Mens en dier zijn (intrinsiek) evenwaardig in hun recht op vrijheid

Bij de Stichting Animal Freedom leest u over de gedachte achter dierenrechten.
Hier leest u over ontwikkelingen in de agrosector en de gevolgen voor dieren(rechten).
Alle levende wezens zijn verschillend maar evenwaardig in het recht op vrijheid op een natuurlijk leven.
Een dier is (net als een mens) geen ding of een object.
Dierenrechten zijn mensenrechten. Mensen moeten kunnen ingrijpen wanneer mensen dieren misbruiken of onrecht aandoen.

30 maart 2008

Minder regels: goedkoop is duurkoop voor kwetsbare partijen

De agrosector heeft in het verleden aangedrongen op minder regels. Regels kosten tijd en geld en die zet de sector liever in op nog meer geld verdienen.
Een voorbeeld van minder regelgeving die ook nog eens door de sector zelf ter hand is genomen is de toezicht op de gang van zaken in en rond slachterijen.
De controle is toegewezen aan een particulier bedrijf (Kwaliteitskeuring Dierlijke Sector (KDS)) dat tevens de onkosten vergoedt wanneer een dier in een slachthuis niet in de voedselketen wordt toegelaten.
Ondertussen wordt in het slachthuis gewerkt met stukloon: hoe meer dieren verwerkt, hoe hoger het loon. Het gevolg is dat dieren in een hoog tempo worden verwerkt, waarbij ook dieren die niet geheel bewusteloos zijn geraakt worden verwerkt in onderdelen van de slachtlijn die zeer pijnlijk zijn voor dieren die nog kunnen voelen. Een voorbeeld is het kokend hete water waarmee varkens en kippen worden gereinigd en van respectievelijke haren en veren worden ontdaan.
Wanneer de controle en de uitbetaling van dieren die niet in de menselijke voedselketen terecht mogen komen in dezelfde hand zijn, is het logisch dat die organisatie probeert het aantal afgekeurde dieren zo laag mogelijk te houden. Immers afgekeurd vlees levert minder winst op.
Bij de controle in de veehouderij zou hetzelfde tripartiete systeem moeten gelden als bij de opzet van het Nederlandse rechtssysteem. Een partij maakt het beleid, een tweede voert het uit en een derde onafhankelijke partij controleert de uitvoering. De kosten van de werkzaamheden van de derde partij, als het ware de politie van de slachterij, zouden moeten worden opgebracht door de agrosector zelf, waarbij de omvang van deze kosten niet zouden mogen worden beïnvloed door de sector anders dan zoveel als mogelijk kwaliteit te leveren, zodat het proces niet stil komt te liggen door afkeuring van de gang van zaken.

25 maart 2008

De dierenwelzijnscoalitie heeft haar voet klem tussen de deuren van LNV

De Dierenwelzijnscoalitie is een samenwerkingsverband van een twintigtal organisaties die opkomen voor de belangen van dieren. Zij verwijten minister Verburg van Landbouw, Natuur en Visserij dat zij geen betekenis geeft aan het begrip intrinsieke waarde van het dier.
Met deze constatering is ook de filosofische leegheid van het begrip intrinsieke waarde vastgesteld. Dat verklaart waarom de overheid er in het verleden weinig moeite mee had om dat begrip in de wet op te nemen; het zou voor de praktijk van de veehouderij toch geen gevolgen hebben. De ene organisatie wil in de praktijk kleine stapjes nemen onder het motto “liever iets dan niets bereikt” (bijvoorbeeld liever scharrel- in plaats van legbatterij-eieren of liever Volwaard- dan plofkippen). De andere organisatie wil liever een principieel standpunt innemen onder het motto “als we de intensieve veehouderij een vinger zouden geven dan pakken ze de hele hand” (liever geen vlees eten dan biologisch vlees).
In de praktijk van de veehouderij is de laatste 30 jaar niets bereikt op basis van een beroep op de intrinsieke waarde van het dier. Toch kunnen de organisaties uit de coalitie het begrip niet loslaten. Men is bang geen voet meer tussen de deur te hebben. En daarmee hebben zij zich immobiel gemaakt. Ze hebben een voet tussen de deur maar niet meer het overzicht of er niet ergens anders in het dieronvriendelijke gebouw van de overheid veel beter toegankelijke deuren zijn, waardoor veel gemakkelijker binnen is te komen in het hart van de bestuurders.
Die toegankelijker deur leidt niet alleen naar het hart van de bestuurders, maar ook naar het bewustzijn van de kiezers en consumenten. Het bordje bij die deur vermeldt dat dieren een dierwaardig bestaan moeten kunnen leiden. Wanneer je de deur binnengaat dan leidt de gang naar de mogelijkheid om natuurlijk gedrag te kunnen vertonen. Wie nog wat verder om zich heen kijkt zal zien dat er meer van dergelijke deuren zijn in het politieke complex, die zijn te plaatsen onder de noemer “vrijheid”. Vrijheid en betrokkenheid (oftewel respect) zijn begrippen die mensen meer aanspreken dan eigen of intrinsieke waarde.
Beter ten halve gekeerd dan ten hele gedwaald.

