Mens en dier zijn (intrinsiek) evenwaardig in hun recht op vrijheid

Bij de Stichting Animal Freedom leest u over de gedachte achter dierenrechten.
Hier leest u over ontwikkelingen in de agrosector en de gevolgen voor dieren(rechten).
Alle levende wezens zijn verschillend maar evenwaardig in het recht op vrijheid op een natuurlijk leven.
Een dier is (net als een mens) geen ding of een object.
Dierenrechten zijn mensenrechten. Mensen moeten kunnen ingrijpen wanneer mensen dieren misbruiken of onrecht aandoen.

30 september 2008

De slinkse bouw van megastallen in Drenthe


Het Provinciaal Ontwikkelingsplan II (POP) van Drenthe is er duidelijk over: in Drenthe is hiervoor geen plaats, maar betekent dit ook dat deze immense stallen er niet zullen komen in onze toeristische provincie?

Wat zijn megastallen precies en hoe komen ze toch in Drenthe?

Megastallen hebben zes maal de gemiddelde bedrijfsomvang in de landbouw en komen overeen met 12.500 vleesvarkens, 160.000 legkippen of 320 melkkoeien. Gigantische hoeveelheden veevoer worden geïmporteerd, enorme aantallen varkens geëxporteerd en de shit blijft (letterlijk) achter. Voor elke Nederlander jaarlijks een hoeveelheid dierlijke mest van 4.000 kg, dat is 33 badkuipen vol per inwoner, van zuigeling tot senior.
In Drenthe wordt sluipenderwijs gebruik gemaakt van de mogelijkheid om bedrijven uit te breiden. Geen nieuwe vestigingen zodat men niet hoeft te voldoen aan de eisen gesteld door de provincie. Gemeenten kunnen hieraan meewerken: Zo is in de Westerveld een uitbreiding ter sprake van 4.000 naar 14.000 varkens en in Gasselternijveenschemond van 93.000 naar 244.000 kippen (op minder ruimte per kip dan voorheen).

Wat betekenen megastallen voor omwonenden?
Megastallen veroorzaken een voortdurende aan- en afvoer van dieren, voedsel en niet te vergeten mest. Veel ellende voor omwonenden, veel ellende voor kleine dorpen (landschapsaantasting, milieuverontreiniging en constante aan- en afvoer over de smalle, kwetsbare binnenwegen).
Winstmaximalisatie is het enige dat telt. Bij ‘groot’ zijn emissiebeperkende maatregelen gemakkelijker, bij ‘groot’ zijn vervoerskosten overzichtelijker en bij ‘groot’ zijn arbeidskrachten en/of mechanisering goedkoper. Bij ‘groot’ zou de uitstoot van CO2 hanteerbaarder zijn. Onafhankelijk onderzoek van 4 onderzoeksinstituten bevestigt dat stank en uitstoot van fijnstof zullen toenemen nabij megabedrijven, en dat de uitstoot van ammoniak schadelijk zal zijn voor de natuur. Volgens het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu zijn er risico's voor de volksgezondheid. ‘Groot’ levert overigens niet meer werkgelegenheid of economische activiteit op voor de omgeving…

Wat betekenen megastallen voor dieren – de bewoners?
En over de ‘bewoners’ van de megastallen intussen geen woord. Geen woord over het feit dat we miljoenen dieren veroordelen tot ‘levenslange’ opsluiting. Onderzoek naar welbevinden van ‘productiedieren’ beperkt zich tot de omstandigheden in gevangenschap, waarbij men turft welke voorkeur dieren tonen als ze moeten kiezen tussen twee kwaden. Kippen zitten op nog geen A4tje en vallen voorover omdat hun borst buiten proportie groot wordt waardoor poten en vleugels snel breken. Een ellendig bestaan waar zelfs de constante belichting niet zorgt voor enige verlichting.

Wie heeft er wat aan megastallen?

Niet de echte boeren, niet de provincie, niet de gemeente, niet de bevolking, niet het milieu, niet het dierenwelzijn, niet de werkgelegenheid en niet de derde wereld (waar we diervoeding vandaan halen). We hebben het hier over grootschalige, mechanisch opererende organisaties die eigendom zijn van grootindustriëlen. Tel uit je winst voor de grootindustrieel, de bank en de transporteurs. Dieren worden onder erbarmelijke omstandigheden van hot naar her gesleept om onder nog ellendiger omstandigheden te worden afgeslacht in een ver buitenland en weer terugvervoerd te worden als salami of iets anders.

Maar wat heeft de burger in Drenthe er aan?
Waarom zouden we het niet moeten willen in Drenthe?

Belangrijk is de morele vraag. Willen wij dat dieren handelswaar worden voor industriëlen of willen wij dat onze boeren met respect en aandacht en zorg met hun dieren omgaan? Dat zij hun eigen dieren kennen en daar contact mee hebben? Dat de verhalen die we onze kinderen vertellen over de koetjes en de schaapjes grond van waarheid hebben? Dat we boeren hebben als Agnes (van Boer zoekt Vrouw) die bij de geboorte van een kalfje aangeeft dat zij dit een van de meest belangrijke en vervullende gebeurtenissen vindt in het leven van een boer(in)? Willen we dat Drenthe, waar het leven nu nog echt is en waar toeristen komen vanwege de rust en de ruimte en de prachtige dorpen, verandert in een provincie waar megastallen zichtbaar worden in het landschap en ellende geëxporteerd wordt? Om de campagneleus van Marketing Drenthe even te gebruiken: “Is dat nou Drenthe”?
De keuze is aan de burgers van Drenthe. Wij willen dat de diervriendelijke boeren in Drenthe de ruimte en de steun krijgen die ze verdienen. Da’s nou Drenthe, wat ons betreft!

Partij voor de Dieren Drenthe
Meta Donk, Harry Pol

29 september 2008

Overbemesting vooral goed voor beurs akkerbouwers

De Nederlandse akkerbouwers luidden vandaag bij kabinet en tweede kamer (29 september 2008) de noodklok. Zij zeggen dat door het mestbeleid van de overheid de bodem verarmt. Daarom eisen ze dat er meer mest moet kunnen worden gestrooid.
Maar de akkerbouwers maken zich geen zorgen over de bodem. Ze denken vooral aan hun portemonnee die een forse tik krijgt als het mestbeleid wordt aangescherpt.

