Mens en dier zijn (intrinsiek) evenwaardig in hun recht op vrijheid

Bij de Stichting Animal Freedom leest u over de gedachte achter dierenrechten.
Hier leest u over ontwikkelingen in de agrosector en de gevolgen voor dieren(rechten).
Alle levende wezens zijn verschillend maar evenwaardig in het recht op vrijheid op een natuurlijk leven.
Een dier is (net als een mens) geen ding of een object.
Dierenrechten zijn mensenrechten. Mensen moeten kunnen ingrijpen wanneer mensen dieren misbruiken of onrecht aandoen.

30 juni 2006

Het kabinet valt, mag de vos nu opstaan?

De vereniging SOVON Vogelonderzoek Nederland (kortweg SOVON) heeft in een persbericht de vos voorgedragen als extra hulp bij het in toom houden van de grazende hoeveelheid ganzen. Eerder had provincie Utrecht aangekondigd jaarlijks 2800 ganzen te willen afschieten die het gras voor de “voeten van de koeien wegaten”.

In het persbericht schrijft het SOVON:
Het rapen en schudden van ganzeneieren blijkt geen aantoonbaar effect te hebben op het overgrote deel van de in ons land broedende ganzen. Omdat de kans dat een ganzenei uitgroeit tot een volwassen vogel van nature al heel gering is, leidt het onklaar maken van grote aantallen eieren niet of nauwelijks tot een reductie van het aantal jonge ganzen. Een uitzondering hierop vormen kleine geïsoleerde populaties, waar intensief rapen in combinatie met afschot uiteindelijk wel tot minder ganzen leidde. Om schade door overzomerende ganzen daadwerkelijk te beperken is meer nodig dan populatiebeheer alleen. Duurzame methoden die voedselgebieden minder aantrekkelijk maken en het contact tussen ganzenpopulaties en aangrenzende landbouwgebieden verminderen bieden op de lange termijn meer soelaas. Ook lijkt een positieve rol voor de vos weggelegd, om de inmiddels bijna 40.000 paar zomerganzen in toom te houden. Dit zijn enkele van de opvallende conclusies die SOVON Vogelonderzoek Nederland presenteert in haar rapportage ‘Overzomerende ganzen in Nederland: grenzen aan de groei?’
Tot zover een citaat uit het persbericht.

Inmiddels is het kabinet van Balkenende II ten val gekomen. Dat loopt hopelijk uit op vervroegde verkiezingen, want de zittende politici zijn niet erg geneigd om op te komen voor de belangen van de vos.
De faunabescherming schrijft op haar site "stopdevossenjacht":

Waar gaat het om
Jagers mogen vanaf 1 april 2006 (om precies te zijn: vanaf het moment het besluit van de minister is gepubliceerd in de Staatscourant) weer zogende moedervossen 's nachts met lichtbakken verblinden en doodschieten. Ook drijfjacht en het gebruik van vangkooien en honden en het bejagen van dieren in rui-, zoog- en broedtijd wordt door minister Veerman (CDA) van LNV weer wettelijk toegestaan! De welpjes wachten tevergeefs op de terugkomst van hun moeder en sterven een afschuwelijke hongerdood of worden door jagers doodgeknuppeld. Dankzij de lobby van jachtminnende parlementariërs van CDA en VVD zijn onder andere vossen weer vogelvrij in heel Nederland.

