april 2009 - De Partij voor de Dieren maakt zich ernstig zorgen over de uitbraak van varkensgriep in Mexico en de verspreiding van het virus naar andere delen van de wereld. Marianne Thieme heeft daarom Kamervragen gesteld aan de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.

In heel Mexico zijn inmiddels ruim 1300 mensen besmet met het virus. Volgens de Wereldgezondheidsorganisatie zijn mogelijk 60 mensen overleden aan de varkensgriep terwijl het einde van de golf nog lang niet in zicht lijkt te zijn. Inmiddels heeft het virus ook de Verenigde Staten, Canada en Spanje bereikt. Deze specifieke variant, subtype van het Influenza A-virus H1N1, is in tegenstelling tot de meeste varkensgriepsoorten overdraagbaar van mens tot mens. De Mexicaanse autoriteiten zijn inmiddels een grootschalige vaccinatiecampagne gestart tegen het virus.

Tot nu toe is er weinig aandacht voor de oorzaak van de besmetting, maar de kans is groot dat intensieve varkenshouderijen de veroorzaker zijn van dit gemuteerde griepvirus. In de intensieve en grootschalige varkensfabrieken worden dieren dicht op elkaar gehouden en hebben zij geen ruimte om hun natuurlijke gedrag te uiten. Daardoor ontstaat stress en verzwakt het immuunsysteem. Virussen als de varkensgriep krijgen hierdoor vrij spel. De Partij voor de Dieren wil van de ministers weten of zij erkennen dat het ontstaan van dit virus direct te maken heeft met de intensieve veehouderij en wat zij van plan zijn te doen tegen de verspreiding ervan.

Tot zover het persbericht van de PvdD.
Zie ook "Intensieve varkenshouderij is een gevaar voor de volksgezondheid".

24 april 2009

Als de boeren een klein stapje terugdoen is dat de redding van veel vogels

De Vogelbescherming roept de boeren op om een klein stapje terug te doen:

Soorten als veldleeuwerik, patrijs en grauwe gors zijn met meer dan 90% afgenomen sinds de jaren zestig. Gele kwikstaart, kneu en graspieper zijn sinds die tijd gehalveerd. Agrarisch natuurbeheer kan uitkomst bieden, maar daar moeten dan wel voldoende financiële middelen tegenover staan.

Oorzaken van de sterke achteruitgang van akkervogels komen door een steeds verdere intensivering van de landbouw. Schaalvergroting en het verdwijnen van natuurlijke landschapselementen leiden tot vermindering van broedgebied. Door intensief gebruik van pesticiden en kunstmest ontstaat er minder voedselaanbod. Efficiëntere oogstmethoden hebben tot gevolg dat er ook ’s winters minder voedsel aanwezig is, waardoor er dan meer vogels sterven.

Onderzoek toont aan dat agrarisch natuurbeheer uitkomst kan bieden. De aanleg van brede akkerranden zal leiden tot hogere dichtdeden van onder meer veldleeuwerik en grauwe kiekendief. Het laten overstaan van granen resulteert in hoge aantallen grauwe gors, kneu, geelgors en veldleeuwerik in de wintermaanden. Bijkomend voordeel van deze maatregelen is dat ze goed inpasbaar zijn in de gangbare bedrijfsvoering van akkerbouwers.

Natuurlijke plaagbestrijding

De akkerranden zorgen voor beschutting van weidevogels om te broeden en voldoende voedsel, zoals insecten. Ook zorgen de insecten voor natuurlijke plaagbestrijding, zoals het verminderen van luis in de gewassen.

Meer lezen over akkerranden beheer? Klik hier.


 

Nederlandse boeren drukken elkaar uit de markt

Over tien jaar zijn er van elke drie land- en tuinbouwbedrijven in Nederland nog maar twee over. De helft van de melkveebedrijven is dan verdwenen. Het aantal koeien blijft wel ongeveer gelijk, maar de varkensstapel zal krimpen. Dat voorspellen deskundigen van het LEI.

De tendens tot het maken van een supersprong in de grootte van het aantal koeien dat permanent in een megastal wordt gehouden gaat niet alleen ten koste van dierenwelzijn, maar drukt ook boeren uit de markt. Er is domweg niet voldoende ruimte in ons land om alle boeren te laten uitbreiden. De Nederlandse boer produceert voornamelijk voor het buitenland.

Het gevolg van deze ontwikkeling is dat het Nederlandse platteland voor lange tijd een stuk lelijker wordt.