18 maart 2008

Vissenkommotie en het fundament van dierenrechten

Toon Hermans maakte ooit een woordspeling met een afscheidszoen op het station: perrongeluk.
Het woord "vissenkommotie" uit de titel valt in een artikel van Rob Wijnberg in NRC Next met als titel “Is met je hond in bed slapen seksuele intimidatie?”.
Niemand zal een eigenaar die zijn hond laat slapen op zijn of haar bed betichten van seksuele intimidatie, hoogstens zal “sex met dieren” door zijn of haar hoofd flitsen. Vrij naar Freud: “what’s on a man’s mind” en "zoals de waard is vertrouwt hij zijn gasten".

De ondertitel van het artikel luidt: “Pas op voor dierenrechten: voordat je het weet wordt de wil van Marianne Thieme wet”.
Er is, kortom, veel flauwe hilariteit bij het bespreken van dierenrechten. Laten we het onwennigheid noemen, die hopelijk overgaat.

Het is mooi dat veel mensen zich nu al druk maken over de gevolgen van de politiek van de Partij voor de Dieren, want dat betekent vooraleerst dat zij de PvdD serieus nemen.
Nu nog een eerlijke en relevante discussie over dierenrechten. En hier laat Rob Wijnberg een aantal steken vallen.
In zijn artikel schetst Wijnberg de geschiedenis van het denken over dierenrechten. Het is jammer dat daarbij telkens dezelfde lijken uit de kast worden gehaald. Peter Singer en Tom Regan hebben weliswaar veel mensen geïnspireerd om mee te denken over dierenrechten, maar het is gelukkig niet zo dat zij het laatste woord hebben gezegd over hoe dierenrechten in de praktijk zouden moeten worden opgepakt.
Door de inspanningen van Singer en Regan staan nu vele, goedwillende dierenliefhebbers op het verkeerde been. Het is aan Singer te wijten dat mensen vinden dat dieren die meer op mensen lijken, bijvoorbeeld apen meer rechten hebben dan dieren die verder afstaan van de mens, zoals vissen. Het is aan Regan te wijten dat dierenrechten in het verleden wettelijk gegrondvest zijn op de intrinsieke waarde van het dier. Dit loze begrip heeft een heldere discussie op wat dieren toekomt voor decennia vertraagt.

Het is terecht dat Wijnberg aan het eind van zijn artikel schrijft: “Een essentieel probleem is daarom dat de Dierenpartij weinig specifiek is over welke dierenrechten precies in de grondwet dienen te worden opgenomen. Ze verwijzen weliswaar naar de Universele Verklaring van de Rechten van Dieren, waarin onder andere staat dat dieren recht hebben op "leven", "respect" en "verzorging". Maar wie bepaalt wat dat inhoudt?”

Gelukkig is het nog aan iedereen om samen te denken en te debatteren over de invulling van deze begrippen. Voor wie een beter fundament wil leggen onder dierenrechten, zij verwezen naar dit artikel op Animal Freedom over grondrechten van dieren.

Geen begrip in geheim gehouden rapport voor vrijgevigheid overheid voor de vleessector

Persbericht Varkens In Nood
VWA probeert de Tweede Kamer en de Europese Commissie te misleiden

Vleeskeuring door KDS in geheim rapport van Ernst & Young afgekraakt

Overheid betaalde meer dan 50 miljoen voor mislukte privatisering vleeskeuring

Overheid draagt jaarlijks nog eens flinke bedragen bij Ernst & Young heeft geen begrip voor vrijgevigheid overheid voor de vleessector


In de aanloop naar de rapportage van Hoekstra die op 19 maart verschijnt, is er opnieuw een rapport uitgelekt over de VWA, de Voedsel en Waren Autoriteit, de instantie die verantwoordelijk is voor de vleeskeuring. Uit dit geheim gehouden rapport van Ernst & Young blijkt dat als gevolg van de uitbesteding van vleeskeuringen aan KDS 140 van de 180 keurmeesters ontslag hebben genomen en met onbekende bestemming zijn vertrokken. Het verdwijnen van 78% van de keurmeesters sinds 2006 heeft een desastreuze invloed gehad op de kwaliteit van de keuring van vlees in Nederland.

Dit wordt onderschreven door insiders:
• schilders en stratenmakers hebben ervaren en deskundige keurmeesters vervangen
• de opleiding van nieuwe keurmeesters van KDS is ad hoc en oppervlakkig geweest
• vlees van zieke dieren komt in het slachtproces terecht

Door het mislukken van de privatisering functioneert de vleeskeuring door KDS slecht. Dit is des te zuurder nu die privatisering de overheid meer dan 50 miljoen euro heeft gekost. Jaarlijks draagt het ministerie van LNV ook nog eens circa 5,8 miljoen euro bij aan KDS.

De VWA en het ministerie van LNV hebben dit rapport tot nu toe geheim weten te houden. In notulen van de directie van de VWA van 16 november 2006 staat dat “besloten is om het rapport van Ernst & Young niet te verspreiden”. Verder blijkt uit die notulen dat Jos Goebbels (directeur Toezichtsbeleid en Communicatie) actief heeft geprobeerd de Europese Commissie buiten de deur te houden. In de notulen staat “de Europese Commissie wil in januari 2007 inspecties uitvoeren bij de VWA. Jos Goebbels probeert dit te verschuiven naar een later tijdstip en te beperken tot desk-studies". Anders gezegd, de VWA probeert de fouten bij de vleeskeuring te verbergen voor de Europese Commissie. Dat is goed gelukt, want in het rapport over 2007 van de Europese Commissie (de Food & Veterinary Office) komen de problemen met de privatisering aan KDS niet naar voren.