Over jagende politici en hun haat jegens de vos

De 60.000 protestmails aan 22 kamerleden waren vooral aan dovemansoren gericht omdat er een kamermeerderheid was die de jagers blind volgt. Daarvan kwamen Annie Schreijer- Pierik (CDA), J. Snijder-Hazelhoff (VVD) en Wien van den Brink (LPF) het meest in het geweer om de vos de das om te doen.
Annie Schreijer-Pierik is de spreekbuis van de KNJV (Koninklijke Nederlandse Jagers Vereniging) en erelid van de Kamper Jagersvereniging, berucht vanwege de vele ganzenjagers. Annie wordt van niets zo opgewonden als van een man die met een vers geschoten haas thuiskomt.
Janneke Snijder-Hazelhoff is voorzitter van de Faunabeheereenheid Groningen, een jagersgezelschap dat de jachtbuit verdeelt onder de jagersverenigingen (WBE's) in de provincie Groningen.
Wien van den Brink is behalve varkensboer ook een fervent jager die zijn hobby schaamteloos verdedigt in de Tweede Kamer. Onlangs nog liet Wien weten dat ecologische verbindingszones moeten worden afgeschaft omdat ze maar varkenspest zouden kunnen verspreiden. Kievitsnesten rijdt hij plat met zijn trekker omdat die anders toch maar door vossen worden opgegeten.
Deze leden van de boerenpartij, die zich verstopt hebben in CDA, VVD en LPF, kunnen doen en laten wat ze willen in het parlement omdat de anderen in hun partij weinig interesse tonen in het onderwerp en de 'diervriendelijke oppositie' volstaat met wat verongelijkt gemompel.

Klik hier voor meer over de mythe van de vos in Nederland.

27 juni 2006

Alle basisbehoeften van het varken bevredigd?



De landelijke Dierenbescherming (DB) wil iets voor het varken in de bio-industrie doen en voor de mensen die wel verantwoord vlees willen eten maar er niet te veel voor willen betalen. Zij investeert en onderzoekt daarom mee in de bouw en bedrijfsvoering van diervriendelijke (varkens)stallen met een klinkende naam als ComfortClass, Jumbo Bewust en Boerenkip.

De 10 basisbehoeften van het varken volgens de WUR en de DB:
  1. Het varken wil veel rusten in het gezelschap van andere dieren.
  2. Het varken wil ongestoord en onbeperkt kunnen eten en drinken in het gezelschap van andere varkens.
  3. Het varken wil samen met andere varkens op ontdekking kunnen gaan.
  4. Het varken wil niet alleen zijn.
  5. Het varken wil veilig kunnen mesten en urineren op een daarvoor bestemde plek.
  6. Het varken heeft behoefte aan veiligheid.
  7. Het varken wil het niet te warm en niet te koud hebben.
  8. Het varken wil zichzelf kunnen verzorgen.
  9. Het varken wil niet ziek zijn.
  10. Het varken heeft beweging nodig.

Wat in deze opsomming opvalt is dat de behoefte om een modderbad te nemen of te wroeten in de aarde in de wei of in het bos niet wordt genoemd. Het zijn allemaal behoeften die je in een stal zou kunnen vervullen, alsof het varken als het ware geboren wordt om zijn leven lang binnen te blijven.
Zou de opsomming van de basisbehoeften wel volledig zijn of worden er tactisch een paar verzwegen?

Een varken wordt niet oud. Zodra de groei eruit is, gaat een vleesvarken naar de slacht. Daar gaat het om, om geld verdienen. Dat gaat gemakkelijker met een goed imago. Met de hulp van de Dierenbescherming wordt het huidige slechte imago van de intensieve varkenshouderij opgepoetst terwijl de bulk van de sector gewoon op de oude voet (voor de export) door kan produceren. Wie daarbij kanttekeningen plaatst wordt domweg gewezen naar de mogelijkheid om varkensvlees uit de ComfortClasse te kopen.

Je zou dit vraagstuk of je varkens wel of niet binnen mag opsluiten en het meewerken aan een verwerpelijke industrie om haar juist te bestrijden een variant van het “prisoner-dilemma” kunnen noemen.

Voor een filosofische kijk op behoeften, lees ook eens het vegetarische protest als onderdeel van het filosofische betoog van Klaas Rozemond over de vraag of de varken gelukkig is dan de mens.

24 juni 2006

Luie jagers schieten vanuit de heup

Vossenjagers, stropers en bisonjagers hebben één ding gemeen; ze schieten het liefste zittend vanuit hun voertuig. Ze beargumenteren hun laffe daden ermee met dat er teveel dieren zouden zijn.