23 april 2009

CDA kamerlid schoffeert vleesverminderaars

Europese Lijsttrekker van de Partij voor de Dieren, Natasja Oerlemans, schrijft webstrijd uit.

Beste vegetarische recept om Henk Jan Ormel en Europese Christendemocraten op andere gedachten te brengen

Persbericht PvdD: Den Haag, 23 april 2009 –Natasja Oerlemans heeft een webstrijd uitgeschreven om het vleesgeworden cynisme van het CDA te doorbreken met lekkere hapjes. Dierenarts en CDA kamerlid Henk Jan Ormel is gek op het proeven van dieren. Zozeer dat hij op radio 1 en in een kamerdebat pleitte voor een verbod op het vegetarisch kookboekje van het Voedingscentrum, ‘een dag zonder vlees’.

En het geld dat zou ‘vrijkomen’ door het vegetarisch kookboek te schrappen, zou wat Ormel betreft besteedt moeten worden aan een publiekscampagne om de ‘zegeningen’ van de dierproeven aan een groot publiek bekend te maken.

Provocatie zit een beetje in het bloed van veel CDA-ers, eerder pleitte fractiegenoot Koopmans al voor een rehabilitatiecampagne voor foie gras, pleitte CDA landbouwminister Gerda Verburg ervoor scholieren het bos in te sturen om zelf illegaal hazen te gaan vangen en sprak Annie Schreijer-Pierik de gedenkwaardige woorden “een haas hoort in de pan, geschoten door mijn Jan”.

En de Christendemocraten in het Europees Parlement eisten met succes dat vleesvermindering zou worden geschrapt uit een lijst van 200 klimaatbesparende maatregelen.

Daarmee schoffeert het CDA de 800.000 vegetariërs en 3,5 miljoen vleesverlaters die overtuigd zijn van het nut van vleesvermindering. CDA fractievoorzitter Pieter van Geel noemde vlees (in de tijd dat hij staatssecretaris van VROM was) nog ‘het meest milieuonvriendelijke deel van ons voedselpakket’, maar fractielid Ormel lijkt een duidelijk ander signaal af te willen geven.

Pleitte Wilders eerder voor een verbod op de Koran, nu zouden vegetarische kookboekjes of milieubesparingstips verboden moeten worden volgens het CDA.

Daarom roept Natasja Oerlemans iedereen die een maaltijd zonder vlees kan waarderen, op om zijn of haar favoriete vegetarische recept te mailen naar Henk Jan Ormel en de Europese Christendemocraten.

Inzenden kan via www.partijvoordedieren.nl en de 5 meest originele inzendingen worden beloond met het meest omvangrijke vegetarische kookboek ooit: De Dikke Vegetariër van New York Times foodcolumnist Mark Bittman. Het boek telt meer dan 1000 pagina’s en 2000 vegetarische recepten en is nog steeds niet verboden!

18 april 2009

Hoe moffel je een megastal weg?

De ene groep boeren dringt de andere groep uit de markt. Alleen degenen die groot denken zullen nog een tijdje overleven. Daarmee komt het einde van de bio-industrie een stap dichterbij. Maar eerst moet de Nederlandse burger nog de horizonvervuiling verdragen van de megastallen die gebouwd worden voor koeien, varkens en kippen.
Grote veestapels bijeen in 1 stal maken bedrijfsvoering relatief goedkoop. Het vooruitzicht op een groeiende afzet in een globale markt, maakt dat de moderne boer haast heeft en dat alle zeilen worden bijgezet in een discutabel politiek maatwerk.
Het aantal grootschalige boeren is niet zo groot en de aanslag op het landschap des te meer. De provincie stuurt daarom de ambtenaren de boer op van de megalomanen onder de veehouders. In zogenaamde keukentafelgesprekken wordt ervoor gezorgd dat de boer zo snel mogelijk zijn zin krijgt en dat het resultaat zo min mogelijk uit de toon valt in het landschap.
Omdat er veel geld valt te verdienen zijn ook de architecten van de partij. Evenals de universiteit van Wageningen. Zij onderzoekt hoe het zou kunnen, desnoods voor het gehoor van het buitenland, dat vervolgens dankbaar de concurrentie met de Nederlandse boer aangaat en daarmee de sector versneld om zeep helpt. De Nederlandse boer neemt over wat hem geld oplevert en laat achterwege wat het dier welzijn zou opleveren.
Prijsvragen worden uitgeschreven, erfbeplanting begroot, iedereen werkt samen om de grootse dromen van de laatste veehouders te verwezenlijken. Brutalen bebouwen de halve wereld.
Bijna niemand die nog vraagt of het allemaal nog leidt tot verhoging van het dierenwelzijn. De dieren komen niet meer buiten, hoogstens gelucht op de binnenplaats of een uitzondering, breed uitgemeten in de pers, daargelaten. Binnen wordt met minimale middelen de arbeid wegbezuinigd en aan de koe of het varken met nog wat lapmiddelen wordt de suggestie van welzijn gegeven. Melkrobots, roterende borstels, waterbedden en computergestuurde voeding moeten het oog van de meester vervangen. Het oog van de meester maakte mogelijk vroeger varkens vet, maar in de moderne stal zijn de koeien mager, uitgemolken tot op het bot.
Kan de burger uit de stad die vanwege de economische crisis een extra vakantie op het platteland dit zien aan de buitenkant? Het is maar de vraag of hij een stal herkent, want er is alles aangedaan om niet op te vallen: geen verrommeling meer en dichte erfbeplanting onttrekken de grootschalige bedrijfsvoering zo veel mogelijk aan het oog.
Misschien ziet de naïeve toeristische fietser de mestvergister als een fata morgana van een oosterse kathedraal, in plaats van een fabriek waarin afval en mest tot energie wordt opgewerkt met 50% subsidie van zijn zuurverdiende belastingcenten. Zou hij zo naïef zijn om te denken dat de biologische boer minder megalomaan is?