Falende vleeskeuring in de praktijk
Verschillende klokkenluiders hebben verteld welke gevolgen het ontbreken van goede controle in de praktijk heeft:
  • Tot 2006 moest elk varken gekeurd worden, van binnen en van buiten, op pathologische, anatomische en fysiologische afwijkingen. Hierbij werd het hart, kopklieren en longen ingesneden, enzovoort. Dit soort keuringen vereisen een grote expertise en vakmanschap en dat vakmanschap is voor een groot deel verdwenen.
  • Door het verdwijnen van ervaren keursmeesters controleren schilders en stratenmakers nu het vlees. Via verschillende klokkenluiders is bekend dat de controle op geslachte zieke dieren tot een minimum gedaald is. Ook worden levende zieke dieren tijdens het uitladen nauwelijks afgekeurd.
  • De snelheid van de slachtlijn is vaak zodanig hoog dat keurmeesters nauwelijks nog de kans hebben de dieren te controleren en zieke dieren er tussenuit te halen.
  • De keurmeesters niet alleen onervaren zijn, maar vaak ook nog eens een slechte opleiding hebben gehad.
  • Keurmeesters die ziek vlees aantreffen en dit willen controleren moeten de lopende band stil zetten. Dit leidt tot intimidaties door leidinggevenden en uitbeners en slachters die op stukloon werken en grote messen en bijlen hanteren.
  • De keurmeesters worden vaak niet gedekt door hun meerderen zoals VWA dierenartsen; deze werken ook in de slachterijen, maar zijn onder druk van de slachterijen vaak niet gemotiveerd. Dierenartsen die wel actief en gemotiveerd zijn, worden niet of nauwelijks gesteund door hun superieuren bij de VWA in Den Haag.
  • Door voortgaande bezuinigingen dreigt dit toezicht nog eens verder af te nemen, aldus een eerder uitgelekte brief van de directeur van de VWA, de heer Kleinmeulman.
  • Pas medio 2007 is er voor het eerst een onderzoek geweest naar de aanwezigheid van de ziekenhuisbacterie MRSA op vlees. Die werd bij ± 1/3e van kip en kalkoen en bij 11% van het varkensvlees aangetroffen. In de slachterijen vindt geen MRSA controle plaats.
  • Er is geen of nauwelijks controle op de aanwezigheid van residuen van antibiotica in vlees. Het gevolg hiervan kan zijn dat vooral kinderen een allergie voor antibiotica ontwikkelen en met antibiotica niet meer te behandelen zijn.

Conclusies
Volgens het rapport van Ernst & Young van 8 november 2006 heeft de privatisering van de keuring van vlees naar KDS geleid tot grote problemen. De kwaliteit van de vleeskeuring is door het verdwijnen van bijna 80% van de vleeskeurmeesters onvoldoende geworden en dit heeft ook nog eens (zonder duidelijke redenen) een enorm bedrag gekost.

Dit feit heeft de VWA (en waarschijnlijk de minister) voor de Europese Commissie, voor de Tweede Kamer en voor het publiek met succes verborgen weten te houden.

Door de privatisering mag de slager zijn eigen vlees keuren en krijgt miljoenen euro’s op de koop toe.

Overheid draagt alle nadelen en de vleessector alle voordelen van de privatisering.

Samenvatting van het rapport van Ernst & Young van 16 november 2006
Door de privatisering van de (rood)vleeskeuring van de overheid naar KDS werd het bedrijfsleven zelf verantwoordelijk voor de vleeskeuring en kon deze op de keuringskosten besparen.

De kosten van de privatisering worden (geheel) gedragen door de overheid, waren begroot op 50 miljoen euro en bedroegen uiteindelijk 52 miljoen euro.

Blz 8 van het rapport E&Y: "Het lijkt er op dat het bedrijfsleven de lusten heeft en de overheid de lasten draagt van de privatisering".

Door de privatisering zijn 141 van de 180 keurmeesters verdwenen. Blz 11: "onduidelijk is waar deze keurmeesters gebleven zijn".

Nieuwe keurmeesters moeten opgeleid worden. Blz 19: "waarom LNV de scholingskosten voor haar rekening heeft genomen, is onduidelijk".

Blz 25: "Jaarlijkse bijdrage aan keuring bedraagt, ondanks privatisering, voor de overheid nog altijd bijna 6 miljoen euro per jaar (2007), plus een additioneel debiteurenrisico".

Blz 26: "De kosten-baten analyse van de overdracht valt voor de vleessector veel gunstiger uit dan voor de overheid, die veel lasten en slechts beperkt de lusten draagt".


