Mens en dier zijn (intrinsiek) evenwaardig in hun recht op vrijheid

Bij de Stichting Animal Freedom leest u over de gedachte achter dierenrechten.
Hier leest u over ontwikkelingen in de agrosector en de gevolgen voor dieren(rechten).
Alle levende wezens zijn verschillend maar evenwaardig in het recht op vrijheid op een natuurlijk leven.
Een dier is (net als een mens) geen ding of een object.
Dierenrechten zijn mensenrechten. Mensen moeten kunnen ingrijpen wanneer mensen dieren misbruiken of onrecht aandoen.

31 oktober 2008

Verslag van een hoorzitting over bio-technologie

HOORZITTING-BIOTECHNOLOGIE 30-10-2008

Het was weer een heerlijk avondje Manipuleren.

De vorige keer was al een half jaar geleden en menigeen die zich afvroeg of………. of er nog wel genetisch gemanipuleerd wordt. Aan de oproep voor de hoorzitting-biotechnologie gaf een ongekend groot aantal collega’s gehoor, uit alle windstreken.
De grootste verrassing kwam echter van professor Tjard de Cock Buning, die zelf lid geweest is van de adviescommissie (CBD) en nu met een groepje studenten van de VU de zitting kwam bijwonen. Ze moesten op stoelen tegen de muur zitten want aan tafel was geen plaats meer. Al met al een gezellig volle bak. Ook de nieuwkomers voelden zich vrij om opmerkingen te maken, vragen te stellen e.d..

Hèt onderwerp van de avond was natuurlijk de spierziekte van Duchenne. Maar omdat de andere aanvrager en z’n maat wat eerder weg moesten, werd zijn onderzoek eerst behandeld.
Dat is zo abject – daar wil je het eigenlijk niet eens over hebben. Een aanvraag van 3950 muizen voor het luie oog, al had de aanvrager liever dat je het wat groter zag. Nou goed dan, 7.000 muizen, vanaf 2000. Plus de belangrijke vraag – de 7.000 muizenvraag: hoe komt het dat de oudere mens niet meer zo makkelijk leert pianospelen?

In haar advies over deze aanvraag stelt de CBD drie keer dat de dieren geen schade aan gezondheid en welzijn zullen ondervinden. We hebben het dan – onder veel meer – over:
• Staartknip, onder narcose;
• Perfusie met paraformaldehyde, onder diepe narcose;
• Het dichthechten van een van de oogleden van vier weken oude muizen;
• Er wordt een venstertje geplaatst in de schedel, onder anesthesie;
• Dieren worden onder een microscoop geplaatst, onder verdoving.

Hierop zei de voorzitter van deze commissie: (geen schade….) “als gevolg van de biotechnische handelingen”.
Op zich correct, maar aangezien de biotechnische handelingen bij iedere aanvraag dezelfde zijn, hoeven we het dus vanaf nu niet meer te hebben over het lijden van de proefdieren.

Arnoud Koenen was ook weer eens van de partij. Hij kreeg van de voorzitter helaas geen gelegenheid een troefkaart uit te spelen. Hij vroeg namelijk aan de onderzoeker: “Als u één mensenleven zou moeten opofferen om hetzelfde te bereiken met bijv. 100.000 muizen, wat zou u dan doen?”
Dr. Levelt: “Ik vind een mensenleven belangrijker.”
Koenen (tegen mij): “En zo iemand is verantwoordelijk voor het lijden der dieren.”

Tegen de oorspronkelijke aanvraag heeft Proefdiervrij in 2002 geprocedeerd. Bij de vervolgaanvraag van vanavond was ze er weer niet.
Bestaat dat eigenlijk nog, Proefdiervrij? Dierenbescherming?

Duchenne

Het was voor mij wat moeilijk om aan te tonen dat dit onderzoek Russische roulette is, omdat ik de enige was die de oorspronkelijke aanvraag uit 2001 kende. Oorspronkelijk wilden de Leidenaren vooral onderzoek doen met de knock-out muis (zonder dystrofine-gen). En ze wilden experimenteel exon 46 skippen (d.i. laten overslaan in de aanmaak van het dystrofine-gen).
In de aanvraag van vandaag is daarvan niets meer terug te vinden: de Japanners waren de Leidenaren namelijk voor geweest met de knock-out-muis. In Leiden draait het nu ineens om de mdx-muis die eerder niet geschikt bevonden was. Van de 79 in aanmerking komende exons zetten ze nu maar eens in op nr. 51 in plaats van voorheen op nr. 46!

Ik ben blij dat ik geen kind met Duchenne heb.
Er waren overigens geen ouders van zulke kinderen aanwezig. Eigenlijk onvoorstelbaar.
Inderdaad zouden wij, zoals Jasper uit A’dam suggereerde, contact moeten leggen met de patiëntenvereniging. Dit niet overlaten aan de onderzoekers. Het geld voor onderzoek komt voor een deel van patiëntenverenigingen.

Jasper bracht ook de Commissieleden (en onderzoekers) nog even in het nauw met zijn vraag naar het getal 150, d.i. het aantal dieren om een genetische gemodificeerde muizenlijn te maken. “Nou” zei de CBD-voorzitter, “dat staat in het advies: een dekman, nog een dekman (gevasectomeerd), een donor, een draagmoeder.”
“Precies” zei ik, “en dat maakt 150.”

De beide onderzoekers probeerden op een andere manier zand in de ogen te strooien. De ene zei lachend dat dat aantal al jaren gehanteerd wordt – kennelijk zonder te beseffen dat dat de zaak alleen maar ernstiger maakt. De andere zei dat als de modificatie eerder slaagt, ze dan stopt. M.a.w. maak je niet toch druk!

Ja,- manipuleren kun je aan ze overlaten!

En zo ging het door, tot kwart voor tien. Marijke wees erop dat men wel probeert patiënten te genezen, maar niet de ziekte zelf aanpakt, d.w.z. bij de erfelijke drager ervan.
Prenataal onderzoek kan namelijk vaststellen of de vrouw drager is.
Het blijft dus dweilen met de kraan open.

De onderzoekster deed er - ongewild - nog een schepje bovenop. Op een vraag daarover zei ze dat een (eventueel) geneesmiddel voor de farmaceutische industrie niet of nauwelijks interessant is: de doelgroep is te klein en het zijn ook nog eens kinderen (wat medicatie nog bemoeilijkt).