Dat zit zo: De akkerbouwers zeggen dat de bodem verarmt en dat zorgt er weer voor dat de planten onvoldoende voedsel krijgen en dus niet goed genoeg kunnen groeien.

Dat heeft volgens de boeren twee gevolgen.

In de eerste plaats is door de verarmde grond een rendabele teelt van gewassen straks niet meer mogelijk.
Dat is niet goed voor de akkerbouwers.

Ten tweede kunnen planten door de verarmde bodem niet sterk genoeg worden, en daarom moet er straks meer gif worden gespoten om de planten te beschermen tegen ziekte en plagen.
Dat is niet goed voor het milieu.

Aan deze beweringen ligt overigens geen enkel onderzoek ten grondslag. De beweringen van de akkerbouwers zijn gebaseerd op de ervaringen (geen metingen, geen cijfers) van bemestingsdeskundigen van CZAV en DLV Plant.

CZAV is een agrarische coöperatie voor Zuidwest Nederland. DLV Plant is een onderdeel van DLV, de verzelfstandigde voormalige Landbouw Voorlichtingsdienst van het ministerie van landbouw. Dit bedrijf werkt vooral voor organisaties die de belangen van boeren en tuinders behartigen.

De Nederlandse bodem, en met name die waarop de akkerbouwers hun brood verdienen, wordt op grote schaal gebruikt om mestoverschotten van de uit haar krachten gegroeide veehouderij te dumpen.

Dat dumpen is door de Europese Unie aan banden gelegd, maar in 2005 vond de EU het toch goed dat voor een periode van vier jaar in Nederland 50% meer mest mocht worden gedumpt dan elders in Europa. Dat heet derogatie.

Die derogatie loopt volgend jaar af, en de kamer debatteert donderdag over de vraag of er weer een nieuwe aanvraag voor derogatie de deur uit moet.

De akkerbouwers vinden van wel. Echter niet omdat de bodem verarmt, maar omdat de huidige derogatie vooral een aardige bijverdienste is voor de akkerbouwers.

Varkenshouders, melkveehouders en kippenboeren hebben zoveel dieren en in vergelijking daarmee zo weinig land dat ze door de mestnormen op eigen grond de mest niet kwijt kunnen.
Voor het overschot kloppen ze aan bij de akkerbouwers. Het gaat daarbij intussen om zulke hoeveelheden dat de akkerbouwers kunnen kiezen wie ze als mestleverancier nemen.

Zo is een mestmarkt ontstaan waarbij de akkerbouwer niet betaalt om de mest te kunnen krijgen, maar de veehouder betaalt om het bij de akkerbouwer kwijt te kunnen.

Daarbij gaat het om bedragen van rond de €10 per kubieke meter mest.

Onder de derogatie mag er 45 kubieke meter drijfmest per hectare worden uitgereden. Dat is dus een inkomstenbron van €450 per hectare, plus een besparing op het aankopen van kunstmest. Een akkerbouwer met 50 hectare land kan op die manier 2250 kubiek meter mest op zijn land kwijt, en dat brengt €22.500 in het laadje.

Als de derogatie niet wordt verlengd, mag er niet meer 45 kubieke meter maar nog maar 30 kubieke meter drijfmest per hectare worden uitgereden. Dat levert bij een prijs van €10 per kuub mest €300 per hectare op.
Voor een gemiddelde akkerbouwer met 50 hectare betekent het niet verlengen van de derogatie een inkomstenderving van €7.500 per jaar. (€15.000 in plaats van €22.500).

Daar gaat het luiden van de noodklok door de akkerbouwers om. Niet om de verarming van de bodem en de zogenaamde noodzaak om meer gif te spuiten.

25 september 2008

Schaalvergroting verhoogt infectiedruk en antibioticagebruik

Gebruik antibiotica vorig jaar toegenomen

Het gebruik van antibiotica in de Nederlandse veehouderij is in 2007 met 9 procent gestegen ten opzichte van 2006. Dat blijkt uit cijfers van Fidin, de belangenbehartiger van de diergeneesmiddelenindustrie.

Minstens de helft van de stijging kan volgens de Fidin worden verklaard door voorraadvorming bij dierenartsen eind vorig jaar vanwege een prijsstijging van antibiotica in 2008. Daarnaast wordt de stijging van het antibioticagebruik mogelijk veroorzaakt door schaalvergroting in de veehouderij. Door schaalvergroting neemt de infectiedruk van bepaalde ziekten toe.

Het verhoogde gebruik van antibiotica bij dieren verhoogt ook de kans op resistentie van bacteriën tegen antibiotica. En dat kan er weer toe leiden dat mensen bij een bacteriële infectie niet meer kunnen worden geholpen en sterven.

19 september 2008

Suggestie gewekt over relatie tussen luchtwassers en dierenwelzijn.

Ziezo.biz kopt:
LTO Noord: Luchtwassers dragen bij aan dierenwelzijn en beter milieu

LTO Noord provincie Utrecht is blij met de ondersteuning vanuit de provincie Utrecht voor luchtwassers bij varkenshouderijbedrijven. De provincie geeft subsidie aan boeren die investeren in de kwaliteit van het milieu. Daartoe worden luchtwassers geplaatst die de stallucht zuiveren van veel ammoniak, geur en fijnstof, vóórdat die lucht de stal verlaat. Met die investeringen in luchtwassers wordt dus een belangrijke bijdrage geleverd aan de luchtkwaliteit.

Tot zover.

Volgens LTO gaat de productie zich meer concentreren op bedrijven met moderne stallen. Dat komt ten goede aan de dieren, het milieu én aan de boer!