Dit alles omdat de moderne boer een ondernemer is geworden, die zijn geld verdient op verre markten. Vroeger bracht de boer de opbrengst naar de lokale markt. Nu is hij slaaf geworden van de verwerkende agro-industrie, die haast heeft in de slag om de wereldmarkt.

11 april 2009

Het manifest van Brambell

Minister Ter Horst wil een soort manifest voorleggen aan organisaties die zich bezighouden met dierenwelzijn. In dit manifest zou moet staan dat men zich afkeert van acties die gepaard gaan met geweld. Er is in den Haag kennelijk een soort hysterie ontstaan wegens het feit dat een paar lieden in dit land menen voor dieren op te moeten komen door mensen te bedreigen, brand te stichten en andere dingen te doen die wettelijk en moreel niet door de beugel kunnen. Terecht is dit hersenspinsel van mevrouw Ter Horst afgebrand, op een enkele partijpolitieke uitzondering na. Het is natuurlijk ongerijmd mensen te laten verklaren dat zij zich aan de wet zullen houden en geen acties zullen ondernemen die in strijd daarmee zijn. Iedere burger in dit land is gehouden de wet te gehoorzamen en bij overtreding wordt die burger daar op passende wijze op aangesproken. Er is ook geen enkele reden aparte wetgeving te genereren om het gewelddadig dierenactivisme adequaat aan te pakken. De bestaande wetgeving voorziet daar namelijk uitstekend in! Ook de mededeling dat wanneer men weigerachtig zou zijn genoemd manifest te ondertekenen, dat extra aandacht van de overheid tot gevolg zou hebben is een regelrechte belediging van al die goedwillende, betrokken en gemotiveerde mensen en organisaties in dit land die zich terecht druk maken over wat er met dieren gebeurt. Organisaties als de Dierenbescherming, Wakker Dier, Varkens in Nood, Bont voor Dieren, Wilde dieren de tent uit en niet te vergeten de Partij voor de Dieren en vele andere zijn opgericht door en bemensd met betrokken, integere en loyale lieden die een respectvolle behandeling van dieren nastreven, iets wat in deze overconsumptiemaatschappij beslist geen vanzelfsprekendheid is.
Maar stel nu eens dat die verklaring er toch zou komen en stel nu eens dat al die brave dierenactivisten, al dan niet gedwongen, die verklaring zouden ondertekenen. Zou het dan ook niet eerlijk zijn dat er nog een verklaring komt en wel van de kant van hen tegen wie de acties van de activisten zich richten?
Wat zou er dan onredelijk zijn aan een verklaring dat men zich bij het houden van dieren verplicht “de vijf vrijheden van Brambell”* te respecteren en na te leven?
De minister van LNV, mevrouw Verburg, heeft namelijk zelf aangegeven wat zij onder het begrip dierenwelzijn verstaat:

Dierenwelzijn betreft de kwaliteit van het leven van het dier, waarbij de houder de ‘vijf vrijheden’ respecteert en daarmee de grenzen van het adaptatievermogen van het dier niet overschrijdt.