E.D.

Volkskrantverslaggeefster skeptisch over relatie vlees en broeikaseffect

Verslaggeefster Kim van Keken schrijft donderdag 30 oktober in de Volkskrant over “Megatonnen broeikasgas door eten vlees en vis”.

Zij heeft echter weinig zin om deze kwestie serieus te beschrijven.
Zo schrijft zij:

“De productie van een Nederlands kippenboutje veroorzaakt veel minder broeikasgassen dan een Braziliaanse biefstuk. Daar staat tegenover dat een koe in Brazilië veel meer ruimte heeft in de wei, dan een Nederlands dier in een hok.”

Voorgaande is een waarheid als een koe. Een kip is nu eenmaal heel wat kleiner als een koe. Zelfs als we het hebben over een lapje vlees van gelijk gewicht is het onzin: door het gesleep van veevoeder uit (de regenwouden van) Brazilië naar Nederland is het broeikaseffect groter.

Zij schrijft verder:

De bio-industrie is in die zin beter voor het milieu: meer dieren op één plek werkt energiebesparend, zegt onderzoeker Hans Blonk. `Maar we hebben natuurlijk graag dat dieren het goed hebben.' Minder vlees eten kan dus de uitstoot van CO2 verminderen, hoewel ook in veel vleesvervangers dierlijke producten zijn verwerkt.

Zo! Zitten in Vleesvervangers dierlijke producten? Dat zal dan zeer gering zijn. Het zou wat zijn als een vleesvervanger evenveel vlees zou bevatten als gewoon vlees!

Verder maar weer:

Als iedereen de hele week veganistisch eet bedraagt de reductie aan kooldioxide waarschijnlijk zes megaton per jaar, meldt het rapport. Maar ook plantaardige voeding leidt tot C02-uitstoot. `Als iedereen plantaardig eet, heb je de sojaproblematiek nog niet opgelost.' Blonk verwijst hiermee naar het kappen van regenwoud, onder meer voor het aanleggen van sojaplantages.

Het zal ongetwijfeld zo zijn dat bureau Blonk een rapport) heeft gemaakt dat de vleesindustrie niet al te hard afvalt, maar de suggestie dat er nog een substantiële kap van het regenwoud doorgaat als er geen soja meer voor veevoeder voor ons land wordt geteeld, maar alleen voor Vleesverlaters is wel erg onwaarschijnlijk. De soja die rechtstreeks voor vleesvervangers wordt ingezet, is maar een fractie van de hoeveelheid die voor de omweg via het vlees benodigd is. Dus als alle wereldbewoners vegetariër worden is de kap van het regenwoud niet meer nodig, maar kan de gehele wereldbevolking worden gevoed via de gewone landbouwgronden.

30 oktober 2008

Algemene Rekenkamer: Nederlands visserijbeleid is ondermaats

Algemene Rekenkamer: Nederlands visserijbeleid is ondermaats

Rekenkamer bevestigt pleidooi Partij voor de Dieren voor verdere vangstbeperkingen visserij


Persbericht PvdD Den Haag, 30 oktober 2008 – De Algemene Rekenkamer geeft een dikke onvoldoende aan het visserijbeleid van minister Verburg. De Partij voor de Dieren ziet in het vandaag verschenen rapport een bevestiging van het continu falen van de minister om de visserij te verduurzamen, de handhaving te verbeteren en de mariene natuur te beschermen. Inmiddels is bijna 90% van de visbestanden overbevist. De Partij voor de Dieren heeft hier in Kamerdebatten bij voortduring op gewezen en pleit voor strenge vangstbeperkingen en bescherming van zeegebieden voor visserij. De minister heeft deze kritiek van de Partij voor de Dieren steeds afgedaan als verschil van mening, maar nu liggen de harde feiten op tafel.

De conclusies van het rapport zijn duidelijk: het Nederlands visserijbeleid is vanuit ecologisch oogpunt onvoldoende streng om de ambities voor bescherming van de visstand en biodiversiteit te kunnen waarmaken. Economische belangen voor de korte termijn hebben voortdurend de overhand. Dat heeft geleid tot overbevissing en aantasting van de ecosystemen in de Noordzee. Zo bevinden tong en kabeljauw zich al jaren in de gevarenzone en hebben sleepnetten de zeebodem veranderd in een surrealistisch maanlandschap. De vangstquota zijn gemiddeld 42% tot 57% hoger dan verantwoord is. En meer dan de helft van alle gevangen vis wordt dood overboord gegooid, omdat ze ondermaats zijn of op zee worden vervangen door vis van betere kwaliteit (‘high grading’).

Esther Ouwehand: “De Rekenkamer wijst wederom op gebrek aan maatregelen en concrete doelstellingen in de duurzaamheidbeloftes van dit kabinet. Gerda Verburg staat nog altijd aan het roer van een visserij-ministerie waar de natuur keer op keer het onderspit delft”. De Partij voor de Dieren vindt dat de minister haar internationale verplichtingen moet nakomen. Hierbij heeft zij beloofd te zorgen voor een netwerk van beschermde gebieden op zee. Er moet een einde komen aan het overboord gooien van commercieel niet-aantrekkelijke vis, door vissers te verplichten alle gevangen vis aan wal te brengen. Een drastische verlaging van de visquota is onafwendbaar.

Saillante constatering van de Rekenkamer was dat “vissers op vrijwel alle terreinen van de zeevisserij geneigd zijn de regels te overtreden”. De huidige controle en handhaving is volgens de Rekenkamer ondermaats en voldoet niet aan de Europese regels.

De minister probeert zich in een reactie op het Rekenkamerrapport te onttrekken aan haar verantwoordelijkheden, door te stellen dat er geen sprake zou zijn van een Nederlands visserijbeleid. De Partij voor de Dieren vindt dat een beschamende vertoning. Esther Ouwehand: “Nederland is als één van de vijf grootste vislanden binnen de EU een grote speler en als EU-lidstaat zijn we medeverantwoordelijk voor het Europees beleid. De minister zit iedere maand in Brussel om voor Nederland de hoogst mogelijke vangstquota binnen te slepen. Ze kan wel degelijk zelf beslissen of we aankoersen op duurzaamheid, of vernietiging.”