Jagers die vanuit de auto op vossen willen schieten, hebben volgens de wet geen toestemming om zich met een geladen geweer op de openbare weg te bevinden. Daarvoor willen ze nu officieel toestemming. Het is ze blijkbaar te veel moeite om de vos lopend op te zoeken en ze op een heterdaad te betrappen. Op basis van de Faunawet mogen jagers vossen doden als deze schade aanrichten. Anders dan bij mensen betekent dat wanneer onbekende vos A schade maakt, je dan een willekeurige vos B mag "straffen".

Stropers gebruiken de koplampen van hun auto en lichtbakken om wild in het licht te vangen en te schieten.
Twee eeuwen terug schoten Amerikaanse treinreizigers vanuit de rijdende trein op langstrekkende bisons.
Bisons werden als een bedreiging aangemerkt van de opkomende agrarische economie. Een echte bedreiging waren deze dieren natuurlijk niet, maar ook toen al had de nieuwkomers op dat continent minder oog dan de oorspronkelijke inwoners voor het inrichten van een samenleving waar ieder levend wezen recht had op een eigen plaats.

Grauwe ganzen, vossen of verhongerende grote grazers zijn nog steeds vogelvrij. Walvissen en zeehonden zijn als individu vogelvrij zolang hun soort maar niet op uitsterven staat. Blijkbaar heb je als dier minder rechten als je met velen bent.

De vooruitgang van de beschaving en emancipatie van het dier gaat helaas traag.

Verbind de Oostvaardersplassen via Horsterwold met de Veluwe


In de discussie over het lot van de grote grazers in de Oostvaardersplassen dringen veel deskundigen aan op het maken met een aansluiting van het gebied met andere gebieden. Het probleem van voedseltekort en hoge sterfte in de wintermaanden zou daarmee zijn verholpen.
In het oosten van Zuidelijk Flevoland tegen het Veluwemeer ligt het Horsterwold.
Wanneer er vanaf dat gebied een wildbrug zou komen naar het vaste land en over de A28 zouden deze dieren niet alleen niet meer van de honger hoeven om te komen, maar ook in contact kunnen komen met soortgenoten om inteelt en andere ellende te voorkomen.
De kans op gesleep met dierziektes is in deze tijd van intensieve veehouderij niet meer zo groot als vroeger.
Uiteraard zal een dergelijke verbinding (Ecologische HoofdStructuur) veel geld kosten. Een aanleg zou kunnen samengaan met een recreatieve functie. Deze functie zou per seizoen anders ingevuld kunnen worden. Recreanten en trekkend wild zou elkaar in de wisseling van de seizoenen kunnen afwisselen in het gebruik van de nog aan te leggen ruimte.

23 juni 2006

Respect voor het welzijn van dieren is ontwikkelingsvraagstuk


Een aantal grote dierenbelangenorganisaties ijveren voor een universele verklaring over het welzijn van dieren:

In principe, zal de Universele Verklaring een beroep doen op de Verenigde Naties om dieren als „voelende wezens“ te zien, die in staat zijn om pijn te ervaren en te lijden, en om te erkennen dat het welzijn van dieren een belangrijke kwestie is als onderdeel van de sociale ontwikkeling van naties over de hele wereld.

Miljarden dieren over de hele wereld worden beïnvloed door mensen, en zijn voor een behandeling met respect, afhankelijk van mensen. Maar er is weinig nationale en géén internationale bescherming voor dieren wanneer dat medeleven niet aanwezig is.

De bio-industrie is de grootste oorzaak van het lijden van dieren in de wereld, met ongeveer vier miljard zoogdieren en 55 miljard vogels, die worden gehouden om goedkoop vlees, melk en eieren te produceren. De grote meerderheid van deze dieren leeft onder slechte omstandigheden en er wordt niet voldaan aan hun welzijnsbehoefte.


Tot zover.

Wat die sociale ontwikkeling inhoudt wordt hierboven niet duidelijk uiteengezet. Waar het om gaat is dat mensen zich in alle werelddelen realiseren dat het rekening houden bij de eigen levensstijl en consumptiegewoonten met de gevolgen voor het welzijn van dieren een kwestie van beschaving is.
Het vastleggen van het inzicht dat dieren kunnen voelen en dat zij rechten hebben in de wet is nog niet voldoende om mensen te bewegen zelf ook rekening te houden met de gevolgen van hun gedrag voor dieren.
Het zou een goede zaak zijn als overal ter wereld op scholen en in educatieve campagnes het inzicht wordt verspreid dat het welzijn van dieren wordt betrokken in onze morele cirkel.