Die vijf vrijheden zijn:

Dieren zijn vrij:
1. van dorst, honger en onjuiste voeding;
2. van fysiek en fysiologisch ongerief;
3. van pijn, verwondingen en ziektes
4. van angst en chronische stress;
5. om hun natuurlijk (soorteigen) gedrag te vertonen.


Let wel, het gaat hier om dieren die “gehouden” worden, wat nog iets anders is dan dieren waarvan gehouden wordt! Want de tegenwerpingen voel ik al aankomen. “In de natuur wordt ook honger en dorst geleden, hebben dieren pijn, angst en stress en gaan ze soms ellendig dood”! Ja, lijden is inherent aan het leven. Dat geldt voor mensen en andere dieren. Lijden dat door de mens wordt toegebracht aan andere levende wezens zonder dat daar een noodzaak of acceptabele reden voor bestaat is iets wat in een zich beschaafd noemende samenleving voorkomen en bestreden moet worden.
Het moge duidelijk zijn dat strikte naleving van “de vijf vrijheden” het absolute einde van de bio-industrie zou betekenen. Want als ergens deze regels met voeten worden getreden is het wel in die sector. Maar ook activiteiten als in circussen “optredende” wilde dieren, exploitatie van dierentuinen, allerlei sporten die, soms letterlijk, over de ruggen van dieren worden bedreven, kortom alles wat de mens meent te kunnen en mogen uitvreten met dieren op grond van zijn vermeende superioriteit zou dan ernstig heroverwogen moeten worden. En die heroverweging zou wel eens kunnen resulteren in het feit dat velen een andere broodwinning of hobby moeten gaan zoeken.
Ik zal het goed met de Minister maken. Als zij en/of haar medebewindslieden er voor zorgen dat de ideeën van meneer Brambell worden nagekomen wil ik wel een handtekening zetten onder een verklaring dat ik geen stoute dingen zal doen.

*In 1965 kreeg de commissie Brambell opdracht van de Britse regering voorwaarden vast te stellen waaronder dieren gehouden zouden moeten worden.

09 april 2009

Varkens in Nood hekelt supermarkt

Supermarkten adverteren massaal met goedkoop industrievlees

Persbericht Supermarktmonitor Varkens in Nood: biologisch vlees en vleesvervangers worden in reclamefolders nauwelijks aangeprezen.
Supermarkten benadrukken graag dat ze dierenwelzijn hoog in het vaandel hebben. Hun reclamefolders zijn echter gevuld met aanbiedingen van dieronvriendelijk vlees. Biologisch vlees en vleesvervangers zijn in de folders niet of nauwelijks te vinden. ‘Vlees eten is slecht voor de dieren en slecht voor het milieu. Reclame maken voor goedkoop vlees is onethisch’, stelt Hans Baaij, directeur van Stichting Varkens in Nood.

Met het paasfeest voor de deur, dat van oudsher wordt gevierd met een veelheid aan dierlijke producten, is Varkens in Nood een onderzoek gestart naar de frequentie waarmee supermarkten industrievlees, biologisch vlees en vleesvervangers aanprijzen. In 92 procent van de aanbiedingen bleek het om industrievlees te gaan.

Albert Heijn gaat er prat op de grootste te zijn op het gebied van vleesvervangers. De supermarkt zegt de consument aan te moedigen om minder vlees te eten. Loze woorden, zo blijkt uit het onderzoek van Varkens in Nood. Albert Heijn maakte in de onderzochte periode 24 keer reclame voor gangbaar industrievlees. Biologisch vlees en vleesvervangers waren in folders van de supermarkt niet te vinden.

C1000 deed het in de zes weken die het onderzoek besloeg niet beter. De supermarkt heeft in de onderzochte periode 39 keer industrievlees onder de aandacht gebracht. Biologisch vlees en vleesvervangers bleven in de folders van de supermarkt achterwege. Ook Jumbo, Dekamarkt, Aldi en Lidl maakten louter reclame voor vlees van dieren die onder erbarmelijke omstandigheden zijn gehouden en geslacht.

Van de dertien supermarkten onderscheidde alleen Dirk van de Broek zich in positieve zin wat betreft het aanprijzen van biologisch vlees. De supermarkt maakte in haar folders 23 keer reclame voor biologisch vlees tegenover 52 reclames voor industrievlees. Varkens in Nood hoopt dat de supermarkt die voortrekkersrol ook in de toekomst blijft vervullen.

Biologisch vlees speelt een ondergeschikte rol in supermarktfolders, maar vleesvervangers lijken werkelijk producten waarvoor supermarkten zich schamen. Samen maakten de dertien supermarkten slechts tien keer reclame voor vleesvervangers, tegenover 609 reclames voor vlees.