De Partij voor de Dieren zal in de visserijdebatten pleiten voor een warme sanering van de visserijsector. Ook de Rekenkamer vindt dat de minister de optimale omvang van de vloot moet bepalen om zo meer zekerheid te bieden aan vissers en hun toekomst.

29 oktober 2008

Voor Nederlandse levensstijl zijn twee aardes nodig

VROM-rapport en Wereld Natuur Fonds steunen pleidooi Partij voor de Dieren

Minder vlees levert grote klimaatwinst op

PvddD Persbericht Den Haag, 29 oktober 2008-
Het vandaag gelekte rapport over de milieueffecten van de eiwitconsumptie in Nederland onderstreept het pleidooi van de Partij voor de Dieren dat het eten van minder vlees een belangrijke klimaatwinst op zal leveren. De onderzoekers stellen dat het gelijktijdig vervangen van vlees, zuivel en vleeswaren door plantaardige alternatieven zoals soja en andere peulvruchten grote besparingen oplevert. Niet alleen voor de uitstoot van broeikasgassen, maar ook voor het landgebruik en het waterverbruik. Het onderzoek is vorig jaar op verzoek van de Partij voor de Dieren door milieuminister Cramer geïnitieerd. De Partij voor de Dieren wil dat het kabinet met een spoedige reactie komt waarin zij aangeeft hoe zij de veelbelovende woorden in daden om zal zetten.

Vandaag kwam ook het Wereld Natuur Fonds (WNF) met het alarmerende bericht dat Nederlanders leven alsof ze twee aardbollen ter beschikking hebben. Nederland staat op de zevende plaats op de wereldranglijst voor vleesconsumptie, met gemiddeld 86 kilo vlees per persoon per jaar. De productie van vlees legt een groot beslag op de beschikbare landbouwgronden, de watervoorraad en de biodiversiteit, aldus het Living Planet rapport van WNF. Marianne Thieme heeft de regering vandaag via Kamervragen opgeroepen om net zoals bij de aanpak van de kredietcrisis daadkracht te tonen bij het aanpakken van de klimaatcrisis, natuurcrisis en voedselcrisis.

Marianne Thieme: “Het is al lang bekend dat er grote nadelen kleven aan het eten van vlees. De regering moet haar verantwoordelijkheid nemen en een meer plantaardig voedselpakket stimuleren. Het eten van vlees moet worden ontmoedigd. Het is moreel onaanvaardbaar dat wij willens en wetens zo’n grote aanslag plegen op de aarde. We benadelen met onze vleesconsumptie niet alleen het klimaat, de biodiversiteit en de allerarmsten in de wereld, maar leggen ook een grote hypotheek op de toekomst.”

Inmiddels zijn er al talloze onderzoeken verschenen over de negatieve effecten van vleesconsumptie. In 2006 kwam de wereldvoedselorganisatie FAO tot de conclusie dat de uitstoot van broeikasgassen uit de veehouderij met 18% veel hoger was dan de uitstoot van alle verkeer en vervoer (13%). Het wetenschappelijk bureau van de Partij voor de Dieren maakte in 2007 de film Meat the Truth over de effecten van de veehouderij op het klimaat, de beschikbaarheid van natuurlijke hulpbronnen en de biodiversiteit en ziet haar conclusies nu opnieuw bevestigd.

In juni bleek al dat het kabinet werk wilde maken van het verduurzamen van de eiwitproductie, maar tot concrete maatregelen kwam het nog niet. In september presenteerde het Planbureau voor de Leefomgeving het rapport ‘Vleesconsumptie en klimaatbeleid’ waarin de klimaatgevolgen van verschillende scenario’s met verminderde vleesconsumptie zijn doorgerekend. En ook Rajendra Pachauri, voorzitter van het International Panel on Climate Change (IPCC) en winnaar van de Nobelprijs voor de vrede, heeft begin september opgeroepen om tenminste één dag in de week geen vlees meer te eten omdat het een relatief makkelijke manier is om de broeikasgasemissies drastisch terug te dringen en andere milieuproblemen aan te pakken.

De Partij voor de Dieren is verheugd dat meer en meer belangrijke adviesorganen de boodschap om minder vlees te eten bevestigen en aanvullen. Marianne Thieme: “Al deze rapporten zijn een erkenning van ons werk. De wetenschappelijke feiten over de negatieve effecten van de vleesconsumptie zijn niet langer te negeren. We verwachten binnen nu en een jaar een grote doorbraak waarbij steeds vaker zal doorklinken dat het eten van vlees niet meer zo vanzelfsprekend is. In elk geval zal een zichzelf respecterende overheid niet langer reclame kunnen maken voor de consumptie van vlees en zuivel zoals op dit moment nog met miljoenenbudgetten gebeurt.”

28 oktober 2008

Duizenden muizen moeten hangen voor een lui oog

Van hangende oogleden naar een lui oog

Precies een jaar geleden bespraken we in een openbare bijeenkomst in het ministerie van LNV een aanvraag voor dierproeven voor het euvel van de hangende oogleden. Die aanvraag kwam uit het Leiden en vergunning werd verleend voor het misbruiken en doden van maximaal 2100 muizen gedurende een periode van vijf jaar.
(Aanvraag L05).

Zelfs de adviescommissie (CBD) geneert zich. Ze geeft ook toe dat er al een goede therapie bestaat.

Toch doet ze haar best om het belang zoveel mogelijk op te blazen. Het gaat echt niet alleen om een lui oog maar ook om een vorm van hersenonderzoek bla bla bla.

Ook dit is een vervolgaanvraag; voor de komende vijf jaar gaat het om bijna 4.000 muizen. De oorspronkelijke aanvraag dateert uit het jaar 2000. Proefdiervrij was toen nog van de partij en heeft de vergunning bij de rechter aangevochten. Dat beroep werd gegrond verklaard maar bewerkstelligde niet meer dan een uitstel van twee jaar.

In 2003 werd vergunning verleend voor maximaal 3.000 muizen.

Het totaal aantal proefdieren voor het luie oog komt daarmee (voorlopig) op 6.950.

Volgens de CBD hebben de dieren nergens last van. Ik wacht nog op de dag dat de commissie schrijft dat de dieren de proeven wel gezellig vinden. Dat zeggen de circusbazen toch ook? Zo de hele dag in je kooi, dat is toch niks.