21 juni 2006

Stuur aspirant konijnenkopers door naar dierenasiel


In het nieuws wordt aangekondigd dat de dierenwinkels te weinig konijntjes hebben als gevolg van het koude voorjaar. Tegelijk luiden dierenasielen de noodklok omdat hun verblijven overvol zitten met katten.
Dat lijkt een oplosbaar probleem. Laat de dierenwinkels aspirant konijnenkopers doorverwijzen naar het asiel. Geef de winkelier eventueel een vergoeding voor het doorsturen. Het gaat hen tenslotte allemaal om de omzet, nietwaar?
Daarnaast: een kat is een geschikter huisdier dan een konijn.

Voor overzicht van de nadelen van het konijn als huisdier, klik hier.

20 juni 2006

Opwindend nieuws over dolfijnen

In mei 2006 werden de resultaten bekend van een onderzoek van o.a. Vincent Janik naar herkenningsgeluiden bij dolfijnen.
In de NRC van 9 mei 2006 stond o.a.: "Dolfijnen noemen elkaar bij de naam.
Dolfijnen roepen elkaar bij hun naam. Iedere tuimelaar (Tursiops truncatus) heeft zijn eigen kenmerkende fluitje. Groepsgenoten herkennen dat en gebruiken het om de ander te roepen.
Dat hebben biologen onder leiding van zeezoogdieronderzoeker Vincent Janik van de St. Andrews University in Schotland aangetoond. Hun onderzoek is vandaag gepubliceerd in het Amerikaanse wetenschappelijke tijdschrift Proceedings of the National Academy of Sciences.

Daarmee is de dolfijn het eerste dier naast de mens dat ‘namen’ gebruikt voor de aanduiding van soortgenoten, zo concluderen Janik en zijn collega’s. Door geluiden met de computer na te bootsen konden de onderzoekers laten zien dat de dieren elkaar niet herkennen aan het stemgeluid, maar aan de specifieke variaties in toonhoogte, duur en volume.
De ontdekking is een volgende mijlpaal in het onderzoek naar de intelligentie van het sociale zeezoogdier. Sinds de televisieserie Flipper hebben dolfijnen een bijzonder intelligent imago; harde gegevens ontbraken echter. In 2001 werd een eerste aanwijzing in die richting gevonden, toen werd vastgesteld dat dolfijnen kunnen begrijpen waarnaar een mens wijst. Als een dier dat begrijpt, betekent dat dat het inzicht heeft in de psyche van de wijzer."

Het lijkt er echt op dat dolfijnen zich psychisch in nog meer opzichten kunnen meten met mensen dan al werd aangenomen. Dit geeft natuurlijk ook weer aan dat er geen enkel excuus kan zijn om deze wezens 'per ongeluk' bij te vangen tijdens het vissen of ze ten koste van hun welzijn gevangen te houden.

Titus Rivas

Zie ook:
- Hebben dieren veel te vertellen?