Luchtwassers zuiveren de lucht voordat deze naar buiten gaat. Met de kop van het artikel en het inbrengen van het argument dat schaalvergroting beter is voor het welzijn van het dier wil de LTO de suggestie wekken dat toepassing van luchtwassers gerelateerd is aan vergroting van dierenwelzijn. Dat is natuurlijk onzin. De vergrootte hoeveelheid varkens binnen moet de stank, ammoniak en fijnstof inademen. Die hoeveelheid is zo groot dat de dieren permanent hebben ervan hebben te lijden. Maar ja, wie merkt dat?

17 september 2008

Dubbele boodschap over minder vlees eten

Het Agrarisch Dagblad kopt 16 september, de dag na Prinsjesdag:

Kabinet: minder vlees eten moet


Het kabinet wil echt werk gaan maken van het terugdringen van de vleesconsumptie.

Volgens het kabinet is dat nodig om de uitstoot van broeikasgassen te verminderen. Momenteel loopt al onderzoek naar de overgang van de consumptie van dierlijke naar plantaardige eiwitten, zoals het kabinet het formuleert. Dat onderzoek moet eind deze maand klaar zijn.

Op grond van (onder meer) dat onderzoek ontwikkelt het ministerie van Vrom, samen met LNV en Ontwikkelingssamenwerking, een beleidsvisie. Deze verschijnt in de eerste helft van 2009.

Aan welke maatregelen het kabinet denkt om het vlees eten te ontmoedigen is nog onduidelijk. Naar verluidt wordt op de ministeries nog steeds gedacht aan de mogelijkheid van een vleesheffing. Daarnaast ligt voor de hand dat het kabinet gaat inzetten op voorlichtingscampagnes.

Als onderdeel van Project Schoon en Zuinig laat het kabinet tevens onderzoek doen naar de ontwikkeling van emissiearm veevoer en de stimulering van precisielandbouw. Bedrijven die extra maatregelen nemen om de uitstoot van broeikasgassen (bijvoorbeeld door methaanvergisting) te verminderen, kunnen gemaakte kosten vergoed krijgen.

Tot zover het AGD.
Bovenstaande tekst zit boordevol met subliminale boodschappen, die de weerstand van de lezer moeten opwekken. In de huidige onzekere tijden zal de vleeseter zich weinig gelegen laten liggen van een boodschap dat hij iets moet. Ook de andere plannen van het Vrom en LNV, vleesheffing en voorlichting, zijn slappe hap. Vlees duurder maken om het duurder maken roept dezelfde weerstand op als het kwartje van Kok dat bij het benzinegeld is opgeteld.
Wat wel zou helpen, als de bewindslieden echt geïnteresseerd zouden zijn in wezenlijke verandering en vooruitgang, is de boodschap uitdragen dat minder vlees eten samen kan gaan met een aangenamer leven. Lekker koken zonder vlees en langer gezond blijven zijn simpele doelstellingen, waar de consument veel meer plezier aan zou beleven. Maar ja, dat kost de Agrosector geld.

15 september 2008

Omroep Llink legt botte onverschilligheid vleeseters bloot

Omroep Llink Eet smakelijk!

6-delige kookprogramma waarin bekende Nederlanders dieren slachten. Dit programma toont de waarheid achter elke maaltijd. Een bekende Nederlander gaat samen met een vriend of vriendin en topkok Leon Mazairac een overheerlijke maaltijd bereiden. Om de beste kwaliteit te garanderen, worden de verse ingrediënten zo dicht mogelijk bij hun oorsprong bij elkaar gezocht. De kaas komt van de ambachtelijke kaasmakerij en de groenten van de biologische boer om de hoek. Deze blijken tien keer geuriger en smakelijker dan die in de supermarkt. Het houdt ook in dat het stukje vlees of vis vers moet zijn. Hiervoor moet de BN'er onder begeleiding de handen uit de mouwen steken. Het lammetje of de kip moet tenslotte eerst worden geslacht voor het stukje vlees op het bord kan belanden. Deze realitycheck kan bij sommige mensen hard aankomen.

Voor wie een reactie wil lezen op de drogredenen die betrokkenen in de uitzending geven over het eten van vlees, klik hier.

13 september 2008

Zieke koeien moeten soms lang wachten op genade

Blauw is een politievakblad. In Opsporing 19 juli 2008 -nummer 15 het verhaal van combiteams en het omgaan met “wrak vee” in slachterijen. Boeren willen koeien die antibiotica hebben gehad pas naar de slacht brengen als de antibiotica weer uit het dier is verdwenen omdat anders het vlees wordt afgekeurd.

Uit dat verhaal een paar citaten. Allereerst de reden voor het instellen van combiteams.


Halverwege 2007 ontstonden er problemen met de Regeling Preventie ter voorkoming en bestrijding van dierziekten. De schapensector was door de ingewikkelde identificatie en registratie van schapen en de vele particuliere hobbyhouders tamelijk ondoorzichtig. De minister van Landbouw stelde voor om combiteams in te zetten, bestaande uit een opsporingsambtenaar van de AID en een dierenarts van de Voedsel en Warenautoriteit (VWA). Maar begin dit jaar kwam de minister van Landbouw onder vuur te liggen na een groot aantal meldingen omtrent dierenwelzijn. Met name in de transportsector en in de slachthuizen zou volgens de Partij voor de Dieren meer toezicht noodzakelijk zijn. Ook het publiek bleek gevoelig voor deze vermeende misstanden. De minister besloot de combiteams- ook hiervoor in te zetten en gaf de opdracht nadrukkelijk te controleren op dierenwelzijn. De minister heeft vier miljoen euro vrijgemaakt en heeft zichzelf hoofdelijk verantwoordelijk gesteld. Er zijn twintig combiteams voor heel Nederland.


Ergens in verhaal:
In een slachterij worden twee gewonde koeien aangevoerd.