Waar gaat het over? Onder andere:
Staartknip, onder narcose;
Perfusie met paraformaldehyde, onder diepe narcose;
Het dichthechten van een van de oogleden van vier weken oude muizen;
Er wordt een venstertje geplaatst in de schedel, onder anesthesie;
Dieren worden onder een microscoop geplaatst, onder verdoving.

Eerlijk gezegd denk ik dat ik de muizen pas echt gelukkig zijn als ze “op de voorgeschreven wijze” worden gedood.


E.D.

24 oktober 2008

Nepbont dragen steunt de bontindustrie

Er zijn helaas veel mensen die zich inzetten voor dieren en die denken dat het dragen van nepbont onschuldig is.
Omdat nepbont en echt bont op het oog niet zijn te onderscheiden, hebben de bonthandelaren "sluipenderwijs" vrij spel in het verwerken van bont in kleding.
Het zou het beste zijn als kledingmakers geen bont verwerken in kleding, maar bont wordt door velen toch gezien als mooi.
Terwijl bont op het oog lastig is te duiden zijn er wel wat proefjes te doen om meer zekerheid te krijgen.

Trucjes om echt bont van nep bont te onderscheiden
Door de onderstaande trucjes toe te passen kun je er snel achter komen of je te maken hebt met echt bont of nep. Er zijn vier simpele testjes die je kunt doen om er achter te komen:
de onderwol test
de leder test
de wind test
de geur test

Kijk op de site van mens-en-gezondheid.

21 oktober 2008

Faunafonds verplicht tot afschot ganzen

Boeren die een beroep doen op het Faunafonds moeten twee preventieve maatregelen treffen om schade te voorkomen.
Een biologische teler van sperziebonen uit het Gelderse Dreumel krijgt geen schadevergoeding voor zijn bonen die in 2006 werden opgevreten door een koppel ganzen. Het Faunafonds wees op 8 oktober zijn verzoek af omdat de man verzuimd had om enkele ganzen af te schieten om de rest van de koppel schrik aan te jagen. In plaats daarvan schoot hij een aantal malen in de lucht. De Raad van State oordeelt dat de man uit Dreumel zijn 'afschotvergunning niet adequaat heeft gebruikt'. De teler plaatste wel een aantal vogelverschrikkers en toen hij zag welke schade ganzen veroorzaakten zette hij ook een knalapparaat neer.
Daarin “schoot de biologische teler te kort”, oordeelt het rechtscollege.

Tot zover het (aangepaste) bericht uit AgriHolland.


De teler had dus drie diervriendelijke preventieve maatregelen genomen. Ganzen zijn zeer gehecht aan hun soortgenoten. Partners zijn elkaar hun hele leven trouw. Individuen uit een koppel doodschieten “raakt” deze dieren nog eens extra. De opvattingen van het Faunafonds, nog eens versterkt door de Raad van State, maken dieren in ons land nog eens extra vogelvrij.

Wie meer wil weten over diervriendelijke maatregelen om overlast en schade door ganzen te voorkomen, kijk eens op de site van Martin Hof.

Een circus mishandelt niet systematisch dieren

De krachtigste verdedigingslinie van circussen tegen activisten is m.i. het onderwerp van de mishandeling. De steeds herhaalde mantra van circussen is: wij mishandelen de dieren niet. Variant: wij zijn goed voor onze dieren.

Om twee redenen is dit een krachtige stelling.
In de eerste plaats heeft men m.i. in hoofdzaak gelijk; in de tweede plaats wordt hier (bewust?) verwarring geschapen die het circus goed uitkomt.

Toelichting
1) Dieren worden in het circus m.i. niet systematisch mishandeld. Althans voor zover de buitenwacht dit kan waarnemen. Het gebruik van zweep en bull hook geeft aanstoot maar een circus kan zich niet permitteren dat het gewonde dieren laat opdraven. Dit zou ook nog eens een te grote kostenpost worden (veearts). Bezoekers die circusstallen bezoeken kunnen dit met eigen ogen vaststellen en dus gemakkelijk van dit argument overtuigd worden.

2) De verwarring ontstaat door het gebruik van het woord ‘mishandeling’.
Het circus kiest uiteraard voor de betekenis van lichamelijk geweld. Een circus is inderdaad nog geen proefdiercentrum. Het bestaan van zoiets als “geestelijke mishandeling” lijkt voor circuspersoneel niet te bestaan. Deze mensen leven zelf in een woonwagen dus aan ruimte hechten ze geen betekenis.

Conclusie:
Deze verdedigingslinie zouden activisten moeten afbreken. We moeten ons niet laten meeslepen in de kwestie van al of niet fysiek mishandelen. Wij hebben teveel goede redenen om dieren geen vernederende kunstjes te willen laten doen, om ze niet in veewagens op te sluiten en van hot naar her te zeulen, onder alle weersomstandigheden. Om wilde dieren niet gefrustreerd te laten ijsberen op kleine ruimten. We willen niet voortdurend geconfronteerd worden met ontsnappingen, en met allerhande gevaarzetting en ongelukken. We willen geen fokbeleid waarbij soorten verbasterd worden. Enzovoort.
Alle dieren het circus uit!

Klik hier voor een overzicht van drogredenen bij het verdedigen van diergebruik door circussen

Klik hier voor een overzicht van welzijnsproblemen bij circusdieren

18 oktober 2008

Koeienrusthuis luidt noodklok

‘runderbejaardenhuis’ dringend op zoek naar oplossing

Koeienrusthuis luidt noodklok

Hoe oud wordt een koe? Bijna niemand weet het, want bijna alle koeien in ons land worden al rond hun vierde levensjaar geslacht. Er is één uitzondering: Stichting de Leemweg in het Friese Oldeberkoop. Daar kunnen de dieren al sinds 1996 ongestoord genieten van hun oude dag en krijgen 43 runderen alle verzorging die ze nodig hebben. Toch dreigt er een eind te komen aan deze voor Nederland unieke koeienopvang. Vanwege de toegenomen kosten zijn de huidige financiële middelen niet voldoende meer. Bert Hollander, verzorger en initiatiefnemer van de stichting, luidt daarom de noodklok.