19 juni 2006

Onderzoek als doekje voor het bloeden

Walvisjagers vangen walvissen om hun vlees te verkopen, maar doen dit onder de dekmantel van onderzoek.
Intensieve veehouders proberen maatregelen ter verhoging van het dierenwelzijn uit te stellen onder het mom dat er nog meer onderzoek moet worden gedaan. Zij doen dit om met minimale kosten nog zo lang mogelijk geld te verdienen aan het dierengebruik.
Nertsenhouders spannen de kroon door te stellen dat het welzijn van nertsen is te verbeteren door een platform in de kooi te maken en door cilinders in de kooien te leggen.
Ook menig wetenschappelijk onderzoeksrapport wordt afgesloten met de aanbeveling dat er vervolgonderzoek zou moeten worden gedaan. Iedereen weet dat onderzoekers ook graag continuïteit hebben in het aanboren van nieuwe onderzoeksgeld. De schoorsteen moet wel blijven roken.
Het dus een spel van pappen en nathouden. De overheid speelt dit spel graag mee want hiermee kan zij de dilemma’s omzeilen die het gevolg zijn van haar rol. De overheid wordt geacht boven de partijen te staan en op te komen voor de zwakkere. De overheid wil echter ook niet partijen tegen zich in het harnas jagen en ziet bovenstaande ethisch ontoelaatbare zaken door de vingers vanwege de commerciële belangen.
Wie betaalt, die bepaalt en het is het bedrijfsleven dat via belastinginkomsten de salarissen van ambtenaren mede opbrengt.
Veel rechtvaardigheid is er van de overheid niet te verwachten als commerciële belangen op het spel staan. Dit zelfs niet als al lang duidelijk is dat er voor bepaalde sectoren geen financieel duurzame toekomst meer te verwachten is.
Nederland is een exportland, maar ook een dik bevolkt land. Deze laatste omstandigheid heeft als gevolg dat grond om op te (ver)bouwen veel duurder is dan in het buitenland. Dit verzwakt de concurrentie van bijvoorbeeld de landbouw. Ook wordt er aan de landbouw getrokken omdat de gezondheid door het intensieve gebruik van mest, bestrijdingmiddelen, medicijnen en afvalstoffen in het geding is. Er is te weinig recreatieve ruimte.
Toch kent Nederland geen beleid gericht op het krimpen van het landbouwareaal van een toestand van overproductie tot het niveau van evenwicht tussen vraag en aanbod.
Een evenwicht zou prima kunnen samengaan met het weren van ongewenste import uit het buitenland. Het is een fluitje van een cent om de goedwillende en duurzaam producerende eigen producenten daarmee te beschermen.
Maar niets van dit logisch alles. Onder het mom van zogenaamde verplichtende WTO afspraken wordt alle ruimte gegeven aan het ethisch minst toelaatbare economische alternatief.
Ook worden organisaties gehekeld die de macht van Brussel beperkt willen houden, zolang een grotere invloed van het Europese parlement niet inhoudt dat de kwetsbare groepen in Europa door centralisering niet nog meer het slachtoffer worden van de geldhonger van economische grootmachten.
Onderzoek van de eigen motieven achter het kleinburgerlijk handelen en denken, dat zou echt zoden aan de dijk tegen de negatieve effecten van de globalisering zetten.

15 juni 2006

Horsificatie: het weidelandschap weerspiegelt niet meer de agrarische werkelijkheid

Doordat boeren hun koeien soms het hele jaar op stal houden, worden de weides logischerwijze saaier als deze alleen worden gebruikt voor het laten groeien van gras. Gras dat wordt gemaaid in precies de juiste hoeveelheid die de koeien op stal nodig hebben. Wanneer er op dat moment vogels in broeden dan is dat jammer, want weinig boeren nemen de tijd en hebben zin om de nesten te beschermen.
Daarnaast moeten veel boeren stoppen omdat hun bedrijf niet rendabel meer is en zij de concurrentie met de grotere intensieve veehouderijen niet meer aankunnen. Hun opstallen worden vaak opgekocht door mensen uit de stad die paarden en pony’s laten lopen in de wei.
De vele miljoenen varkens en kippen in de bio-industrieschuren kwamen al niet meer buiten. Een argeloos voorbijganger op het platteland zou kunnen opmerken dat er meer paarden in de wei komen en zou tevreden vaststellen dat er veel van de “edele” natuur valt te genieten op het platteland. Mogelijk dat er ondertussen ook wat andere soorten vogels leven in en rond de wei, maar zeker niet minder dan vroeger.
Maar dat alles koek en ei is, is maar schijn. Wat er in feite gebeurt, is dat het grootste deel van het vee aan het oog is onttrokken en hun miserabele korte leven doorbrengt in een gesloten systeem, als betrof het echt een productieonderdeel van een fabriek onder de naam “van zaadje tot karbonaadje”.
Het Nederlandse landschap wordt steeds meer een parklandschap van mega omvang. Dat zou op zich prima zijn, ware het niet dat er door de politici nauwelijks pogingen worden gedaan om het dierenleed achter de schermen te verminderen. In een Nederland waarin geen beleid wordt gevoerd op het stoppen van de achteruitgang in het aantal boeren, zou wel een beleid gevoerd moeten worden op het navenant doen krimpen van de veestapel. Nu vindt schaalvergroting in de veestapel plaats, terwijl de economische marges te klein zijn geworden om te investeren in dierenwelzijn. Voedsel voor het vee wordt geïmporteerd en de mest wordt onder de mat geveegd of industrieel tot energie verwerkt.
De enige beweging die er politiek is, is het afbrokkelen van laatste restjes voorsprong die ons land in de regelgeving had op het buitenland. Dat in werkelijkheid de (inter)nationale achteruitgang in dierenwelzijn is en werd aangejaagd door de schaalvergroting in de vaderlandse veehouderij, houdt men angstvallig verzwegen.
Het enige wat de kiezer aan deze ontwikkelingen kan doen is zijn stem bij de landelijke verkiezingen te geven aan een nieuwe generatie politici. Die nieuwe generatie zou gekenmerkt moeten worden door de moed om een echte dialoog aan te gaan met de belangengroepen in ons land. Die bereid is om vol te houden om de degeneratie in het agrarische bedrijfsleven van het ethisch handelen en het afbreken van de regelgeving voor welzijn te stoppen. Het denken in die sector is nu alleen nog maar gericht op winstmaximalisatie op korte termijn.
Dat deel van de veehouderij dat voedsel produceert achter gesloten deuren, vanwege imago of om ziektes buiten de deur te houden zou best uit ons land mogen verdwijnen. Er is in ons land geen sprake van dat de voedselvoorziening in gevaar komt, laat staan op Europese schaal.