Uitgelekt rapport Ernst & Young 8 november 2006 met daarin bovenstaande conclusies
Uitgelekte notulen directie VWA met daarin afspraak tot verzwijgen van de werkelijkheid
Uitgelekte brief IG van de VWA: kwaliteit keuring vlees kan niet meer gegarandeerd worden
Uitgelekt rapport VWA over de VWA, januari 2007, met daarin een overzicht van het (eigen) falen van de VWA, tevens aanleiding voor het instellen van de commissie Hoekstra
Rapport van de FVO/Europese Commissie over de Nederlandse situatie in 2007
Persbericht slachterijen ontduiken controles
Brieven en quotes van klokkenluiders: brief slachter, brief keurmeester 1 & 2

Beeldmateriaal van de gangbare productie van een slachterij op aanvraag

Meer informatie:
Morgen zal Hoekstra verslag uitbrengen over het onderzoek naar het VWA rapport van januari 2007.
Stichting Varkens in Nood
varkensinnood.nl
Tel: 020 - 61 777 57
Fax: 020 - 417 78 50

14 maart 2008

De boer is geknecht

Dat de boer van tegenwoordig gevangen is in allerlei knellende economische kaders mag geen verbazing wekken. Zelf zal hij de eerste zijn om dit te erkennen en toch blijft hij zijn vak verdedigen omdat het eigen baas zijn hem aanspreekt.
Nu de boer vrijwel geheel zijn tijd moet steken in het afbetalen van zijn leningen, kun je stellen dat hij de knecht is geworden van de Agrobusiness. Deze sector heeft geconcludeerd dat niemand deze macht betwist en zij gaat (hebberig geworden) weer een stap verder.
Dieren zijn ontwaardigd door alle eigenschappen of lichaamsdelen, waarvan het behoud geld kost, via (gen)technologie te beheersen. Koeien worden onthoornd, varkens gecastreerd, schapen ontstaart, de snavels van kippen gekapt. Leefruimte van dieren wordt beperkt tot levenslange opsluiting in stallen, waarin het klimaat tot in de finesses kan worden geregeld omwille van snelle groei en minimale ziektedruk. De wetenschap is gemobiliseerd om de schijnbare onontkoombaarheid van dit discutabele besluit te onderbouwen.
Niets en niemand staat opschaling van de hoeveelheid dieren die in de industriële omgeving kunnen worden gehouden meer in de weg: de wereldmarkt moet worden veroverd, want wie het eerst (met een lage kostprijs) komt, wie het eerst maalt.
De komst van megastallen en varkensflats is ophanden. Het zal de megamanagers een worst wezen of die stallen verrijzen op het platteland, landbouwontwikkelingsgebied of op een industriegebied. De keuze daarvoor wordt slim overgelaten aan de politiek, zolang maar niet wordt getornd aan het besluit dat er megastallen komen. Dat traditioneel “boerende’ familiebedrijven dreigen te verdwijnen raakt ze niet. Ze helpen alleen maar dit proces te versnellen om de ruimte te kunnen claimen voor de eigen uitbreiding.
De kiezer laat het allemaal gebeuren, want “als de boeren geen ruimte krijgen om te groeien, dan zijn zij gedwongen om te stoppen”. Niemand die probeert na te gaan of dit dreigement wel grond heeft in een reëel gevaar voor de gezondheid van de vaderlandse economie. Of nog simpeler: of groei wel echt nodig is voor een rendabele bedrijfsvoering en of er niet veel betere alternatieven zijn waarvan veel meer partijen kunnen profiteren.
De kiezer ondertussen is met tegenstrijdige berichten in de media afgestompt en bang gemaakt voor een mondiale crisis in de economie als hij zou vragen om een pas op de plaats of zou vragen of het wat minder kan.
En de brutalen weten dit en zij gaan steeds onverstoorbaarder verder in het inpikken van de fysieke, ecologische en economische ruimte.

Wie wil deze ontwikkeling? De consument of de boeren? De overheid? Niet echt, maar ze hopen allemaal dat de nadelen anderen zullen treffen en dat zij zelf de voordelen mogen opstrijken. Deze voordelen zijn een hoge status als grootindustrieel met bijbehorend hoog inkomen of voor de consument een lage prijs voor voedsel in het schap.
Dat de groei ook ondernemers heeft opgeslokt en dat het milieu, ziektekiemen en het klimaat onbeheersbaar gaan reageren, dat ziet men wel, maar men hoopt dat de overheid tijdig maatregelen zal treffen.
Iedereen wacht op elkaar en wijst naar de ander als zijnde verantwoordelijk voor het afglijdende en desastreuze proces.
De verandering ten goede van deze passieve houding moet komen van mensen die hun naïviteit hebben afgelegd en de conclusie hebben getrokken dat zij verbeteringen niet meer willen laten afhangen van het initiatief van anderen, maar die zelf de handen uit de mouwen steken om het goede voorbeeld te geven.
Dat goede voorbeeld bestaat er voornamelijk uit dat mensen zaken gaan laten in plaats van nog meer te doen. “Less is more” en moeilijker dan dat is het niet.

13 maart 2008

Aantasting van lichamelijke integriteit van een dier omvat vele lichaamsdelen

In het wetsvoorstel van Harm Evert Waalkens over het verbieden van sex met dieren, heeft Waalkens veel moeite moeten doen om invasieve handelingen die in de veehouderij dagelijks massaal worden gedaan met de geslachtsdelen van dieren niet te laten vallen onder het verbod.
Met name schrijver Midas Dekkers mag graag de vraag stellen waarom mag een veearts wel zijn arm tot aan de schouder in de vagina van een koe steken en niet zijn piemel?
Op een enkele Softenon slachtoffer na zal de laatste handeling invasiever zijn dan de eerste.
De reguliere veehouderij kent nog meer handelingen die de seksuele integriteit van het dier aantasten: castratie, eitjes spoelen, sperma afvangen of kuikens sexen. Daarnaast zijn er handelingen die de lichamelijke integriteit aantasten: oren, snavels, vleugels en staarten couperen. De reden hiervoor is om de kostprijs van het fokken en houden van dieren zo laag mogelijk te houden. Het kost domweg te veel moeite, tijd, oftewel geld, om de voortplanting aan de dieren zelf over te laten.
Willen wij serieus iets doen om het welzijn van het dier te garanderen dan doen wij mensen er het beste aan om het dier te vrijwaren van gebruik. Wanneer we het niet eten, bejagen of als huisdier houden, dan is geen enkele noodzaak tot het aantasten van welke vorm van integriteit van dieren ook. We hoeven ons dan niet druk te maken of we dat nalaten omdat dieren een intrinsieke waarde hebben of andere belangen, maar kunnen dat gewoon doen omdat we de gouden regel toepassen: doe niet aan een ander, wat je ook niet wilt dat een ander jou aandoet.