Extra inkomsten noodzakelijk
De Leemweg draait volledig op donaties. En hoewel het aantal sponsors redelijk stabiel blijft, wordt het steeds moeilijker om de begroting sluitend te krijgen. De toename van de voedsel-, energie- en olieprijzen zijn daar de grootste oorzaken voor. Het koeienrusthuis is dan ook dringend op zoek naar extra inkomsten. Als het niet lukt om de inkomsten op korte termijn te verhogen, dan dreigt er na twaalf jaar sluiting van het rusthuis.

Hoop voor de toekomst

Toch is er hoop voor de Leemweg. Het koeienrusthuis krijgt van oudsher veel sympathie van diverse organisaties en particulieren. De boerderij is een symbool geworden voor de strijd tegen de wantoestanden in de grootschalige bio- en vleesindustrie. Niet voor niets verblijven er koeien die uit het slachthuis zijn ontsnapt en zijn er zelfs vier ossen te vinden, een zeldzaamheid in Nederland. De gemiddelde leeftijd van de dieren ligt boven de veertien jaar en Linda, de oudste koe, is zelfs tweeëntwintig. Een dergelijk instituut mag volgens vele betrokkenen nooit verdwijnen

De vraag is alleen hoe de Leemweg de toekomst zal moeten doorstaan. De inkomsten zullen structureel op gelijke voet moeten komen te staan met de uitgaven. Alle ideeën zijn daarom welkom. Alle donaties ook.

10 oktober 2008

Raadslid en minister voor dierenwelzijn is een wassen neus

Veel partijen die het lot van dieren aangaan zijn blij met dat steeds meer lokale en nationale bewindslieden dierenwelzijn in hun portefeuille opnemen. Zij claimen dan ook dat dit een bewijs is van de voortgang in het streven naar dierenwelzijn.
Helaas is de grondhouding, die Gerda Verburg van LNV heeft, ook bij de lokale politici aan de orde: pappen en nathouden.
Het omarmen van dierenwelzijn als aandachtspunt en tegelijkertijd geen visie hebben op het bevorderen daarvan verandert niets aan bestaande situaties. Wanneer dieren actief worden mishandelt, dan stond iedereen al klaar om dit te veroordelen en aan te pakken. De massale passieve dierenmishandeling waar ons kleine landje zo groot in is geworden, wordt nog steeds niet aangepakt.
Waar het om gaat is bewustzijnsverandering bij iedereen, politici en kiezers. Die bewustwording houdt niet alleen in dat dieren niet ding mogen worden gezien, maar ook dat zij recht hebben op een omgeving, waarin zij hun natuurlijke gedrag kunnen vertonen. Belangrijkste kenmerk van die natuurlijke omgeving moet zijn: vrijheid.
Wij mensen zouden ons hetzelfde wensen.

09 oktober 2008

Niemand is de nertsenhouderij wat verschuldigd

Tweede Kamerlid Ernst Cramer van de ChristenUnie nodigde vandaag de initiatiefnemers voor een verbod van de nertsenhouderij, SP-Kamerlid Krista van Velzen en haar PvdA-college Harm Evert Waalkens, uit om met een berekening van de kosten te komen.
Welnu, dat is simpel: een verbod van de nertsenhouderij hoeft de samenleving niets te kosten.
Wanneer de politici in de Tweede Kamer hun ruggengraat recht houden en de verantwoordelijkheid durven te nemen dat bepaald gebruik van dieren over een ethische grens gaat en dat iedereen die dit doet een verbod kan worden opgelegd met onmiddellijke ingang en zonder recht op schadevergoeding is dat onrecht meteen gratis teniet gedaan.
Een dief of fraudeur krijgt ook geen vergoeding voor inkomstenderving.
Een dergelijk verbod zal ogenblikkelijk leiden tot de vraag of dit consequent is en of andere zaken vergelijkbaar zijn en ook zouden moeten worden verboden. Deze vraag is terecht en zal ook door de Tweede Kamer moeten worden besproken, net zo lang wanneer alle situaties waarin dieren ten onrechte gebruikt worden zijn behandeld. Op de lange duur zal ook het eten van vlees ter sprake moeten komen. Uiteraard kan de vleeseter in dat proces worden voorgehouden dat er diervriendelijke en smakelijke alternatieven voor vlees zijn en de gelegenheid mogen krijgen om daar kennis van te nemen.

Zo simpel is het en zou simpel zou het moeten worden aangepakt. Niemand zou onbeperkt het recht op eigendom van een dier mogen claimen. Dat is de zorgplicht van de overheid, wat inhoudt dat zij verbeurend optreedt wanneer een eigenaar van een dier handelingen verricht die een dier onnodig dierenleed bezorgt. Bontjassen van echt bont die niet te onderscheiden zijn van nepbont zijn onnodig en ethisch onverantwoord.

08 oktober 2008

Leve de Vegaburger

Leve de Vegaburger

Sinds ongeveer half jaar eet ik geen vlees en vis meer. Ik heb in die periode slechts één keer gezondigd. Dat was in het mooie Kopenhagen waar ik mij in de Strøget toch nog liet verleiden – lekkere trek en geen vegetarisch alternatief in de buurt - tot het nuttigen van een hotdog! Mea Culpa, Mea Culpa, Mea Maxima Culpa!
Mijn redenen om geen dode dieren meer de eten zijn:

• Het onvoorstelbare dierenleed dat aan ons karbonaadje, gehaktballetje en kipfiletje voorafgaat;
• Ik denk dat het niet of minder eten van vlees gezonder is;
• Het feit dat de veeteelt voor 18% verantwoordelijk voor de uitstoot van CO2, beduidend meer dan alle vervoer per auto, vliegtuig, treinen etc. bij elkaar (14%);
• De wetenschap dat het wereldvoedselprobleem zou worden opgelost door landbouwgrond niet (meer) te gebruiken voor het verbouwen van gewassen die tot veevoer dienen (voor 1 kilo dierlijk eiwit is vier kilo plantaardig eiwit nodig) maar daar graan – en sojaproducten te telen die voor de menselijke consumptie kunnen dienen.