Terwijl de dienstdoende toeziend VWA-dierenarts de apart gezette gewonde dieren aan het combiteam toont, slachten de slagers gestaag door. De twee dieren zijn er slecht aan toe. De eerste koe heeft aan de rechterachterpoot een abces zo groot als een voetbal, de andere heeft open wonden aan beide achterpoten. Beide koeien kunnen zichtbaar slecht lopen. Dierenarts Harry Rozendaal van het combiteam bevestigt de diagnose van zijn toezichthoudende collega. De transporteur had deze verwondingen voor het opladen kunnen zien en moeten concluderen dat de dieren bij transport onnodig zouden lijden. Hij had deze dieren niet mogen vervoeren. Er wordt besloten proces-verbaal op te maken tegen de transporteur en tegen de 'ontdoener', de boer die de dieren heeft aangeleverd.
De slager, die goed oplet tussen het schieten van de koeien door, is kwaad.
Hij is het ermee eens dat de twee koeien zo niet getransporteerd hadden mogen worden, maar brengt het combiteam naar een derde koe die staat te wachten. Het dier heeft een gat in het linkerdijbeen ter grootte van twee tennisballen en het bot is duidelijk zichtbaar. Het vlees in de wond heeft een afgrijselijk foute kleur, maar het dier lijkt de wond niet meer te voelen. Beide VWA-dierenartsen wijzen erop dat de koe op dit moment geen last meer van de wond heeft. Volgens de VWA wordt de wond dan niet opgevat als `ernstige open wond' waarmee het dier niet vervoerd mag worden. Het dier kan volgens de dierenartsen `op eigen kracht pijnloos bewegen en zonder hulp lopen'. De Gezondheids- en welzijnswet voor dieren voorziet wel in dit soort gevallen, op basis van het onthouden van de nodige zorg, maar dat laatste valt niet eenvoudig te bewijzen. De kans is groot dat de boer wel degelijk zorg heeft geleverd. Johan Nijeboer: "Boeren hebben er belang bij om te zorgen. De koe moet zo veel mogelijk melk leveren, dus de dierenarts wordt er al snel bijgehaald.'
De slager legt uit hoe het maar al te vaak gaat. Het dier loopt een wond op en de dierenarts komt erbij. De koe krijgt antibiotica en blijft gewond in de wei staan. Aangezien vee duur is, kijkt de boer zo lang mogelijk of het dier zal herstellen. Maar ondanks de behandeling wordt de wond alleen maar groter en pijnlijker. Uiteindelijk kan het zo niet langer, maar het vlees is vol antibiotica niet voor consumptie geschikt. Nu is de consumptieslachtwaarde van het uitgemolken vee dat deze slager aanvoert niet erg hoog, misschien honderd euro. Toch laten sommige boeren zo'n koe in dit soort situaties vaak nog 28 dagen zonder behandeling staan, de tijd die noodzakelijk is om de antibiotica kwijt te raken.
De slager vindt dan ook dat de AID meer controles op de boerderij zou moeten uitvoeren. Dierenarts Harry Rozendaal wijst erop dat er tienduizenden boeren zijn, van wie het merendeel onnodig lijdende dieren door de dierenarts laat euthanaseren. Boerderij controles zullen gericht aan de hand van signalen moeten gebeuren, omdat ze anders te weinig rendement opleveren. Controles aan het eind van het proces bij het transport en voor de slacht leveren meer op.
Aan het eind van de werkdag mogen de beide koeien alsnog geslacht worden. Maar uit oogpunt van dierenwelzijn hebben ze daar wel heel lang op moeten wachten. De zieke delen van de dieren worden afgekeurd.

12 september 2008

Happy pig?

De wekelijkse stortvloed van reclamefolders laat ik meestal ongelezen aan mij voorbij gaan. Als het aan mij lag kwam er een antireclamesticker op de brievenbus. Maar ja, het ligt niet altijd aan mij en mijn vrouw heeft te kennen gegeven het doorbladeren van al kleurige papierwerkjes best wel aardig te vinden teneinde b.v. te worden geïnformeerd over de bonusaanbiedingen die de prijsbewuste consument naar de wat duurdere supermarkt moeten lokken. Gevolg is dat de brievenbus met enige regelmaat tekenen van obstipatie vertoont hetgeen soms een beschadigde of gekreukte krant dan wel poststuk oplevert.
Toch heeft de uitbundige kennisname van de aanprijzingen van de plaatselijke commercie ook enig voordeel. Zo wees mijn vrouw mij deze week op een folder die was verspreid op initiatief van de lokale keurslager. Bovenaan het geschrift stond juichend: “Varkensvlees met Milieukeur is bewust genieten!”. Het door deze ambachtsman en zijn collegae geleverde varkensvlees is niet alleen van sublieme kwaliteit, nee, het blinkt ook nog eens een uit in diervriendelijkheid en wordt geproduceerd met maximale verantwoordelijkheid voor het milieu. Zo’n boodschap kan en mag je natuurlijk niet negeren!
De folder bevatte driehoofdpunten: Pure gezondheid voor mens en dier, bewuste omgang met het milieu en waardige leefomstandigheden voor de varkens. Dat laatste werd nog eens toegelicht met de zinsnede: “ Varkens genieten iedere dag van licht, lucht en bewegingsruimte. Ze beschikken permanent over vers drinkwater en afleidingsmateriaal.”Je zou bijna verlangen varken te zijn onder beschermende paraplu van het Milieukeur!
De bijzondere productiewijze van het vlees levert volgens de keurslager een bijzonder resultaat. Het vlees is lekkerder, beter voor het milieu, beter voor het dier (let wel, in die volgorde) en Taterataaaa Taterataaaaaaaaaa!!!!………………………. ABSOLUUT NIET DUURDER!
Ik lees ineens dat er, in samenwerking met de Dierenbescherming(!), de afgelopen jaren een zgn. dieren-welzijnsmeetlat is ontwikkeld. Die zou als leidraad dienen voor het permanent verbeteren van het welzijn van de dieren.
Gek, maar ik word een beetje wantrouwend van al dat “diervriendelijke” geteem van een beroepsgroep die er de laatste jaren nooit een been in heeft gezien hun omzet te genereren op basis van gruwelijk dierenleed en iedere poging van organisaties of personen om daarop de aandacht te vestigen afdeed als stemmingmakerij. “Nee mevrouw, vlees, u weet wel waarom…………..”.In de keuzetabel van “Voedingscentrum” kan men een vergelijking maken tussen verschillende keurmerken en wat zij betekenen voor het welzijn van de varkens:

Het milieukeurvarken krijgt iets meer ruimte dan het “gangbare” (bio-industrie)varken: 1 – 1,1 m² tegen 0,7 – 1 m².;
Het milieukeurvarken komt niet buiten;
Het milieukeurvarken kan preventief met antibiotica worden behandeld;
De vloer is voor meer dan 40 % dicht tegen bio-industriële varkens 40% of minder;
Het kan zijn dat het milieukeurvarken op stro of zaagsel kan liggen, verplicht is het niet;
De milieukeurzeugen kunnen in groepen worden gehouden. Vanaf 2013 verplicht;
Staart en hoektanden van milieukeurvarkens kunnen gevrijwaard zijn van het couperen van de staart en het verwijderen van de hoektanden. Verboden is het niet!
Het milieukeurbiggetje wordt vanaf 2009 verdoofd gecastreerd. Dat geldt overigens alleen voor de dieren die op de Nederlandse markt terechtkomen. 80 tot 90% van de varkens gaan naar de export en die mogen nog zonder narcose van hun ballen worden ontdaan!
Alle varkens worden 170 tot 190 dagen oud, welk keurmerk ze ook dragen!


Naar verluidt worden de bedrijven waar de varkens worden gehouden begeleid door dierenartsen en andere deskundigen(?) waardoor de dieren een hoge gezondheid houden.
Dat moge zo zijn, hoewel er waarschijnlijk nog gediscussieerd kan worden over de perceptie van het begrip “gezondheid”. De dieren blijven natuurlijk gewoon onderdeel van wat we onder “bio-industrie” verstaan en hun welzijn, of liever het gebrek daaraan, verschilt niet of nauwelijks van de gangbare varkens. Het blijft voor mij, letterlijk en figuurlijk, onverteerbaar deze hoog ontwikkelde dieren – er wordt door wetenschappers beweerd dat de intelligentie van een varken groter is dan die van een hond – puur als productiefactor worden beschouwd. De snorkende verhalen over dierenwelzijn van hen die over de ruggen van deze levende wezens hun bestaan hebben opgebouwd komen op mij over als pure propaganda en het kenmerk van propaganda is dat je een ander wilt laten geloven wat je zelf niet gelooft!

08 september 2008

Slavernij/Bio-industrie

AMSTERDAM -
Voor het eerst vindt zaterdag in Amsterdam de Dag van het Slavernijverleden plaats. Aan de hand van debatten, lezingen en een stadswandeling krijgen bezoekers een beter beeld van de in 1863 afgeschafte Nederlandse slavenhandel.

De dag is een gezamenlijk initiatief van het Historisch Nieuwsblad en het NiNsee (Nationaal Instituut Nederlands Slavernijverleden en Erfenis). De Tweede Kamerleden Harry van Bommel (SP), Kathleen Ferrier (VVD) en Joël Voordewind (ChristenUnie) zijn te gast tijdens een bijeenkomst in de Muiderkerk.

In de ochtend kunnen bezoekers een stadswandeling maken langs plekken die herinneren aan het slavernijverleden. 's Middags in de Muiderkerk komen vragen aan de orde als 'wat was het aandeel van de Nederlanders in de Atlantische slavenhandel?' en 'waarom schafte Nederland de slavernij pas af in 1863?'. Ook is er een debat over de traumatische gevolgen van de slavernij.


Omdat ik parallellen zie tussen de slavernij en de bio-industrie, beide een schandvlek op onze samenleving, heb ik bovenstaand krantenbericht omgewerkt en aangepast aan de bedroevende situatie waarin miljoenen dieren in dit land leven en sterven. Helaas heb ik het in de toekomst moeten laten spelen. Ik hoop dat het zo lang niet hoeft te duren.

4 oktober 2020: Vandaag wordt herdacht dat een jaar geleden de bio-industrie is afgeschaft.
In de ochtend kunnen bezoekers een wandeling maken langs plekken die herinneren aan het bio-industrieverleden. 's Middags komen vragen aan de orde als 'wat was het aandeel van de Nederlanders in de bio-industrie?' en 'waarom schafte Nederland de bio-industrie pas af in 2019?'. Ook is er een debat over de traumatische gevolgen van de bio-industrie. De minister van LNV, Marianne Thieme houdt een toespraak waarin zij afrekent met deze schandvlek op de Nederlandse samenleving. Zij refereert aan het feit dat per jaar in Nederland zo'n vijfhonderd miljoen dieren na een afschuwelijk leven de dood in werden gejaagd met geen ander doel dan het stillen van de lekkere trek van de verwende, decadente consument. Dankzij de inzet en het succes van haar partij, de Partij voor de Dieren en organisaties als Wakker Dier, Varkens in Nood, Milieudefensie, Greenpeace e.a. is er bij het publiek een breed draagvlak ontstaan voor een goede en waardige behandeling van dieren. Wereldwijd wordt gestreefd naar een drastische inkrimping van de veestapel om daarmee de honger en de uitstoot van broeikasgassen te lijf te gaan. In Nederland is het aantal vegetariërs en vleesverlaters verviervoudigd t.o.v. 2008 en wordt door vleeseters alleen nog biologisch vlees gegeten. Omdat de productie ervan duurder is dan het foute industrievlees wordt er ook door die categorie beduidend minder vlees gegeten dan voorheen wat weer resulteert in een significante afname van hart- en vaatziekten en kanker. Thieme herinnert er nog aan dat haar in 2008 in première gegane film, Meat The Truth voor een omslag heeft gezorgd in het denken over en behandelen van dieren, met name in de veehouderij. Er zijn thans wetsontwerpen in behandeling die het sportvissen en plezierjagen onmogelijk zullen maken. Ook zal op korte termijn een einde gemaakt worden aan misbruik van dieren in de sport- en vermaaksector, zoals de duivenmelkerij, de paardensport en het rapen van eieren van in het wild levende vogels. Het dier krijgt de plaats en behandeling die het toekomt en de mens zal een forse stap terug moeten doen teneinde iets goed te maken van wat eeuwenlang aan onrecht, wreedheid en onverschilligheid de dieren is aangedaan. Na afloop neemt iedereen twee minuten stilte in acht om de miljarden slachtoffers van heb- en vraatzucht te herdenken en wordt er een krans gelegd bij het graf van het onbekende varken.