07 maart 2008

Massale doden van muskusratten overbodig

Dierenbeschermers: ‘Massale doden van muskusratten overbodig’
Pleidooi voor herziening muskusrattenbestrijding

Stop per direct met het doden van muskusratten in gebieden waar zich geen kwetsbare belangrijke dijken bevinden - zoals in de meeste natuurgebieden. Dat is een van de aanbevelingen van De Faunabescherming, Bont voor Dieren en de Dierenbescherming in een gezamenlijke oproep van vandaag aan alle Provinciale Staten en waterschappen. Maar liefst zeven onderzoeken in de afgelopen twee jaar maakten wederom duidelijk dat het jaarlijks doden van 300.000 muskusratten geen zoden aan de dijk zet. Bovendien is er een scala aan duurzame, effectievere én diervriendelijke alternatieven beschikbaar.

Het doden van de muskusratten kost jaarlijks dertig miljoen euro - terwijl de door de dieren veroorzaakte schade maximaal vijf miljoen euro per jaar is. Deze schade treedt ook op bij de huidige, intensieve bestrijding. Uit de recente onderzoeken blijkt niet dat stoppen van bestrijding zal leiden tot meer schade. De organisaties pleiten ervoor dat de provincies en waterschappen enkele grootschalige proefgebieden aanwijzen. In deze gebieden worden de muskusratten niet gedood om zo wetenschappelijk onderzoek te doen naar onder meer de populatieontwikkeling van de muskusrat en de schade die het dier veroorzaakt.

Voorts roepen de dierenbeschermers Provinciale Staten en waterschappen op preventieve maatregelen te nemen bij groot onderhoud aan bestaande waterkeringen en aanleg van nieuwe. Gelijktijdig moeten de controle- en herstelwerkzaamheden op kwetsbare locaties intensiveren totdat deze zijn voorzien van muskusratbestendige voorzieningen. Vooral maatregelen die het graven van het dier in bijvoorbeeld een dijk onmogelijk maken blijken effectief.

Op dit moment worden muskusratten gevangen met klemmen en vallen. Deze middelen zijn uitermate wreed. ‘De klemmen doden de dieren vrijwel nooit direct omdat de slagkracht te klein is. De gevangen muskusrat stikt of verdrinkt vervolgens pas na enkele minuten (of nog langer). Ook worden er fuiken en inloopvallen gebruikt die onder water worden geplaatst. Wanneer een muskusrat hier inloopt of -zwemt verdrinkt hij na ongeveer zeven minuten. Als deze val niet volledig onder water staat, bijvoorbeeld als de waterstand is gedaald, verdrinkt het dier niet, maar komt het door uitputting en onderkoeling om’, aldus voorzitter Harm Niesen van De Faunabescherming.

Tot zover het persbericht.
Zie ook de oproep van Marianne Thieme om ook natuurlijke bestrijders te ontzien.

Nijpels neemt laatste kievitsei en eerste dodo-ei in ontvangst

De kievit-stand gaat in Nederland en Friesland zienderogen achteruit. Daarvoor zijn verschillende oorzaken, waaronder de moderne manier van bedrijfsvoering waarbij het gras steeds vroeger wordt gemaaid en minder koeien in de wei komen.
In Friesland helpt het eierzoeken (Ljipaaisykje) en eierrapen daarbij niet. De Partij voor de Dieren Friesland heeft commissaris van de koningin Nijpels daarom het dodo-ei aangeboden. Net als de dappere, maar weerloze Dodo vroeger uitstierf door ingrijpen van langsvarende zeelieden is men bang dat de weidevogelstand nog harder slinkt door in de wei en op de akkers zwervende eierzoekers.
Het is te hopen dat de Friezen op tijd inzien dat ook voor de vroege eieren in de wei geldt: kijken (liefst vanaf de weg, “wei” zeggen de Friezen) is prima, maar aankomen niet.

06 maart 2008

De EHS in gevaar door biobrandstofproductie

Terwijl de ruimte in de wereld steeds meer door mensen wordt ingenomen en mensen steeds meer over de wereld naar ontspanning zoeken, krimpt de mogelijkheid om op het platteland in eigen land te recreëren in de natuur of te genieten van akkers waar de natuur hang gang mocht gaan.
Waren de boeren in het verleden nog wel eens geneigd om land braak te laten liggen omdat een te hoge productie de landbouwprijzen te veel lieten zaken, nu moet elke meter grond benut worden.
Het eerste en het laatste hebben met elkaar te maken. De fossiele brandstofvoorraad krimpt sneller door onze vergrootte mobiliteit en het tekort moet worden aangevuld met biobrandstoffen. De boeren zien nu nieuwe toepassingsmogelijkheden voor de landbouwgronden en imagoverbetering voor de bio-industrie door terugwinning van energie. Was er jaren geleden een plan opgezet om de versnipperde natuurgebieden met elkaar te verbinden via een Ecologische Hoofdstructuur, nu gaan er steeds meer geluiden op dat het zonde zou zijn om landbouwgrond aan de natuur terug te geven.