Mij dunkt, dat mogen redenen zijn om op z’n minst eens wat meer na te denken alvorens de kiloknaller uit de schappen van Albert Heijn te halen.
Nou ben ik een tamelijk traditioneel eter. In mijn “vleestijd” at ik het liefst aardappelen, groente en een stuk(je) vlees. Mijn lievelingsprakje was aardappelen, spruitjes met een gehaktbal. Aardappeltjes en spruitjes overgieten met de (vette) jus van de gehaktbal en……….. prakken maar! Maar ja, het gehaktballetje komt niet meer im Frage en de vette jus is niet meer van dierlijke herkomst. Wat nu?
Tegen mijn verwachting in moet ik toegeven dat ik het vlees absoluut niet mis. Mijn vrouw eet nog wel eens een stukje (biologisch) vlees en dat maak ik vrolijk voor haar klaar zonder ook maar de geringste neiging te hebben er even van te snoepen! Ontwenningsverschijnselen heb ik ook niet gehad. Wel ben ik meteen overgestapt op zgn. vleesvervangers. De vega- tofuburger, het soja-filetlapje, tempeh, vegetarische saté, paddenstoelen, heel wat van die producten heb ik reeds naar binnen gewerkt. Ook eieren en kaasproducten gaan er prima in. We hebben een paar goede vegetarische kookboeken aangeschaft en verbazen ons erover dat er zoveel gerechten zijn die qua smaak en voedingswaarde het vlees makkelijk kunnen doen vergeten. Een bijkomend voordeel van de vlees/visonthouding is dat ik al zo’n vijf kilo aan gewicht kwijt ben geraakt. Minder dierlijke vetten en eiwitten!
Vegetariërs en aanverwante geesten werden vroeger nogal eens vereenzelvigd met het geitenwollen sokkenimago van de wereldvreemde idealisten, die bleek, mager en in te wijde broeken met een zuinig mondje zich im- en expliciet nogal naast de samenleving plaatsten. In alle eerlijkheid moet ik zeggen dat ik ook wel eens mij in lichtelijk denigrerende zin over die groepen heb uitgelaten. Ach, het verstand komt met de jaren, placht mijn moeder te zeggen.
Toch werd ik enige tijd geleden geconfronteerd met iemand die mij onwillekeurig deed terugdenken aan de karikaturale voorstelling die velen van vegetariërs hadden en hebben.
Broodmager, bleek, doffe stekelige haartjes en het begin van een pluizig snorretje. Een broek die zo rood was dat het stoplicht er bij verbleekte en een ruimvallende grof gebreide blauwe trui. Of hij ook op sandalen liep weet ik niet maar zou me niet verbazen. Het was op een verjaardagspartijtje in de vriendenkring. Hij had van “iemand” gehoord dat ik nog maar kort vegetariër was en was benieuwd naar mijn ervaringen. Alsof ik tot een nieuwe religie was bekeerd!! Voordat ik met mijn antwoord kon aanvangen voegde hij mij toe, streng kijkend, dat hij niet alleen vegetariër was maar zelfs was overgegaan tot het veganisme!
“Oh”, was mijn antwoord, want ik wist niet wat ik anders moest zeggen. Hij begon omstandig uit te leggen wat hem tot deze vergaande keuze had gebracht en ik veinsde aandachtig toe te horen. Hij was zo’n type die aan je vraagt hoe je vakantie is geweest en je na drie woorden al in de reden valt om zijn avonturen in Nepal of een ander ver en bar oord prijs te geven. Moeiteloos begon hij vervolgens te oreren over zijn voedingspatroon dat door de veganistische levensstijl hem soms voor problemen stelde alle vitaminen, eiwitten, ijzer en wat dies meer zij binnen te krijgen.
Met een gezicht dat walging uitdrukte vertelde hij mij, zijn toon ging omlaag alsof hij een geheim ging vertellen, dat er nu een vleesvervanger – hij sprak het woord uit alsof hij een vreselijke ziekte dan wel zeer onzedelijke handelingen aanduidde - was ontwikkeld die qua smaak maar vooral qua structuur kippenvlees voor bijna honderd procent zou benaderen.
In mijn onschuld vroeg ik hem, ik maakte gebruik van een adempauze waardoor hij even moest zwijgen, wat daar zo erg aan was, want zijn mimiek sprak boekdelen. Wat daar zo erg aan was???????????? Zijn fletse ogen werden groot. Je bent vegetariër of je ben het niet! En een vegetariër en zéker een veganist eet geen vlees en ook niet iets wat geen vlees is maar er wel op lijkt! Punt uit!!Ineens werd ik wat narrig! Zou dit bleekgezicht mij even vertellen wat ik wel en vooral niet mocht eten? Ik wierp tegen dat iedere vegetariër of vleesverlater juist blij zou moeten zijn met deze vorm van alternatieve voeding. Mensen zoals ik die meer dan zestig jaar zijn opgegroeid met het idee dat de traditionele maaltijd bestaat uit aardappelen, eventueel pasta of peulvruchten, groente en vlees/vis worden juist door het bestaan van de tofuburger gecompenseerd voor hun offer voortaan geen dooie dieren meer te eten. Ik was een fervent vleeseter en denk beslist ook niet met walging terug aan mijn gehaktbal, karbonade, kipfilet en ander dierlijk voedsel. Ik ben echter tot de conclusie gekomen dat de andere kant opkijken en daarmee het dierenleed en ander ongerief bewust negeren niet bij een fatsoenlijk mens past. En aangezien ik mijzelf als een fatsoenlijk mens beschouw was de volgende stap voor mij vrij logisch. Ik eet geen vlees en/of vis meer. Voor mijn lekkere trek zal geen dier meer lijden en sterven. En dat ik daarvoor iets eet dat misschien nog vaag aan het stukje vlees van vroeger doet denken, ja er uiterlijk zelfs enigszins op lijkt beschouw ik allerminst als zwakheid . Misschien is dit een fase waarin ik (nog) aan dit soort dingen hecht en zal dat overgaan zodat ook de vleesvervanger vervangen zal worden door meer fantasierijke recepten en gerechten. Ik weet het niet. Voorlopig doe ik op mijn manier en daar ben ik best een beetje trots op. Ondanks de bleekscheet. Leve de Vegaburger!!

07 oktober 2008

Waarom moet voor boerenbelang alles opzij?

Vooroplopers in de Friese melkveehouderij vinden dat in deze provincie de meest efficiënte producerende melkveehouders ter wereld zijn. Dat kan moeilijk anders, want in Friesland ligt immers de beste grond ter wereld. In combinatie met boeren die vakkennis koppelen aan innovatief vermogen moet dat wel leiden tot imponerende productieniveaus per koe.