Zie ook de trailer van Meat the Truth.

06 september 2008

Subsidies maken actievoerder suf

Wakker Dier meldt op haar site:

Wakker Dier is zelf ook wel eens gesubsidieerd door de overheid. In haar 10 jarig bestaan ontving Wakker Dier 60.000 euro overheidssubsidie om de bio-industrie te bestrijden. Ter vergelijking: dat is 0.001% van de EU-subsidies aan de Nederlandse bio-industrie. Omdat de subsidievoorwaarden van de overheid een versuffend effect hadden op spraakmakende acties van Wakker Dier, vraagt Wakker Dier geen subsidies meer aan.

Tot zover Wakker Dier.

Directe en indirecte subsidie van de intensieve veehouderij gaan op kosten van de belastingbetaler. Zou de bio-industrie alle gevolgen van haar bedrijfsvoering zelf moeten bekostigen dan was biologisch vlees en zuivel in de winkel even duur. Het verschil wordt nu dus bijgelegd door de belastingbetaler. Hierdoor betaalt de vleesverminderaar mee aan de productie en consumptie van vlees. Maar ook aan de gevolgen voor de volksgezondheid.
Stimulering van zuivel- en vleesproductie door de Europese Unie leidt mogelijk tot duizenden doden per jaar door hartziekten en beroerten.

Was de agrosector maar net zo principieel als Wakker Dier en betaalde ze zelf maar voor het opruiming van haar vuil. Hopelijk komt de kiezer nog eens tot inzicht en vraagt hij zijn volksvertegenwoordiger om de subsidies die de bio-industrie in stand houden te beëindigen. Dat zou hem veel geld besparen.

Minister LNV houdt megaboeren haar hand boven het hoofd

Op Kamervragen van de PvdD schrijft LNV:

Deelt u de mening van de onderzoekers van CLM dat de huidige ontwerpen voor megastallen nauwelijks verbeteringen ten aanzien van dierenwelzijn en duurzaamheid zullen opleveren in vergelijking tot bestaande bedrijven? Zo ja, bent u bereid maatregelen te nemen tegen de bouw van deze megastallen en zo ja, binnen welke termijn? Zo neen, waarom niet en waar blijkt dat uit?

Nee.
De Wet ammoniak en veehouderij en het Besluit ammoniakemissie huisvesting veehouderij maken onderscheid tussen grote intensieve veehouderijen (de zogenoemde IPPC-bedrijven met meer dan 40.000 stuks pluimvee, 750 zeugen of 2000 vleesvarkens) en de overige veehouderijbedrijven, in die zin dat het bevoegd gezag vanwege de lokale milieukwaliteit strengere emissie-eisen kan stellen aan de IPPC-bedrijven. Indien nodig kan bij megabedrijven van deze bevoegdheid gebruik worden gemaakt. Of en in welke mate dat ook in de praktijk gebeurt, is een zaak van het bevoegd gezag.
Het toepassen van extra maatregelen voor dierenwelzijn in megastallen wil ik vooralsnog stimuleren en niet via regelgeving afdwingen. Ik vind het van belang, mede vanwege de maatschappelijke discussies over megastallen, dat de betreffende ondernemers een voorhoedepositie innemen. Hier ligt een belangrijke verantwoordelijkheid voor het bedrijfsleven. Waar nodig zal ik de betreffende ondernemers hierop aanspreken. Zoals toegezegd, onderzoeken de minister van VROM en ik op dit moment de mogelijkheden of bedrijven met megastallen via de Maatlat duurzame veehouderij (en daaraan gekoppelde fiscale instrumenten) kunnen worden gestimuleerd extra, bovenwettelijke milieu en welzijnsmaatregelen toe te passen. Ik zal de Tweede Kamer hierover nader informeren.

Tot zover de brief van LNV.


Het wordt dus aan de vrijwilligheid van de boeren overgelaten om te investeren in dierenwelzijn. Waarom zou juist die groep die zich nooit iets van dierenwelzijn heeft aangetrokken nu wel gevoelig zijn voor "stimulering door het LNV". Het ging en gaat in de intensieve veehouderij vooral om het geld en (bij de megaboeren) misschien een beetje om de status.
De voorhoedepositie waar de minister op doelt is waarschijnlijk het experiment “hoe veel kan er worden verdiend en hoe (zwak) reageert het publiek”?

Het dilemma ten aanzien van dierlijke eiwitten


Op de site van LNV was te lezen, ter voorbereiding van een bijeenkomst op 12 september van het Consumentenplatform over verduurzaming van de consumptie en productie van dierlijke eiwitten, het volgende:

Het dilemma ten aanzien van dierlijke eiwitten wordt door het kabinet omschreven als:
  • Productie van dierlijke eiwitten (vlees en zuivel) legt een groot beslag op het ecosysteem, onder meer door:
  • Ruimtebeslag;
  • Effecten op de biodiversiteit;
  • Grootschalig gebruik van water;
  • Broeikasgasemissies.
  • De gemiddelde consument is zich nog weinig bewust van deze effecten.
  • Export van veevoeder is een groeiende inkomstenbron voor ontwikkelingslanden, maar:
  • De groeiende vraag leidt in sommige gebieden tot niet-duurzame productie die ten
  • koste gaat van mens en milieu.
  • De mondiaal toenemende consumptie zal, bij ongewijzigd beleid:
  • De druk op het ecosysteem doen toenemen
  • Is van invloed op de voedselzekerheid.