Het wordt tijd dat de burger de boer terugfluit, maar ook zelf grenzen stelt aan zijn eigen energiegebruik. Minder produceren in de landbouw en minder vlees en energie consumeren bij de burger houdt de aarde langer leefbaar.

Overlevende kippen brand aan lot overgelaten

Comité Dierennoodhulp heeft na het zien van de tv-uitzending van het programma Hart voor Nederland op sbs6 van gisteravond 3 maart, waarin een item over een uitgebrande kippenschuur te zien was, aangeboden aan de gedupeerde familie om voor goede huisvesting en medische verzorging bij een dierenarts te zorgen voor de kippen die de brand overleefd hadden. In de uitzending waren schrijnende beelden van de kippen te zien die de brand overleefd hadden en die soms half verbrand in shock bij de uitgebrande stal zaten. Helaas bleek dat de familie niet open stond voor de zorgen die menig kijker bij het zien van de beelden gekregen had en geen enkele medewerking wilde verlenen om het welzijn van de dieren die de brand overleefd hadden te verbeteren.

Na bij de plaatselijke politie en dierenambulance geïnformeerd te hebben en deze te kennen gegeven hadden niets te weten over het lot van de kippen die de brand overleefd hadden en zij ook niet bereid waren polshoogte te nemen, is ’s avonds nadat verscheidene opvangadressen en een dierenarts zich bereid hadden verklaard te willen helpen, contact opgenomen met de gedupeerden: de familie van de Vis in Nijkerk. Hen werd het aanbod gedaan om de dieren op te vangen en de kippen zonodig kosteloos medische verzorging via een dierenarts te geven. Helaas stelde mevrouw Vis de bezorgdheid om het welzijn van de dieren niet op prijs en liet weten dat zij de volgende dag wel zouden zien wat er nog in leven was van de kippen en in een andere schuur kon worden ondergebracht of afgemaakt. Dit terwijl menig dier aan brandwonden leed en het die nacht zou gaan vriezen en de dieren enkel gewend waren in een schuur opgesloten te zijn en dus niet gewend waren om in de buitenlucht te leven. Vele overlevenden moeten dan ook gestorven zijn door de kou.

Vandaag is de Landelijke Inspectiedienst van de Dierenbescherming (LID) door Comité Dierennoodhulp van deze vorm van verwaarlozing op de hoogte gebracht. De LID verwees door naar de Algemene Inspectie Dienst (AID) met de opmerking dat het toch om mestkippen ging die niet ouder werden dan 45 dagen. Alsof de dieren daardoor minder zouden lijden! Van een dierenbeschermingsorganisatie verwacht Comité Dierennoodhulp dat men meer mededogen toont voor het lijden van dieren. Ook de AID gaf te kennen niets te willen doen met de aangifte op grond van artikel 36 van de Gezondheids- en Welzijnswet voor dieren waarin staat dat men niet zonder redelijk doel een dier in zijn welzijn mag aantasten. Reden was dat het bedrijf bij hen goed bekend stond als zich houdend aan de wettelijke regelgeving en men het logisch vond dat het welzijn van de kippen die de brand overleefd hadden niet de eerste prioriteit had.

Tekenend in de berichtgeving over de brand is dat bijna overal in de media werd vermeld dat er geen persoonlijke slachtoffers zijn gevallen. Het lijden van de 23000 kippen die gestikt of levend verbrand zijn wordt blijkbaar vergeten. En zelfs de instanties die zorg moeten dragen dat dieren beschermd kunnen worden door artikel 36 in de Gezondheids- en Welzijnswet voor dieren, laten de kippen die de brand overleefd hebben gemakshalve maar aan hun lot over.