Juist vanwege dat soort prestaties vinden melkveehouders in die provincie dat hen geen strobreed in de weg mag worden gelegd bij de verdere ontwikkeling van hun bedrijfstak. En dus stappen bestuurders en burgers eerbiedig opzij wanneer het boerenbelang daarom vraagt.

De boeren zijn niet anders gewend. De natuur spreekt immers niet tegen. En zo wordt er bijna 50% meer drijfmest over de weilanden uitgestrooid dan volgens de Europese richtlijn mag. Die richtlijn is bedoeld om het milieu te beschermen, maar ja dan kan de Friese boer z’n stront niet kwijt.

En dus werd Brusselse ambtenaren wijs gemaakt dat het gras in Nederland veel sneller groeit dan in de rest van Europa. Die smoes werd geslikt en zo kunnen hier geheel volgens de regels de regels worden overtreden.
Het effect is dat de nitraatrichtlijn nog steeds wordt overschreden en dat de burger opdraait voor de kosten om het milieu weer schoon te maken. Dat de mest die uit stallen komt van nogal bedenkelijke samenstelling is, is overigens niet alleen te ruiken, maar ook te zien.

Het spul is zo agressief dat de wormen spontaan uit grond springen wanneer het wordt uitgereden. De meeuwen hebben er een feestmaal aan, maar deze slachtpartijen onder de wormen zijn op termijn rampzalig voor het bodemleven.

Dieren vinden alles goed en dat is de basis van het zogenaamde innovatief vermogen van de Nederlandse veehouderij.

Een kip laat zich onverdoofd de snavel wegbranden, maar blijft toch eieren leggen. Sluit haar op in hok kleiner dan een A-viertje, de eieren blijven komen.

Castreer een varken onverdoofd, snijdt eveneens onverdoofd de hoektanden weg en coupeer de staart, het varken groeit gewoon door.

Haal bij een kalf de hoorns weg, ze geeft er later als koe geen kilo melk minder om. De meeste koeien brengen het overgrote deel van het jaar in een volgepropte ligboxstal door, waar de betonnen vloer er voor zorgt dat bijna de helft van de Nederlandse melkveestapel min of meer kreupel is.
Nogal logisch want in de veehouderij worden stallen niet ontworpen voor het comfort van de dieren die er in moeten wonen, maar voor het gemak van de boer die er een boterham mee verdient.

Na de natuur en de dieren moeten nu de burgers op het Friese platteland inleveren voor het boerenbelang. Burgers worden beschermd tegen geluid- en stankoverlast door regels waarin is vastgelegd hoever een veehouderij uit een burgerwoning moet blijven.

Voor melkveehouderijen is dat buiten de bebouwde kom vijftig meter en binnen de bebouwde kom honderd meter. Dat voorschrift begint voor een aantal melkveehouders die willen uitbreiden te knellen en dus worden de regels aangepast. Een toenemend aantal Friese gemeenten, maar ook gemeenten elders, komen met verordeningen of heeft ze in voorbereiding om die afstanden te halveren.

Merkwaardig.

Een boer die uitbreidt, houdt meer koeien en dat zorgt per definitie voor meer overlast. Omdat er meer overlast komt, is dat juist een reden om de afstanden tussen melkveehouderij en burgerwoningen te vergroten in plaats van te verkleinen.
Dat een boer dat niet in de door hem gewenste richting kan uitbreiden is dan jammer, maar daarmee hoeft zijn bedrijf nog niet om te vallen. Er is een heel goede boterham te verdienen met een bedrijfsvoering die niet is gericht op kwantiteit maar op kwaliteit waarbij respect voor natuur en dier voorop staat.

Gemeentebesturen hebben in het sturen van de richting waarin bedrijvigheid zich ontwikkelt veel meer mogelijkheden dan ze (willen) gebruiken.
Zelfs als het gaat om het sturen naar een diervriendelijke bedrijfsvoering, zoals de gemeente Oostburg bewijst. Deze gemeente geeft alleen bouwvergunningen voor ligboxstallen af wanneer de boer zich verplicht tot weidegang. Het kan dus wel.

Maar de bestuurders op het platteland weten maar al te goed door wie hun politieke boterham wordt gesmeerd en dus kregen en krijgen de boeren ruim baan. De plannetjes van de boeren en besturen worden in raadscommissie voorgekookt, zodat de raad alleen nog maar ja en amen hoeft te zeggen.

De burger heeft geen flauw idee wat hem boven het hoofd hangt. Tot hij straks tot de ontdekking komt dat hij niet meer naast, maar in een stal woont.

Desinformatie bij verdediging nertsenhouderij

Gert-Jan Oplaat is oud-Tweede Kamerlid voor de VVD en intensieve pluimveehouder. Hij hekelt het initiatiefwetsvoorstel van Krista van Velzen (SP) en Harm Evert Waalkens (PvdA) dat een einde moet maken aan de nertsenhouderij in Nederland.
Hij verwijt beiden dat zij een ethisch i.p.v. dierenwelzijn argument aanvoeren omdat voor een verbod op ethische gronden geen EU-consensus vereist is. Oplaat gebruikt in zijn betoog een stroom halve waarheden en desinformatie die zijn weerga in brutaliteit nauwelijks kent.
De volgende desinformatie wordt aangevoerd:
  • De discussie over het welzijn van de in Nederland gehouden nertsen is een gepasseerd station.
  • Uit wetenschappelijk onderzoek blijkt dat het welzijn van de nerts in ons land gewaarborgd is.
  • Door een verbod in Nederland zal wereldwijd geen nerts minder zal gehouden, maar wel dat dit onder slechtere omstandigheden zal gebeuren.
  • Nertsenhouders verdienen op fatsoenlijke wijze de kost.
Voor meer informatie over het gebruik van desinformatie in de politiek, klik hier.

05 oktober 2008

Paddenstoelen voedzamer dan koeien

In de Volkskrant van 4 oktober een opmerkelijke mededeling:

‘Met paddenstoelen kun je uit een hectare grond anderhalf miljoen keer zoveel eiwitten halen als met koeien. Zo bezien is er dus helemaal geen voedselprobleem. Maar je moet het wel duurzaam doen, met lokale paddenstoelen. Als Europeaan moet je geen shiitakes gaan eten. Die komen uit China, en groeien op hout waarvoor enorme eikenbossen zijn gekapt. Als vegetariër moet je niet denken dat je goed bezig bent als je shiitakes eet.’