Hoofdpunten
Door kabinet voorgestelde oplossingsrichtingen:
  • Niet alleen een efficiëntere productie nodig, maar naar verwachting ook een transitie (verschuiving) in de consumptie van:
  • Dierlijke eiwitten naar duurzaam geproduceerde dierlijke eiwitten;
  • Dierlijke eiwitten naar plantaardige eiwitten.

Concreet betekent dit:
  • Optimalisatie van de keten voor de productie van duurzamer dierlijk eiwit;
  • Consument verleiden tot een duurzamer consumptiepatroon, door bijvoorbeeld:
  • Minder consumeren;
  • Andere bronnen voor dierlijk eiwit.
  • Ontwikkeling van nieuwe, duurzame en hoogwaardige eiwitproducten;
  • Het mengen van dierlijke met niet-dierlijke eiwitten;
  • Vleesvervangers op basis van niet-dierlijke eiwitten.
  • Verduurzaming van de productie van grondstoffen elders op de wereld.

Tot zover LNV.

Misschien is het effectief als de deelnemers aan het symposium als huiswerk zich verdiepen in de drogredenen voor het eten dierlijke eiwitten.

05 september 2008

Pluimveemest verbranden is zonde van het geld

De biomassacentrale Moerdijk die vanaf begin september draait op pluimveemest is volgens LNV minister Verburg het Ei van Columbus. Voor degene die herinneren hoe Columbus toentertijd een oplossing forceerde door het ei kapot te tikken is de parallel duidelijk.
De ontwikkeling en bouw van de centrale van Delta, ZLTO, DEP kost 150 miljoen euro. Dit is gefinancierd met steun van de overheid.
Hiermee heeft de overheid wederom een sector gesubsidieerd die zelf zou moeten opdraaien voor de kosten van haar vervuiling in plaats van de belastingbetaler.
Ook het bericht dat de verbrande stof zou kunnen worden gebruikt voor kunstmest is dubieus. Een klein deel van het verbrande resultaat kan mogelijk worden gebruikt voor kunstmest. Voor toepassing tot kunstmest kun je kippenmest beter niet verbranden, dat is zonde van de mest. Maar omdat we in ons land veel te veel mest produceren is de het gedeeltelijk terugwinnen na verbranden meer een geforceerd doekje voor het bloeden.

Partij voor de Dieren wil einde aan ontheffingen voor verboden kuilvisserij

Kamervragen over verboden traditie Spakenburg

Persbericht Den Haag, 4 september 2008 - De Partij voor de Dieren wil dat er een einde komt aan de ontheffingen op het verbod op de schadelijke kuilvisserij. De kuilvisserij is een niet-selectieve vorm van visserij met een vrijwel gesloten net waartegen zelfs vissers zich sinds de Middeleeuwen hebben verzet. Vanwege haar verwoestende karakter is de kuilvisserij in Nederland al sinds 1970 verboden. Tijdens de visserijdag morgen in Spakenburg zal de verboden visserijvorm echter opnieuw worden beoefend op het IJsselmeer. Minister Verburg van LNV heeft daar middels een vergunning toestemming voor gegeven. De Partij voor de Dieren vindt dat het verbod op de schadelijke kuilvisserij gewoon moet worden gehandhaafd, en heeft Kamervragen gesteld.

Kuilvissers maken gebruik van een sleepnet die door een boot door het water wordt getrokken. Deze vangsttechniek is sinds 1970 verboden, omdat de kuil een niet-selectieve manier van visserij is dat alles vangt dat voor de opening van het net komt, ook ondermaatse vis. Onder de vissersbevolking ontstond in de geschiedenis al grote verdeeldheid over het gebruik ervan.

Ondanks het ingestelde verbod verleent de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) nog steeds ontheffingen voor deze vorm van schadelijke visserij. Zo vindt komend weekend de kuilvisserij plaats in Bunschoten-Spakenburg. Tijdens de Visserijdag op zaterdag 6 september 2008 is er aanvoer van in de nacht gevangen vis met de zogenaamde dwarskuil. Eerder al was ontheffing verleend voor kuilvisserij in Enkhuizen en in Volendam, en voor oktober dit jaar is nog ontheffing verleend voor kuilvisserij in Workum.

De Partij voor de Dieren wil een einde aan de ontheffingen op het verbod uit 1970. Esther Ouwehand: “Kuilvissers vingen alles weg wat er voor de opening van hun netten kwam. Die verwoestende vorm van visserij is al bijna 40 jaar verboden, en dat is niet voor niets. Verschillende vissoorten, zoals de paling, staan op de rand van uitsterven. Dat vraagt om stevige beschermingsmaatregelen, niet om alles verslindende visserijtradities.”

03 september 2008

Actie tegen Japanse dolfijnenjacht



Invasie opblaasdolfijnen op Haagse Spuiplein

Den Haag, 3 september - WSPA voerde vandaag actie tegen de dolfijnenjacht in Japan, die jaarlijks duizenden dolfijnen het leven kost. Op het Spuiplein in Den Haag werden een kleine honderd opblaasbare dolfijnen ‘te water’ gelaten die hun soortgenoten van vlees en bloed symboliseren. De actie maakte deel uit van Japanese Dolphin Day, een wereldwijd protest tegen de Japanse dolfijnenjacht. Japanese Dolphin Day wordt gecoördineerd door Ric O’Barry, de voormalige trainer van de wereldberoemde dolfijn Flipper.

Handtekeningen

Tijdens de actie op het Haagse Spuiplein werden op één van de opblaasbare dolfijnen handtekeningen verzameld die aan de Japanse ambassadeur worden aangeboden. In zeker veertig steden wereldwijd vonden soortgelijke acties plaats.

20.000 dolfijnen per jaar afgeslacht

Jaarlijks slacht Japan zo’n 20.000 dolfijnen af, de meeste in het najaar. Dat gebeurt op open zee maar ook in zogeheten ‘drive hunts’. Daarbij worden deze sociale en intelligente zeezoogdieren met motorboten opgejaagd en in een baai gedreven. Vervolgens worden ze met messteken om het leven gebracht. Zo’n 3000 dolfijnen treft dit lot.