Comité Dierennoodhulp

Voor meer informatie Sandra van de Werd, tel: 06 – 40 70 92 18

Voor lul in het hol van de Leeuw

Veganist Peter Janssen, beter bekend als de vegan streaker, stormde afgelopen vrijdagmiddag de Almeerse studio binnen waar de show Mooi Weer De Leeuw werd opgenomen. Anders dan een gewone ongewenste streaker zou doen, bleef hij op verzoek van Paul de Leeuw op het podium staan, die vervolgens eerst doodgemoedereerd zijn telefoongesprek afmaakte. Wat een echte streaker ook doet is naakt door en uit het beeld rennen. Door deze twee inschattingsfouten droop Peter met de staart tussen de benen toch nog naakt af, nadat Paul hem op schoot had getrokken en hem zijn slip had ontfutseld. De Leeuw rondde zijn aanranding af met het opnoemen van veganistische fallussymbolen als asperges, komkommers en wortels.
De afloop zal ongetwijfeld anders zijn gelopen dan de vegan streaker had beoogd. Voor Paul de Leeuw is de afhandeling van deze onverwachte gebeurtenis een publicitaire opsteker, hoewel veel kijkers de wijze waarop ook een teken vinden van het soms bedenkelijke niveau van de uitzending.
Voor Peter Janssen is nu de aandacht verlegd van de zaak naar het zaakje van zijn persoon. Voor een zo ver van het klapvee afstaand onderwerp als dierenleed en veganisme is de actie geen goede zaak. Voor veganisten en andere mensen die zich inzetten voor het stoppen van dierenleed en voor het afzien van het gebruik van dieren is het effectiever om mensen een aantrekkelijk alternatief voor te schotelen. Dat doe je door mensen of een lekkere, vleesloze maaltijd voor te zetten of door hen van een gewetensprobleem af te helpen. Het is niet voor niets dat bijna niemand de bio-industrie wil. Geen van de effectieve middelen hebben een raakvlak met het streaken of het verstoren van evenementen. Alleen de eerste poging in januari tijdens een concours hippique had nog enig verband met het onderwerp. Daar wist hij tevens door zijn atletische talent zijn belagers lang voor te blijven.
Dierenactivisten in de politiek, zoals de Kamerleden van de Partij voor de Dieren, willen de haas in de marathon zijn. Maar deze solistische hardloper is een doodloper.
Soms is geduld en zijn kleine stapjes een goede zaak.
Het gaat in de economie om het geld. Willen we kwetsbare groepen behoeden voor de negatieve gevolgen daarvan, dan moet je met een kwalitatief beter alternatief komen dan dieren alleen maar voor geld te gebruiken.

Het dispuut tussen Janssen en de Leeuw werd een week later in de uitzending voor de rijdende rechter gebracht. Die benoemde dat slipjes stuk trekken en zonder overleg studio's binnenkomen niet door de beugel kunnen en besliste dat de Vegan Streaker zijn excuses moest aanbieden.

Moraal van het verhaal: de dieren zijn er niet mee gebaat als op een gegeven moment de aandacht naar de mensen gaat. Het gaat om de diervriendelijke boodschap en niet om de diervrije boodschapper.

Internationale campagne voor afschaffing lange-afstand-transport slachtvee



Internationale coalitie pleit voor handel in gekoeld en diepgevroren vlees

Start campagne voor afschaffing transport slachtvee over lange afstand

Persbericht Den Haag, 6 maart 2008 – Een coalitie van Nederlandse dierenwelzijnsorganisaties aangevoerd door World Society for the Protection of Animals (WSPA), start vandaag een internationale campagne om transport van slachtvee over lange afstand te stoppen. De coalitie die, naast WSPA, onder meer bestaat uit Compassion in World Farming, de Dierenbescherming, Dier en Recht en Varkens in Nood, pleit voor vervanging van dit lange afstandstransport door handel in vlees van vee dat op humane wijze is geslacht dichtbij de plaats waar het is gefokt en/of gemest. Deze dringende oproep aan regeringen is mede gebaseerd op een tweejarig undercoveronderzoek van WSPA waarbij video-opnames werden gemaakt van de omstandigheden tijdens internationale veetransporten op routes van Spanje naar Italië, van Australië naar het Midden Oosten en van Brazilië naar Libanon (zie www.handlewithcare.tv/nl).

Wekelijks worden miljoenen slachtdieren over lange afstanden vervoerd. Het beeldmateriaal dat WSPA vergaarde tijdens haar onderzoek toont, evenals eerdere onderzoeken, onomstotelijk aan dat de omstandigheden tijdens deze transporten veel dierenleed veroorzaken. De dieren verblijven in benauwde en donkere ruimten en worden angstig omdat ze geen bewegingsruimte hebben en niet gewend zijn aan de geluiden, de stank en de temperatuurwisselingen. Ze worden ruw behandeld, krijgen weinig voedsel en water en dikwijls raken ze tijdens het transport gewond.

Regelgeving faalt in praktijk

De Europese regelgeving met betrekking tot veetransporten blijkt in de praktijk niet te voldoen. De regels worden vaak overtreden en de naleving wordt nauwelijks gecontroleerd. Buiten Europa is de regelgeving vaak nog slechter. Bovendien is het vrijwel onmogelijk om dieren duizenden kilometers te vervoeren zonder leed en dood te veroorzaken. Sandra Albers, directeur WSPA Nederland: “De wreedheden die miljoenen dieren tijdens onnodige transporten jaarlijks moeten doorstaan zijn volledig onacceptabel in de 21e eeuw. Daar moet een einde aan komen.”

Nederland grootste transporteur

Het grootste Europese transport van dieren over lange afstand betreft de jaarlijkse export van ongeveer twee miljoen varkens van Nederland naar Spanje en Italië. Ongeveer 1,6 miljoen jonge Nederlandse varkens worden vervoerd om in het buitenland verder te worden afgemest. De overige varkens zijn oudere dieren die geëxporteerd worden voor de slacht. Het komt zelfs voor dat een slachtvarken dat op transport gaat van Duitsland naar Nederland al eerder als biggetje van Nederland naar Duitsland is vervoerd. Dat zich ook tijdens deze transporten ernstige misstanden voordoen, bleek vorig jaar uit undercoveronderzoek van coalitiepartners Dier en Recht en Varkens in Nood.

Alternatief

Met de campagne wil de coalitie een goed alternatief voor het transport van slachtvee over lange afstand onder de aandacht brengen: de handel in vlees van dieren die op humane wijze worden geslacht dicht bij de plaats waar ze worden gefokt en/of gemest. De technologie voor het transport van vers gekoeld of ingevroren vlees bestaat al 125 jaar. De overgang naar deze vorm van transport vindt langzaamaan plaats, maar nog steeds worden miljoenen slachtdieren over lange afstanden vervoerd. De coalitie wil deze ontwikkeling in een stroomversnelling brengen.