Supermarkten kunnen veel betekenen als het gaat om het uitbannen van dierenleed in de vee-industrie. Ze hebben immers veel invloed op het koopgedrag van de consument. Varkens in Nood ziet graag dat supermarkten hun diervriendelijke producten promoten. De stichting zal daarom haar onderzoek voortzetten en elk kwartaal een supermarktmonitor publiceren.

Zie ook deze video over hoe supermarkt marketing werkt.

04 april 2009

Varkens lijden door verdoving en verveling

Journaliste Pauline Veen van Eenvandaag bekeek samen met oud-dierenarts en verdovingsexpert Reinder Hoenderken beelden van een verdoving van varkens met CO2.
In haar weblog schrijft zij:
Vijf keer zie ik een varken in totale paniek zijn kop heen en weer slaan tegen de wand van de bak. Zijn voorpoten zitten vastgebonden om ervoor te zorgen dat de elektroden op zijn hoofd, die de hersenactiviteit moeten meten, er niet afvliegen. Maar anders waren er echt ongelukken gebeurt, met zo’n beest van 120 kilo. Hij probeert echt alles om eruit te komen, tevergeefs. Als leek denk ik: dit is toch wel ‘onaanvaardbare pijn en opwinding’.
Dertig jaar oude beelden ja, maar: het gas is niet veranderd, de dieren zijn niet veranderd, de methode is niet veranderd. Alles gaat zoals het toen ging.
En dus kunnen we dankzij de boven water gehaalde filmbeelden ons na dertig jaar weer afvragen: lijden onze varkens?

Oordeelt u zelf: op Eenvdaag kunt u de uitzending bekijken die collega Simone Timmer en ik erover maakten.

Tot zover het weblog.

In de uitzending rekent Hoenderken voor dat bij een slachterij die jaarlijks 5 miljoen varkens slacht, die elk 20 seconden lijden ("ongerief") door bovengenoemde methode van verdoven, 100.000.000 seconden dierenleed oplevert.
Helaas is dit niet enige moment dat een varken lijdt in zijn leven. In de zes maanden die een varken in zijn korte leventje opgroeit in een saaie stal mag ook de verveling gerekend worden onder dierenleed.

Leeswijzer


Kijk op Facebook voor onze reactie op de actualiteit.
Aanbeveling: Thema's of steekwoorden vindt u via de labels onderaan de pagina of op Animal Freedom. Klik hier voor de laatste bijdragen.
Klik hier voor het beleid om uw privacy te beschermen.

Waarom dit blog?

De Nederlandse veehouderij is vooral gericht op zoveel mogelijk voor de export te produceren onder het motto “meer, meer, meer en groot, groter, grootst”. Dit heeft negatieve gevolgen voor zowel de dierenwelzijn, biodiversiteit, het milieu, het klimaat, de portemonnee en de gezondheid van burgers en ook voor welwillende boeren.
Dit blog verzamelt kritische artikelen die de wurggreep beschrijven waarin de veehouderij zichzelf heeft vastgezet. Zo willen we niet alleen een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van de kwaliteit van het leven voor alle belanghebbenden, maar ook aan een schone, gezonde omgeving en een beter dierenwelzijn.

Ook de argumentatie dat dieren grondrechten hebben kan beter en meer aansluiten op hoe mensen voor zichzelf vinden dat recht moet gelden. Alle dier(soort)en kunnen in hun recht op vrijheid als (intrinsiek) evenwaardig aan mensen beschouwd worden. Dierenrechten zijn mensenrechten, die mensen de kans geeft om voor dieren op te komen.
Dieren, bijv. in de intensieve veehouderij, worden behandeld als een object in plaats van een subject met gevoelens en rechten.

De snelheid en het aantal dier(soort)en dat we voortdurend gebruiken is immens. De bijdrage aan onze welvaart en economie van de agrosector is gering. De oplossing is simpel en van niemand anders dan van ons zelf afhankelijk.

Dierenrechten in woord en beeld

Vrijheid is ook een intrinsiek grondrecht voor dieren. Dieren zijn geen dingen Dierenrechten zijn mensenrechten. Mensen moeten voor dieren kunnen opkomen wanneer hun grondrecht wordt geschonden.
logo van Animal Freedom yin en yang
Lees hier over de redenen waarom dieren recht op vrijheid hebben. Lees hier waarin mens en dier evenwaardig zijn.