Voor meer over pappen en nathouden door politici, klik hier.

07 juni 2006

Actie tegen laffe jacht in Oost-Duitsland

Jongeren uit Limburg (Nederland) voeren e-mail actie tegen jachtgruwel in Müritz Nationalpark, (voormalig) Oost-Duitsland.

Tijdens een natuurvakantie begin mei 2006 hebben wij, vier jonge Havo/ Vwo-studenten én natuuronderzoekers, kennis gemaakt met de brute jacht in het Müritz Nationalpark in Oost-Duitsland. Voor ons aanleiding tot het starten van een grote protestactie onder Nederlandse en Duitse jongeren via internet.

Het Müritz Nationalpark bestaat uit meren, moerassen, natte weilanden en bossen en heeft een oppervlakte van 322km².
Tijdens ons verblijf maakten wij kennis met de grootschalige jacht op edelherten, zwijnen, reeën én op dassen. Het prachtige natuurgebied staat bol van jachthutten die naar onze mening niet alleen het landschap ernstig aantasten maar waar ook Nederlanders, als jachttoeristen, gebruik van maken. Zo kwamen wij erachter dat ook veel Nederlanders gebrand zijn op het afschieten van mannelijke edelherten, tijdens de bronstperiode in september. Doelwit zijn de dieren van 10,11 en 12 jaar oud die in de bloei van hun leven zijn. Het formidabele gewei mogen zij als trofee meenemen naar Nederland. De jacht in het Müritzgebied heeft weinig te maken met natuurbeheer maar alles met jacht en geld. In tegenstelling tot eerdere bezoeken aan het Natuurpark hebben wij geen edelherten gezien. Volgens de plaatselijke bevolking zijn in september te veel dieren geschoten en heeft de strenge winter ook zijn tol geëist.

Tijdens onze natuurtochten werden wij geconfronteerd met een volwassen das die vanaf een hoogzit was doodgeschoten. Juist ook nog in de tijd dat deze das z’n jongen moest verzorgen. Wij ontdekten ook de burcht van deze das waar de jonge dieren wachtten op de terugkeer van hun ouder. Zij zullen een wrede hongerdood sterven.

Dassen zijn weliswaar in Duitsland nog niet beschermd maar in het Müritz Nationalpark is het niet toegestaan deze dieren te schieten. Helaas gebeurt het toch! Wij begrijpen niet dat dit mooie en nuttige dier in Duitsland niet wordt beschermd. De das is een nuttig en prachtig dier dat niemand schade of overlast bezorgt. Ook Nederlandse jagers maken zich schuldig aan het schieten van dassen in Duitsland en enkel om de sport.