01 maart 2008

Dit kun je kippen en de omwonenden niet aandoen

Het pluimveebedrijf Van Deurzen in Groesbeek, met 300.000 kippen de grootste legbatterij van Nederland, wil overleg met de gemeente. De Raad van State vernietigde woensdag de milieuvergunning van het bedrijf. De kippen veroorzaken volgens het rechtsorgaan overmatige stank voor omwonenden. De gemeente liet daarop weten dat de kippen weg moeten uit het bedrijf. Van Deurzen vraagt de gemeente Groesbeek in een brief om overleg. "Sinds 1 januari 2007 geldt een nieuwe Wet Geurhinder. De Raad van State is nog uitgegaan van de oude wet. Het bedrijf denkt aan de nieuwe wet te kunnen voldoen", zegt advocaat Johan van Groningen. Het bedrijf heeft al installaties om uitstoot van onder meer ammoniak terug te dringen. Desnoods zijn aanvullende aanpassingen mogelijk die de uitstoot nog verder kunnen terugdringen.

Van Deurzen houdt van pappen en nathouden. Zijn aanpak heeft een hoog Obama gehalte “yes, we can”. We kunnen ons aan de nieuwe wetten houden, we kunnen de uitstoot van stank en fijnstof terugdringen.
Maar de kippen een dierwaardig bestaan geven, dat kan hij niet betalen. Al zou hij het willen, het kan gewoon niet op deze schaal. Hopelijk kan en wil de gemeente Groesbeek de moed opbrengen om dit bedrijf te sluiten. Want wat van Deurzen doet, dat moet niet kunnen en moeten we niet willen.

De film van Wilders en megaverantwoordelijkheid

Nu Nederlandse economische belangen en mensenlevens in het buitenland in gevaar zijn door de film van Wilders, spreken de politici heldere taal over mensenrechten. Ieders vrijheid (van meningsuiting) is een grondrecht en we moeten de verantwoordelijkheid nemen om dit te respecteren, maar het is soms ook verstandig om grenzen te stellen.
Maar hoever kun je gaan in het stellen van grenzen?
Ten aanzien van dierenrechten en dierenwelzijn geldt hetzelfde: dieren zouden de vrijheid moeten hebben om hun natuurlijke gedrag te kunnen doen en mensen die dieren (hun vrijheid te ont)houden, zouden hun verantwoordelijkheid moeten nemen en dieren in de gelegenheid moeten stellen om in ieder geval in de wei te kunnen komen.
Voor de geplande megastallen, die zuiver en alleen om economische redenen zijn verzonnen, geldt daarom dat we ze niet moeten laten bouwen omdat de dieren daarin niet meer buiten kunnen komen. Net als moslima die gedwongen worden zich schuil te houden, thuis of in boerka's. Ze worden daarmee van hun rechten beroofd.
Niemand is meer waard dan een ander en niemand mag zich onttrekken aan de gevolgen van zijn gedrag voor mens en dier omdat hij of zij boven de wet verheven is.

Leeswijzer


Kijk op Facebook voor onze reactie op de actualiteit.
Aanbeveling: Thema's of steekwoorden vindt u via de labels onderaan de pagina of op Animal Freedom. Klik hier voor de laatste bijdragen.
Klik hier voor het beleid om uw privacy te beschermen.

Waarom dit blog?

De Nederlandse veehouderij is vooral gericht op zoveel mogelijk voor de export te produceren onder het motto “meer, meer, meer en groot, groter, grootst”. Dit heeft negatieve gevolgen voor zowel de dierenwelzijn, biodiversiteit, het milieu, het klimaat, de portemonnee en de gezondheid van burgers en ook voor welwillende boeren.
Dit blog verzamelt kritische artikelen die de wurggreep beschrijven waarin de veehouderij zichzelf heeft vastgezet. Zo willen we niet alleen een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van de kwaliteit van het leven voor alle belanghebbenden, maar ook aan een schone, gezonde omgeving en een beter dierenwelzijn.

Ook de argumentatie dat dieren grondrechten hebben kan beter en meer aansluiten op hoe mensen voor zichzelf vinden dat recht moet gelden. Alle dier(soort)en kunnen in hun recht op vrijheid als (intrinsiek) evenwaardig aan mensen beschouwd worden. Dierenrechten zijn mensenrechten, die mensen de kans geeft om voor dieren op te komen.
Dieren, bijv. in de intensieve veehouderij, worden behandeld als een object in plaats van een subject met gevoelens en rechten.

De snelheid en het aantal dier(soort)en dat we voortdurend gebruiken is immens. De bijdrage aan onze welvaart en economie van de agrosector is gering. De oplossing is simpel en van niemand anders dan van ons zelf afhankelijk.

Dierenrechten in woord en beeld

Vrijheid is ook een intrinsiek grondrecht voor dieren. Dieren zijn geen dingen Dierenrechten zijn mensenrechten. Mensen moeten voor dieren kunnen opkomen wanneer hun grondrecht wordt geschonden.
logo van Animal Freedom yin en yang
Lees hier over de redenen waarom dieren recht op vrijheid hebben. Lees hier waarin mens en dier evenwaardig zijn.