Amusementsindustrie

Niet alle dolfijnen worden afgemaakt. De ‘beste’ (veelal jonge) dolfijnen worden gevangen ten behoeve van de amusementsindustrie, zoals dolfinariums of attracties als ‘zwemmen met dolfijnen’. Daarmee is de amusementsindustrie de belangrijkste reden voor de jacht. Of de dolfijnen die de jacht overleven geluk hebben, is overigens de vraag. Studies wijzen op een verzesvoudiging van de mortaliteit na gevangenneming. Voor dieren die zich hebben ontwikkeld in uitgestrekte oceanen is het leven in kleine zwembassins ontoereikend; ze zijn er niet in staat om hun natuurlijk gedrag te vertonen. WSPA roept mensen daarom op niet naar attracties met zeezoogdieren te gaan.

01 september 2008

Burger wordt oor aangenaaid

Het publiek betrekken bij wat er mis gaat in de intensieve veehouderij is niet gemakkelijk. Want voor velen is dierenwelzijn eigenlijk iets waar zij alleen bij huisdieren voor zijn te porren, laat staan van dieren die uiteindelijk op hun bord belanden. Het lijkt hypocriet om het dier serieus te nemen en deze tegelijkertijd op te eten. Een beetje is dat natuurlijk wel waar. En doordat de meeste dieren aan het oog zijn onttrokken door dichte stallen is het leed ook niet zichtbaar. Het is gemakkelijk om je eraan te onttrekken.
Zaak is dus duidelijk te maken dat het publiek veel eigenbelang heeft bij ontwikkelingen in de landbouw en dat die bemoeienis hem veel ellende kan schelen. Goedkope voedselprijzen zijn op andere terreinen duurkoop. Ontwikkelingen in de landbouw worden deels gefinancierd vanuit de belastingpot en raken uw portemonnee dieper en onnodiger dan u beseft en het grijpt ook nog eens op uw leefomgeving in. Ook al woon je in de stad, je hebt het recht om mee te beslissen over de inrichting van het platteland. Ook de gezondheid en welzijn van stedelingen worden mede bepaald door de uitvoering en werkwijze van de landbouw. Alle redenen om je er als burger, kiezer en consument mee te bemoeien en niet naïef te denken dat de boeren het wel goed met uw belangen en hun dieren op hebben.
Weinigen realiseren zich dat de Nederlandse landbouw twee keer zoveel ruimte inneemt van het vaderlandse oppervlak dan nodig is of dat het excessief meer produceert dan voor de eigen voedselbehoefte nodig is. Deze overproductie bedraagt bij de meeste onderdelen in de veehouderij wel 300%. Dat deel van de agrosector neemt steeds meer ruimte in van het landschap. Maar in de media wordt benadrukt dat er elke week 8 boeren stoppen. Voor de oppervlakkige luisteraar lijkt de invloed juist kleiner te worden. Maar de achterliggend schaalvergroting levert een landschappelijke invulling op die het publiek minder enthousiast zal maken om het platteland te gaan bezoeken. Vooralsnog zijn mensen nog gericht op het buitenland om daar op vakantie te gaan, maar de hogere vliegprijzen zullen mensen nopen om het af en toe ook dichter bij te zoeken. En dan blijkt de aanblik van het landschap op veel plekken zwaar verziekt.

Verder is de smaak van het vlees en zuivel steeds meer vervlakt. Beetje bij beetje zijn de laatste jaren door de snelle en massale groei van de bewegingsarme dieren en door bijmenging van plantaardige producten deze producten van smaak veranderd.
Veel gevolgen van de moderne landbouw maken het leven in eigen land minder leuk, terwijl het volstrekt onnodig is, want de enige drijfveer is geld verdienen door export.
Wordt dus als burger wakker en vraag uzelf niet alleen tijdens uw vakantie af of u genoegen neemt met een paar seconden vrij uitzicht over het landschap vanaf de snelweg op weg naar Schiphol.

Leeswijzer


Kijk op Facebook voor onze reactie op de actualiteit.
Aanbeveling: Thema's of steekwoorden vindt u via de labels onderaan de pagina of op Animal Freedom. Klik hier voor de laatste bijdragen.
Klik hier voor het beleid om uw privacy te beschermen.

Waarom dit blog?

De Nederlandse veehouderij is vooral gericht op zoveel mogelijk voor de export te produceren onder het motto “meer, meer, meer en groot, groter, grootst”. Dit heeft negatieve gevolgen voor zowel de dierenwelzijn, biodiversiteit, het milieu, het klimaat, de portemonnee en de gezondheid van burgers en ook voor welwillende boeren.
Dit blog verzamelt kritische artikelen die de wurggreep beschrijven waarin de veehouderij zichzelf heeft vastgezet. Zo willen we niet alleen een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van de kwaliteit van het leven voor alle belanghebbenden, maar ook aan een schone, gezonde omgeving en een beter dierenwelzijn.

Ook de argumentatie dat dieren grondrechten hebben kan beter en meer aansluiten op hoe mensen voor zichzelf vinden dat recht moet gelden. Alle dier(soort)en kunnen in hun recht op vrijheid als (intrinsiek) evenwaardig aan mensen beschouwd worden. Dierenrechten zijn mensenrechten, die mensen de kans geeft om voor dieren op te komen.
Dieren, bijv. in de intensieve veehouderij, worden behandeld als een object in plaats van een subject met gevoelens en rechten.

De snelheid en het aantal dier(soort)en dat we voortdurend gebruiken is immens. De bijdrage aan onze welvaart en economie van de agrosector is gering. De oplossing is simpel en van niemand anders dan van ons zelf afhankelijk.

Dierenrechten in woord en beeld

Vrijheid is ook een intrinsiek grondrecht voor dieren. Dieren zijn geen dingen Dierenrechten zijn mensenrechten. Mensen moeten voor dieren kunnen opkomen wanneer hun grondrecht wordt geschonden.
logo van Animal Freedom yin en yang
Lees hier over de redenen waarom dieren recht op vrijheid hebben. Lees hier waarin mens en dier evenwaardig zijn.