04 oktober 2008

Wat bezielde Volkert van der G.

Het boek “Wat bezielde Volkert van der G.” beschrijft de strijd van Volkert tegen de uitbreiding van de bio-industrie. Hoewel de auteur Johan Faber niet met Volkert heeft gesproken, probeert hij zich wel maximaal in hem te verplaatsen. Het boek is zeer lezenswaardig, niet in de laatste plaats om te zien hoe de strijd tegen de intensieve veehouderij de laatste 25 jaar werd gevoerd.

Op pagina 206 van het boek beschrijft Johan Faber effectiviteit van de werkwijze van Volkert in het starten van procedures tegen uitbreiding van intensieve veehouderijen.

Op donderdag 6 augustus 1998, vijf dagen na het tamelijk vernietigende stuk in Utrechts Nieuwsblad, berichtte de Volkskrant onder de ‘"Groene" Robin Hoods doen Gelderse veehouders sidderen” over een zaak in Harderwijk waar Vereniging Milieu Offensief bij betrokken was. De gemeente Harderwijk bleek begin jaren negentig ten onrechte een vergunning te hebben afgegeven voor een eendenmesterij. Inmiddels had Harderwijk bij de Raad van State een door VMO aangespannen schorsingsprocedure verloren. Uitkoop van de boer in kwestie was echter te duur, zodat de gemeente zich gedwongen zag om met Milieu-Offensief om tafel te gaan zitten. Volgens de uiteindelijke overeenkomst moest de gemeente ter compensatie van de eendenmesterij elders 4800 kilo ammoniakrechten opkopen, voor maar liefst 350.000 gulden. In ruil daarvoor trok VMO de procedure in, zodat de vergunning voor de eendenmesterij kon worden afgegeven.
`Van der Graaf en Van der Wouw werpen zich op als “Groene" Robin Hoods: ze nemen van veehouders om terug te geven aan het milieu,' schreef de Volkskrant.
Milieuambtenaar Van Drunen van de gemeente Harderwijk kon echter `niet lachen' om het convenant met VMO wilde het geen chantage noemen, `al kun je het wel zo uitdrukken'.
`Natuurlijk is dit schunnig,' reageerde Volken in het artikel. `Maar wij bestaan op basis van de fouten die gemeenten maken. Als gemeenten en milieuambtenaren hun werk goed zouden doen, waren wij niet nodig. Dan lagen we gewoon aan het strand.'
Het was onvermijdelijk dat de overheid langzamerhand inzag dat het zo niet langer verder kon. De milieuwetgeving bood te veel mogelijkheden voor milieuactivisten met bezwaarschriften de hele agrarische sector op slot te gooien. De proceduremogelijkheden móésten worden beperkt. Vanaf het midden van de jaren negentig werd de regelgeving stukje bij beetje versoepeld, zodat veehouders gemakkelijker aan uitbreidingsvergunningen konden komen. Ook verbeterde de overheid de controle op naleving, het werk dat VMO tot dan toe de facto had uitgevoerd. Daar kwam bij dat de samenwerking tussen gemeentelijke diensten en VMO steeds stroever verliep. Veel gemeenten die met VMO te maken kregen, weigerden na verloop van tijd documenten toe te sturen voordat er een officieel bezwaarschrift binnen was.
Er is wel gesuggereerd dat het werkterrein voor VMO door deze veranderingen steeds kleiner werd, dat de hoogtijdagen voor het procederen voorbij waren. Maar de sluipende versoepeling van de milieuwetten had nauwelijks invloed op de ver van Volkert en Sjoerd. Tot 6 mei 2006 bleven ze in hetzelfde krankzinnige tempo beroepszaken aanspannen bij gemeenten en de Raad van State. Niets wees erop dat de bron langzamerhand opdroogde - de procedures werden alleen ingewikkelder.
Volkert hoefde voorlopig nog niet aan strandvakanties te denken.

Tot zover het boek.



Inmiddels heeft de overheid het nog lastiger gemaakt om de uitbreiding en schaalvergroting in de bio-industrie tegen te gaan. Een reden te meer om Volkert te verwijten dat hij met de moord op Fortuyn deze ontwikkelingen geen goed heeft gedaan.

Leeswijzer


Kijk op Facebook voor onze reactie op de actualiteit.
Aanbeveling: Thema's of steekwoorden vindt u via de labels onderaan de pagina of op Animal Freedom. Klik hier voor de laatste bijdragen.
Klik hier voor het beleid om uw privacy te beschermen.

Waarom dit blog?

De Nederlandse veehouderij is vooral gericht op zoveel mogelijk voor de export te produceren onder het motto “meer, meer, meer en groot, groter, grootst”. Dit heeft negatieve gevolgen voor zowel de dierenwelzijn, biodiversiteit, het milieu, het klimaat, de portemonnee en de gezondheid van burgers en ook voor welwillende boeren.
Dit blog verzamelt kritische artikelen die de wurggreep beschrijven waarin de veehouderij zichzelf heeft vastgezet. Zo willen we niet alleen een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van de kwaliteit van het leven voor alle belanghebbenden, maar ook aan een schone, gezonde omgeving en een beter dierenwelzijn.

Ook de argumentatie dat dieren grondrechten hebben kan beter en meer aansluiten op hoe mensen voor zichzelf vinden dat recht moet gelden. Alle dier(soort)en kunnen in hun recht op vrijheid als (intrinsiek) evenwaardig aan mensen beschouwd worden. Dierenrechten zijn mensenrechten, die mensen de kans geeft om voor dieren op te komen.
Dieren, bijv. in de intensieve veehouderij, worden behandeld als een object in plaats van een subject met gevoelens en rechten.

De snelheid en het aantal dier(soort)en dat we voortdurend gebruiken is immens. De bijdrage aan onze welvaart en economie van de agrosector is gering. De oplossing is simpel en van niemand anders dan van ons zelf afhankelijk.

Dierenrechten in woord en beeld

Vrijheid is ook een intrinsiek grondrecht voor dieren. Dieren zijn geen dingen Dierenrechten zijn mensenrechten. Mensen moeten voor dieren kunnen opkomen wanneer hun grondrecht wordt geschonden.
logo van Animal Freedom yin en yang
Lees hier over de redenen waarom dieren recht op vrijheid hebben. Lees hier waarin mens en dier evenwaardig zijn.