Met name de confrontatie met de doodgeschoten das heeft ons ertoe aangezet een grootschalige internationale actie op te zetten. In samenwerking met jongeren uit Duitsland sturen wij een protestbrief, als kettingbrief, gericht aan het bestuur van het Müritz Nationaal Park. Wij vragen ook politiek en de media om zich voor ons doel in te zetten en op onze actie te reageren.
Op deze wijze willen wij een bijdrage leveren aan een natuurlijk en diervriendelijk beleid in het Natuurpark. Wij willen dat dassen niet meer mogen worden afgeschoten en het jachttoerisme stopt. Het beleid moet gericht zijn op natuurlijke processen waarbij jacht enkel een functie heeft als er sprake is van schade aan natuur en landbouw en nadat andere diervriendelijke middelen falen. Wij willen, en met ons vele anderen, kunnen blijven genieten van de pracht die deze geweldige natuur biedt.

Bedrijven vertellen niet de waarheid over castratie biggen

Vleesbedrijven liegen massaal over onverdoofde castratie

Uit onderzoek van de Stichting Wakker Dier blijkt dat bedrijven liegen tegen consumenten over de onverdoofde castratie die biggen in de Nederlandse vleesindustrie vlak na de geboorte standaard moeten ondergaan. Zo werd door bedrijven aangegeven dat de biggen met een elektroshock worden verdoofd, de castratie al jaren verboden is of dat de onverdoofde castratie amper pijn doet. 77 Bedrijven werden benaderd door consumenten over de productie van het varkensvlees dat zij verwerken in onder andere hamburgers, huisdierenvoer, babyvoeding, worsten en op pizza's. Aan de bedrijven werd gevraagd of zij ook gebruik maken van vlees van varkens die onverdoofd zijn gecastreerd. Van de bedrijven die antwoord gaven, loog meer dan de helft (27 v/d 47) dat de onverdoofde castratie niet plaatsvindt, al verboden is of pijnloos is. Slechts één op de zes bedrijven (13 v/d 77) gaf toe dat de biggen onverdoofd worden gecastreerd. Meer dan een derde van de bedrijven (30 v/d 77) nam niet eens de moeite de consumenten te antwoorden over deze heikele kwestie.
Tot zover Wakker Dier.

In ons land heerst een Babylonische spraakverwarring tussen boeren, consument en overheid. Het is naïef om te denken dat zij dat zelf erg vinden, want de slachtoffers (mensen uit de derde wereld, het milieu, de dieren en soms de boeren) hebben in Nederland weinig vertegenwoordigers die aan dat gesprek deelnemen. Alle partijen hebben bij de huidige situatie te veel baat om elkaar echt de waarheid te vertellen. Iedereen schuift de argumenten naar voren die in het eigen voordeel zijn en zelden spreekt iemand de ander tegen.

Voor een voorbeeld hoe het gesprek over de diverse aspecten rond intensieve veehouderij verloopt klik hier.

01 juni 2006

Zolang idealen leven, blijft er hoop dat ze gerealiseerd worden

Je hebt volgens mij twee soorten idealisten wat betreft de manier waarop mensen omgaan met morele of sociale verbeteringen. Let wel, ik bedoel met idealisten hier mensen die zich willen inzetten om een bepaald ideaal te realiseren; het gaat dus om de neutrale of positieve betekenis van het woord en natuurlijk niet om de negatieve betekenis van 'wereldvreemde dromers'.

Het ene soort is afhankelijk van concrete vooruitgang. Als die uitblijft, slechts langzaam op gang komt of relatief weinig behelst, raakt dit type idealist ontmoedigd. Dat geldt al helemaal als er in plaats van verbeteringen, juist sprake is van achteruitgang. De persoon in kwestie kan daarbij zelfs zo teleurgesteld raken, dat hij of zij gaat twijfelen aan het nagestreefde ideaal (bijvoorbeeld omdat het niet 'realistisch' genoeg zou zijn) en het in het uiterste geval zelfs binnen het persoonlijke leven de rug toekeert (bijvoorbeeld omdat een onrealistisch ideaal ook in dat eigen leven weinig zin zou hebben).
Het andere type idealist is blij met behaalde successen en treurt om eventuele achteruitgang, maar er is geen sprake van dat zijn of haar ideaal alleen gevoed wordt door positieve ontwikkelingen. Dit soort idealisten wordt met andere woorden in goede en slechte tijden geleid door het ideaal zelf, en niet door de mate waarin het hier en nu reeds gerealiseerd wordt.
Ze beseffen dat ze in een onvolmaakte wereld leven waarin georganiseerde tegenkrachten, maar ook onwetendheid of domme pech positieve ontwikkelingen kunnen vertragen of omkeren. Zolang de ideale situatie nog niet behaald is, zien ze daarin slechts een goede reden om door te strijden voor dat ideaal.
We kunnen dit model toepassen op de politieke situatie: veel mensen laten zich ontmoedigen door de macht van rechtse krachten, terwijl anderen uit de negatieve gevolgen van die macht juist concluderen dat ze vroeg of laat gebroken moet worden.
Maar het is ook toepasbaar op de positie van dieren in onze maatschappij. De laatste decennia is die positie systematisch verslechterd door de introductie van de intensieve veehouderij oftewel bio-industrie. Sommigen zullen daar een reden in zien om het bijltje erbij neer te gooien en in het uiterste geval zelfs hun eigen vegetarisme op te geven. Terwijl anderen des te meer gemotiveerd zullen zijn de misstanden te bestrijden.
Natuurlijk is mijn tweedeling 'ideaaltypisch'; idealisten kunnen in de praktijk tussen beide houdingen inzitten of in de loop van hun leven hun instelling meermalen wijzigen. Maar één ding is zeker; zolang er onverstoorbare idealisten zijn, is er in elk geval hoop op verandering ten goede.

Titus Rivas

Leeswijzer


Kijk op Facebook voor onze reactie op de actualiteit.
Aanbeveling: Thema's of steekwoorden vindt u via de labels onderaan de pagina of op Animal Freedom. Klik hier voor de laatste bijdragen.
Klik hier voor het beleid om uw privacy te beschermen.

Waarom dit blog?

De Nederlandse veehouderij is vooral gericht op zoveel mogelijk voor de export te produceren onder het motto “meer, meer, meer en groot, groter, grootst”. Dit heeft negatieve gevolgen voor zowel de dierenwelzijn, biodiversiteit, het milieu, het klimaat, de portemonnee en de gezondheid van burgers en ook voor welwillende boeren.
Dit blog verzamelt kritische artikelen die de wurggreep beschrijven waarin de veehouderij zichzelf heeft vastgezet. Zo willen we niet alleen een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van de kwaliteit van het leven voor alle belanghebbenden, maar ook aan een schone, gezonde omgeving en een beter dierenwelzijn.

Ook de argumentatie dat dieren grondrechten hebben kan beter en meer aansluiten op hoe mensen voor zichzelf vinden dat recht moet gelden. Alle dier(soort)en kunnen in hun recht op vrijheid als (intrinsiek) evenwaardig aan mensen beschouwd worden. Dierenrechten zijn mensenrechten, die mensen de kans geeft om voor dieren op te komen.
Dieren, bijv. in de intensieve veehouderij, worden behandeld als een object in plaats van een subject met gevoelens en rechten.

De snelheid en het aantal dier(soort)en dat we voortdurend gebruiken is immens. De bijdrage aan onze welvaart en economie van de agrosector is gering. De oplossing is simpel en van niemand anders dan van ons zelf afhankelijk.

Dierenrechten in woord en beeld

Vrijheid is ook een intrinsiek grondrecht voor dieren. Dieren zijn geen dingen Dierenrechten zijn mensenrechten. Mensen moeten voor dieren kunnen opkomen wanneer hun grondrecht wordt geschonden.
logo van Animal Freedom yin en yang
Lees hier over de redenen waarom dieren recht op vrijheid hebben. Lees hier waarin mens en dier evenwaardig zijn.